TUINBOUWKLANKEN
De wensen van groot-winkelbedrjjven
Toenen nu!
DINGEN VAN DE WEEK
IN deze donkere natte dagen in de laatste maand
van 1966 is er van SCHOUWEN-DUIVELAND
weinig te melden. Wel is er in de Westhoek een
opfrissertje geweest, want de heer Ruijs, inkoper
van vooral fruit voor Albert Heijn, heeft in een
aantrekkelijke lezing zijn mening gezegd over
heden en toekomst voor de Nederlandse fruitteelt,
en ook zij die deze tak van bedrijf, beoefenen.
Deze zeer begaafde spreker is natuurlijk net als
wij, d.w.z. dat hij ook met diezelfde mond eet
Als U voelt wat ik bedoel! Verder is hij in staat
om naast doodernstige woorden vele grapjes te
verwerken, wat bijzonder aanslaat. En natuurlijk
spreekt hij vanuit zijn branche, de groot-winkel-
markt. Hij mikt op de top van de midden-klasse
van ons fruit en doet zeer bepaalde uitspraken
omtrent de te telen rassen. Gooi de James Grieve
maar op de brandstapel, want men is niet in staat
om deze tere appel goed in kleinverpakking op
de markt te brengen (althans niet bij A. Heijn!)
We zullen dus moeten trachten om de James
Grieve te kruisen met blauwhof-koolraap. Onze
Nederlandse huisvrouw schreeuwt om St. Remy,
kyk dat is nu iets voor A. Heijn. Spreker wil
graag samenwerken met ons fruittelers, maar dan
vanaf de oogst. Hij is zeer geïnteresseerd in een
gelijkmatige prijs (hoog of laag doet niet ter zake)
en pleit voor een regelmatige aanvoer. Spreker
ziet in bedrijven van 6 ha geen brood in de
toekomst, maar beval aan om samen te voegen
tot minstens 25 ha. Een behoorlijke werkloos
heid ziet hij als een zegen voor het land, niet zo
zeer voor het fruitverbruik maar voor een betere
of hogere arbeidsproductiviteit, zo hebben wij het
althans begrepen.
Met onze eigen woorden hebben wij een klein
verslagje geschreven, wat U na het lezen nog wei
nig zal zeggen, of wat U voordien ook al wist. Zo
is het ook ons vergaan. Alleen één ding hebben
wij duidelijk begrepen: om te voldoen aan de
eisen en wensen van de groot-winkelbedrijven
zullen wij ons nog vele zorgen moeten getroosten,
maar daartegenover is het voortbestaan van de
Nederlandse fruitteler niet hun eerste zorg.
IN WALCHEREN hebben we natuurlijk gelust
van de zware stormen die gepaard gingen met
meer dan overvloedige regen. We hadden wach
tend op onze beurt in een kantoor in de stad een
geanimeerd gesprek over de regen met enkele
boeren. Dit soort gesprekken heeft over heel
Nederland plaats en zijn geen relevering waard
in een weekblad.
Reden dat we er hier toch over beginnen was
de opmerking van een boer uit Mariekerke n.l.:
sjonge sjonge maat als we dit vroeger hadden
verz(open) we haast. Nu alles zo snel went en
verandert is het o.i. wel eens goed terug te blik
ken. Want laten we de beeldspraak van 't ver
drinken buiten beschouwing dan was de toestand
wel zo dat men zijn huis en hof bijna niet ver
laten kon. Verkeer was uitgesloten.
Het was letterlijk en figuurlijk een hopeloos
gemodder. Schellach Hoogelande en de plompert
waren berucht. Na de bemaling en later de ver
kaveling kan men zich dit niet meer indenken.
De jongeren geloven je niet eens of lachen je
meewarig uit.
We kunnen de tegenstanders van verkaveling
(dus ook betere ontwatering) op andere eilanden
in onze provincie niet volgen in hun tegenstand
en hem alléén adviseren: Praat eens met oude
collega's uit Walcheren over toen en nu. Ook ad
viseren we met klem: Zet het nog groter en rui
mer op dan in Walcheren.
Ieder heeft uitvoerig in de dagbladen kunnen
lezen over de afvoermoeilijkheden met de bieten.
Zelfs processen-verbaal zijn opgemaakt voor te
zware lasten. Het Wegschap zal een volgend sei
zoen beslist minder tolerant zijn.
Immers onze kostbare wegen kunnen de last
niet aan. Dit geldt ook voor te zware melkauto's,
aanvoer materiaal voor huis- en schuurbouw. In
onze sector zou de mestaanvoer te zwaar kunnen
worden.
Was het niet zo bitter belangrijk dan was het
om te gillen van 't lachen.
Allerwegen wordt van Overheidswege propagan
da gemaakt voor grotere bedrijven, 't Lijkt soms
wel de reclamezin: groot, groter, grootstHoe
groter hoe voordeliger. In zijn algemeenheid wel
aanvaardbaar. En ziet, nu wordt de afvoer ge
reglementeerd, kleiner en dus duurder! Voor de
wegen wellicht logisch, voor de bedrijfsuitvoering
begrijpelijk, maar moeilijk verteerbaar. Toch zal
er een modus vivendi gevonden moeten worden.
Dat we ons prachtig wegennet niet door over
belasting kunnen ruïneren staat vast, want Sijmen
moet betalen en Sijmen zit slecht bij kas.
We hebben, zij het o.i. na veel gepruts, gelukkig
weer een regering maar deze zal zeer beslist niet
voor Sinterklaas spelen.
Op ons eiland is allerwegen weer Dankdag ge
houden. In dag- of avonddiensten is ieder weer
gelegenheid geboden om eens een uurtje extra
te denken aan het vele waarvoor we in wezen
toch zo dankbaar moeten zijn.
Gelukkig was de voorganger die we mochten
beluisteren zo reëel om naast de geestelijke waar
den die we hebben, ook behoorlijk aandacht te
besteden aan de onmisbare stoffelijke waarden
die we in ons leven niet ontberen kunnen.
REGELING UIT DE MARKT NEMEN SLA
IIET Centraal Bureau van de Tuinbouwveilin-
gen heeft in overleg met de belangrijkste sla-
veilingen in ons land een regeling opgesteld die
ten doel heeft de slaprijs te stimuleren. Dit hoopt
men te bereiken door afhankelijk van de export
prijzen van dit produkt, een deel van de aanvoer
van de mindere kwaliteiten uit de markt te nemen.
De kwaliteiten die ingevolge deze regeling uit
de markt worden genomen, kunnen dagelijks wij
zigen onder invloed van de prijsbeweging. Deze
week moest de lichte kwaliteit klasse 1 sla uit de
markt worden genomen, verder alle sla van de
zgn. binnenklasse II dat is de binnenland kwali
teit, de stoofsla I en II en alle afwijkende sla. Dat
betekende in de praktijk dat enkel was toege
laten om te veilen de exportsla van 11 kg en op
en de binnenklasse sla kwaliteit I van 11 kg en op.
Voor de sla die uit de markt wordt genomen
krijgt de teler een vergoeding die kan worden
afgestemd op de prijs van de binnenklasse I die
geveild mag worden of van 7 cent per krop. Voor
de klasse I en binnen klasse II boven 11 kg. Voor
binnenklasse II van 811 kg is de vergoeding
30 cent per kg evenals voor stoofsla klasse I. Voor
stoofsla klasse II en voor afwijkende sla wordt
geen vergoeding aan de telers betaald zodat zij
die maar het beste thuis kunnen vernietigen. De
heffing die van sla wordt ingehouden bedraagt
op het ogenblik 0,50 per 100 krop.
Met deze maatregelen hoopt het Centraal Bu
reau van de Tuinbouwveilingen in de eerste plaats
de prijs te stimuleren en verder te voorkomen dat
mindere kwaliteiten bij de consument komen op
een moment dat er voldoende goede sla is. De
zware exportsla werd eind vorige week verkocht
voor 2025 cent per krop.
APPELS NAAR ZWEDEN
Zweden heeft bekend gemaakt dat met ingang
van 16 december de invoer zal worden toegestaan
van enkele appel rassen waartoe behoort als enige
voor Nederland belangrijk ras de Jonathan. De
invoer mag plaats vinden op speciale vergunnin
gen. Tegelijk is bekend gemaakt dat met ingang
van 9 januari de invoer van appels in Zweden
helemaal vrij gegeven zal worden. Of dit alles van
betekenis zal zijn voor de Nederlandse appelafzet
moet worden afgewacht. Soms kan dit land een
afnemer van betekenis zijn maar de concurrentie
op de internationale appelmarkt is groot. Ten
slotte is hierdoor ook voor peren de uitvoer naar
Zweden tot op heden tegengevallen.
SNELLE FINANCIËLE HULPVERLENING VOOR GLASTUINDERS
De financiële moeilijkheden, waarmee tal van glas
tuinders te kampen hebben, is voor het Landbouw
schap aanleiding geweest contact op te nemen met
het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschap
pelijk Werk, teneinde een soepele toepassing van de
Groepsregeling Zelfstandigen te verkrijgen.
Thans is bekend dat namens de Minister van Cul
tuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk een schrij
ven is gezonden aan de gemeentebesturen van de be
langrijkste tuinbouwgemeenten, waarin, evenals zulks
destijds bij de waterschade is gebeurd, de mogelijk
heid wordt geboden voor een versnelde toepassing
van de Groepsregeling.
Deze versnelde procedure houdt in, dat de ge
meentebesturen, zonder voorafgaande machtiging van
de Minister, aan levensvatbare bedrijven naast een uit
kering voor levensonderhoud een lening kunnen geven
ter financiering van de variabele bedrijfskosten. Deze
variabele bedrijfskosten zijn o.m. het klaarmaken van
de grond, stookkosten, stomen, kosten van bestrij
dingsmiddelen e.d.
De gemeentebesturen mogen deze leningen, waar
voor een rente a 4 zal worden berekend, geven, ook
al is een bedrag van meer dan 2.000,daarmee ge
moeid. De leningen mogen niet hoger zijn dan 5,—»
per m2 warme kas en 2,50 per m2 koude kas.
In de gevallen, waarin een lening nog niet voldoen
de is en eventueel bedragen van meer dan f 2.000,
k fonds perdu of renteloos noodzakelijk zijn, blijft de
voorafgaande machtiging van de Minister noodzake-
liik.
Op enkele bijeenkomsten is de laatste tijd de
positie van de kleinfruitteelt in de vollegrond ter
sprake gekomen. Over de toekomstmogelijkheden
van dit bedrijfstype wordt verschillend gedacht.
Vooral op Zuid-Beveland treffen we plaatselijk
nog heel wat kleinfruitbedrijven. Het staat vast dat
de ondernemers op dit bedrijfstype het de laatste
jaren niet gemakkelijk hebben gehad. De prijzen
van de produkten waren overwegend aan de ma
tige kant en de kosten stijgen voortdurend, vooral
door de hoge lonen die betaald moeten worden
aan de plukkrachten die onmisbaar zijn.
Bij de teelt kan men veel mechaniseren en trach
ten zo efficiënt mogelijk te werken, maar de pluk
moet met mankracht gebeuren en dat is duur in
deze tijd.
Wanneer dat niet wordt goed gemaakt door ho
gere veilingprijzen gaat het niet. Dit jaar was er
sprake van enige verbetering van het prijspeil van
een aantal kleinfruitprodukten, maar toch was het
overwegend nog aan de lage kant.
De teler kan echter weer hoop hebben, dat er
een wending ten goede gaat komen, want het
areaal is vrij sterk teruggelopen en bij de klein
fruitteelt kennen we nu eenmaal in sterke mate de
golfbeweging van areaal en prijzen. Er is ook een
toenemende vraag naar betere produkten zowel
voor consumptie als voor fabriekmatige verwer
king en de kleinfruitteler die aan deze vraag kan
voldoen, kan mogelijk rekenen op een wat hogere
veilingprijs in vergelijking met degenen die het moe
ten hebben van de gewone verwerkende industrie.
Het lijkt er op dat de kleinfruitteler die komt met
een produkt dat van eerste klas kwaliteit is, daar
voor toch betaald zal worden. Zoals op alle gebied,
zal het ook in de kleinfruitteelt moeten gaan, om
kwaliteitsprodukten en wat dat betreft heeft Zuid-
Beveland een goede naam. Het is zaak om die te
houden.
Een erg belangrijk punt is echter de werkverde
ling in de pluktijd op dit bedrijfstype. Nog teveel
komt het werk tegelijk, vooral bij hen die late aard
beien, frambozen en rode bessen telen. Door een
beter gerichte rassenkeuze zal hier mogelijk wat
ten goede kunnen veranderen.
In dit verband zouden we toch ook nog een keer
met nadruk willen wijzen op de plaats die de braam
kan innemen op het kleinfruitbedrijf. Het bramen
areaal is de laatste jaren regelmatig teruggelopen.
Toch zijn gemiddeld de resultaten van de bra
menteelt niet slecht geweest en uit een oogpunt
van werkverdeling is het een bijna ideaal gewas
op het kleinfruitbedrijf.
Zeker, ook de kostprijs van bramen ligt niet laag.
Het L. E. f. berekende onlangs dat deze op basis
van het prijspeil 1966 voor Kapelle en omgeving
gesteld kan worden op f 112.48 per 100 kg bij een
rentepercentage van 6 over de investeringen.
Dat betekende dat in 10 jaar tjjds de kostprijs
een zeer grote stijging heeft ondergaan. In 1957
berekende het L. E. I. deze namelijk op f 65,90 per
100 kg.
Toch hebben de bramen de laatste jaren steeds
boven deze kostprijs genoteerd en dat kan beslist
niet van alle kleinfruitprodukten worden gezegd.
Een reden dus om hieraan niet zonder meer voor
bij te gaan. Op de kleinfruitproeftuin in Kapelle is
men al verschillende jaren bezig met de doornloze
braam de Thornless Evergreen.
Hierover is men zeer enthousiast. Voor degene
die tot de overtuiging komt dat bramen passen op
zijn bedrijf, kan het overweging verdienen aandacht
te schenken aan deze doornloze braam.
Als bezwaar tegen de bramenteelt wordt dikwijls
aangevoerd dat de teelt niet past omdat ze komt
op het moment dat het druk is met de appels en
peren. We dachten echter dat de combinatie klein-
fruit-hardfruit zich onder de huidige omstandigheden
steeds minder verdraagt en spreken hier dus over
het zuivere kleinfruitbedrijf waar men hoogstens
als aanvulling nog een hoekje hard fruit heeft, maar
in geen geval een hoofdbedrijf van hardfruit. Daar
past de braam inderdaad niet. Maar daar past hele
maal geen kleinfruit.
We zouden de aandacht de kleinfruitteler voorts
willen vestigen op de kansen die er zijn met de
remonterende (doordragende) aardbeienrassen, in
enkele delen van het land heeft deze teelt een
grote opgang gemaakt, met beste financiële resul
taten voor de telers.
Zeker, er zijn nog wel moeilijkheden rond deze
teelt maar toch mag hieraan niet zonder meer wor
den voorbijgegaan door de teler met een klein
bedrijf waar het kleinfruit hoofdzaak is.
Repita en Revada kunnen mogelijk ook in Zee
land in meerdere mate worden geteeld dan tot dus
ver gebeurde.
Tot de volgende week.