UIT DE PRAKTIJK
APRIL - DOET WAT HIJ WIL
Ook op Walcheren wens niet in vervulling
Zuid-Beveland - weinig gevorderd
Noordbevelandse opkomst
gewassen goed
Denk aan de geleidelijke
overgang voor het vee van
stal naar wei
HET verhaal wordt eentonig en een beetje melancholiek, want de boer
stapt iedere dag dat de aprilmaand vordert met een beetje beteuterd
en tevens teleurgesteld gezicht zijn bedrijf iA, om te kijken of het moge
lijk is de reeds gedeeltelijk zaaiklaar gemaakte akkers opnieuw te bewer
ken en te zaaien. Doch iedere keer weer moet hij ervaren dat het niet
meevalt en als zijn blikken dan de sombere wolkenpartijen aan de hori
zon ontwaren, welnu dan vervliegt iedere hoop om spoedig aan de starter
van de tractor te trekken om te kunnen beginnen. Met zijn handen diep
in zijn broekzakken en een somber gemoed stapt hij dan maar terug naar
zijn boerderij en laat zijn personeel de trekker, de wagen of de andere
werktuigen nog maar eens schoonmaken en nazien of zoekt andere „kluts-
karweitjes" op, waardoor er nog iets van de zoveel „drie gulden zoveel" per
uur terug verdiend kan worden.
De in deze tijd van het jaar, wanneer de tijd van het zaaien en poten
reeds ruimschoots is aangebroken, onrustige boer stapt in zijn auto en kijkt
dan of zijn collega's er net zo overdenken als hij. Onderweg worden de
problemen en de mogelijkheden nog eens met „lotgenoten" besproken en
dan komt de zon door.
Dan duurt het niet lang of de „meest felle" gaat van start. Het valt
nog wel niet mee, maar hij kan van het eind en optimist als hij onder
deze omstandigheden is, denkt hij dat het nu wel droogzal blijven en
dan kan er morgen gezaaid worden.
De collega's kunnen het nu ook niet meer binnen houden en ook zij
volgen. Maarde andere morgen moeten zij opnieuw ervaren dat
hun optimisme te vroeg is en gelaten wacht men weer af tot zon en wind
opnieuw uitnodigen om de akkers te bewerken.
AL met al echter is er zodoende nog weinig
gezaaid op onze schiereilanden, eigenlijk vrij
wel niets meer dan toen we ons vorig artikel
schreven. Wij hopen nu maar dat, wanneer deze
bijdrage door U gelezen wordt, het Zeeuws Land
en Tuinbouwblad al enkele dagen op U lag te
wachten, omdat U het te druk had om Uw lijf
blad te lezen.
Nu althans hebben we op THOLEN EN ST. PHI-
LIPSLAND nog tijd om de altijd boeiende raads-
verslagen van St. Philipsland te lezen, waarin de
meningen nogal eens ver uit elkaar liggen, wan
neer het gaat om subsidies voor culturele instel
lingen, recreatieve voorzieningen e.d. Juist daarom
te meer viel het ons op dat de raad dit keer
eensgezind tegen het waterschap ten strijde trok
nu men van die zijde de dijkrecreatie in verant-
DE wens van vele kollega's op Walcheren om
vóór de Paasdagen met de inzaai van de
meeste percelen klaar te zijn is niet in vervul
ling gegaan. Een aantal bedrijven zijn een flink
eind gevorderd, maar het gros van de bedrijven
is nog niet zo ver. De regenval, hoewel niet van
grote betekenis varieerde van streek tot streek
binnen ons gebied, zodat men in de ene streek
nog verder gevorderd is dan in de andere streek.
Door de zachte regen had de struktuur van de
grond niet te lijden, integendeel de bewerkbaar
heid werd nog eerder beter. Daar het echter ook
weinig zonnig en drogend was stagneerde het
werk toch verschillende dagen.
Voor hetgeen reeds gezaaid is, is het gunstig
zowel wat de kiemingsvoorwaarden betreft (vocht
en temperatuur) als de te verwachten resultaten
van de chemische onkruidbestrijding met bodem-
herbiciden in bieten, erwten en uien. Sukses is
vrijwel verzekerd.
Tijdens het zachte weer is veel vee in de wei
gebracht. Het grasbestand is goed en bij aanhou
dend gunstig weer mag een zeer goede grasgroei
worden verwacht. Door een juiste beweidings-
teehniek en het tijdig maaien voor kuil en later
IV/EER zijn we 14 dagen verder en nog is de voorjaarsinzaai maar weinig gevorderd. De hoe-
veelheid neerslag in de maand maart is met rond de 60 mm ongeveer normaal geweest,
maar iedere keer was het toch weer te veel om in het land wat te kunnen doen. De eerste percelen
zomertarwe en zomergerst staan al boven, ook het eerste vlas en de eerste erwten komen reeds
voor de dag. Ook is dit het geval met de allereerst gezaaide suikerbieten.
Hoeveel er voor de Paasdagen precies gezaaid en gepoot is, is moeilijk te schatten per polder
en per bedrijf is er een zeer grote variatie hooguit is dit 40 Voor de suikerbieten is dit hoog
stens 12 a 15 Zo wordt het toch wel een laat voorjaar.
Dat straks niet alleen de gewassen gezaaid moeten worden is nog niet zo erg, maar belangrijker
is, dat bovendien op vele bedrijven dan ook nog de kunstmest gestrooid moet worden. Het gebruik
van samengestelde meststoffen wordt in zo'n voorjaar dan wel wat meer aantrekkelijk. Het uit
strooien soms in meerdere keren van enkelvoudige of het zelf mengen en daarna uitstrooien
vraagt dan extra tijd.
In Zuid-Beveland zijn op verschillende percelen proeven genomen met het injecteren van vloei
bare ammoniak (NHz). Het toedieningsapparaat hiervan weegt vrij veel en het blijkt wel dat de grond
voldoende droog moet zijn om dit te kunnen verdragen. De periode om met succes NH3 toe te kun
nen dienen is dan ook sterk afhankelijk van de tijd die beschikbaar is tussen het moment dat de
grond voldoende berijdbaar is en het moment dat het gewas gezaaid zal worden. Op verschillende
percelen zal deze periode dan ook vrij beperkt zijn.
De wintertarwe begint reeds flink te groeien, ook is duidelijk te zien dat op de meeste percelen
de stikstof flink zijn werk doet.
Er loopt al heel wat jongvee buiten, juist voor de paasdagen heeft men om van het werk af te
zijn er heel wat naar buiten gebracht. Jammer is het wel dat hier en daar nog graslanden voorkomen
waarbij verondersteld kan worden dat deze nog geen N hebben gehad.
Bij het aflezen van de grote hoeveelheid neerslag 12 mm) na de tweede paasdag zakt de
moed om snel te beginnen ons weer in de schoenen. Het uitrijden is hierdoor wéér enkele dagen
uitgesteld. Het gaat nu toch voor verschillende gewassen toch wel de hoogste tijd worden dat we
een kans krijgen om ze aan de grond toe te kunnen vertrouwen.
woorde „goede" banen wilde leiden.
Uit de discussie in de raad en op de perscon
ferentie die het waterschap gaf kon men duide
lijk constateren dat deze dijkrecreatie bijzonder
moeilijk op de juiste wijze geregeld kan worden.
De belangen zijn n.l. heel erg tegenstrijdig, de
exploitant van de dijk wil onvertrapt gras, het
waterschap moet waken voor de schade en de
argeloze hengelaar, met zijn gezin „zonnebaden"
wil het zich graag zo gemakkelijk en plesant mo
gelijk maken en haalt stenen uit de glooiing om
zijn hengelstok vast te zetten en prikt zijn harin
gen in de dijk om zijn tent te verankeren. Het
zoeken naar de gulden-midden-weg en het geven
van een goede voorlichting aan beide partijen
kunnen hier hopelijk tot het gewenste resultaat
leiden.
voor hooi moet er naar gestreefd worden in het
beweidingssysteem de zogenaamde groeitrappen
te krijgen. Het vee beschikt dan steeds over jong
mals gras, wat. de prduktio tengoede komt, terwijl
de kwaliteit van de zode er door wordt verbeterd.
Aan de leden van de Ver. voor Bedrijfsvoor
lichting is weer een handig boekje verzonden han
delende over plantenziekten- en chemische on
kruidbestrijding in diverse gewassen. De komende
maanden kan dit boekje van groot nut zijn ten
einde de diverse mogelijkheden van bestrijding
na te gaan. Een tabel met de prijs van de diverse
bestrijdingsmiddelen geeft informatie over de kos
ten van de aanwending van deze middelen.
Het is dan ook gewenst dit boekje zuinig te
bewaren, zodat het indien nodig geraadpleegd kan
worden.
Ook de gele waarschuwingskaarten zijn en zul
len weer worden toegezonden op de meest ge
schikte tijd. De ontvangst van een dergelijke kaart
is het sein om het betreffende gewas te kontro-
leren op het voorkomen van een eventuele aan
tasting, of het juiste stadium waarin het verkeert
in verband met een chemische onkruidbestrijding.
ZN de achter ons liggende twee weken heeft
men op NOORD-BEVELAND maar onge
veer twee dagen in het land kunnen werken. Het
zaaiwerk is dus veel minder ver dan we hadden
gehoopt. Nog bijna alle aardappelen en zeker de
helft van de bieten moeten momenteel (maandag)
nog aan de grond worden toevertrouwd. Voor de
aardappelen hoeft een wat latere poottijd nog niet
direkt schadelijk te zijn, maar vooral voor de bie
ten is het jammer omdat toch duidelijk is bewe
zen dat dit gewas half april gezaaid gemiddeld
minder opbrengst geeft dan gezaaid in de laatste
helft van maart. Bij onze traditionele werkmetho
den hadden we de bieten graag wat gespreid i.v.m.
de arbeidsverdeling. Nu tillen we aan dit punt
minder zwaar. In de eerste plaats is het precies
op tijd dunnen bij precisiezaai minder nodig en in
de tweede plaats is met een bietendunner ook een
behoorlijke werkspreiding mogelijk.
Naast chemische onkruidbestrijding zullen we
deze bietendunner wel wat anders moeten gebrui
ken dan we zonder onkruidbespuiting gewend wa
ren n.l. meer als BIETENDUNNER en minder als
RIJENWIEDER. Het gebruik als RIJENW1EDER,
waarvoor dit werktuig jaren geleden mede is ge
ïntroduceerd, hield in dat we zo vroeg mogelijk
begonnen en dan in meerdere bewerkingen met
pennen of kleine mesjes de bietenrij uitkamden
om er wat bieten uit te slaan en onkruid te vernie
tigen. Naast een geslaagde chemische onkruidbe
strijding behoeven we alleen maar de overtol
lige bieten op te ruimen. Dit betekend dat we, na
meting met een tellat de bieten in één of hoog
stens twee bewerkingen brengen op de stand waar
we ze op dat moment willen hebben. We kunnen
hiermee dus gerust wachten tot de stand goed is
te beoordelen en verder met een meer of minder
breed mesje (om toch de gewenste rustige slag
van de dunner te houden) deze bewerking uit
voeren.
Het ziet er naar uit dat de opkomst van de
vroeg gezaaide gewassen goed zal zijn. De eerste
rijtjes zomertarwe, gerst, vlas en erwten zijn al
mooi te zien. Het weer was ook gunstig voor de
vroeg gespoten bodemherbiciden tegen het on
kruid in bieten en erwten. Regen of zon het is
dus in de landbouw altijd wel ergens goed voor.
OP SCHOUWEN-DUIVELAND waren de werk
zaamheden met Pasen nog niet ver gevor
derd. De verscheidenheid van grond hier geeft
uiteraard grote verschillen. Er zijn bedrijven waar
men al aardig opgeschoten is, maar daarnaast zyn
er ook die met Pasen nog niets gezaaid of gepoot
hadden. Vooral is dit 't geval in Schouwen. Van de
zomergranen moest nog wel de helft gezaaid wor
den. Van 't vlas was ongeveer de helft gezaaid.
Van de uien, erwten moest nog wel 80 gezaaid
worden. Van de suikerbieten was nog geen 5
gezaaid, en van de aardappels was nog geen 5
gepoot.
Ook het DNOC-spuiten op wintertarwe was niet
klaargekomen, hoewel 't maar enkele percelen be
trof waar de spuitkar niet op kon. Ook waren
er nog enkele percelen wintertarwe die nog geen
N. ontvangen hadden. Waar wel vroeg gezaaid is
dient men er al rekening mee te houden, dat de
jonge planton in 't begin van de groeiperiode be
laagd kunnen worden door allerlei insecten en
ook door ziekten. Geregelde controle is nodig. Be
denk wel dat de belagers erg klein zijn en moei
lijk te ontdekken, maar dat de gevolgen groot kun
nen zijn. Voor de veehouders zal spoedig (dit is
te hopen) de dag weer aanbreken, dat het vee
de stal kan verlaten. Vóór 't echter zover is (hier
en daar ziet men naast jongvee ook al melkvee
enkel overdag buiten) dient men de nodige ver
zorging in acht te nemen. Aandacht aan weide-
installatie, doorloopmelkstal of -wagens enz.
De gevreesde kopziekte maakt ieder jaar weer
slachtoffers onder de melkveestapel. Tracht alles
in 't werk te stellen om dit te voorkomen. Eén
van de middelen hiervoor is 't voeren van anti-
kopziektekoek. Dit geeft wel eens moeilijkheden
en dan is menging van deze koek door 't andere
voer een oplossing.
Een geleidelijke overgang van stal naar weide
helpt eveneens de kopziekte voorkomen. Indien
mogelijk dan moeten de dieren de eerste 14 dagen
's nachts opgestald worden en bijgevoerd met hooi
of pulp. Bedenk steeds dat voorkomen beter is
dan genezen.