VRIJDAG 11 NOVEMBER 1966
54e Jaargang
No. 2855
Officieel orgaan van dc Maatsrhappij tot bevordajing van Land- en Tuinbouw en Veeteelt in Zeel and
VALORISATIE
VJ
Ir. J. Prins voorgedragen als voorzitter
Noord-Brabantse Mij van Landbouw
Frankering by abonnement: Terneuzeii
De weg naar valorisatie (het zo goed mogelijk tot waarde
brengen) van onze agrarische produkten is, zo blijkt steeds
weer, als een moeilijke, lange en kronkelige weg. Door de
vele tussenschakels van producent naar consument is de weg
om bij deze beeldspraak te blijven veelal smal en heeft
vele kruisingen, obstakels en gevaarlijke bochten, zijwegen
en splitsingen.
Dit kwam ons in gedachten bij het kennisnemen van het
rapport dat op 2 november j.l. door de z.g. Valorisatiecom
missie aan het bestuur van het Landbouwschap werd aan
geboden. Ingesteld op 27 november 1962 heeft het bijna vier
voile jaren geduurd voor deze commissie met haar arbeid
gereed kwam!
De opdracht destijds luidde zo ongeveer: te onderzoeken
in hoeverre en op welke wijze de land- en tuinbouwproduk-
ten op de afzetmarkten in binnen- en buitenland tot hogere
waarde zouden kunnen worden gebracht. Enerzijds door ver
betering van het aanbod en de afzet van de kant van de agra
rische producent en anderzijds door verbetering van de af
zet via de afzetkanalen van de daarbij betrokken handel en
industrie.
Iedere agrariër weet en kent maar al te goed uit eigen
ervaring de vele problemen die op dit moeilijke terrein liggen.
De commissie zag dan ook naast het behandelen van de
algemene problematiek geen andere uitweg dan het instel
len van bepaalde gespecialiseerde werkgroepen voor de
diverse produkten om uit de „verkeerschaos" te komen. De
valorisatie van aardappelen, om een voorbeeld te noemen,
ligt anders dan die van de suikerbieten en die van groenten
en fruit geeft andere problemen dan die van melk en zuivel.
Al zijn er natuurlijk vele punten van overeenkomst.
Dat het tot waarde brengen van de agrarische produktie
een kwestie van levensbelang is voor onze boeren en tuin
ders, daarvan zal een ieder overtuigd zijn. En ook, dat er wat
dat betreft bij verschilende produkten nog wel het een en
ander te verbeteren valt.
Het is verheugend dat de commissie in algemene zin con
stateert dat de opvatting niet juist is dat de individuele agra
rische producent in een bijzonder zwakke positie zou ver
keren. Aan de ene zijde wordt gewezen op de levendige con
currentie tussen de particuliere handel en aan de andere
kant op hetgeen bijvoorbeeld door de coöperatieve aan- en
verkoopverenigingen, de coöperatieve zuivel- en suiker
industrie, de coöperatieve verwerkingsindustrie, het veiling
wezen enz. enz., op dit gebied reeds tot stand is en wordt
gebracht. Echter heeft naar de mening van de commissie deze
opzet ook zijn zwakke plekken zoals:
de neiging van de producenten om zélf het moment van
verkoop te willen bepalen inplaats van dit aan de coöpe
ratie over te laten. Die moet toch geacht worden een beter
inzicht in de marktsituatie te hebben dan de individuele
boer of tuinder. Ook moet de coöperatie, wil zij haar funk-
tie naar behoren kunnen vervullen, zich als vrij koopman
kunnen gedragen;
de verdeeldheid in de- coöperatieve wereld, die tot uiting
komt in onderlinge concurrentie. Een concurrentie die
weliswaar de verdienste heeft de leiding aktief te doen
zijn maar soms ontaardt in elkaar „vliegen afvangen".
Grotere onderlinge samenwerking moet mogelijk zijn!
Onder gunstiger weersomstandigheden dan deze week het geval was zal bij voldoende
droog land deze maand nog veel geploegd moeten worden. Na het ploegen is het goed
als men kan zien dat er een vlinderbloemige groenbemester heeft gestaan. Gras en bie
tenkopjes moeten daarentegen volledig ondergewerkt worden. Deze en vele andere tips
voor het werk in de maand november vindt u op de pagina's 10 en 11 in de bijdrage „De
maand november op het Zeeuws landbouwbedrijf".
Verder in dit nummer o.m.:
De Zeeuwse veehouderij in de komende jaren; een vraaggesprek met de
Rijksveeteelt- en Zuivelconsuient voor Zeeland, ir. W. L. Harmsen pag. 5
De 9e Teleac Televisiecursus pag. 8
Mechanisatienieuws pag. 9
Van betekenis acht de commissie verbetering van het
agrarische aanbod aan de eisen van de verwerkende indus
trie. Alhoewel het telen op contract toeneemt liggen hier nog
grotere mogelijkheden dan nu worden benut. Hierdoor zal
zeker geen afdoend evenwicht van de markt worden bereikt.
Wel wordt de verwachting uitgesproken dat de producenten
cfie aan de contractteelt deelnemen in doorsnee iets beter af
zullen zijn. Concentratie in detailhandel en industrie, hogere
eisen van de consument aan het produkt wijzen op de be
hoefte aan bevoorrading in een vereiste kwaliteit tegen een
van tevoren bekende prijs.
(Zie verder pagina 3.)
Het Dagelijks Bestuur van de Noord-Bra
bantse Maatschappij van Landbouw heeft be
sloten als kandidaat voor de funktie van voor
zitter van de Maatschappij voor te dragen de
heer ir. J. Prins, voorzitter van de Zeeuwse
Landbouw Maatschappij.
Het Dagelijks Bestuur van de Zeeuwse Land
bouw Maatschappij heeft inmiddels besloten
het Hoofdbestuur van de Z. L. M. te adviseren
de heer Prins in de gelegenheid te stellen om
deze kandidatuur te aanvaarden.
De Dagelijkse Besturen van de Noord-Bra
bantse Maatschappij van Landbouw en de
Zeeuwse Landbouw Maatschappij zijn tot ge
noemde voorstellen gekomen, mede gezien de
diverse samenwerkingsvormen, die tussen de
beide organisaties thans reeds bestaan. Zij zien
deze personele unie op voorzittersniveau als
een eerste stap tot integratie van beide maat
schappijen.