UIT DE PRAKTIJK
Schouwen aan 't zaaivoor ploegen
Denk om de structuur van de grond
Minder „dikhalzen" bij uien
Aardappelopbrengsten goed
Volgende week bieten-levering
vertrouwde schakel tussen mensen van stad
en land stuwende kracht naar welvaart in
dorpen en steden
SCHOUWEN-DUIVELAND stond de afgelopen
weken in belangrijke mate in 't teken van het
aardappelrooien. Het mooie nazomerse weer be
werkstelligde dat er flink opgeschoten kon worden
met de oogst van dit produkt. Verschillende telers
zijn reeds klaar. Behoudens die plaatsen waar
natrot voorkwam vielen de opbrengsten nu eens
niet tegen, terwijl het met 't kwaadgemiddelde
meeviel. Door het taaie en vele loof werd plaat
selijk de zaaicapaciteit gedrukt, hetgeen soms on
gunstig geaccepteerd werd, maar het werk en het
produkt ten goede kwam. Op aardappelland ligt
een dikke laag fijn uitgezeefde structuurloze grond,
die bij regen een paplaag wordt. Voeg hierbij de
vele sporen en u zult begrijpen dat de grond moei
lijk water doorlaat. Ga bij droog weer dergelijke
percelen onmiddellijk met de cultivator grof be
werken. Bij het wintervoren heeft u daar veel
voordeel van.
De bruine bonen staan aan de ruiter. Dat de
verwachtingen hier niet hoog zijn is bekend. Vele
percelen uien liggen reeds geplukt, zowel met de
hand als machinaal. Over het algemeen zijn de
uien niet grof en de opbrengst valt tegen. De prijs
zal het moeten doen en of dat er in zit, is moei
lijk te voorspellen. „Momenteel" ligt die vrij
goed.
Komende periode zal weer veel wintertarwe ge
zaaid worden. Plaatselijk is men al aan het zaai-
voorploegen. Gezien de opbrengstverschillen tus
sen zomer- en wintertarwe, is het wel te verwach
ten dat diegene, die er maar enigszins de kans
voor heeft wintertarwe zal uitzaaien. Wat de
rassenkeuze betreft, er zijn momenteel voldoende
goede rassen aanwezig om hieruit een keuze te
maken. Op lichte gronden wordt de wintertarwe
gemakkelijk te diep gezaaid, waardoor de plantjes
erg afzwakken. Zaai dan niet op vers geploegd
land. Behalve dat het zaad te diep valt, sporen
de werktuigen ook diep in en in de wielsporen
blijft graag water staan.
Door bemiddeling van de R.L.V.D. heeft begin
september het eerste regelmatige contact van de
hoogste klasse van de Lagere Landbouwschool te
Zierikzee met de praktijk weer plaats gehad. Dit
praktijkbezoek is twee middagen per maand ge
pland en getracht zal worden zoveel mogelijk
facetten van het bedrijf te bekijken en door de
boer zelf te laten vertellen. De rij van „gast
heren" werd geoDend door de heer Boot (loon-
werkbedryf te Haamstede) die het verhakselen
van het stro (tegelijk met het combinen) demon
streerde. Over dit stroprobleem volgde een leer
zame discussie.
I\E THOOLSE en FLIPLANDSE collega's en
uw overzichtschrijver zijn thans druk in de
weer om de aardappelen te rooien. Het rooien valt
nu niet direct tegen, zeker niet als we de struc-
tuurbedervende overvloedige regenval in onze
overweging betrekken. Een algemeen probleem
vormt het feit dat de piepers nogal lang vrij vast
aan het loof zitten, zodat dit aanleiding geeft tot
wat verlies. Tevens zijn enkele knollen nog niet
voldoende afgehard, met gevolg van een beetje
ontvellingen. De opbrengst is goed.
De uien rijpen nog niet hard aan. Meerderen
zijn wel bezig om dit produkt „op" te trekken
tot nu toe nog vrijwel alleen maar met de hand
en dan nog dikwijls alleen de verst rijpe gedeel
ten. Zelfs de zilveruien zijn nog steeds niet alle
geoogst. In vroeger jaren was een dergelijk lange
oogstperiode vrijwel uitgesloten, doch thans nu
Ï\E oogst van de aardappelen is ook op volle
gang. Het rooien verloopt vrij vlot. Wederom
is er een belangrijke toename te constateren van
het los op de wagen rooien. Dit jaar is er laat
doodgespoten, in vele gevallen reeds over een
wat afstervend gewas. Het valt bij het rooien ech
ter wel op dat het loof wat traag afsterft. Bij het
rooien blijkt weer duidelijk, dat wanneer men in
het voorjaar de ruggen met kluiten opbouwt, dat
men deze kluiten bij het rooien met alle moeilijk
heden, daarbij, weer in de ruggen terugvindt.
De oogst van de uien is eveneens begonnen, de
opbrengst varieert vrij sterk. Gedurende de maand
augustus was in het verhagelde gebied de stand
hiervan aardig goed. Thans blijkt dat de uien
wat traag afrij pen, terwijl de bol vorming minder
vlot verloopt, er zullen daardoor meer dikhalzen
als normaal voorkomen.
Op vele bedrijven is reeds een begin gemaakt
met het op zaaivoor ploegen. Reeds velen hebben
hun rassenkeuze gedaan. Het ziet er naar uit dat
het nieuwe ras Tadorna en Manella de grootste
oppervlakten voor zich zullen opeisen.
Hoe groot de oppervlakte wintertarwe zal zijn
die uitgezaaid zal worden is niet bekend. Bij de
opstelling van het bouwplan voor het volgend
jaar blijkt de perceelskeuze i.v.m. de vruchtwis
seling en opvolging altijd niet even gemakkelijk
te zijn.
Nu gewassen als erwten, vlaS, karwij (en gras
zaad) minder aantrekkelijk worden en daardoor
geheel of gedeeltelijk uit het bouwplan dreigen te
verdwijnen, wordt de gewassenkeuze toch wel
erg beperkt. Daar bij gewassen als suikerbieten
en in een wat mindere mate bij aardappelen uit
breiding vrijwel onmogelijk is, zal aan een zekere
uitbreiding bij de graanteelt niet kunnen worden
ontkomen. Het kan dan noodzakelijk worden om
graan in graan te verbouwen. Er dient dan extra
aandacht te worden besteed aan de struktuur en
de onkruidbestrijding.
Tot op dit moment zijn de weersomstandigheden
voor het rundvee zeer gunstig geweest. Ondanks
dat, is het toch beter om het jongvee reeds tijdig
op stal te brengen en droog ruwvoer te geven.
De voorraad aan vers weidegras is de gehele na
zomer vrjj goed gebleven. Er wordt nog slechts
sporadisch bijgevoerd.
de uien worden gespoten met chemische groei-
remmiddelen is deze mogelijkheid wel aan
wezig.
Wij hebben reeds meermalen geschreven dat
zilveruien vooral voor de structuur van de grond
bepaald geen aantrekkelijk gewas is. Naarmate de
oogstperiode langer wordt en men met slechter
weer rooit, worden de bezwaren steeds groter.
Na een flinke regenbui lijkt een kortelings ge
rooid zilveruienperceel wel buitendijkse schorre-
grond. Direct los maken bij droog weer is gebo
den, maar ook dan nog is de structuur maar matig.
Wij hebben de indruk dat uienland verhurende
boeren dit aspect wel eens wat teveel uit het
oog verliezen.
Wanneer de uien tijdig het veld ruimen kan
men nog een groenbemester inzaaien, die de schade
enigermate kan herstellen.
I\E laatste twee weken is er op WALCHEREN
weer aardig wat werk verzet. De zomer-
tarwe en erwten zijn alle gedorsen. Bij aanhou
dend gunstig weer zullen, terwijl u deze regels
leest, ook de aardappelen al voor een groot ge
deelte gerooid zijn.
De kg-opbrengst van de zomertarwe valt niet
tegen en ligt dit jaar niet zo ver beneden die
van de wintertarwe. Wij schatten zo van 4300 kg
per ha. Vrijwel alle partijen moeten worden ge
droogd. Het vochtgehalte was 19 tot 23
De kg-opbrengst van de laatst gedorsen erwten
is ook niet meegevallen. We hadden nog hoop dat
de laatgezaaide erwten beter zouden zijn, daar
ze heel weinig schade van de knopmade hebben
gehad. Dit heeft echter niet zo mogen zijn. Van
de erwten moet je dit jaar naar de „bijstandswet"
klaagde een collega één dezer dagen.
De aardappelen blijken het dit jaar goed te
hebben gedaan. Ook de laat gepote. De opbrengst
is goed tot hoog. Veldgewas 3540 ton/ha, som
mige nog hoger. Het percentage uitval ligt echter
ook wel hoog. Veel knollen vertonen fles- en pop
vorming door doorwas en verder groeischeuren.
Wij hebben de indruk dat er in ons gebied t.o.z.
van andere jaren nogal wat meer aardappelen
worden opgeslagen, vooral ook in gebouwen.
Voor volgend oogstjaar vraagt nu alweer de
rassenkeuze van de wintertarwe onze aandacht.
Het bestellen van de zaaitarwe zal niet lang meer
kunnen wachten. Daarnaast zal op sommige be
drijven begonnen worden met het rooien van de
suikerbieten. Vooral zij die op machinaal rooien
zijn aangewezen zullen een groot gedeelte tijdig
moeten rooien bij gunstige weersomstandigheden.
Hoe later in het jaar, hoe minder kans op vol
doende rooibare dagen.
Voor de veehouderij zijn de omstandigheden
gunstig. Op sommige bedrijven is nog gras gekuild.
De grasvoorraad is nog voldoende en met de bie
tenkoppen en -blad in het zicht zit het met de
voederpositie wel goed.
Op enkele bedrijven heeft men nog besloten een
bepaalde oppervakte gras om te leggen, of de op
pervlakte grasland uit te breiden. Een graszaad
mengsel voor grasland kan tot eind september
worden ingezaaid. Wil men nog wat doen op dit
gebied, dan is het voor dit jaar nu wel de hoogste
tijd.
VOLOP aardappelen rooien" zou momenteel
T bijna iedere NOORDBEVELANDSE boer kun
nen antwoorden op de vraag wat hij deze week
wil gaan doen. Elke goede dag gaan er vele ton
nen naar binen en we schatten dat vandaag (maan
dag) ongeveer de helft gerooid is. De bruto-op-
brengsten vallen mee. Behoudens dan op sommige
percelen op de zware gronden, waar door de droge
meimaand de groei te laat is begonnen. Gemid
deld kunnen we spreken van een goede aardappel
oogst. Wel lijkt het ons toe dat bij het sorteren
het percentage uitval hoger zal zijn dan normaal
door meer groeischeuren.
De meest gevolgde werkmethoden zijn rooien
met een wagenrooier, transport in kipwagens en
geventileerde bewaring in de gebouwen. De oudere
rooi- en opslagmethoden zijn de laatste jaren
sterk in omvang afgenomen. Het aantal zakken-
rooiers is tot enkele gereduceerd en de rooiers met
verzamelbak zijn er in onze streek bij de aard
appelen (anders dan bij de bieten) tot nu toe niet
ingegaan. Bij de huidige bunkerinhoud past dit
type rooier meestal niet bij de perceelslengte.
Bovendien heeft het gezamenlijk rooien zodanig
ingang gevonden dat men ook met een wagen
rooier (nog) voldoende mensen heeft om het ge
heel rond te zetten. Wordt de inhoud van de ver
zamelbak beter bij de perceelslengte aangepast
(dat is altijd nog gemakkelijker dan omgekeerd)
en het aantal mensen nog geringer, dan is wat
meer belangstelling voor dit type rooier niet on
mogelijk.
Als zelflossende wagen is in onze streek alge
meen de kipwagen gekozen. Voor het aardappel
transport houdt dit in dat voor lossen en ook na-
reinigen meest met opvangbakken wordt gewerkt.
Een wel eens wat dure maar arbeidsorganisato-
risch goede oplossing.
Dat het najaar weer voor de deur staat bewijst
het feit dat volgende week de bietenlevering be
gint. Verder is men in de zware polders al bezig
met het zaai- en wintervoorploegen. Het belang
van tijdig en goed ploegen wordt nog steeds meer
onder- dan overschat. Op grond die toch niet dicht-
slempt is er niets tegen om in september al te
beginnen met het wintervoren. Niet voor niets
neemt in diverse gézegden over het boerenwerk
de ploeg een belangrijke plaats in. Een minder
goede najaarsgrondbewerking is meestal duidelijk
in de stand van het volgende gewas terug te vin
den. In dit verband is het wel wat teleurstellend
dat de regionale ploegwedstrijd wegens gebrek
aan belangstelling niet door kon gaan. De drukte
op het land werkte niet direkt mee, maar een
paar honderd trekkerchauffeurs, die jaarlijks hun
oppervlakte moeten ploegen en 4 opgaven voor de
wedstrijd, getuigt toch niet van veel belangstel
ling. Dit is jammer omdat de wedstrijden vaak
instruktief zijn en het wedstrijdelement de kwali
teit van het geleverde werk ten goede zou kun
nen komen.
