Suikerbieten 3 590.Ö 56.3 K>3.0 45 7.S 56.2 99.8 649.6 5 6.0 503;4 560.0 56.9 505.7 590.6 56.6 96.2-65 5 5 56.7 5024 540.5 56.6 96.2 574.2 56.5 94.8 585.8 5 6.5 9«,7 556.4 56.6 99-5 57S.4 54.4 94.3 598.6 5 6.3 .97,4 538.9 57,4 501.0 562.8 16.8 94.9 575 6 18.8 96.4 zmmmz m mM 56.1 502.2 624.5 u<\ 100.5 653.5 5 6,0104.0 ZWAANPOLY 638.8 5 5.9 5 08.5 687ui 16.5 110.2 757.7. '.5.8 '112.6 i 585.6 16.2 505.5 620.4 16.5 99.5 644,6 16.1 1.03.4 560.3 56.4 98.4 402.9. 56.8 1Ó1.7 622.6 18.3 505..'3 &SMW.W WtiMW#A$ 2.580^ ffgm.m opwsNtet fiAssmvasFmMH 15958-5962 VOtOINS GtGêVÊNS VAN 08 9UKSIANDSÓ0WCONSÜ- IÊNT6N V4X 268UWJ8 E1LAND8N j^ank zij de zeer gewaardeerde medewerking van de Rijks- landboawconsulenten en specialisten in het Zuid-Weste lijke kleigebied en van de Stichting Nederlandse Uien Fede ratie te Middelharnis is het ons mogelijk gemaakt reeds in ons eerste nummer van het nieuwe jaar 1967 de rassenkeuze- berichten voor 1967 te geven. Uit de vele ter beschikking staande gegevens van de proefvelden selecteerden de vier Consulentschappen in dit gebied en de S.N.ULF. het voor onze lezers belangrijkste cijfermateriaal en gaven daarop per gewas een nadere toe lichting. Voor het eerst wordt dit jaar in deze rassenberichten ook een overzicht gegeven betreffende de verschillende lu- cernerassen. Voor Zeeland bedroeg de oppervlakte van dit gewas in 1966 29°/o en neemt als gewas in Zeeland dus een zeer belangrijke plaats in! Dit overzicht geeft echter niet de volledigheid van de 42e Rassenlijst voor Landbouwgewassen 1967. Deze is zojuist verschenen en geeft een schat van gegevens over alle land bouwgewassen. De Rassenlijst kan besteld worden bij N.V. Leiter-Nijpels te Maastricht, giro 1037754, tegen de prijs van 3,60 per stuk, bij vooruitbetaling te voldoen. Bjj afname van vele exemplaren tegelijk wordt reduktie gegeven. BI. Gerooid Gerooid le week oktober le week november wortel- suiker wortel- suiker Rassen opbrengst ®/e opbrengst kg/are kg/are Zwaanpoly 590,1 16,5 612,4 17,1 Kleinwanzleben E. 540,6 17,3 567,7 17,7 Aabece 530,8 17,1 569,7 18,1 Kleinwanzleben Poly-bela 521,6 17,6 563,5 18,0 Polykuhn 532,1 17,1 575,0 17,8 Polyx 536,3 17,2 562,6 17,9 Maribo Anglo-Poly 549,1 16,8 567,7 17,5 Trirave 528,8 16,8 581,6 17,1 Polyrave E. 536,5 16,8 553,9 17,2 Hilleshög S.P. 503,5 17,1 530,2 17,8 Rassenberichten 1967 OPBRENGST SUIKERBIETEN-RASSENPROEFVELDEN 1964 t/m 19b», BIJ TWEE ROOITIJDEN Kleinwanzleben E is een vrij lange, vooral van boven goed gevulde biet; soms onregelmatig van vorm en grootte. De kop steekt vaak slechts enige centimeters boven de grond en is groen gekleurd. De wortelopbrengst is zeer goed evenals het suikergehalte. De rooibaarheid is goed, ondanks een vrij sterke neiging tot vertakking. Bij vroege'zaai een vrij grote schietervorming. Zwaanpoly vormt een lange, forse biet van een zeer regelmatige vorm en met een kleine kop. De rooibaarheid is minder goed door meer vertakking en meer kans op breuk. Het suikergehalte blijkt matig-goed, de wortelopbrengst zeer hoog. Aabece gaf een zeer lange, goed gevulde, wat onregelmatig gevormde biet met een brede, rondkoppige kop die vaak sterk wisselend boven de grond uit steekt. Zeer hoge wortelopbrengst en suikergehalte. Matige schietervorming. Kleinwanzleben Polybeta geeft een lange, matig gevulde biet; vrij regelmatig van vorm en grootte. De kop is vrij klein en rondhoekig; ze steekt weinig boven de grond uit. De wortelopbrengst is vrij hoog tot hoog, het suikergehalte zeer goed over beide rooitijden. Polybeta is een harde, moeilijk rooibare biet. Bij normale zaai, vrij geringe neiging tot schieten. Polykuhn is een vrij regelmatige biet met een brede kop en veel loofvorming, wat onder gunstige omstandigheden een goede grondbedekking geeft. Bij het rooien treedt gemakkelijk breuk op, wat met verliezen gepaard gaat. Polyx is een vrij lange, goed gevulde, regelmatige biet, met een brede, vier kante kop. De wortelopbrengst en het suikergehalte zijn over beide rooitijden hoog. De rooibaarheid is behoorlijk. Maribo Anglo-Poly heeft zeer goede eigenschappen, zowel de wortel opbrengst als het suikergehalte zijn gunstig. Bij zeer vroege zaai een vrij sterke, overigens een geringe neiging tot schieten. (Zie verder pa ff. 5) JJE cijfers in de opbrengsttabel hebben uitsluitend betrekking op resultaten van proeven op de Zeeuwse Eilanden. Per rooitijd geeft de tabel twee reeksen cijfers: le. de gemiddelde bietenopbrengst; 2e. het gemiddelde suikergehalte. Steeds waren de omstandigheden waaronder de proeven zijn genomen op de praktijk afgestemd. Zo werd uitgegaan van precisiezaad, zaaien met een pre- cisiezaaimachine, chemische onkruidbestrijding en mechanisch rooien.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1967 | | pagina 3