Enkele aktualiteiten
Vorstschade in de fruitteelt
Deze week o.m
5
VRIJDAG 22 APRIL 1960
54e Jaargang No. 2826
Officieel orgaan van de Muatschappij tot bevordering van land enTuinbouw en Veeteelt in /celand
Ons commentaar
Vorst in oostelijk deel van Zeeland
Frank»-ring bij abonnementTerneuzeo
\A/AT de afgelopen tijd natuurlijk in het middelpunt van de
belangstelling stond was het weer. We schrijven dit in
verleden tijd, want we hopen dat wanneer u aan het lezen van dit
nummer toe bent, er weer werkbare dagen zijn. ledereen wacht
op de lente, maar voor boer en tuinder geeft het uitblijven hier
van toch wel bijzondere moeilijkheden. Het wordt wederom laat
en zo langzamerhand zeer laat dit jaar en het werk gaat (als het
gaat) met horten en stoten. De verschillen in den lande zijn groot.
Er zijn grote delen waar tot nu toe praktisch nog niets is gedaan.
Ook in onze provincie is er groot verschil in de vordering van het
werk. De indruk is dat in West Zeeuws-Vlaanderen het meest is
gebeurd. Een schatting over de gehele provincie dat we gemid
deld voor de helft klaar zijn lijkt ons niet ver bezijden de waarheid.
Ook op landbouwpolitiek gebied is het geen strak blauwe voor
jaarslucht. Nu we dit schrijven weten we niet hoe de barometer in
de Eerste Kamer stond toen deze week de landbouw aan de orde
kwam, maar ongetwijfeld hebben vele van de problemen die ons
bezighouden ook de aandacht in 's Landsvergaderzaal getrokken.
De discussie met de overheid over het subsidiebeleid en de
belastingpolitiek zal ongetwijfeld in een nieuw stadium komen nu
de E.E.G. een rapport heeft gepubliceerd over het subsidiebeleid
in de zes landen. Het rapport is een inventarisatie van dat wat de
overheden van deze landen zelf hebben opgegeven. Het omvat
bovendien alleen die maatregelen die een aanwijsbare subsidie
van een produkt geven. De lijst omvat toch maar liefst 500 rege
lingen. De verdere gang van zaken naar aanleiding van dit rapport,
waar we al zo lang op hebben moeten wachten, lijkt ons duidelijk.
De Minister probeert op korte termijn, wat hij bij de E.E.G.-part
ners afgeschaft kan krijgen en handelt verder in eigen land, con
sequent naar deze uitspraak.
Tenslotte nog iets over de nieuwe verschijning op organisato
risch gebied. De reeds enige tijd op handen zijnde totstandkoming
van een Nederlandse Raad voor Land- en Tuinbouw lijkt nu n.l.
toch in vastere banen te komen. Een dergelijke Raad is al een vrij
oude gedachte en werd, menen wij, jaren geleden op een Land-
huishoudkundig congres door de heren Geuze en Luitjens voor
het eerst naar voren gebracht.
In deze Raad zal een samenwerking tussen de drie Centrale
Landbouworganisaties en landelijk werkende of overkoepelende
coöperaties gestalte krijgen. Via het K.N.L.C. zijn ook wij dus bij
deze Raad, zij het indirekt, betrokken. De bedoeling van deze
Raad is overleg te plegen over de gezamenlijke problemen en
om ook daar waar mogelijk is tesamen op te treden, indien de
algemene land- en tuinbouwbelangen dit vragen.
Nu kan men naar aanleiding van de totstandkoming van een
dergelijke Raad natuurlijk de verzuchting slaken: weer wat erbij.
Dat is een begrijpelijke reactie en er mag ook ons inziens best
eens gedacht worden aan wat eraf kan.
(Zie verder pag. 3.)
Het overleg over de C. A. O.'s Land- en Tuinbouw
1966'67 en onderbreking losse arbeiders bij
pag
3
Bestrijding kleinhoefblad en praktische wenken
voor vlastelers in verband met het late zaaien
pag.
Op de K. N. L. C.-pagina over het E. E. G.-sub-
pag
7
Schaftlokalen in de land- en tuinbouw
Pag.
De afzet van consumptie-aardappelen in het Z. W.
pag.
11
„Voor de vrouw" en „Plattelandsjeugd" pag.
17 Ml
18
Vooral op Tholen is plaatselijk veel perebloesem bevroren.
IN de nacht van 13 op 14 april j.l. heeft het plaatselijk flink gevroren, voornamelijk in Oost
Zuid-Beveland, in Oost Zeeuws-Vlaanderen en op Tholen. De temperatuur daalde tot 3
a 4 graden onder het vriespunt, zodat het ijs op de plassen lag.
In de westelijke helft van de provincie is voorzover we weten de temperatuur nauwelijks
onder nul geweest.
In de oostelijke helft is echter een groot deel van de fruitbloesem in de knop bevroren. Na
tuurlijk in de eerste plaats de peren, omdat die bijna in bloei stonden. Bij rassen als Lucas,
Bonne Louise en Triomphe moet men soms zoeken naar een gave bloem, terwijl ook de Con
ference zwaar geteisterd is. Daarentegen heeft de Hardy opmerkelijk weinig geleden.
Mede omdat veel bomen toch al matig met bloemknoppen waren bezet, moet gevreesd
worden voor een flinke oogstreductie bij bepaalde rassen.
Velen zijn van plan met gibberellazuur te spuiten op de bevroren bloesem, om daardoor
kunstmatige vruchtzetting te forceren. In Limburg is deze bespuiting al direct door middel
van de telefonische waarschuwingsdienst algemeen geadviseerd. Zo hoopt men de oogst nog
te redden. De vruchten hebben dan geen pitten en zijn slanker van vorm, maar als het lukt
kan men nog een tamelijke produktie krijgen. Er wordt gespoten als de eerste bloemen open
zijn, nog vóór volle bloei.
OOK KLEINE APPELKNOPJES BEVROREN
Aanvankelijk werd in Zeeland nog niet gedacht aan nadeel bij de appels. De bloemknop
pen waren nog zo klein, dat men meende dat die nog wel buiten schot waren gebleven.
Bij controle bleek echter dat ook veel appelbloesem is bevroren. Van de veel voorkomend®
rassen moesten vooral Stark Earliest, Winston, Jonathan en Golden Delicious het ontgelden.
Elders noemt men ook Goudreinette en Yellow.
(Zie verder pag. 3.)