De winkel van
S(icco) L. Mansholt
Ons commentaar
VRIJDAG 18 JUNI 1965
„Officieel orgaan van de Maatschappij tot bevordering van Land enTuinböuwert Veeteelt in Zeeland
frankering bij abonnement: Terneuzen
53e Jaargang No. 2785
r;
W% w II ill m m W w Wm
i lÉ
/"•OEDE kennissen en vrien-
den spreken we met de
voornaam aan. Bij vooraan
staande figuren in onze samen
leving is het gebruik geworden
om als we over hen spreken,
als een soort extra eerbetoon,
mede de voornaam te gebrui
ken.
We kennen dan ook verschei
dene grote staatslieden, zaken
lieden, presidenten en minis
ters (tot die van landbouw toe)
bij hun voornaam. Dr. Sicco L.
Mansholt is ook zo'n groot man.
Als één der vice-presidenten
van de Europese Commissie be
heert hij de E. E. G. landbouw
zaken
De E. E. G.-landbouwpolitiek staat op dit moment
voor de zoveelste maal weer in het centrum van de
belangstelling. In Brussel gaat het nu om de finan
ciering van het landbouwbeleid. De vraag is niet
zozeer hoe dit moet gebeuren. Want men is het er
wel over eens dat er een fonds moet zijn in de geest
als ons Landbouw Egalisatiefonds. Hierin moeten
dan de heffingen op bijvoorbeeld granen en de bijdra
gen van de nationale regeringen vloeien terwijl men
hiermee dan de export en andere zaken kan betalen.
De belangrijkste vraag waar het nu om gaat is dus
niet hoe, maar wie krijgt het beheer van en het toe
zicht op dit grote fonds. Zal dit de Raad van Minis
ters zijn (de 6 ministers die slechts verantwoording
schuldig zijn aan hun eigen parlement) of krijgt de
Volksvertegenwoordiging, in dit geval het Europees
parlement, een stem in dit kapittel?
Het gaat bij de discussie die nu aan de gang is, dus
eigenlijk niet om een landbouwprobleem op zichzelf,
maar om een algemeen politieke kwestie die er zich
achter verschuilt n.l. de invloed van de volksvertegen
woordiging op de democratisering van de E. E. G. of
zo men wil de algehele politieke eenwording van de
E. E. G.-landen.
Daarover gaan de gesprekken die nu worden ge
voerd overal in Europa. Zoals bijv. tussen de heren
De Gaulle en Erhard. De Nederlandse regering heeft
ook stelling genomen. In de dagbladpers hebben wij
hiervan uitgebreid kennis kunnen nemen. Wij hebben
van zo'n precies omlijnde stellingname in de andere
landen nog niet gehoord.
Hi: E. E. G.-landbouwwinkel heeft behalve „het
produkt democratisering" nog meer te koop.
Hoewel de „produkten" richtprijs, drempelprijs, inter
ventieprijs, oriëntatieprijs om er maar enkele te noe
men, al enige tijd aan de markt zijn, weten we er nog
niet altijd even goed weg mee. Het is als in een grote
Super Market en daar mogen we deze winkel toch
wel mee vergelijken waar we de weg nog niet
goed weten om dat produkt te vinden dat we hebben
willen. Bovendien, er komt zoveel nieuws aan de
markt, zowel yers, ingeblikt, als diepgevroren, dat het
wel wat deskundigheid vraagt om hierin thuis te zijn.
IN het kort willen we dan ook eens bezien wat wèl
belangrijk is voor ons. En laten we ons voor
lopig maar beperken tot de granen.
De richtprijs (alleen voor tarwe, rogge, gerst) is de
prijs waarnaar gestreefd wordt. Van deze prijs wor
den de drempelprijs en de interventieprijs afgeleid.
ijftf
-- - -
- t. V
'MM4i
f* 'iwM-
'v ',4
liii m?-* m
De drempelprijs dient om de heffing bij invoer te
bepalen. Bijv. bij een drempelprijs van 32,en de
cif prijs van de in te voeren partij is 25,dan moet
door de importeur een heffing betaald worden (aan
het Europese fonds) van 7,
De interventieprijs (alleen voor tarwe, rogge en
gerst) is de minimumprijs waarvoor het graan aan de
overheid (het V. I. B.) kan worden verkocht.
In feite zullen voor het seizoen 1965/'66 de volgen
de prijzen gelden:
Richtprijs Drempelprijs Interventieprijs
tarwe 37,95 37„0O 35,52
'gerst 32,40 32;20 29,15
Deze prijzen zijn van kracht per juli/aug. '65. Later
komt er een maandelijkse staffel bij. Voor tarwe 8 x
0,35. Voor gerst 6 x 0,25 (de eerste staffel gaat in
per 1 september 1965).
Hoewel de drempelprijs van veel belang is voor de
handhaving van het prijsniveau bij veel aanbieding
uit het buitenland, is de basis voor de boer de inter
ventieprijs.
Dus, zal uw conclusie zijn, de Zeeuwse boer kan,
wanneer de markt inzakt toch minstens op f 35,52
voor de tarwe rekenen? Neen, dat is niet waarschijn
lijk. De 35,52 geldt n.l. in het stadium van de groot
handel. Er gaat dus voor de prijs af-boerderij een
bedrag af aan onkosten (vracht, handelsmarge). Bo
vendien geldt 35,52 voor tarwe van Europese stan
daardkwaliteit. Dat wil o.m. zeggen de tarwe moet
een vochtgehalte hebben van 16 en het aandeel van
bijmengsels, uitschot, gekiemde en gebroken korrels
mag totaal niet groter zijn dan 5
Als men de aftrekposten van deze twee factoren
durft te schatten zou men inderdaad op een minimum
prijs uitkomen. Voor augustus tenminste, na septem-j
ber komt er een staffel bij.
IS ER EEN MAXIMUMPRIJS?
MEEN, de richtprijs is zoals gezegd eén SfrëefprijsL
Daar kan men in principe, als alles in de markt
meezit, boven gaan. Maar dan wordt méér import erg
aantrekkelijk, want dat is dan voordeliger (zie de
drempelprijs). Dus in de praktijk zal een hogere prijs
voor de goede partijen gelden, terwijl over de periode
waarover deze prijs gemaakt wordt niet veel te zeg
gen is. Maar dat een hogere prijs tot de mogelijk
heden behoort is dit jaar wel gebleken toen in maart
de prijs van tarwe 2,— boven het niveau van de
drempelprijs lag.
Het blijkt wel dat ook in de E. E. G.-winkel van
alles te koop is. En ook hier kunnen het mee- e«
tegenvallers zijn.
Pr