De Tarwe in de E. E.G.-crisis
1045
Ir. M. A. Geuze opende Lagere Land- en Tuinbouwschool
„De Kluut"
te Zierikzee
VRIJDAG 12 NOVEMEER 1965
Begunstigd d^or een
stralende herfstzon ver
richtte de Algemeen
Voorzitter der Z. L. M.,
Ir. M. A. Geuze, in tegen
woordigheid van \ele ge
nodigden, een van zijn
„laatste bestuursdaden",
goals hij het zelf noemde.
Twee kleindochtertjes
van de direkteur der
school waren de heer
Geuze daarbij behulp
zaam door de onthulling
van 'n opgezette „Kluut",
die de sleutel van de
voordeur om zijn nek
droeg. Daarna kon de
heer Geuze de nieuwge
bouwde school officieel
openen.
MADAT de genodigden zich in het overblijflokaal van de school hadden verzameld, memoreerde de voor-
zitter van de Kommissie van Toezicht, de heer J A. van Nieuwenhuyze, in het kort de voorgeschiede
nis van de nieuwbouw. „Het is onder de leiding van de heer Geuze geweest, dat ook op Schouwen-Duiveland
op het gebied van het Land- en Tuinbon wonderwijs veel tot stand is gekomen", zo zei de heer Van Nieuwen
huyze. De ingebruikname van de school kan worden gezien als de bekroning op dit werk. Hij overhandigde
de heer Geuze een stoffelijk blijk van waardering.
Het landbouwonderwijs op Schouwen kreeg in feite eerst gestalte toen in 1945 het avondonderwijs in dag
onderwijs werd omgezet. Zo ontstond de school te Nieuwerkerk, waarvan de heer Eveleens de enige leer
kracht en dus tevens hoofd werd. Eerst gehuisvest in een lokaal, beschikbaar gesteld door de gemeente Nieu
werkerk, later in een houten barakje „Het landbouwkctje", dat bij de ramp in 1953 wegspoelde, werd het
onderwijs begonnen.
Na de ramp werd de school verplaatst naar het centrum van het eiland, Zierikzee. Tijdelijk onderdak werd
toen verkregen op de bovenverdieping van 't burgerweeshuis te Zierikzee. Reeds voor de ramp werd kontakt
opgenomen met de gemeente Zierikzee om tot nieuwbouw te komen. Deze plannen konden nu worden uit
gewerkt en medio september 1955 kon de school in gebruik worden genomen. Na de samensmelting met de
tuinbouwschool te Haamstede was het land- en tuinbouwonderwijs gecentraliseerd in Zierikzee. Door de
uitbreiding van het lesprogramma, bijv. met de vakken hand- en vakvaardigheid, bleek het noodzakelijk
het schoolgebouw uit de breiden. De eerste steen werd hiervoor op 17 januari 1964 door de heer Eveleens ge
legd.
Intussen moest in verspreid liggende lokaliteiten, o.a. in de Zelkepolaer les worden gegeven.
Spreker complimenteerde architekt en aannemers, die een doelmatig schoolgebouw hebben ontworpen
en gebouwd. Zij die het plan hebben om in de land- of tuinbouw een werkkring te zoeken, hetzij als zelfstan
dig hetzij als werknemer kunnen hier terecht voor een volledige opleiding, zo stelde de heer Van Nieuwen
huyze vast, waarbij hij de hoop uitsprak, dat velen hiervan gebruik zouclen maken.
Vertrouwen in toekomst
MADAT de heer Geuze een persoonlijk woord van
dank had gesproken schetste hij de taak, die de
school als onderwijscentrum in de Schouwse samen
leving te vervullen heeft. Op illustratieve wijze zette
de Z. L. M.-voorzitter uiteen wat men onder deze taak
moet verstaan. Het beeld dat hierbij door hem werd
aangehaald was dat van de onderwijshervormer Pesta-
lozzi in Zürich: een oude heer, beschermend gebogen
over een kind, dat hij de weg wijst.
Een uitspraak van Pestalozzi is: ,.De mens moet
zich in de wereld zelf voorthelpen. En hem dit te
leren is de taak der opvoeders".
In het boek „De geschiedenis van de landbouw in
Limburg", uitgegeven t.g.v. het 50-jarig jubileum van
de Aan- en Verkoop Coöperatie landbouwbelang,
komt een portret voor van Corten, die als een van de
eersten als „wandelleraar" ook in de provincie Zee
land landbouwvoordrachten hield. Corten zag dus
vooruit en „Vooruitzien is inderdaad een van de eer
ste dingen die in het onderwijs nodig zijn".
Hoewel de heer Geuze zich niet wilde wagen aan
een prognose over de toekomst van ons lager land
bouwonderwijs, gaf hij toch te kennen deze toekomst
met vertrouwen tegemoet te zien.
„Een momentopname voor het landbouwonderwijs
in het algemeen is op het ogenblik moeilijk te maken,
omdat dit in beweging is. We bevinden ons in een
heroriënteringsperiode. Met het onderwijs op deze
school zijn we op de goede weg. Ir. Geuze was ervan
overtuigd, dat de nieuwe school van grote waarde is
en zal blijven.
Wanneer de Randstad verder bevolkt raakt,
dan betekent dat mogelijk ook, dat zwaarte
punten van intensieve teelten meer naar het
zuiden en dus ook naar de mensen, die ge
ïnteresseerd zijn qua vakkennis zullen
worden verlegd, en dan kan het niet anders of 'n
onderwijscentrum als dit zal van grote bete
kenis blijven.
Spreker wenste de heer Eveleens, die hij voor zijn
verrichte arbeid bijzonder prees, met zijn leerkrach
ten veel sukses
Tenslotte bood de heer Geuze namens het Z L. M -
bestuur de school een nieuwe filmprojektor aan.
„Komt, ziet en overtuigt U"!
Ir. L. M. BOUTEN, inspekteur van het Landbouw»
1 onderwijs, zei, dat met de voltooiing van dit ge
bouw, de huisvesting is aangepast aan de huidige
vorm van het Land- en Tuinbouwonderwijs.
Waar vraag is naar Landbouwonderwijs moet dit er
ook zijn. Hij bracht gelukwensen over mede namens
de Direkteur van het Landbouwonderwijs, Ir. v. d
Schans en namens de Hoofdinspekteur, Ir. Bollen, hl
wiens ambtsperiode de sclrool is gebouwd, maar die
wegens ziekte verhinderd was aanwezig te zijn.
Burgemeester J. van Wijk van Zaamslag, voorzitter
van de Kommissie Land- en Tuinbouwonderwijs der
Z. L. M., sprak zijn vreugde erover uit, dat nu gezegd
kan worden tegen de ouders „komt, ziet en overtuigt
U op welke moderne wijze uw kinderen hier hun
lagere schoolopleiding kunnen voortzetten.
Schouwen heeft in dit mooie nieuwe schoolgebouw
'r. keurig verzorgd visitekaartje gekregen; een school,
die een goede toekomst kan hebben. Veel zal daarbij
worden gevraagd van de leden van de Kommissie van
Toezicht, de direkteur en de leraren", aldus de heer
Van Wijk.
De waarnemend-burgemeester van Zierikzee, de
heer H. Koevoets, wees er met nadruk op, dat de ver
onderstelling als zou de land- en tuinbouwschool er
zijn voor jongens, die na de lagere school voor ver
volgonderwijs niet verder terecht kunnen beslist on
juist is. „Vel£ verschuivingen vonden plaats in de
land- en tuinbouw.
Zo ook in het landbouwonderwijs. Er bestaat een
goede noodzaak vopr de landbouwer om goed onder
wijs te volgen. Het peil van deze school garandeert
een goede opleiding".
„Een opleidingsinstituut, dat bestemd is voor hot
gehele eiland".
Namens alle gemeentebesturen op Schouwen-Duive-
land feliciteerde hij de Z. L. M. met dit prachtige ge
bouw.
Opleiding afmaken
T\E Kringvoorzitter van de Z. L. M., de heer A. M.
Geluk, liet zijn felicitaties vergezeld gaan van
een nuttig geschenk, een tuinbank. Ook namens de
Coöperatieve Aan- en Verkoopvereniging te Zierikzee
bood de heer Geluk een tuinbank aan.
Hij wees op het belang voor de leerlingen,
die de land- en tuinbouwschool bezoeken, dat
zij na hun leerplicht toch vooral de opleiding
afmaken en de school dus niet tussentijds moe
ten verlaten. Een belangrijk aspect voor het
onderwijs noemde hij de vestiging van meer
tuinbouwbedrijven op het eiland.
Namens de vereniging van oud-leerlingen „Blijvend
Kontakt" voerde de heer H. Flikweert het woord,
waarbij hij een klok als geschenk aanbood.
De heer P. ten Haaf sprak namens de N. O. V.; ter
wijl de heer J. de Ridder de gelukwensen van de direk-
teuren van de overige Z. L. M.-Land- en Tuinbouw
scholen overbracht. Namens het personeel van de
school sprak de heer L. Hack, die daarbij het reeds
bij de aanvang van de opening gebruikte .handels
merk" de opgezette „Kluut" aanbood. Namens
alle leerlingen boden twee leerlingen een bloembak
aan. De aannemer, de heer L. Boogert te Oosterland,
schonk een nationale driekleur.
De heer D. Eveleens, die in oktober j.l. de pensioen
gerechtigde leeftijd bereikte, maar het nog lopende
schooljaar zal afmaken, dankte allen, die voor de
school, voor de leerkrachten en hemzelf hun beste
wensen hadden aangeboden.
De voorzitter, de heer J. A. van Nieuwenhuyze, had
voor elke spreker en goede gever een toepasselijk
woord van dank.
Tenslotte werd de school bezichtigd en troffen de
bezoekers in het handvaardigheidslokaal mej. C. N
van Liere, dTrektrice van de Landbouwhuishoudschool,
en haar assistenten aan, die op vakkundige wijze de
nodige verversingen hadden klaargemaakt.
MET de tarweprijs wil het nog niet zo goed
lopen als verleden jaar. Velen hebben min
stens gehoopt dat de gunstige situatie bij het
scheiden van de markt voor het oogstjaar 1964
ook dit jaar door zou gaan, maar zij zijn tot nu
toe bedrogen uitgekomen. Toch zou de gedachte
post kunnen vatten: verleden jaar om deze tijd
was het ook nog niet zo goed, de gunstige prij
zen kwamen veel later. Ik moet toegeven, dat
er in deze gedachtengang wel wat zit. Maar ik
geloof dat de situatie er nu wel iets anders uit
ziet, aldus Ir. Knottnerus, voorzitter van het
K. N. L. C., in een artikel over de E. E. G.-crisis.
Hij ziet de volgende reden: Onze overheid, die
het vorige jaar het gelag heeft moeten betalen,
is er nu wel op verdacht dit jaar niet weer het
kind van de rekening te worden. Daar komt bij,
dat het geld dat onze schatkist moet betalen, te
recht komt op een plaats waar men het vandaag
de dag echt niet zo graag naar toe ziet gaan,
n.I. in Frankrijk.
Afgezien van het feit dat de Nederlandse tar-
weverbouwer natuurlijk niet als één man op
treedt verkeert de maalindustrie thans in een
bevoorrechte positie. De Nederlandse tarwe-
teler is immers door de overheidsmaatregel ge
dwongen dat deel van zijn tarwe, waarvoor nog
geen export-contract is afgesloten, aan de maal
industrie in te leveren.
U ziet, tussen twee haakjes, weer eens wat er
is overgebleven van de hooggeroemde zgn. vrije
markt. M.i. is het wel duidelijk dat hier op de
vrije markt niets meer te verdienen valt.
Wij zitten hier in een dwangpositie waarin op
andere wijze dient te worden voorzien. Een ge
sprek van de georganiseerde landbouw met de
maalindustrie zal hier de oplossing moeten bren
gen. De minister kan dit gesprek bijzonder be
ïnvloeden door zijn maatregelen. Op dit moment,
nu de exportrestitutie pas is stopgezet, lijkt het
vrij onwaarschijnlijk dat de minister deze maat
regel zo maar op de aandrang van het Land
bouwschap zal uitrekken. Ook het feit dat van
andere zijde wordt gesteld dat de boeren hun
tarwe vasthouden is niet bevorderlijk voor het
opheffen van de maatregel. Wanneer evenwel
zou blijken, dat de landbouw en de maalindustrie,
op basis van de richtprijs of daaromtrent, over
eenstemming kunnen krijgen over het verbruik
van binnenlandse tarwe in de broodbloem en
er zouden nog maatregelen van de overheid nodig
zijn om de afspraak te realiseren, dan geloof ik
dat de minister medewerking niet zou kunnen
maar ook niet zou willen weigeren.
Uitgangspunt zou moeten zijn dat ook de over
heid streeft naar het realiseren van de richtprijs
en dat de landbouw van zijn kant niet kan eisen
dat de overheid goedschiks onnodig veel geld
besteedt in een situatie die voor de tarweprodu-
cent natuurlijk wel plezierig is.
Het ziet er dus naar uit dat de bijzonder hoge
prijzen voor tarwe van verleden jaar niet zulleim
terugkeren.
De situatie op de tarwemarkt zoals die nu is
zal n.I. niet veranderen voordat de ene markt
werkelijk is gerealiseerd. Dat zou op 1 juli 1967
zijn, maar is deze datum nog haalbaar? Als niet
spoedig beslissingen in Brussel vallen, zal de
Nederlandse regering moeten nagaan welke maat
regelen zij op eigen gezag nog kan nemen om
de Nederlandse landbouw de noodzakelijke prij
zen te garanderen.
Van tweeën één. De besluiten worden weer im
Brussel genomen (wat wij van ganser harte
hopen) of Den Haag zal de verantwoordelijkheid
weer moeten overnemen, als Brussel faalt.