Goede
kansen
voor
Giasaardbeien in Zeeland
25
STERKE UITBREIDING EN TOCH VLOTTE AFZET
TVE heer Van Soest gaf eerst een algemeen overzicht.
De glastuinbouw heeft zich in ons land veel sterker
ontwikkeld dan in het buitenland. De laatste 10 jaar is de
produktie verveelvoudigd, speciaal van de grote drie:
tomaten, komkommers en sla. Naarmate het aanbod steeg,
nam echter ook de vraag toe, vooral voor export.
Deze gunstige ontwikkeling was in de eerste plaats moge
lijk door grote spreiding van de aanvoer. Door lichte en
zware verwarming kan men het hele laar door goede pio-
dukten aanbieden, speciaal ook als men die ook in het
buitenland niet heeft. Tevens is de kwaliteit opgevoerd
en werd door doelmatig werken de kostprijs binnen de
perken gehouden.
Van grote betekenis is verder, dat de groente uitstekend
past in het moderne voedselpatroon. Men wil minder
krachtvoer en vraagt lichte, vitaminenrijke kost, die direct
klaar is voor het gebruik. Tomaten, sla en komkommers
voldoen aan die eisen. Deze produkten bevatten weinig
calorieën. Vanuit Westlands oogpunt kan men ze zien als
„gevitaminiseerd en gearomatiseerd Rijnwater".
CONCURRENT! NOG NIET VERONTRUSTEND
INE concurrentie van het buitenland neemt toe, doch is
nog niet verontrustend. Wel worden in diverse landen
kassen gebouwd, maar voorlopig komt men met hoger kos
ten, door duurder bouw, minder doelmatig werken, gebrek
aan ervaring en gemis aan een goed afzetapparaat als in
Nederland.
Ook de teelt van tomaten e.d. in de volle grond in Zuid-
Europa telt niet zo zwaar als velen menen. Men verkeert
hier zelfs in een ongunstiger positie dan vroeger.
Het lijkt indrukwekkend als men hoort dat Italië en
Spanje geen kassen nodig hebben, omdat het klimaat er
zoveel warmer is dan hier. Maar de praktijk is anders.
Men mist de mogelijkheden voor spreiding in de rijp-
tijd die het stoken biedt, zodat men slechts een beperkte
tijd op de markt is. Bovendien schijnt niet altijd de zon,
maar heeft men op zijn tijd ook te kampen met regen en
wind. Dat heeft veel invloed op de kwaliteit, die is veel
minder dan in de kas.
Vroeger kon men voor dat mindere produkt toch nog
wel kopers vinden, maar nu vraagt de huisvrouw in het
Duitse Roergebied om prima waar. Dus om Nederlandse
kastomaten.
BEDRIJVEN STEEDS GROTER
HAT wil niet zeggen dat er bij de Nederlandse glas-
tuinbouw geen problemen zijn. Integendeel, het is
voor de tuinders een hele opgave om de ontwikkeling op
de voet te volgen en bij te blijven. Op verouderde bedrij
ven, waar minder doelmatig wordt gewerkt, werd de laat
ste jaren verlies geboekt.
De schaalvergroting gaat ook een doorslaggevende rol
spelen. „Lang heb ik daar maar half aan geloofd als de
economen dat zeiden", aldus de heer Van Soest, „maar ze
krijgen gelijk."
Tien jaar geleden was de gemiddelde bedrijfsgrootte in
het Westland 1500 m2 en nu 3200 m2. Als ideale bedrijfs-
grootte wordt nu zelfs 8000 k 10.000 m2 verwarmd glas
genoemd.
0E teelt van aardbeien onder glas met
nacultuur van tomaten biedt voor
Kapelle en omgeving aantrekkelijke kansen.
Voor vestiging van specifieke glasbedrijven
met als hoofdteelten tomaten, komkommers
en sla is de situatie om verschillende rede
nen moelijker.
Tot deze belangrijke conclusie kwam Ir.
W. van Soest, directeur van het Proefstation
voor Groenten en Fruit onder glas te Naald
wijk, op een vrijdag 7 januari te Kapelle
gehouden „tuinbouwmiddag". De bijeenkomst
was georganiseerd door de Kring Oost Zuid-
Beveland der Z. L. M. en vond nlaats in de
cantine van de veiling.
RUSTIGE UITBREIDING
EEN rustige groei van de glascultuur lijkt
verantwoord. Een sterke schoksgewijze
uitbreiding is echter riskant; Dat is o.a. ge
bleken uit de lage prijzen die vorig voor
jaar voor de stooktomaten werden betaald,
nadat de oppervlakte die zwaar werd ver
warmd in twee jaar tiids was verdubbeld.
Die sprong was te groot en dat is ook te
begrijpen.
Stichting van nieuwe bedrijven moet in
de eerste plaats gebeuren in gebieden waar
de omstandigheden gunstig zijn. Het westen
van ons land komt het meest in aanmerking,
omdat hier de zon belangrijk meer schijnt
dan verder landinwaarts.
Daarnaast moet men steeds meer waarde
gaan hechten aan vestiging in sterke centra.
Dat biedt op veel punten voordeel, o.a. bij
de afzet, de financiering, de voorziening met
electriciteit, waterleiding en aardgas, de toe
levering van materialen, hulp van loonwer
kers, enz. Men heeft in een centrum door
dit alles een flinke voorsprong op verspreid
liggende bedrijven.
Door het gemis aan een centrum is de
situatie voor vestiging van nieuwe glasbe-
drjjven in Zeeland niet optimaal.
GOEDE KANSEN VOOR
GLASAARDBEIEN
DIT voorbehoud geldt niet voor de ontwik
keling naar glasaardbeien die in
Kapelle aan de gang is. Deze teelt heeft be
slist aantrekkelijke kanten.
In de eerste plaats sluit men dan aan op
een bekende teelt, want elke Kapellenaar is
op de hoogte met de aardbeienteelt. De stap
is niet zo groot, omdat alleen het glas er
als nieuw element bijkomt.
In de tweede plaats is het niet nodig om
de teelt op grote schaal te bedrijven zoals
met komkommers en tomaten. Daardoor
worden er geldelijk niet zulke hoge eisen
gesteld. Een oppervlakte van 1000 tot 3000 m2
biedt al zeer goede mogelijkheden.
In de derde plaats liggen de afzetkansen
gunstig. Kapelle is al bekend om zijn aard
beien, zodat de kopers de weg kennen. Het
gevaar voor overproduktie lijkt niet groot,
want in het buitenland is er niet veel uit
breiding en ook het Westland heeft weinig
belangstelling voor aardbeien. De Bomme-
lerwaard bewijst als voornaamste centrum
dat er toch wel aan te verdienen valt.
In 1962 was er 98 ha aardbeien onder plat
glas en 44 ha onder staand glas, samen 142
ha. Ir. 1965 was er in ons land 72 ha onder
plat glas en 105 ha onder staand glas, totaal
177 ha. Er is dus uitbreiding en er vindt een
verschuiving plaats naar staand glas.
Vooral omdat door meer of minder stoken
en door belichten er nog mogelijkheden zijn
voor verdere spreiding van ae aanvoer lijkt
een verdere uitbreiding ook voor giasaard-
beien nog wel op zijn plaats, mits het ge
leidelijk gaat.
GEDENKBOEK ALS BESLUIT
DE boeiende voordracht werd door een
groot aantal bezoekers aangehoord. Van
de gelegenheid om vragen te stellen werd
een drux gebruik gemaakt.
Bij het beantwoorden bleek dat de heer
Van Soest weliswaar voorstander is van cen
trumvorming, doch beslist vrijwillig en zon
der kassenbouwverboden.
Tomaten achtte hij bij de aardbeienteelt
onder glas nog altijd 'n geschikte nacuxtuur.
Ten opzichte van augurken als nateelt toon
de hij zich gereserveerd.
Wat betreft de specialisatie merkte hij op,
dat er bij de teelt van glasaardbeien than*,
meestal nog aanvulling is van vollegronds-
teelten, maar z.i. zal bij verder gaande in
tensivering met stoken en belichten de aard
bei een steeds grotere plaats innemen. De
andere gewassen zullen dan geleidelijk wor
den afgestoten.
Aan het slot van de vergadering volstond
de Voorzitter, de heer K. Dees, niet met
woorden van dank, maar bood als blijk van
waardering het Z. L. M. gedenkboek „Van
nabij en verre" aan. Een geschenk dat door
d~ heer Van Soest, als oud-tuinbouwconsu-
lent voor Zeeland, op zeer hoge prijs werd
gesteldl