C.L.O.-Studiedagen op woensdag 9 en donderdag 10 februari
as
Notulen Algemene Vergadering der Z. L. M.
(Vervolg van pag. 21)
spreken. Hij heeft daar een persoonlijk woord aan
toegevoegd. Woorden van grote waardering, woorden
die ik bijzonder op prijs stel, omdat ik weet dat de
man, die hier aan het woord is geweest ook een van
de mensen is, die in mijn levensperiode van A. tot Z.
en met hart en ziei verweven is geweest. Met al
de problematiek waar wij dagelijks vanuit leven,
dus de zakelijke en de economische problematiek.
Daar geeft hij ook al zijn werkkracht aan en ik
dacht dat hij er nog veel meer nachtrust aan spen
deerde dan wij ons kunnen voorstellen. Ik heb hem
al heel vroeg leren kennen, voor de Z.L.M.-periode,
toen hij mij als evacué heeft opgevangen. Dat was
onze eerste kennismaking. Er zullen er hier ook nog
wel in de zaal zitten die zich herinneren van toen
die inspectie voor de oogsttaxaties in die moeilijke
jaren. Ik heb hem daarna leren kennen als voorzitter
van het Hoofdbedrijfschap en tenslotte als direc
teur-generaal en ik kan U de verzekering geven,
de helft van zijn tijd gaat naar die moeilijke E.E.G.-
besprekingen en alles wat daarop betrekking heeft.
Misschien nog wel veel meer. Houdt U deze mensen
in ere, want dit zijn voor ons de mensen, die voor
ons de weg moeten effenen en voor ons de weg
moeten maken met mensen ook uit onze eigen
kringen. Hij heeft gesproken over de samenwerking
tussen overheid en bedrijfsleven. Dan presenteren
wij dus van onze kant uit dat bedrijfsleven een man
als Mr. Schlingemann. Een man die ook in de Z.L.M.
groot geworden is. Daar moeten wij het van hebben
en dat kunnen wij. Hij heeft gezegd de Z.L.M. kan
daar trots op zijn. Wij kunnen trots zijn op deze
samenwerking en op deze mensen. Als het van
wezenlijk belang is mijnheer Franke, wat er ge
beurd is, weest U er dan van overtuigd dat U met
Uw woorden toch hele gevoelige snaren hebt ge
raakt.
Mijnheer Knottnerus, de heer Franke heb ik vroeg
ontmoet. De heer Knottnerus heb ik nog vroeger
ontmoet in Wageningen. Ik was toen maar een
groentje. Inderdaad zo begin je in Wageningen en
hij was al oudere jaars bijna, maar daarna hebben
wij elkaar weer getroffen bij het onderwijs in Dordt.
Wij hadden blijkbaar dezelfde belangstelling. Wij
zijn in dezelfde levenssfeer terecht gekomen en wan
neer hij hier zegt dankbaarheid mag overheersen,
dan heeft hij ook dat bijzonder goed onderscheiden.
Dat is bij ons wat overheerst vandaag. Dankbaar
heid en daarom ook dankbaarheid voor zijn geluk
wensen met deze dag en voor zijn woorden aan de
nieuwe voorzitter. Die nieuwe voorzitter stamt uit
een andere generatie. Daar ben ik mij zeer wel van
bewust. Ik stam nog uit de generatie, die nog voor
de oorlog volwassen is geworden en die ook voor de
oorlog gestudeerd heeft. Hij stamt uit de generatie,
dié dat na de oorlog gedaan heeft. Daar is een
wezenlijk verschil, maar daar zijn ook zulke grote
overeenkomsten dat wij daar van mogen uitgaan.
De besluitvaardigheid, die zal hij niet missen en de
eenheid die zal hij nastreven. Een eenheid, die ook
het landbouwcomité zo bijzonder goed kan gebruiken
en hard nodig heeft. En wij verzekeren U dat met
het moeilijker worden van de problematiek onze
inbreng ook via de leiding van het nieuwe bestuur
en met de intentie van het bestuur, zoals het altijd
geweest is in de nationale vormgeving van de land
bouwpolitiek en ook over de grenzen heen zal blij
ven wat het moet zijn.
Mevrouw Kugel is begonnen met persoonlijke
woorden. De Z.L.M. is een morele en daadwerke
lijke steun geweest voor de Plattelandsvrouwen-
organisatie. Ook in financieel opzicht mocht de Bond
steun van de Z.L.M. ontvangen en het zou mis
schien wel prettig zijn als de Bond het goede voor
beeld van de Z.L.M. om de contributie enige mate
te verhogen zou volgen.
Prinsen en Geuzen hebben vroeger eendrachtig
samengewerkt, maar in het vervolg zal dat in om
gekeerde volgorde zijn, dus hij in de voorlinie en
ik op de achtergrond.
Wij zullen elkaar blijven respecteren en helpen
én ook wanneer het gaat om de plaats van de vrouw
in West-Europa en wanneer het nodig is om strijd
lustig te zijn dan weten we ook dat wij op U kun
nen bouwen. Een vrouw hoeft geen kenau te zijn
om strijdlustig te zijn. U hebt het laten vergezeld
gaan ook weer van daadwerkelijke steun. In dit
geval van een sigarenaansteker, waarop de 80-jarige
oorlog als ik het goed gezien heb ook zinnebeeldig
is uitgebeeld. Een bijzonder fraai geschenk en onze
zeer hartelijke dank.
De Burgemeester van Goes. Ik heb al in mijn
inleiding gezegd dat Goes een goede huisheer is ge
weest. Ik heb niet de indruk dat de huur hier in
Goes te hoog is. Misschien zijn er andere mensen
hier in Goes, die daar anders over zouden oorde
len, maar een parkeerverordering is toch blijkbaar
zo langzamerhand wel aan de orde. Ik hoop, dat
wanneer het nodig is dat B. en W. zich er natuurlijk
over zullen beraden, voordat zij een brief krijgen
van het provinciaal bestuur over dit onderdeel.
Mijnheer Huber, U heeft gezegd, ik weet niet of
het niet een beetje schraal wordt met de juristen
in de bezetting van de staf van de Z.L.M. Dat zul
len wij natuurlijk moeten bekijken, want er komen
ook wel weer vacatures, maar ik zal dan toch in
de eerste plaats willen zeggen dat wij een voor
treffelijk jurist niet hebben afgestoten, want wij
hebben de heer Schlingemann in zijn richting als
economisch adviseur zeer ook aan ons weten te
binden.
Hij heeft mij ook gecomplimenteerd dat ik mijn
culturele belangstelling niet heb laten varen en
heeft dat vergezeld laten gaan van een voortreffe
lijk Benelux geschenk. Een kleine cultuuratlas van
België. Dat is dan helemaal in de geest en dat is
ook een spijker op de kop geweest. Onze hartelijke
dank hiervoor.
De heer Van den Bos heeft vervolgens het woord
gevoerd namens de zusterorganisaties en van de
Gewestelijke Raad van het Landbouwschap en hij
heeft ook in het bijzonder de samenwerking ge
waardeerd. Terecht hebt U gewezen op de voortgang
die wij met het onderwijs in Walcheren hebben
kunnen maken en U hebt gezegd, dat van mijn kant
er wel eens een beetje ongeduld was. Maar ik heb
begrepen dat ik Uw woorden zo moet interpreteren:
„Zij die geloven haasten niet".
In het bijzonder ook dank voor het geschenk
waar U Uw woorden van vergezeld hebt laten gaan.
Het geschenk ook namens de andere collega's. De
heer Van Waes heeft zojuist een telegram moeten
sturen dat hem een ongeval is overkomen en dat
hij daarom ook niet aanwezig kan zijn. Dat spijt
mij bijzonder en ik hoop dat hij spoedig hersteld
zal zijn.
Wanneer U dus zegt dat ik er niet op in mag
hakken met dat mes, dat U mij overhandigd hebt
en ook mijn opvolger niet, zou ik zeggen, een mes
dat moet je nooit gebruiken om een tafellaken door
te snijden. Je kunt eens spreken op een gegeven
moment over balanceren op het scherp van de
snede, maar dan ben je waarschijnlijk in één van
de zalen van het parlement.
Dames en heren, de heer Luitjens heeft en dat
heeft ons bijzonder goed gedaan gesproken over de
speciale vriendschap die er tussen ons gegroeid is
en vanzelfsprekend het vertrouwen. Hij heeft dat
ook gedaan namens het L.C.C. en de Noord-Bra
bantse Mij. van Landbouw en hij heeft gezegd:
„U kunt rekenen op onze trouw en verbondenheid".
Onbewust zijn velen van ons geneigd tegen U aan
te leunen. En omdat mijn benen niet meer zo sterk
zijn als vroeger en niet meer zoveel weelde kunnen
dragen, daarom is dat aanleunen wel eens wat
v.ot 7w*»ar worden. Daarom is dat ook de reden
van de beslissing van vandaag. Wij zijn goede bu
ren en wanneer U dat zegt als voorzitter van de
Noord Brabantse Maatschappij en de samenwer
kingsvormen memoreert dan kan ik U alleen maar
zeggen U kun ervan op aan dat U op ons als Z.L.M.
kunt blijven rekenen. Daar twijfel ik niet aan. Als
ik wat dat betreft geen goede erfenis had achter
gelaten, dan zou nog alles mislukt zijn.
En ook U bent weer met zeer fraaie geschenken
tot ons gekomen, en de Commissaris zei terecht:
„Ik geloof dat U een vrachtauto moet laten aan
rukken". Die autoradio is natuurlijk niet bedoeld
voor die vrachtauto, maar die is inderdaad op veler
manier te gebruiken. Ik hoop inderdaad dat wij in
de volgende jaren veel goed en mooi boerenweer
zullen hebben en dat ik dan die luiestoel eens op
mijn gemak zal kunnen gebruiken onder het genot
van wat U er verder bij hebt gedaan. Heel hartelijk
dank voor datgene wat U gezegd en gebracht hebt.
Mijnheer Prins, U bent als laatste naar voren
gekomen en U hebt ook al weer getoond, met het
oog op het late uur, in de beperking zich een mees
ter te betonen. Ik hoop voor U dat later, zoals bij
mij, op Uw woorden zal mogen worden terugge
komen op die mooie en eervolle taak die U te wach
ten staat. U hebt mij gefeliciteerd met het ere
voorzitterschap en U hebt gesproken over de bin
ding die gaat blijven. Het zal geen krachtig be
moeien meer zijn, want dan zou ik mijn nieuwe
taak niet goed opvatten.
Maar wanneer U van de geest, het oordeel en de
visie spreekt en U meent dat zij nog aanwezig
zullen zijn dan zal ik ze gaarne tot Uwer beschikking
stellen. U hebt gezegd, wij zijn èen voorbeeld ge
weest. Als wij dat geweest zijn hebben wij daar
niet naar gestreefd, dan is dat voor ons een gegeven
geweest, dat ik zou karakteriseren met het woord
Genade. Het is voor ons een onvergetelijke middag
geworden. Ik heb het buitengewoon op prijs gesteld
dat U allemaal bent gekomen en zo met ons hebt
meegeleefd op een toch al moeilijk moment van af
scheid nemen. Gelukkig gaan wij Zeeland niet ver
laten, want Mijnheer de Commissaris, leden van het
College, de levenskracht van het lichaam evenzeer
als van de geest, van een land evenzeer als van een
mens blijkt niet uit het ontbreken van wonden,
doch uit het vermogen om de wonden, die geslagen
werden te genezen en te overwinnen. En zo is het
deze twintig jaren in Zeeland gegaan. Daarom is
het zo'n mooie provincie, daarom is het een provin
cie, waarin het ontzaglijk veel waard is om in te
werken. Daarom is ook het regionalisme zelfs in
deze tijd, waarin het internationalisme steeds verder
voort gaat en ook voort moet gaan, een positief
iets waar. wij ook positief tegenover dienen te staan.
En wat is ons nu nog meer opgevallen vandaag en
vanmiddag, dat is het speciale nummer van het
Landbouwblad, waar zo velen van U ook aan mee
gewerkt hebben; waarvan ik kans gezien heb om
het woordelijk te spellen en waar ook zo ontzaglijk
veel vriendschap uit naar voren komt.
En ik zou U willen vragen of U die vriendschap
wilt blijven geven, die niet wilt laten verflauwen,
want vriendschap al die jaren door is voor mij
geweest een tweede geweten. Daar heb ik mij aan
kunnen optrekken bij het vervullen van die taak,
daar heb ik mee geleefd, daar heb ik door kunnen
werken.
Daarom wil ik in 't bijzonder danken voor al deze
dingen, ook voor deze mooie versiering in de zaal.
Ook voor die aandacht, die wij in die twintig jaar
gehad hebben met name van onze regionale pers,
van onze landbouwpers en aan een deel van de
grote pers. Wij hebben grote waardering voor de
manier, waarop U met Uw pennen en ook met Uw
intenties ons hebben begeleid.
En dan mag ik ook namens al de mijnen spreken
die meegekomen zijn.
Aan alle medewerkers, er zijn er hier op het
toneel, er zijn er in de zaal in de meest gevarieerde
vorm. Hetzij dat U mij bijgestaan hebt op een
moeilijk moment ergens in het verenigingsleven,
hetzij dat U het gewone dagelijks werk mee helpt
doen. Ook de gewone dingen, die geen aandacht trek
ken en die geen lof verdienen.
En dan bijzonder ook hebben wij het gewaar
deerd dat onze drie medewerkers op de Zandhoeve
vanmiddag in de zaal aanwezig zijn. Dekker wees
er van overtuigd, dat ik niet onder woorden kan
brengen hoe wij de manier prijzen, waarop ge ons
vanmiddag tegemoet getreden bent. Becu, het ver
trouwen, dat ik zo vanzelfsprekend heb mogen
ondervinden treft men ook bij U aan; U bent dè
man die mijn sporen bent gaan drukken de
hoofdafdeling Akkerbouw. Een taak die im ook
altijd bijzonder heeft gelegen en waarvan ik het
zeer heb gewaardeerd dat U deze hebt overge
nomen.
En dan tenslotte Prins, Dekker, Becu, Dagelijks
bestuursleden, hoofdbestuursleden, het moment na
dert dat deze vergadering eindigt. Ik geloof voor
het eerst op een veel te laat uur. U zult ons dat ver
geven, U zult dat kunnen billijken. Ik heb de staf
nu over gegeven. Uw taak zal niet licht zijn Prins,
maar U bent verzekerd van de hulp van een tweetal
vice-voorzitters en nog een aantal kringvoorzitters
en U wordt verder gedragen door de gehele steun
van dit merkwaardige volk.
traditionele C.L.Ö.-studiedagen zullen dit jaar
op 9 en 10 februari a.s. gehouden worden. Aan
vang 9.30 uur in de grote concertzaal van „Tivolie"
te Utrecht. Het programma vermeldt voor beide da
gen een groot aantal inleiders over zeer gevarieerde
onderwerpen. Het programma in de concertzaal op
woensdag 9 februari vermeldt o.m.:
10.00 uur Kopziekte en beweidingsomstandigheden.
Dr Ir. J. Temme. 10.30 uur Nieuwe inzichten in de
natrium voorziening van melkkoeien. A Kemp. 11.00.
uur Over de kalk-fosforverhouding in het rantsoen
voor rundvee. Ir. R. v. d. Berg. 11.30 uur Vroege N-
bemesting op grasland in verband met de heersende
weersomstandigheden. Dr. Ir P. F. J. van Burg. 12.00
uur Opvallende variaties in de voederwaarde van hooi
gedurende de laatste tien jaar. Dr. J. Th. L. B. Ra-
meau. 14.00 uur Perspectieven van het gemengde
zandbedrijf. Ir. J. Achterstraat. 14.30 uur Kan één
man dertig melkkoeien verzorgen? Ir. J. A. H. Hae-
nen. 15.00 uur Melkveehouderij in grotere eenheden.
P. Westra. 15.45 Is de kalversterfte bij de geboorte
te beperken? Dr. S. W. J. van Dieten. 16.15 uur Heeft
de praktijk voldoende belangstelling voor de voeding
en verzorging van jongvee? S. de Jong Szn.
En in de kleine foyer: 10.00 uur De rijkuil en to
renhoes voor voordroogkuil. P. Goodijk. 10.30 uur De
verwerking van dunne mest. A. H. Bosma. 1100 uur
De loopstal met ligboxen en de combinatie grupstal-
doorloopmelkstal. Tj. Westendorp. 11.30 uur Jongvee
en mestvee op roostervloeren. J. H. Freriks. 12.00
uur Machinaal melken aan vaste en verplaatsbare
melkmachine-installaties. H. A. de Vries. 14.00 uur
Mestkalveren, roodbont of zwartbont? Drs. G. J. van
der Mey. 15.45 uur Voeding van drachtige ooien, Ir.
H. J. Weide. 16.15 uur De Invloed van zomerstalvoe-
dering op melkvee. G. G. H. Hamm.
Van de te behandelen onderwerpen op donderdag M
februari willen wij vermelden.
Concertzaal: 11.30 uur Montagestalbouw met het
ontwikkelingsfonds. Ir. P. Anema. 12.00 uur Integra
tie in de varkenshouderij (een praktijkvoorbeeld».
Drs. W. T. Truynen. 15.15 uur De resultaten van be
drijven met grote eenheden fokzeugen. H. J. Bispe-
rink. 15.45 uur Ervaringen op mammoetbedi*ijven in
Yoegoslavië. Ir. B. J. Hof.
Grote foyer: 11.30 uur Onze chemische eeuw. Dr».
F. W. J. Swart. 12.00 uur Diverse mogelijkheden vtto
afstandsbediening en automatisering bij de veevoe<ler-
fabrikage. Ir. B. G. Oude Ophuis. 14.00 uur Inkomens
verbetering door varkenshouderij. J. Hoornweg. 14.30
uur Huisvesting van mestvarkens. L. Prinsen.
