Een baan bij het onderwijs DE eigenlijke opleiding begint in de 2e klasse met een aantal grondleggende vakken, n.l. de mi crobiologie, de organische chemie van vetten, ei witten en koolhydraten, de physische en colloid chemie, bedrijfseconomie en de eerste beginselen van de bedrijfsorganisatie (n.l. bedrijfspsychologie). DE kosten van deze studie bedragen aan cursus geld 80,per jaar (met uitzondering van het praktische jaar). Rijks Hogere Landbouw-Technologische School te Bolsward 21 Er zijn veel mogelijkheden, die zeker uiterlijk sterk uiteenlopenmaar die toch in wezen een gemeenschappelijk element in zich dragen, n.l. het vormen van MENSEN! Een kleuterleidster wijst de hummels van 4 en 5 jaar de weg in hun kleuter- wereldje en legt daardoor, samen met de ouders, de grondslag voor een mensen leven, waarvan het welslagen, zoals de moderne opvattingen aantonen, in niet geringe mate afhankelijk is juist van de eerste levensjaren. Wat is het een dankbare taak niet alleen maar het a b c te leren, aan kinderen van de lagere school, maar ook bij te dragen tot de ontplooiing- van hun persoonlijkheid, die in deze levensperiode duidelijker wordt? In nog sterkere mate zal het werk op die mensvorming zijn gericht, als men leiding mag geven aan jonge mensen, die zich in de jaren na de lagere school direct voorbereiden voor het leven als volwassene, zich gaan instellen op hun toekomstige taak in de maatschappij. MENSEN VORMEN Inderdaad, dit is in het diepste wezen activiteit van een ieder, die in het onderwijs werkzaam is. Welk een prachttaak voor de mens, welk een belangrijke arbeid voor de maatschappij. Op welk niveau je ook in het onderwijs werkzaam bent, steeds blijft men in aanraking met de wereld van een jongere generatie hetzij met de ongerepte wereld van het kind, hetzij met die van de jongen en het meisje, die zich zelf ontdekken en hun plannen en idealen in de toekomst projecteren. Men is voortdurend in contact met de wereld van bewondering, van verwondering, van het zich voortdurend ver bazen. Hierboven werd vooral de nadruk gelegd op de betekenis, die een onderwijsfunctie persoonlijk kan hebben. Daarnaast staat de belangrijke maatschappelijke waarde van het werk. Door namelijk aandeel te leveren in het vormen van harmonieuze mensen, die behoorlijk zijn toegerust voor de taken, die de samenleving straks eist, werkt men tevens mede aan het gestalte geven aan de maatschappij van morgen, waarin men zelf zal leven. O zeker, bij het uitstippelen van een carrière komt een baan bij het onderwijs dikwijls niet op de eerste plaats. Misschien is dat het gevolg van het feit, dat jonge mensen te weinig afstand kunnen nemen van de wereld, waarin ze zich zelf nog bevinden. Zij vertalen het, bij het onderwijs zijn vaak meteen in „schoolfrik of schooljuffrouw worden". En dan is hun plezier er af. Als je je echter eens rustig bezint op zulk een taak, zal men bemerken, dat dit werk, gezien in het juiste perspectief, veel voldoening kan schenken en voor de maatschappij van het allerhoogste belang is. Een beroep mag echter niet uitsluitend naar zijn materiële kant worden beoordeeld. De aantrekkelijk heid ervan is voor een zeer belangrijk deel afhankelijk van de geestelijke vrijheid, waarin je je werk kunt doen, van de kans je zelf te zijn. Een functie bij het onderwijs biedt je daartoe volop de gelegenheid. Zij opent de mogelijkheid je op velerlei gebied cultureel en maatschappelijk verdienstelijk te maken en een eervolle en invloedrijke positie in het leven in te nemen. Het beroep van opvoeder stelt daarom als eerste eis: het z\jn van een persoonlijkheid. Van de eigen persoonlijkheid uit zal de opvoeder persoonlijkheden moeten vormen; van zijn eigen mens-zijn uit moet bij mensen vormen. Men roept in ons land om ONDERWIJSVERNIEUWING Men is op zoek naar nieuwe methoden, andere wegen, betere middelen om het onderwijs zijn belang rijke rol in onze snel veranderende maatschappij te kunnen laten vervullen. Een nieuwe generatie van hen, die werken in het onderwijs, heeft de prachtige opgave vorm en gestalte te geven aan die vernieuwing. Dit zal een machtige taak worden, speciaal voor jongens en meisjes, die de zin van het onderwijzen verstaan. A. KWEEKSCHOOL VOOR ONDER WIJZERS(ESSEN) 1. De Kweekschoolopleiding Deze valt uiteen in drie leerkringen, waarvan de eerste in twee jaar tijds algemeen vormend onder wijs biedt, de tweede, eveneens gedurende twee jaar, de eigenlijke vakopleiding verzorgt, en de derde aan het geleerde in de tweede leerkring ge durende één jaar een verdere verdieping geeft. Na het volgen van de tweede leerkring volgt het schoolexamen voor de akte van bekwaamheid als onderwijzer(es)de akte geeft de bevoegdheid tot het geven van onderwijs aan een school voor ge woon lager onderwijs (G.L.O.-school) doch alleen als onderwijzer, dus niet als hoofd der school. In de derde leerkring (1 jaar) vindt een verdere studie plaats. Deze leerkring wordt afgesloten met een schoolexamen voor de akte van bekwaamheid als volledig bevoegd onderwijzer(es); bezitter is benoembaar tot onderwijzer (es) en hoofd van een school voor gewoon lager onderwijs (G.L.O.-school), van een school voor voortgezet gewoon lager onder wijs (V.G.L.O.-school), van 'n school voor uitgebreid lager onderwijs (U.L.O.) en een school voor buiten gewoon lager onderwijs (B.L.O.-school). Voor alle leerlingen worden wekelijks lessen in godsdienst aan het wettelijk leerplan toegevoegd. Aan de school zijn cursussen verbonden, die op leiden voor de lagere akten Frans, Duits, Engels, hen met een Middelbare Landbouwschool-opleiding die de z.g. schakelklas hebben gevolgd. Deze schakelklas zal met ingang van 1 septem ber 1966 aan de Hogere Landbouwscholen worden ingesteld. De leeftijd voor de toelating tot de le klasse is gesteld op 16 jaar en voor hen die tot de 2e klasse worden toegelaten op 17 jaar. Voor een volledige opleiding duurt de studie voor hen die toegelaten zijn tot de le klasse 5 jaar en voor hen, toegelaten tot de 2e klasse, 4 jaar, inclu sief het praktijkjaar. DE OPLEIDING wiskunde, lichamelijke oefening, handelskennis, handenarbeid, tekenen, nuttige handwerken voor meisjes en vrouwelijke handwerken. Ook cursussen, opleidend voor de m.o.-A akten Nederlands, Frans, Duits, Engels en wiskunde. Tevens bestaat de mogelijkheid dat cursussen worden gegeven, oplei dend voor niet-wettelijke akten, die anderszins van belang zijn voor het onderwijs. Om tot een van de vorengenoemde cursussen, opleidend voor een wettelijke bevoegdheid, te wor den toegelaten is over het algemeen vereist het bezit van de akte van bekwaamheid als onderwijzer. Voor de akten tekenen en nuttige handwerken voor meis jes is het bezit van een ulodiploma vereist en voor de akte vrouwelijke handwerken het bezit van de akte nuttige handwerken voor meisjes of de aan tekening voor dat vak, behaald bij het onderwijzers examen. Om tot een der andere cursussen te worden toe gelaten, is het bezit van de akte van bekwaamheid als onderwijzer Vereist. Voor het verkrijgen van inlichtingen over deze cursussen richte men zich tot de directeur van een kweekschool. 2. Toelatingseisen voor de kweekschool 1. Tot het eerste leerjaar van de eerste leerkring (2 jaar) kunnen zij toegelaten worden, die a. in het bezit zijn van het Mulo-diploma met wiskunde, of Daarna volgt een toepassing ervan in het vol gende leerjaar in de vakken technologie en onder zoek van levensmiddelen; tevens wordt de praktijk voorbereid, o.a. in het vak bedrijfsorganisatie. Het praktisch jaar wordt doorgebracht in 3 a 4 verschillende soorten bedrijven op het gebied van de levens- en genotmiddelenindustrie; erna volgt een afsluiting van de studie. DE KOSTEN Aan boeken, excursiegelden, kosten voor het la boratorium moet men op ongeveer 200,per jaar rekenen. Men is verder extern, d.w.z. men moet zelf voor pension zorgen, waarvoor men ongeveer 1500, per ja r moet reserveren, met uitzondering weer van het praktijkjaar, waarin men in de regel wel b. het einddiploma van een driejarige handela- dagschool of driejarige H.B.S. bezitten, of c. de eerste drie jaren van een gymnasium, van een vijf- of zesjarige H.B.S., van een M.M.S. of van een vierjarige handelsdagschool met vrucht hebben doorlopen. 2. Tot het eerste leerjaar van de tweede leerkring (2 jaar) kunnen zij toegelaten worden, die de eerste leerkring met vrucht hebben doorlopen, maar ook zij, die in het bezit zijn van: a. het einddiploma van een gymnasium, vijf- of zesjarige H.B.S., M.M.S. of van een andere daarmee gelijkgestelde onderwijsinrichting; b. het getuigschrift, verkregen na het met gun stig gevolg afgelegd staatsexamen gymnasium of H.B.S. 3. Tot de derde leerkring (1 jaar) kunnen zij toege laten worden, die in het bezit zijn van de akte van bekwaamheid als onderwijzer(es). B. OPLEIDING VOOR KLEUTERLEIDSTER 1. De opleiding Men moet onderscheid maken tussen: A. de opleiding voor de akte van bekwaamheid ais leidster; B. de opleiding voor de akte van bekwaamheid als hoofdleidster. De opleiding onder A duurt drie jaar, waarna de geslaagde kan overgaan naar de opleiding onder B, te volgen één avond, die één jaar omvat en het ge leerde verder verdiept. 2. Toelatingseisen voor de opleidingsschool A. Lejdstersopleid in g Tot het eerste leerjaar kunnen worden toe gelaten: 1. zij die in 't bezit zijn van het Mulo A of Mulo B- diploma, of van het diploma driejarige handels dagschool, of van een daarmee gelijkgesteld diploma; 2. zij, die met gunstig gevolg de eerste drie jaren van een gymnasium, H.B.S., M.M.S. of van een vierjarige handelsdagschool hebben doorlopen; 3. zij, die met gunstig gevolg een hiervoor ingesteld toelatingsexamen of staatsexamen hebben afge legd. Tot het tweede leerjaar kunnen worden toege laten: 1. zij, die in het bezit zijn van het einddiploma van een gymnasium, H.B.S., M.M.S. of van een daar mee gelijkgesteld diploma. B. Hoofdleidstersopleiding Tot deze opleiding kunnen zij worden toegelaten, die in het bezit zijn van de akte van bekwaamheid als leidster. ALGEMEEN Er zijn geen leeftijdsbeperkingen gesteld. Veel leerlingen uit Zeeuws-Vlaanderen, Tholen en Schouwen-Duiveland hebben in Middelburg een pension. Daar blijven ze meest van maandag tot vrijdag. Zaterdag wordt geen les gegeven. Aan de school is geen internaat verbonden. De studiekosten bedragen ongeveer 300,a 500,per jaar, alles inbegrepen (schoolgeld, boe ken, excursie-bijdrage enz.). In zeer veel gevallen wordt een rijksstudietoe lage verstrekt of een renteloos voorschot door de provincie. Deze toelagen variëren van ƒ400,tot ƒ1800,zodat de studiekosten voor niemand een bezwaar behoeven te zijn. Nog steeds bestaat grote vraag naar kleuterleidsters, onder wij zers(essen) en leraren. Velen worden al direkt na het behalen van de akte benoemd. Veel onderwijzers worden later leraar bij het Middelbaar onderwijs (na het behalen van M.O.-akten). zoveel verdient dat men zijn pensionkosten ten naaste bij betaald krijgt. MOGELIJKHEDEN ME! het diploma van deze school kan men een functie verwerven bij de staf van diverse be drijven, hetzij voor de dagelijkse leiding, hetzij voor de bewaking van de kosten, voor het regelmatig na gaan van de kwaliteit van het produkt of de varia ties van dit produkt, of voor het verder uitwerken van de gegevens uit het research-bedrijf in het be drijf zelf of in de proeffabriek ter verbetering van de kwaliteit of voor de ontwikkeling van nieuwe produkten. Ook worden zij wel gevraagd voor de klanten-service om na te gaan welke moeilijkheden de grootverbruiker van deze consumptie-artikelen heeft bij de verdere verwerking ter beantwoording van de vraag hoe het eigen bedrijf aan deze moei lijkheden tegemoet kan komen. Al met al bevat deze studie vele gevarieerde mogelijkheden op een gebied dat de plattelander wat meer vertrouwd in de oren klinkt dan de andere industrieën. (Vervolg van pagina 19)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1966 | | pagina 21