Afzetpool voor akkerbouwprodukten
Wist V dat....?
VRIJDAG 29 OKTOBCR 1965
1007
(Vervolg van 1ste pag.)
De C.A.O.'s Land- en Tuinbouw voor de
provincie Zeeland contractjaar 65— 66
ZOALS wij de vorige week reeds meldden is de
C. A. O. Landbouw voor de provincie Zeeland
'65'66 goedgekeurd en in druk verschenen. De C.
A. O. Tuinbouw '65'66 was reeds eerder goedge
keurd.
Aan al onze leden-werkgevers, waarvan wij door
middel van onze ledenlijsten konden nagaan dat zij
vast dan wel los personeel in dienst hebben, werd be
reids reeds een nieuwe C. A. O. land- dan wel tuin
bouw toegezonden.
Ieder jaar blijkt echter weer dat op de ledenlijsten
niet altijd de kolom „Heeft het lid personeel in dienst"
juist of volledig werd ingevuld.
Het is voor onze werkgevers-leden van groot be
lang over een recente C. A. O. te beschikken. Elk jaar
hebben er veranderingen in de arbeidsvoorwaarden
plaats waarvan hij op de hoogte dient te zijn, in het
bijzonder betreffende de bijkomende arbeidsvoorwaar
den. Ons overzicht van de belangrijkste gegevens uit
de C. A. O.'s dat elk jaar eind april m ons blad wordt
opgenomen, kan nooit volledig zijn.
Het bestuur der Z. L. M. stelt daarom aan teder lid
werkgever gratis een C. A. O. Land- en/of Tuinbouw
beschikbaar. Maak dan ook gebruik van deze service.
Mocht U dus nog geen nieuwe C. A. O. ontvangen en
wel werknemers in dienst hebben, een briefkaartje
aan de afdeling Werkgeversbelangen der Z. L. M.,
Landbouwhuis, Grote Markt 28 te Goes, onder ver
melding of om de-C. A. O. Landbouw of de C. A. O.
Tuinbouw verzocht wordt, en deze wordt U per om
megaande toegezonden. B.
Voorlopige oogstraming bruine, witte en
veldbonen en consumptie-aardappelen
HET C.B. S. heeft de uitkomsten gepubliceerd
van de voorlopige oogstraming welke op 11
oktober 1965 is gehouden en waaraan wij het vol
gende ontlenen:
Van de bruine en witte bonen wordt de produk-
tie geraamd op 6860 ton hetgeen 21 minder is
dan verleden jaar. Deze daling moet geheel wor
den toegeschreven aan het zeer lage rendement
van 1890 kg ha (—26% t.o.v. verleden jaar en
—12 t.o.v. het tienjaarlijkse gemiddelde).
Ook van de veldbonen worden ongunstige oogst-
resuitaten verwacht. De gemiddelde opbrengst per
ha wordt geschat op 2320 kg 29 t.o.v. 1964
en 10% t.o.v. 1955/1964). Aangezien het areaal
bovendien is ingekrompen tot nog geen 700 ha zal
de totale produktie beneden de 1600 ton blijven
(—37 t.o.v. 1964).
De netto-produktie van consumptie-aardappe
len (incl. poot- en voederaardappelen) werd be
gin september voorlopig geschat op ruim 1.630.000
ton. De taxatie van 11 oktober j.l. komt iets hoger
uit op 1.712.000 ton (1.251.000 ton klei- en 461.000
ton zand- en veenaardappelen)Er wordt ver
wacht, dat uiteindelijk het gemiddelde rendement
lager zal uitkomen dan verleden jaar, doch hoger
dan het tienjaarlijkse gemiddelde.
Deze gegevens hebben alleen betrekking op de
te verwachten opbrengsten en heeft dus geen be
trekking op de kwaliteit van de produkten.
Suikerindustrie subsidieert onderzoek
op bietecystenaaltje
IJET dreigt de verkeerde kant op te gaan met
de bieteinoeheid, veroorzaakt door het biete
cystenaaltje. Dit geldt niet alleen voor het zuid
westelijk kleigebied waar gebieden zijn die voor
4050 (van de onderzochte percelen) matig
tot zwaar besmet zijn, maar ook voor elders. Aan
gezien bestrijding alleen mogelijk is door goede
vruchtwisseling, gebaseerd op grondonderzoek,
heeft de gezamenlijke suikerindustrie besloten een
belangrijke subsidie toe te kennen op de kosten
van het cystenaaltjesonderzoek zoals dit door het
Bedrijfslaboratorium voor Grond- en Gewasonder-
zoek te Oosterbeek wordt verricht. Daardoor kost
cystenaaltjesonderzoek (ook bij gecombineerd on
derzoek) met ingang van heden slechts 5,per
monster.
Gezien het areaal suikerbieten (in 1965 ruim
90.000 ha) is de belangstelling voor onderzoek tot
dusver klein te noemen. Jaarlijks worden slechts
4500 monsters op cystenaaltjes onderzocht. Moge
lijk worden de schadebeelden van het bietecysten
aaltje gemaskeerd door de relatief grote hoeveel
heid regen van de laatste jaren, waardoor de bie
ten weinig schade lijden. In droge jaren gaan de
bladeren van de aangetaste bieten slap hangen
(ook 's nachts). Voor een goede bestrijding achten
deskundigen het noodzakelijk dat jaarlijks min
stens 12.000 monsters op bietecystenaaltjes wor
den onderzocht, dus een verdrievoudiging van de
huidige aantallen. Wil men in Nederland met
succes bieten blijven telen dan moeten de bieten-
telers niet alleen aan onderzoek gaan doen maar
vooral ook blijven doen en de adviezen volgen.
Voor inlichtingen en opgaven kan men zich
rechtstreeks wenden tot de assistenten van het
Bedrijfslaboratorium voor Grond- en Gewas-
onderzoek in uw gebied.
In verband met deze maatregel zal het Instituut
voor Rationele Suikerproduktie te Bergen op
Zoom geen onderzoek op bietecystenaaltjes meer
voor de praktijk verrichten.
Wat is een pool?
AOK de coöperaties zijn beslist niet traditioneel
ingesteld. Ze hebben een uitgesproken valo
risatie-opdracht voor hun leden. Een heel oude
taak met toepassing van de nieuwste methoden. Ze
houden wel degelijk in de gaten wat er aan de
andere kant van de markt verandert. Valorisatie
kan pas goed tot z'n recht komen als alle partijen
er wel bij varen. Wij willen in het kader van dit
artikel eens wat langer stil blijven staan bij de
poolvorming van akkerbouwprodukten. Poolvor-
ming is een afzetsysteem waarmee men inmiddels
een meerjarige ervaring heeft opgedaan. Het be
treft vooral de produkten tarwe, brouwgerst en
erwten, terwijl aardappelen wat recenter in pool-
verband afgezet worden.
De vraag is thans: wat is nu eigenlijk een pool
en wat kan er mee bereikt worden? Een pool ont
staat als een groep telers besluit via hun afzet-
coöperatie de oogst of een deel daarvan van
een bepaald produkt voor gezamenlijke rekening
af te zetten. De coöperaties op hun beurt poolen
dan doorgaans weer via hun centrale Cebeco
in landelijk verband.
Regelmatig worden uit de pool hoeveelheden
produkt verkocht. De afrekening met de deel
nemende telers vindt plaats tegen de gemid
delde prijs, die voor het gehele poolkwantum
is gemaakt. De teler ontvangt dus niet de hoog
ste prijs, maar ook niet de laagste. Bij indivi
duele afzet kan hij soms een betere prijs ma
ken, doch de kans op een lagere is zeker ook
niet denkbeeldig. En vooral dit laatste wordt
voorkomen in poolverband omdat er kwanta
op verschillende momenten en daardoor tegen
wisselende prijzen worden afgezet. Het poolen
is een methode van gespreide afzet.
Met pool verkoop
meer uit de markt te halen
TOCH is dit beslist niet de enige betekenis van
de pool. Poolverkoop betekent ook dat de
verkoopleiding over een bekend kwantum produkt
beschikt. Daarmee kan men de markt aftasten en
zo nodig direkt zaken doen. Er kan dus op ieder
moment met de vragers onderhandeld worden,
waardoor er uit de markt gehaald kan worden
wat er op een bepaald moment in zit. Hoe groter
het poolkwantum hoe ruimer de mogelijkheden.
Bijvoorbeeld in het begin van de oogst. Poolafzet
kan het gehele prijsniveau opdrukken zodat iedere
verkoper hetzij direkt hetzij indirekt de voorde
len van dit afzetsysteem plukt. Toch mag hieruit
niet de conclusie getrokken worden dat de vraag
zijde vanwege het poolen alleen maar een hogere
prijs moet betalen. Integendeel het blijkt steeds
meer dat de afnemers positief staan tegenover dez«e
afzetmethode. Waarom?
Wel, zij hebben er behoefte aan regelmatig
grote partijen van uniforme kwaliteit te kunnen,
kopen en deze op afroep te ontvangen. Het
poolsysteem nu biedt hiertoe de gelegenheid
en zo ontstaat er een zekere klantenbinding
Groothandel en industrie weten dat ze regelma
tig aanbod op de markt ontmoeten. Bovendien
zijn ze verzekerd van een goede bewerking van
het produkt en van een gelijkmatige kwaliteit.
Het poolsysteem heeft voor hun aankooppolitiek,
en grondstoffenaanvoer wezenlijk betekenis.
Aktief verkoopbeleid
pOOLEN is bovendien een voorbeeld van aan-
bodbundeling, hetgeen voor beide zijden van
de markt z'n voordelen heeft. De onderhandelings
positie van de telers wordt via hun coöperatie
groter. Daar komt bij, dat deze organisaties over
een uitstekend opslag- en bewerkingsapparaat be
schikken. De afnemers weten dit en daardoor
groeit het vertrouwen. Groothandel en industrie
kunnen hun beleid mede op een goed geoutilleerde
voorliggende schakel baseren. Ook is er differen
tiatie mogelijk en dan denken we aan het betrek
ken van produkt uit een bepaalde streek en zelfs
zoals bij aardappelen van bepaalde perce
len. Vooral een nationale pool biedt vele moge
lijkheden.
Natuurlijk behoeft een pool niet gebonden te zijn
aan een star verkooppatroon. De marktomstandig
heden kunnen het noodzakelijk maken een soepel
beleid te voeren. Hetgeen de praktijk metterdaad
uitwijst. Overigens is het niet zo, dat een volledig
gepoolde afzet tot 100 markt (prijs) beheersing
zou leiden. Zelfs in het geval van een slechts
theoretisch denkbare 100 poolverkoop blijft
de vraag een moeilijk te berekenen faktor. Ons
standpunt is, dat de teler met het poolen is ge
diend. Om dit aan te tonen blijft een goede voor
lichting van het grootste belang. Bovendien dwingt,
de E. E. G. tot een grotere bundeling, waarbij het
kwantiteitsaspekt nog aan betekenis zal winnen.
Dit laatste betekent, dat de kwaliteitsconcurrentie
groter wordt.
Onze conclusie moet zijn, dat het poolsys-
steem de aandacht van de telers verdient. Van
zelfsprekend is het systeem voor verbetering
vatbaar. Naarmate meer telers meedoen kun
nen de voordelen beter tot hun recht komen.
Valorisatie is niet een kwestie van woorden
maar van daden. En van geloof in de kracht
van het samen doen. Wie daarbij geen enkel
risico durft te lopen leeft als ondernemer niet
TN het ministerieel schrijven waarover we vorige week schreven, ook onze coöperaties worden
i genoemd? In het ontwerp vennootschapsbelasting 1960 is hiervoor een regeling ontworpen die
onze sympathie niet heeft. Het besluit Vennootschapsbelasting 1942 beschouwt in het algemeen winst
uitdelingen van coöperaties als bedrijfskosten.
Het ontwerp vennootschapsbelasting 1960 brengt hier een beperking, maar beperkt deze vrijstelling
tot dat gedeelte van de wnistuitdelingen dat op ledentransacties is verdiend. Deze winst op leden
transacties zou dan met behulp van een breuk wat. ruw worden bepaald.
Een zeer moeilijk punt werd hier gevormd door de regeling van de prijscorrecties. We gaan hier
aan nu voorbijdaar deze prijscorrecties volgens de ministeriële brief nu zullen kunnen vervallen.
Er zal nu, als wet wordt wat in deze brief wordt genoemd, aan de leden der coöperaties een volle
dige mogelijkheid tot verrekening worden toegekend voorzover zij inzake van de uitdelingen aan in
komstenbelasting zijn onderworpen.
Dit klinkt vriendelijk.
T N de brief wordt verder opgemerkt:
Uitgangspunt is hierbij dat de coöperatie op dezelfde wijze wordt belast als de naamloze
„vennootschap, doch dat deze gelijke behandeling slechts tijdelijk is, in die zin dat de van de
„coöperatie geheven belasting wordt verrekend bij de leden voorzover de winst van de coöpe
ratie binnen korte tijd ter beschikking van de leden komt en bij hen met inkomstenbelasting
„wordt belast".
Wij citeren nog een zinsnede uit deze brief. Deze luidt:
„dat de ondergetekenden voor de hiervoor geschetste nieuwe regeling uitgaan van een vrij-
„wel volledige integratie van de bedrijven van de coöperatieve vereniging en van haar leden
„berust op het nu eenmaal niet te loochenen feit dat die bedrijven in hoge mate met elkaar
„samenhangen".
QrflER constateren we met genoegen volledig begrip voor de positie van onze coöperatieve ver-
enigingen. De bovenbedoelde verrekeningsm ogelijkheid zal worden beperkt tot uitdelingen di<&
kort na het maken van de winst plaats vinden. Gedacht wordt aan een periode van acht maanden na
afloop van het boekjaar.
Er zijn in deze brief dus diverse punten die „ons wel liggenNatuurlijk is met het noemen en weer
geven van enkele belangrijke punten de betekenis va n één en ander niet volledig uit de doeken gedaan
maar we wilden onze lezers toch reeds op de be langrijke ministeriële brief attenderen. Zodra d<s
precieze bedoeling van een en ander ons bekend is, hopen wij gelegenheid te v.xden hierop terug te
komen.
Vermelden wij tenslotte nog dat in deze brief ook nog een verlaging van het Successierecht wordt
aangekondigd voor vererving tussen echtgenoten, waarbij geen grote vermogens zijn betrokken. U
zult met ons eens zijn dat met belangstelling de nadere uitwerking moet worden afgewacht.
MEUERS,