De Veehouderij in Oost Zeeuwsch-Vlaanderen 636 ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD Ter gelegenheid van de Landbouwdagen van de Z.L.M. te Axel zal op 2 juli aanstaande naast een goede collectie scha pen en paarden een kern van het beste rundvee (ca. 150 die ren) uit Oost Zeeuwsch-Vlaan deren in de keuringsbanen en op het demonstratieveld ver schijnen. Deze gebeurtenis vormt een uitstekende aanlei ding om in kort bestek de rund veeteelt en - houder jj in dit gebied van Zeeland eens nader te belichten. Bovendien zal ook de landbouwvoorlich- tingsdienst te Axel in een stand op het tentoonstellings terrein voor de economische betekenis van de veehouderij in het bedrijfsverband aan dacht vragen In Oost Zeeuwsch-Vlaanderen is op ca. 1350 be drijven een rundveestapel van rond 20.000 stuks aanwezig, een bezetting van gemiddeld 15 runderen per bedrijf. Een teruggang als gevolg van uitstoot van melkvee op de akkerbouwbedrijven in de afge lopen jaren en tijdelijk ook van mestvee tengevolge van een depressie in de vleesprijzen, vooral in de jaren 1962 en 1963, heeft in 1964 plaats gemaakt voor enige uitbreiding van de totale veestapel. Ener zijds leidt de gewenste verhoging van het arbeids inkomen op de kleinere gemengde bedrijven tot uit breiding van de melkveehouderij, terwijl de aan zienlijk gestegen prijzen voor rundvee de animo voor mesten in grotere produktie-eenheden op akkerbouwbeorijven doet toenemen. Op een melkveebezetting van 3000 melkkoeien werd in 1964 ca. 8.700.000 kg melk, ter waarde van 2.7 miljoen gulden, aan de fabrieken te Klooster- zande en Terneuzen afgeleverd. De totale waarde van de melk kan bij een produktie van gemiddeld 4100 kg melk per koe geschat worden op Z*l* miljoen gulden. Voor een economische bedrijfsvoering op bedrijven met grotere produktie-eenheden is uit breiding van een geregelde produktiecontrole van het melkvee zeer gewenst aangezien nog maar 20 van de aanwezige koeien in controle is. In Walche ren bedraagt het percentage controlekoeien 54 De 600 in 1964 op 106 bedrijven gecontroleerde koeien bleken een heel goede gemiddelde opbrengst te geven van 4733 kg melk met een vetgehalte van 3,92 in 309 dagen. De deelname aan de eiwit controle beperkt zich tot enkele, nl. 22, fokbedrijven waar van 121 koeien een gemiddeld eiwitgehalte van 3,32 werd berekend. Een verdere uitbreiding van de eiwitcontrole is niet te verwachten zolang de fa brieken de boerderijmelk niet mede op basis van eiwitgehalte uitbetalen. ^ONCENTRATIE van de melkverwerkende indus trie voor geheel Zeeuwseh-VIaanderen waar, met inbegrip van de fabriek te IJzendijke, nog een 3-tal afzonderlijke bedrijven ca. 15 miljoen kg melk ver werken, is thans een eerste vereiste om de melk voor de veehouders tot hoger waarde te brengen. Op het gebied van de kostbare aanvoer en ver werking (specialisatie) alsmede van de afzet van de melk en de produkten kan er belangrijk geratio naliseerd worden ter verhoging van de boerenmelk- prijs. Door de industrialisatie van Zeeuwsch-Vlaan deren en de nog steeds toenemende recreatie (Braak man en kuststreek) stijgt de behoefte aan melk- produkten. Dit betekent dat een nog groter percen- Groep afstammelingen van de K.I.-stier Rudolf Siccama ~e waarde van de ca. 3000 in Oost Zeeuwsch- Vlaanderen voortgebrachte kalveren beloopt ongeveer 450.000,per jaar. De jaarlijkse waardevermeerdering van 17.000 stuks jong vee en mestvee a 600,bedraagt alleen in dit gebied meer dan 10 miljoen gulden. Reke ning houdende met de waarde van de gepro duceerde melk beloopt het jaarlijkse bruto- inkomen van de rundveestapel in dit deel van Zeeland een bedrag van 14 a 15 miljoen gulden. Voor de 1350 bedrijven met rundvee betekent dit per bedrijf een gemiddelde bij drage in het bruto-inkomen van ongeveer 11.000,Dit houdt in dat de betekenis van de rundveehouderij in dit toch overwegend akkerbouwgebied niet mag worden onder schat. De Rijks veeteeltconsulent Ir. W. L. HARMSEN KUYK D1RKJ1Z 126, Pref. Sta nm. Eig. W. L. den Hamer, Axel. Deze koe komt op de a.s. Z.L.M.-tentoonstelling te Axel m>t afstammelingen. tage van de melk tegen een meerwaarde in de sek- tor van de consumptiemelk kan worden afgezet. Om hiervan ten volle te kunnen profiteren is een sa nering die veel verder gaat dan een incidentele modernisering van de bestaande melkinrichtingen echter dringend nodig. Ook op het gebied van de veeverbetering vragen sterkere samenwerkingsvormen de volle aandacht. Op het gebied van de beide K.I.-verenigingen in Oost en West Zeeuwseh-VIaanderen is dit bijzonder acuut geworden. De oplossing ligt in een concen tratie van deze twee te kleine verenigingen, tezamen met de overige Zeeuwse K.I.-verenigingen^ en het Coöp. Centraal Stierenstation te Goes in één K.I.- vereniging Zeeland. In principe is thans de weg vrij gekomen voor deze concentratie, die op korte termijn moet kunnen worden verwezenlijkt. Ook voor Oost en West Zeeuwseh-VIaanderen betekent dit een voordeliger en doelmatiger werkwijze, die tot een afremming van de stijgende inseminatie- kosten leidt. JN het afgelopen jaar werden in de K.I.-vereniging Oost Zeeuwseh-VIaanderen 1145 runderen kunst matig geïnsemineerd, dit is ongeveer 10 van het aantal in geheel Zeeland. De vereniging beschikt over een goed verervende stier en maakt tevens ge bruik van stieren der Zeeuwse zusterverenigingen, terwijl enkele fokkers ook gebruik maken van diepvries- of importsperma van beproefde fokstie ren elders uit ons land. De bevruchtingsresultaten (54,4 drachtig na le inseminatie tegen 66,6 over de gehele provincie) vragen echter om verbetering en zullen een grotere deelname kunnen bevorderen. Er worden naast enkele goede, teveel natuurlijk dekkende stieren van onvoldoende fokkwaliteiten voor veeverbetering gebruikt. Prima manlijk fok- materiaal is vereist zowel voor een hogere pro duktie- en gebruikswaarde als voor verhoging van de handelswaarde, ook gezien voor de export van de bekalfde vaarzen. Naast de melkveehouderij is de aangefokte maar in deze streek ook veel aangekochte jongveestapel van grote economische betekenis. Een deel wordt na bevruchting ingeschakeld in de melkveestapel van de gemengde bedrijven, een niet onbelangrijk deel wordt ook als fokvaars verhandeld en afgezet waarbij de exportmogelijkheden relatief gunstig zijn. De voornaamste bestemming van de hoofdzake lijk uit de jaarlijkse aankopen verkregen jongvee stapel vindt echter zijn bestemming in de rundvee- mesterij. Deze vindt overwegend plaats op grotere akkerbouwbedrijven die over voldoende hoogwaar dige en doorgaans goedkope bijprodukten van de akkerbouw beschikken. Een gunstige ontwikkeling van de vleesprijzen in de Euromarkt zal deze produktietak waarschijn lijk verder doen aantrekken, wellicht in grotere en meer rationele eenheden op een beperkt aantal be drijven. Hierbij doet zich, evenals bij de melkvee houderijen, do behoefte gelden aan enkele goede de- monstratiebedrijven, met een meer functionele huis vesting en toepassing van arbeidsbesparende werk methoden voor voedering en verzorging.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1965 | | pagina 4