Gerst voor bouwer en brouwer
<si2>
KNLC
MAU RITS PLEIN 23
WACHT U VOOR DE MAMMOET
Jaarverslagen, rapporten en publicaties
22
MM
PLANNEN van Homburg, Koudijs, „Musselkanaal" en andere reeds be
staande voorbeelden van pluimvee- en varkenshouderij in het groot
brengen al enige tijd ongerustheid in landbouwkringen. Vooral rond de klei
nere gemengde landbouwbedrijven, die we nog in groten getale hebben en
waar kippen en varkens belangrijke inkomstenbronnen zijn. Wat groot is,
moet tegenwoordig „mammoet"' heten en dus is de naam mammoetbedrij-
ven al ingeburgerd geraakt. Er zou wat tegen die grote bedrijven moeten
worden gedaan, vooral als ze gevoerd worden door niet-landbouwers, zo
wordt er wel gezegd. De markt is, vooral bij de eieren, toch al niet ruim
en enkele hele groten zullen de kleintjes verdringen. Die kleintjes, die zich
van oudsher met kippen en varkens bezig hielden en die zich echt wel aan
passen en steeds grotere aantallen aanhouden, moeten worden beschermd
tegen oneerlijke concurrentie.
Niet alleen in Nederland spelen deze gedachten. Sterker nog is dat in
Duitsland het geval. De Duitse boerenorganisatie heeft de E. E. G.-Commissie
gealarmeerd en haar zusterorganisaties in Brussel ook gevraagd mee te wer
ken aan E. E. G.-verbodsbepalingen, met name het vaststellen van maxi
male aantallen per bedrijf en het hanteren van vergunningen. Zo niet na
tionaal, dan toch internationaal hebben de Nederlandse landbouworgani
saties deze zaak te beoordelen.
Daarbij is dan de grote vraag of het echt wel in het belang van de ge
mengde landbouwbedrijven is om mammoets met verboden en vergunningen
te lijf te gaan.
Revolutie en regelingen
DE samenstellers van het jubi
leumboek van het L. E. I. meen
den te kunnen zeggen, dat we in een
tijd van agrarische revolutie leven
en dat is naar onze mening niet over
dreven. Vaak is al betoogd, dat het
kleinere gemengde bedrijf in zijn
oude opzet het in de komende tijd
moeilijk zal krijgen. Grotere aantal
len van alle produktierichtingen zijn
nodig om zo doelmatig mogelijk te
kunnen werken. Vereenvoudiging
van het bedrijf (minder produktie-
takken) en specialisatie werden en
worden aangeprezen en er is ook een
duidelijke ontwikkeling in deze rich
ting. Wie durft te zeggen, hoe snel
die verder zal gaan? Er is geen alge
meen recept te geven hoe degene,
die boer wil en kan blijven, zich
moet aanpassen. Wat we wel weten
is dat alle mogelijkheden openge
houden moeten worden. Wat nu nog
fantastisch lijkt, is straks misschien
doodgewoon.
In het onlangs verschenen rapport
,.De toekomstige ontwikkeling van
het gemengde zandbedrijf" worden
wat mogelijkheden van bedrijfsvor
men met doelmatige produktie-een-
heden genoemd. Als iemand op het
ogenblik een tweemansbedrijf met
alleen legkippen zou willen hebben,
zou hij met 10.000 kippen moeten be
ginnen. Met varkens zou hij er min
stens 4000 per jaar moeten afleveren,
met slachtkuikens 150.000 per jaar.
Zuiver theoretische en dus onzinnige
rekenarij van een stel „Wageningers"
lijkt dit. Maar misschien ziet ergens
een kleine gemengde boer juist hier
een. kans. Waar zou men het maxi
mum willen leggen wat het toe te
stane aantal betreft? Het zou wel
eens kunnen zijn, dat de agrarische
revolutie zulke plafonds in korte tijd
gaat verbrijzelen.
Maar wat dan
MEN zou kunnen opmerken: er is
toch met vergunningen te wer
ken. De ondernemende boer krijgt er
één en de textielfabrikant b.v. niet.
Maar is altijd na te gaan wie boer
is en wie niet en zouden er geen
stromannen op gaan treden?
Veel beter dan genezen is ook hier
voorkomen. Waarom ontstaan er
mammoetbedrijven? Dat zal toch wel
zijn omdat men er winst mee denkt
te behalen. Nu hebben allerlei on
derzoekingen de aanwijzing gegeven
dat louter technisch en zakelijk van
uit het bedrijf zelf beoordeeld de
kostprijs per kg of per stuk nauwe
lijks verder daalt bij veel grotere
aantallen. Het risico van ziekten
wordt groter. Maar het voordeel zit
in de betere prijzen en voorwaarden,
die bij de verkoop gelden, en vaak
ook bij de aankoop van voeders. In
toenemende mate vragen de groot-
en kleinhandel en de verwerkers om
grote leveranties van eieren en
pluimvee- en ander vlees, d^e regel
matig geschieden. En in de kwalitei
ten, die gewenst worden.
Als dit de voornaamste drijfveer
is tot het ontstaan van mammoetbe
drijven in de veredelingslandbouw,
dan is ook duidelijk welke weg dooi
de kippen- en varkens-boeren moet
worden bewandeld. Want vele klein
tjes maken ook een grote, als het
gaat om het aanbieden wat de con
sument vraagt. Dan kan de mammoet
verre worden gehouden door de
juiste samenwerking bij de afzet. Of
dat in coöperatief of in ander ver
band geschiedt doet er niet toe; de
naam van de samenwerkingsvorm is
niet het belangrijkste. Deze weg is
beter dan die van verboden en ver
gunningen, die gauw in eigen vlees
kunnen snijden. Misschien is het een
moeilijker weg (ofschoon we ook nog
niet direct een E. E. G.-verbodsrege
ling zien).
Hoogstens zou men nog kunnen
denken aan een regeling, die uitdruk
kelijk als tijdelijk en als een soort
overbrugging wordt beschouwd, om
voorlopig de ergste uitwassen te be
strijden. De maxima zullen toch heel
ruim moeten worden genomen. Het
ziet er naar uit, dat het C. O. P. A.
(comité van landbouworganisaties in
de E. E. G.) zich in deze geest gaat
uitspreken. In Europese kring denkt
men ook wel eens aan het leggen
van een extra belasting op mammoet-
bedrijven, maar dat lijkt ook al even
AFSCHEID
Mr. J. S. BIESHEUVEL
S^ïP 1 januari jl. heeft de heer
mr. J. S. Biesheuvel, secre
taris van het Landbouwschap,
zijn funktie verwisseld voor die
van voorzitter van het Water
schap „De Regge". In de 20 ja
ren dat hij bij de Stichting van
de Landbouw en het Landbouw
schap werkzaam was heeft hij
als plaatsvervangend Algemeen
Secretaris en als Secretaris voor
Internationale aangelegenheden
bijzonder veel en goed werk ge
daan. In laatstgenoemde hoe
danigheid heeft hij ook gefun
geerd als secretaris van de Com
missie Buitenland der 3-C.L.O.
Op deskundige en taktische
wijze heeft hij zijn moeilijke en
veelomvattende taak uitgeoefend
en ook buiten de landbouwsek-
tor een uitstekende naam ver
worven. Dat bleek wel uit het
groot aantal vrienden en relaties
dat op zijn afscheidsreceptie af
scheid. van hem kwam nemen.
Dat hij bij die gelegenheid be
noemd werd tot Officier in de
Orde van Oranje Nassau heeft
velen deugd gedaan. De georga
niseerde Landbouw verliest in
hem een kundig en enthousiast
vertegenwoordiger, die moeilijk
te vervangen zal zijn. Een woord
van dank voor alles wat hij in
de afgelopen jaren voor de
Landbouw heeft gedaan is hier
zeker op zijn plaats. Dat het hem
goed moge gaan in zijn nieuwe
werkkring!
onuitvoerbaar. Wel is onderzoek ge
wenst, als het waar is, dat b.v. in
dustriëlen door belastinghandigheid
jes goedkoop veredelingslandbouw
kunnen gaan bedrijven.
Wacht U voor de mammoet, maar
ga hem verstandig te lijf of zorgt er
voor, dat hij geen interesse voor het
boerenerf heeft.
Str.
ir Jaarverslag 19641965 der Stichting C. L. O.
Controle Secretariaat „De Schothorst" te Hoog
land. In het uitvoerige verslag zijn een groot aan
tal feiten en gegevens over de werkzaamheden,
voorlichtings- en controle-aktiviteiten verwerkt.
Achter in het jaarverslag zijn enige actuele arti
kelen over verschillende onderwerpen opgenomen,
o.a. over „Magnesiumoxychloride in antikopziekte-
koek" en „Vet in de rundveevoeding".
ir N. V. Agro Chemie (Bayer) Arnhem De
Wetstraat 10. Bestrijdingskalender voor de land
bouw, die een overzicht geeft van de maandelijks
toe te passen (Bayer) bestrijdingsmiddelen voor
landbouwgewassen. Aldaar aan te vragen.
Van Zee tot Land. No. 42. Rijksdienst voor
de IJsselmeerpolders. Statistisch overzicht over
de jaren '61'62 en '62'63 van de bedrijfsre
sultaten der bedrijven in eigen beheer in de
Wieringermeer en de N O. P.. door K. Klaassens.
Uitgevers Mij Tjeenk Willink te Zutphen. Prijs
9.50. Ie druk. De bedrijfsresultaten van de ver
schillende groepen bedrijven in dit overzicht wor
den op dezelfde wijze gegeven als door het L. E. I.
wordt gevolgd. Daarnaast zijn enkele beschouwin
gen opgenomen over de ontwikkeling en de kos
ten en opbrengsten, die in beide polders in de
loop der jaren hebben plaats gehad naar bedrijfs-
oppervlakte en bedrijfstype gesplitst. Een groot
aantal tabellen waarin vele gegevens zijn ver
werkt, zijn opgenomen.
Mangaanbehoefte bij opgroeiende en lacteren-
de runderen. Verslagen van landbouwkundige
onderzoekingen; een uitgave van Pudoc te Wa-
geningen, door S. Bbsch, J. van der Grift en J.
Hartmans.
Aspecten van de landbouw in de IJsselmeer
polders 1965. Een jaarlijks terugkerende geza
menlijke uitgave van de Ver. voor Bedrijfsvoor
lichting in de N. O. P., het R. L. C. IJsselmeer
polders, Stichting Proef boerderij en N. O. P. en de
Stichting Onderzoekcentrum voor de landbouw
in de IJsselmeerpolders. In deze publicatie wordt
wederom getracht de boer „bij te staan" in zijn
koersbepaling t.o.v. zijn bedrijf.
Van de inhoud willen wij vermelden: Het kleine
akkerbouwbedrijf in de branding, mechanisatie-
nieuws, praktijkervaringen met één keer per dag
voeren, transport op het gemengde bedrijf, land
arbeid... waarheen? en Wat de praktijk zelf
doet. Aan te vragen bij de L. V. D. IJsselmeer
polders Emmeloord.
ZEPHYR
publidi.fitie van de MGH-kombinatie