De landbouw in Oost Zeeuwsch-Vlaanderen 62ö VRIJDAG 25 JUNI 1965 PEN behoorlijk gedeelte van de grond in O. Zeeuwsch- Vlaanderen is „onder de schop". Ruilverkavelingen, ka naalverbreding, het creëren van waterbassins, wegen- en liavenuitbreiding en toename TREKKRACHT. IIET aantal werkpaarden is de laatste jaren zeer sterk afgenomen en bedraagt nog 1.000 (5 jaar en ouder). Alleen voor de lichtere werk zaamheden, zoals zaaien en verplegen, wordt op enkele bedrijven nog gebruik gemaakt van paar den. Zoals bekend is de trekker al geruime tijd de do minerende trekkrachtbron voor de uitvoering van de werkzaamheden. Bij de mei-telling 1963 werden een kleine 1200 trekkers geregistreerd. Wanneer we er van uitgaan dat op lang niet alle bedrijven beneden de 10 ha een trekker voorkomt, dan is de gemiddelde oppervlakte grond per trekker 23 a 25 ha. WERKKRACHTENBEZETTIN O IIET aantal geregistreerde jaarcontracten vreemde arbeidskrachten) bedraagt ruim 500. Wanneer we daar bij optellen de losse vreemde krachten, het aantal gezinsleden en de bedrijfslei ders, dan komen we op 2.800 agrarische arbeids plaatsen. Delen we dit aantal op de totale opper vlakte, dan is het aantal ha's per man 10 a 11 ha. Voor de grotere akkerbouwbedrijven wijst de praktijk echter anders uit. Op heel wat akkerbouw bedrijven van 20 ha doet de boer het werk zo goed als alleen. En op de bedrijven rond de 30 ha of groter wordt het werk door vader en zoon of door de boer en één vaste arbeidskracht verricht. De landbouw in de knel bij uitbreidingsplannen R.L.V.D.AXEL J. SCHEELE. van do industrie zijn hiervan de oorzaak. Bij een bezoek aan de gebieden waar deze werken plaats hebben, komt men onder de indruk van het massale grondverzet dat daar bij plaats heeft. En men zou bijna vergeten dat er ook nog landbouw is! Gelukkig dat een deel van deze werken ten doel hebben om minder goede gedeelten tot beter bruikbare grond te maken. Daardoor kan van enige grondaanwinst gespro ken worden die echter niet opweegt tegen de grondont- trekking ten behoeve van ka naal-, wegen-, gemeente- en Industrieuitbreiding. Met eni ge afname van de landbouw grond in Oost Zeeuwsch- Vlaanderen hebben we dan ook elk jaar rekening te hou den. OPPERVLAKTE GROND. 70ALS bekend schommelen de oppervlakten van de verbouwde gewassen van jaar tot jaar. Factoren als o.a. weersomstandigheden en prijzen der produkten beïnvloeden het bouwplan. Bezien we het bouwplan over een aantal jaren, dan komt dit neer op: 44% granen (25% wintertarwe); 12^% peul vruchten (8% erwten); 17% handelsgewassen (13% vlas, 3graszaad, karwij); 25% hakvruchten (15% bieten, 9% aardappelen, 1% uien); IV2 lucerne en klaver (overwegend lucer ne). Bouwput van de sluis in Terneuzen. thans voor een deel, betelen met tuinbouwgewas- sen, öf er een ander beroep naast hebben. Daar komt nog bij, dat een aantal landbouwbe drijven geregistreerd staan onder twee namen, meestal vader en zoon. De vader staat dan meestal met een kleine oppervlakte te boek. Hierdoor wordt het toch al groot aantal bedrijven beneden de 5 ha nóg groter. In 1964 bedroeg dit ruim 900 bedrijven met een totale oppervlakte van slechts 1500 ha. Voor een duidelijk overzicht van het gemiddelde landbouwbedrijf laten we echter deze wat kleinere bedrijven buiten beschouwing, waarbij we niet de indruk willen wekken dat deze groep onbelangrijk is. Het aantal bedrijven boven de 5 ha kan dan ge- steld worden op 1.400 met een totale oppervlak te cultuurgrond van 28.500 ha. De gemiddelde bedrijfsgrootte van deze bedrijven komt dan neer op ruim 20 ha. Het volgende staat je geeft een overzicht van de betekenis der ver schillende grootte-klassen (afgeronde cijfers). grootte klasse bedrijven grond 5—10 ha 30 10 10—20 ha 30 20 20—30 ha 15 20 30-—50 ha 20 35 50 ha en meer 5 15 BOUWPLAN. BIJ de mei-inventarisatie 1964 bedroeg de opper vlakte cultuurgrond 30.000 ha. Hiervan was ruim 5.000 ha grasland en een kleine 1.000 ha tuinbouwgrond (inclusief fruitteelt). Het bouwland, bestemd voor marktbare gewas sen, schommelt dus rond de 24.000 ha. Door de slechte veeprijzen van enkele jaren geleden, het meerdere werk en de gebondenheid die bij vee houderij onvermijdelijk is, neemt de oppervlakte grasland nog steeds af. De fruitteelt daarentegen neemt nog steeds toe. Het bouwlandareaal wijzigt weinig. AANTAL BEDRIJVEN. IIET aantal geregistreerde landbouwbedrijven in Oost Zeeuwsch-Vlaanderen is groot, n.l. ruim 2.300. Van de bedrijven beneden de 5 ha cultuur grond is het bekend dat er zijn die: öf de grond, al i

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1965 | | pagina 35