De maand
Zeeuwse
december op het
Landbouwbedrijf
Op de goede weg
5
E.P v.d. Bulck
Kerkstraat 5^
Hengstdijk
01148-253
MONSTERNEMER
Een goede boer laat zijn drains regelmatig schoonmaken. De regenrijke
perioden zijn daarvoor het gunstigst.
GRONDBEHANDELING
Het op wintervoor ploegen zal deze maand wel klaarkomen, hopelijk
onder niet al te natte omstandigheden. De vele regen in november heeft
veel plas vorming veroorzaakt, zowel op kalkarme als kalkrijke gronden.
Voor een goede bewerkbaarheid en het behoud van de vruchtbaarheid van
de grond, is het nodig dit overtollige water zo snel mogelijk af te voeren.
Benut de wintermaanden voor een goed onderhoud van drainage en
sloten. Drainage doorsteken met plastic-buis of laten doorspuiten, moeten
als normaal onderhoudswerk worden beschouwd. Ook op grasland is een
goede ontwatering gewenst. Met een eenvoudige greppel is op sommige per
celen veel resultaat te bereiken.
KWEEKBESTRIJDING
De chemische onkruidbestrijding tegen kweek neemt elk jaar toe. Ten
einde het indringen van de kweek vanuit de graskanten te voorkomen, kunt
u de laatste ploegsneden met TCA behandelen. 1 kg TCA oplossen in een
rugspuit met water; men kan dan ongeveer over 100 meter lengte de ploeg-
voor plus enkele sneden tot een breedte van één meter behandelen. Spuit
men breder dan is het uiteraard minder dan 100 meter lengte. De laatste
ploegsneden niet te diep ploegen, zodat de meeste kweekwortels bovenlig
gen; men verkrijgt dan beter resultaat. Bij late toepassing is schade aan de
te zaaien gewassen niet onmogelijk, vooral vlas en granen zijn hiervoor ge
voelig. Na het spuiten is de grond 3 maanden ongeschikt voor inzaai. TCA
spuiten over het gehele perceel na 1 december wordt dan ook ontraden.
VEEHOUDERIJ
Over het algemeen is er op de bedrijven voldoende voeder beschikbaar.
Een goede voorraad voeder bestaat uit 8 a 10 kg droog en 40 kg sappig ruw-
voer per stuks grootvee per dag. Afhankelijk van de kwaliteit en de soort
HE laatste maand van 1966 heeft weer z'n intrede gedaan. Terugziende
op het afgelopen oogstjaar kunnen we vaststellen dat er over het alge
meen geen topopbrengsten zijn behaald. De opbrengsten liepen van bedrijf
tot bedrijf en van gebied tot gebied sterk uiteen. Dit geldt vooral voor de
gewassen bieten en erwten. Bij een goede opbrengst zullen vooral aard
appelen en uien een gunstige invloed op het bedrijfsresultaat helpen geven.
Zoals het nu blijkt zullen alle bieten begin deze maand wel afgeleverd
zijn. De vroeg gezaaide wintertarwe heeft in het algemeen een goede
stand. Plaatselijk komt schade van slakken en larven van de fruitvlieg voor.
Mochten de weers- en grondomstandigheden die toelaten, dan zal er deze
maand misschien nog een bepaalde oppervlakte gezaaid kunnen worden.
Bij laat zaaien is het beslist gewenst, dat de grond na de inzaai nog flink
grof ligt Zijn de omstandigheden minder goed, ga dan beslist niet knoeien
met de kans op mislukking.
De weinig wintervaste rassen zijn het meest geschikt voor late inzaai;
omtrent de mogelijkheid van laat zaaien van een ras kunt u de rassenlijst
raadplegen. In verband met de risico van vorstschade wordt een onkruid
bestrijding met DNOC in wintertarwe thans afgeraden. Deze behandeling
zal daarom moeten wachten tot het voorjaar.
Wil men kalkstifstof strooien voor de vernietiging van kamille en muur-
pftr.tjes, bestel dit dan tijdig, om het in januari op de geschikte dagen te
kunnen gebruiken. Strooi geen kalkstikstof tijdens vorst en wanneer vorst
wordt verwacht (hoeveelheid; 250 kg/ha).
Vergelijkt nu eens de percelen waar de stoppel bewerkt is, met percelen
waar groenbemesting is ondergeploegd. Wij hebben de indruk dat vooral
na de slagregens de laatste er veel beter bij liggen.
van het basisrantsoen, kan men nagaan welk krachtvoer en welke hoeveel
heid men moet bijvoeren.
Door een rantsoenberekening op te stellen krijgt men zekerheid dat het
vee voldoende voedermiddelen krijgt en dat de verhouding zetmeelwaarde
verteerbaar ruw eiwit goed is. Met rantsoenberekening en ruwvoederonder-
zoek is vaak meer geld te verdienen dan menigeen denkt. Dus: Eerst reke
nen en dan voeren.
ALGEMEEN
Denk bij vorst aan watergekoelde tractoren en machines.
Zorg voor een goed onderhoud van de steeds duurder wordende machi
nes en werktuigen.
Tk Laat uw grond regelmatig onderzoeken en maak bij het opstellen van een
bemestingsplan gebruik van de resultaten. Ook onderzoek op „aaltjes"
dient regelmatig plaats te vinden.
Naast uw fiscale boekhouding is het zeer nuttig om een bedrijfsekono-
mische boekhouding bij te houden. Voor een juiste bedrijfsvoering is dit
zeer belangrijk. Met cijfers uit deze boekhouding kan men de oorzaken
nagaan van een goed of een slecht bedrijfsresultaat.
Op vergaderingen kunt u leren van de ervaringen van anderen.
Indien U de uitslagen van het grondonderzoek nog wilt gebruiken voor de samen
stelling van het bouwplan dan is het nu zeker tijd om de grondmonsters te latei»
nemen.
L. Maas
(Oude Vlissingseweg
^Middelburg
01180_52 28
A.Minnaard
Deeweg 2
'S Heer Abtskerke
»post 's Gravenpolder
01103-250
l.deGroen
vBurg. v. Oeve re n
Poortvliet
\}J662* 497
r >inke
sVrijen Polderstr 2
O ost d ij k KrxTbbencfT
v 01134-567
In „Landbouwmechanisatie" van november 1966
schrijft de heer E. Strooker, van het I. L. R. te Wa-
geningen over de in België en Frankrijk ontwikkelde
bietenverzamelrooiers. Dit naar aanleiding van een
Belgische bietenrooidemonstratie waarover de heer
J. T. Andringa enige tijd geleden zijn indrukken in
een artikel in ons blad verwerkte.
In België en vooral in Frankrijk worden overwe
gend andere machines en werkmethoden bij het
rooien toegepast dan bij ons. Daarbij heeft aldaar
de laatste tijd de ontbladermachine zijn intrede ge
daan.
Na beschreven te hebben hoe de verschillende
systemen werken en worden uitgevoerd, besluit de
heer Strooker zijn artikel als volgt: „De vraag rijst
tenslotte of het Franse bietenoogstsysteem voor de
Nederlandse bietenteler en voor de loonwerker
bruikbaar is. Rekening houdend met twijfel over de
geschiktheid van de Franse en Belgische werktui
gen voor onze zware gronden, moet het antwoord
ontkennend zijn. Er is ongetwijfeld sprake van een
hoge capaciteit, maar daarnaast vergt het veel per
soneel en veel en zware trekkers om de bieten op
het erf te krijgen. Als men dan toch naar een
systeem van voorraadrooien toe wil, omdat men het
rooien en het transport wil ontkoppelen, dan biedt
een systeem zoals wordt toegepast door BM-Volvo
even goede perspectieven, zij het met een lagere
capaciteit. Daarbij zijn een 30 pk motor en één man
voldoende om het blad en de bieten van twaalf
rijen op een langszwad te leggen. Het Franse
systeem vergt daarvoor twee zware trekkers met
bestuurders! Blijkbaar zijn echter voor onze zuider
buren een hoge capaciteit en een grote slagvaardig
heid van doorslaggevend belang. Men zal nog moe
ten afwachten of ze dat willen prijsgeven, zelfs
voor een snelle zelfrijdende tweerijige verzamel-
rooier."
