De landbouw in het geding Vorming en ontwikkeling m P. J. G. Deze pagina's kwamen tot stand door aktiviteit van de afdeling Goes Wedstrijden Afd. Aagtekerke Een unieke gelegenheid aangegrepen Het Centre Européen Universitaire is een insti tuut, gesticht door de Universiteit van Nancy. Het CEU is met een dubbel doel gesticht, namelijk: WEST ZEEUWS-VLAANDEREN OPGELET Zoals velen van jullie weten, is momenteel een lid van onze afdeling "Goes" in Frankrijk en wel Jaap Zandee uit Nieuwdorp. Hij volgt daar een studie aan het "Centre Européen Universitaire." Maar ondanks dat wilde Jaap heel graag meewerken aan de totstandkoming van deze "Goese" pagina. Jaaps studie duurt acht maanden, het is dus duidelijk dat hij heeft moeten "uitbreken" voor wat betreft het werk op het ouderlijk bedrijf. Allereerst heeft Jaap dan ook iets geschreven over "uitbreken"; het nut en de noodzaak. Daarna pas iets over zijn verblijf en studie op de Universiteit van Nancy. TAAK VOOR JONGE AGRARIËRS ^TEGENWOORDIG zijn er bepaalde bedrijfstakken die zich de luxe permiteren zelf landbouwbe drijven te gaan stichten en bekeren. Denk hierbij aan grootwinkelbedrijven die zogenaamde "mam- moetbedrijven" oprichten (kippen, varkens). Dit soort bedrijven kan de landbouw in aanzienlijke mate aantasten in haar onafhankelijkheid. Het probleem van de onafhankelijkheid is "in" in agrarische kringen in Nederland. Dit mede door deze nieuwe ondernemingsvormen. Wij - als agrariërs - zullen dus een antwoord moeten geven. Een oplossing moeten zoeken, voor de vragen die de landbouw als zelfstandig element in deze maatschappij in het geding brengen. Ik geloof niet dat het doorschuiven van deze problemen naar allerlei zeer wijze kommissies en of instellingen, een voor ons bevredigende oplossing geeft en dus een gezonde situatie schept. Speciaal wij, dus de jonge agrariërs, dienen met de status "jong agrariër", de verplichting op ons te nemen een oplossing hiervoor te zoeken, en dan ook werkelijk een oplossing! Zo, dat in de toe komst een bevredigend bestaan voor de agrarische sektor wordt gegarandeerd. Een plaats in de maat schappij die niet tot minderwaardigheidskomplexen hoeft te leiden. JA, ER IS EEN TAAK Wu MOETEN nu reeds studie maken, ons laten voorlichten en ons verdiepen in deze richting! Dan zijn wij als het nodig is, mede in staat onze eigen toekomst te bepalen. Een situatie waaraan nu wel eens getwijfeld wordt. Wij, jongeren, kunnen hierbij profiteren van gro te voordelen: Het onderwijs, dat ons helpt aan een niet te on derschatten basiskennis; Vele instellingen en instituten, welke ten dienste staan van de landbouw, kunnen ons gedetailleerd en gespecialiseerd inlichten; De plattelands jongeren organisaties kunnen hier in een aanzienlijke bijdrage leveren. In vele gevallen moet echter gekonstateerd wor den dat deze verworven kennis nog moet worden uitgebreid en meer aangepast aan praktijkervaring. Praktijkervaring mag op generlei wijze onderschat worden. Doch om aan bovengenoemde "verplichting" te voldoen, verdient het aanbeveling zich af te vra gen of het zich, na de school, uitsluitend beperken tot deze praktijkervaring gewenst is? EEN ANDERE KIJK Je kunt namelijk zeer moeilijk een juist beeld van iets krijgen waar je voortdurend midden in zit. Als je maar steeds zit óp en in datgene wat je "eigen" is, krijg je geen objektieve kijk op het boerenbedrijf, op het boerenbestaan en de landbouw ais geheel. Je zou jezelf dan eens in een andere om geving moeten plaatsen waarin je niet de "bescher mende" werking geniet van je boerenomgeving. Je leert dan de landbouw objektief en daardoor ook kritischer bezien. Je komt dan ook in kontakt met •ndere bedrijfstakken en je gaat Jezelf meer zien ais een onderdeel van de maatschappij. Zo zou je bijvoorbeeld in kontakt kunnen komen met het eer der genoemde grootwinkelbedrijf, dat de weg van Sommige produkten, van begin tot eind, dus van produktie tot in de boodschappentas van de huis vrouw beheerst. Dit is de vertikale konsentratie: een verkoop organisatie die zich gaat bemoeien met, of toe leggen op, de aan verkoop voorafgaande produktie, be- en verwerking van sommige produkten. KAN HET NIET ANDERSOM? MAAR WAAROM zou dit niet te realiseren zijn vanuit de landbouw? Er zouden dan dus een groep producenten (boeren) moeten zijn die, geza menlijk hun produkt, na de verbouw, be- en ver werken, dus geheel gereed maken voor konsumptie! Bijvoorbeeld aardappelen tot chips, voorgebakken frites, e.d. En dan misschien later óók nog zorg dragen voor een gezamenlijke afzet via vaste kon trakten. Dan kunnen de boeren dus de winstmarges, die nu vooral bij de kleinhandelaren soms schrik barend hoog zijn, beheersen en binnen voor produ cent en konsument redelijke perken houden of zelfs in eigen zak steken. Dit is één voorbeeld, maar het is duidelijk dat dit systeem in feite welhaast onuitputtelijke moge lijkheden in zich heeft. Maar men ziet blijkbaar in het algemeen nog niet de noodzaak en de moge lijkheden hiervan in! Het is nu juist de aanraking mét die andere be drijfstakken die ons die objektieve kijk op de land bouw verschaft en daardoor ons de impulsen kan geven die wij toch nodig hebben. We moeten dan echter naast zorgen voor gelijkmatig hoogwaardige kwaliteitsprodukten, volledig afstand kunnen doen van de traditionele afzetmethodes in de landbouw. TIJDELIJK AFSTAND NEMEN JJIERVOOR zijn tegenwoordig gelukkig tal van mogelijkheden: Volkshogescholen; En dan speciaal cursussen met een vertegenwoordiging uit meerdere bedrijfs takken; Stages; Een serie stages op andere bedrijven kan een veel bredere kijk en kennis van zaken be werkstelligen; Topkaderkursus; Een prachtige kursus van het gezamenlijk agrarisch bedrijfsleven in zuidwest Nederland; Onze P J G kan zeer zeker een waardevol bezit blijken in dit verband; hoewel de vrijheid van de leden hier wel eens ten koste van het resul taat kan gaan (de goede afdelingen niet te na gesproken); Tenslotte zijn er wel eens buitenkansjes die je altijd aan moet grijpen, zoals kongressen in bin nen- of buitenland, speciale kursussen, studies, studiereizen, studiegroepen en dergelijke. De afdeling Aagtekerke organiseert op zaterdag 30 april a.s. een trekkerbehendigheidswedstrijd op het Dorpsplein. Aanvang 13.30 uur. Tevens houdt de afdeling weer een bietenzaalwed- strljd (ook voederbieten). Opgave voor beide wedstrijden vóór 15 april bij Jo de Visser, Krommeweg 4, Domburg, tel. 01188280, waar ook het inleggeld ad. 2,50 per wedstrijd moet worden betaald. Ook leden van de Z. L. M. of medewerkers kunnen aan de wedstrijden deelnemen. JAAP ZANDEE, de nieuwe voorzitter van de P JG - Zeeland verblijft momenteel te Nancy. Hij studeert daar op uitnodiging van het KNLC aan het Centre Européen Universitaire. le. De studie, vanaf een bepaald niveau op een andere school bereikt, voort te zetten in een bepaalde richting; 2e. Het traditionele nationale kader doorbreken door een internationale bezetting. JJEZE studie heeft vier studierichtingen: Letter kunde, juridisch sociale wetenschappen, eco nomie en politiek. Het te bestuderen onderwerp staat jaarlijks in het teken van de Europese eenwording en verandert jaarlijks, al naar gelang van de aktualiteit van een bepaald probleem. Dit jaar is dit voor het "département" letter kunde: de situatie van de Europese literatuur en voor de volgende "départements" respektievelijk: de juridisch-ekonomische aspekten van de Europese landbouwstruktuur, de economische aspekten van de Europese landbouwstruktuur en de ontwikkeling van de demokratie in Europa. Elke studierichting staat onder leiding van een professor van de Universiteit van Nancy. Vele gast- kolleges worden gegeven door professoren van an dere Universiteiten en ook zelfs uit andere landen (bijv. België, Duitsland, Polen, Joegoslavië en ook Nederland). Speciaal dit maakt deze studie zo in teressant. Door het feit dat de landbouw centraal gesteld werd in twee départements van het Centre, werd Nederland in de gelegenheid gesteld drie landbouw- afgevaardigden te sturen. Deze afgevaardigden zijn via het internationale sekretariaat van de 3 CL O's gekozen uit de 3 Hogere Landbouwscholen van res pektievelijk het KNLC, de CBTB en de KN B TB. De direkteur van de HLS van het KNLC heeft mij toen kandidaat gesteld voor afvaardiging naar Nancy. Alvorens aan de toelatingseisen te voldoen moesten wij eerst een examen afleggen aan de kulturele dienst van de Franse Ambassade. fO togen wij gedriën, verzuild en wel, naar Nancy. Daar ontmoetten we vele nationaliteiten, waar uit bleek dat het werkelijk een "Europees Centrum" was. Duitsland had vijf afgevaardigden, België een, Bulgarije een, Spanje twee, Finland een, Frankrijk vijf, Griekenland twee, Italië drie, Noorwegen een, Nederland zes, Polen drie, Portugal twee, Zwitser land 'twee, Tsjecho-Slowakije zes, Joego-Slavië vijf, Turkije drie, bovendien van buiten Europa, Bra zilië een, Formosa een, U.S.A. een. Met dit gezel schap zijn we eerst begonnen gedurende een maand een kursus Frans te volgen. Daarna het eerste se mester (tot 26 februari) waarin we alle vier de stu dierichtingen moesten volgen. Daarna een drie-daags examen (23-26 februari). Als dat goed afloopt, gaan we door in de door ons gekozen studierichting. Voor de 3 landbouwafge- vaardigden uit Holland is dit "economie". Dan volgt dus het tweede semester. Tijdens dit tweede semester is het onder meer de bedoeling dat ieder een bepaald onderwerp spe ciaal bestudeert en hiervan een skriptie maakt. In juni zal dan ook het tweede semester geëindigd zijn, en daarmee deze stage in Nancy. Wat blijft is echter een kennis van andere na tionaliteiten, hun zienswijze en hun meningen over de bestudeerde onderwerpen. Ook is mjj op deze manier de kans geboden om in deze omgeving de landbouw in z'n geheel te bezien, zelfs op Europees niveau. Dit is enerzijds zeer leerzaam; doch anderzijds stelt het de vraag: zjjn de landbouwers zelf wel voldoende bezig met de problemen, die de landbouwstruktuur treffen! Of laat hjj het over aan een ander? Een vraag waarover vooral de jonge agrariër volgens mjj dient na te denken. De streek West Zeeuws-Vlaanderen houdt op 23 april te Oostburg haar jaarlijkse kontaktavond en op 21 mei, eveneens te Oostburg het lentebal. Een volledig programma zal nog worden bekend gemaakt.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1966 | | pagina 26