EEN PRAATJE
BONENPLUK-
MACHINE
OVER DE
Niet alleen in de landbouw, maar ook in de tuinbouw is het mogelijk ge
bleken, door technische vindingen en resultaten van wetenschappelijk onder
zoek bepaalde teelten sterk te mechaniseren. Het gevolg is dat een aantal
teelten van het tuinbouwbedrijf gaat verdwijnen naar het grotere akkerbouw
bedrijf. Voorbeelden daarvan zijn uien, spinazie en erwten.
Een sterk voorbeeld van de laatste jaren is de stamslabonenteelt. De bonen-
plukmachine maakt het mogelijk om van dit produkt groter oppervlakten te
verbouwen tegen een lage kostprijs.
Na ervaringen van enkele jaren zijn er nu bonenplukmachines die de
kinderziekten te boven zijn en die goed voldoen. In ons land is het vooral
in West-Noordbrabant waar veel bomen met de machine worden geplukt.
On de» van links naar rechts:
Plukhaspel.
Achterzijde machine.
De Ploegermachine aan het werk.
Bij de foto's
Boven: Het produkt ziet er goed uit.
DE EERSTE ERVARINGEN
In Amerika werkt men al jaren met bonenpluk
machines. In 1956 werd in Nederland de Chisholm
Ryder, een Amerikaanse machine, beproefd. Het
werd geen succes In 1957 construeerde de machine
fabriek Ter Borg en Mensinga te Appingedam de
Borga plukmachine. Aanvankelijk voldeed deze ma
chine niet. Na wat jaren experimenteren kwam deze
fabriek in 1963 met een machine die beter voldeed.
In 1961 begon de heer Ploeger uit Oudenbosch
te werken met een door zijn onderhoudsmonteur, de
heer Bartels, ontwikkelde machine. Na wat ver
beteringen voldoet deze machine goed.
Andere in ons land beproefde machines zijn: de
Paulson, de Mather en Platt, de Herbort en de
Howard.
WESTBRABANTSE ERVARINGEN
De heer Ploeger te Oudenbosch contracteert jaar
lijks in Westbrabant grote oppervlakten stamsla-
bonen voor de verwerkende industrie. Het oogsten
daarvan is vaak een probleem. Ieder jaar wordt het
moeilijker om voldoende hulpkrachten te krijgen
om de bonen op tijd te plukken. Dit met de kans
op kwaliteitsverlies.
Dit probleem is nu opgelost door het constru
eren van een eenvoudige machine die na 5 jaar
gebruik, waarin wat veranderingen zijn aange
bracht, goed voldoet. De heer Ploeger heeft nu 10
van dergelijke machines in Westbrabant in gebruik.
De bonen gaan meteen van het land naar de fabriek.
Deze machines zijn uitgevoerd naar Frankrijk,
Duitsland, België, Zwitserland, enz.
DE MACHINE
Deze Ploegermachine bestaat uit een plukhaspel
met een brede band die bonen en blad omhoog
voert. In de kop van de machine worden de bonen
gereinigd, waarna ze worden opgevangen in zakken.
De machine neemt 1 rij gelijk mee. Momenteel werkt
men aan een 2-rijige machine.
Het gewicht is 1000 kg. De machine wordt ge
trokken door een trekker van 30 a 35 pk met een
doordraaiende aftakas. De verkoopprijs van de ma
chine is plm. 16.000,
De capaciteit bedraagt ongeveer 1 ha per dag,
overeenkomende met de plukprestatie van 60 hand
plukkers.
De grootste capaciteit wordt bereikt in percelen
bestaande uit grote blokken met lange rijen en
weinig onkruid. In de fabriek vindt nog een na-
reiniging plaats.
Met de beschadiging van de bonen valt het erg
mee. Vooral omdat dit produkt snel wordt verwerkt,
is enige beschadiging niet bezwaarlijk. Het pluk-
verlies is erg gering.
Omdat we hier te maken hebben met éénmalige
pluk, probeert men op selectiebedrijven rassen te
winnen die zich hiervoor nog beter lenen dan de
huidige rassen.
CONCLUSIE
Technische vindingen en resultaten van het we
tenschappelijk onderzoek maken het mogelijk, be
paalde teelten voor een deel te mechaniseren.
De arbeidsschaarste en de stijgende loonkosten
maken dit steeds meer nodig. In dit verband zijn
de resultaten met de bonenplukmachine bevredi
gend. Het gevolg zal zijn dat bij deze teelt de han
denarbeid steeds meer vervangen zal worden door
machinale arbeid.
Een groot gedeelte van de stamslabonenteelt zal
daardoor verdwijnen naar het grotere bedrijf.
Rijkstuinbouwconsulentschap
B. BAIJENSE.
„Goes"