.uit de praktijk
492
ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD
UET uitzonderlijk slechte weer is nu wij uit THOLEN deze bijdrage schrij-
ven nog steeds niet geëindigd, en iedere dag opnieuw vragen wij als
boer ons af, wanneer er eindelijk nu eens een periode met wat beter weer
zal aanbreken. Het is nu een maand geleden dat wij met de trekker in het
land gewerkt hebben en dat is vooral in deze tijd van het jaar een onwezen
lijk lange periode. In ons vorig overzicht schreven we al over de schadelijke
gevolgen van het een en ander, nu deze periode ondertussen weer met 2
weken is verlengd, zijn de schadelijke gevolgen vanzelfsprekend nog aan
zienlijk vergroot. Het onkruid is „goed" gegroeid en de noodzaak van een
spoedige mechanische en chemische bewerking wordt met de dag groter.
In verschillende percelen geplante aardappelen, vooral op wat slempige
grond, komen rotte knollen voor, o.i. hebben de aardappels het meest te
lijden gehad van de natte moesson, alhoewel ook de overige gewassen beslist
schade hebben. Op heel veel percelen staat water op het land, en in het
water is het nu eenmaal slecht boeren.
Tussen de buien door zien we van tijd tot tijd de sproeimachines uitruk
ken om het onkruid te lijf te gaan, doch het effect is net zo als het weer
wisselvallig.
IN deze week heeft de kring Tholen bezoek van een vijftigtal Amerfoortse lyceïsten. Dit is de 2e
uitwisseling, de eerste was een groot succes en we hopen voor de organisatoren dat deze 2e uit
wisseling wederom succesvol zal verlopen.
Het moet o.i. van groot belang geacht worden dat de toekomstige intellectuelen kennis kunnen ne
men van het leven en werken op een moderne boerderij. Er blijkt n.l. een groot wanbegrip te zijn bij
deze jonge stedelingen over de landbouw in het algemeen, hetgeen o.i. ook wel verklaarbaar is, om
dat de meeste „boerenkennis" van deze jonge mensen bestaat uit het gebruiken van minder gelukkig
gekozen paralellen in het spraakgebruik, en het uiterlijk zien van doorgaans kleinere, helaas dik
wijls minder welvarende boerderijtjes in recreatiecentra.
In het algemeen mag gesteld worden, aldus enkele leden van de ontvangstcommissie, dat de Thoolse
agrariër positief reageert op deze uitwisseling, maar toch valt het niet mee om voor alle leerlingen een
gastadres te vinden. In de meeste boerengezinnen is weinig hulp aanwezig en niet ieder voelt zich
aangetrokken tot deze uitwisseling. Des te meer waardering mogen we dan ook met z'n allen hebben
voor deze gezinnen die deze leerlingen, heel dikwijls al voor de 2e keer, gastvrijheid verlenen. Mag
de commissie een volgend jaar ook op U rekenen?
TEN belangrijke stap naar een beter en efficiënter afzetsysteem van Thoolse tuinbouwproducten
is in de afgelopen week gezet door het oprichten van een Thoolse fustcombinatie waarin al de
veilingen van Tholen deelnemen. De veilingen liquideren hun eigen fustpark en brengen dit in bij de
fustcombinatie. Straks zullen alle Thoolse producten geveild worden in Alvantko fust, hetgeen naast
een betere fustroulatie tevens het voordeel heeft dat men met merkartikelen gaat werken, waardoor
meer reclame voor de Thoolse goede producten mogelijk wordt.
De veilingen zullen gezamenlijk moeten streven naar het aanbieden van grote kwanta hoogwaardige
producten van zo mogelijk constante kwaliteit. Daarnaar gaat de vraag van de handel steeds meer
uit, als gevolg van het zich sterk wijzigend afzetsysteem. Denk aan de enorme vlucht die de super
markten, de grote zelfbedieningszaken en de gezamenlijke inkoopcombinaties nemen.
HE aanhoudende regen is er oorzaak van dat
op WALCHEREN omstreeks 10 mei nog 10
15 van de oppervlakte bouwland ingezaaid moet
worden. Door de geringe zonneschijn is de groei
van de gewassen traag. De voorgenomen chemi
sche onkruidbestrijdingen konden niet tijdig wor
den uitgevoerd. Al met al een zeer somber beeld.
Voor het zaaien van zomertarwe lijkt het nu toch
wel te laat. Zomergerst is nog wel mogelijk, al
hoewel niet meer op een volledige opbrengst ge
rekend mag worden. Dit geldt trouwens voor vrij
wel alle nog te zaaien of te poten gewassen, uit
gezonderd stambonen. De weersomstandigheden
in de komende maanden zullen sterk bepalend zijn
op de ontwikkeling en het oogstresultaat, zowel
voor de nog te zaaien gewassen als voor de reeds
bovenstaande. We zullen hopen dat de natuur zich
zodanig herstelt, dat de ontstane achterstand nog
enigszins wordt ingelopen. Vooral de oudere kol
lega's motiveren dit nogal eens met praktische
ervaringen.
Wat vaststaat is dat er bij gunstiger weersom
standigheden zeer veel werk moet verzet worden.
Reeds gemaakte plannen zullen wel eens radikaal
gewijzigd moeten worden. Waar nodig en moge
lijk zal menselijke arbeid vervangen moeten wor
den door mechanische en chemische middelen.
Sommige kollega's hebben tussen de buien door
bespuitingen uitgevoerd met de rugspuit.
De kollega's die winterbloemkool hebben geteeld
hadden een paar goede weken. Een redelijke kwa
liteit kool en een meestal zeer goede prijs. Deze
teelt heeft ook risiko's, daar er telers zijn die in
5 jaar slechts 2 of 3 jaar met goede opbrengsten
hebben gehad. Toch zijn we van mening dat er
voor meerdere Walcherse bedrijven perspektief in
deze teelt zit.
Degene die interesse voor deze teelt heeft dient
zich hierover de komende maanden te laten in
lichten. Dit kan men doen in gesprekken met kol
lega's die ervaring hebben met deze teelt. Verder
is in het kader van de streekverbetering de heer
B. Sandee aangesteld als tuinbouwvoorlichter op
Walcheren. Iedere landbouwer die overweegt tuin-
bouwgewassen te gaan telen kan zich verzekeren
van de deskundige adviezen van de heer Sandee.
Voor het grasland waren de weersomstandig
heden eveneens zeer ongunstig. De grasgroei is
goed, vooral daar waar een flinke stikstofgift is
gegeven. Op die percelen waarop reeds geweid
is, is de zode sterk beschadigd door stuktrappen.
Door een goede graslandverzorging zal getracht
moeten worden de schade zoveel mogelijk te be
perken.
De wintertarwe heeft een wat lichtere kleur ge
kregen. Vermoedelijk zuurstofgebrek doordat de
grond te lang met water is verzadigd geweest.
WANNEER we op ZUID-BEVELAND de hoe-
veelheid neerslag in de eerste week van
mei bezien, dan blijkt dit al veel meer te zijn als
het totaal over de hele maand mei van 1964. We
kunnen dan verder ook niet veel meer op onze
gronden verdragen. Nu is er perceelsgewijze al
heel wat schade. Krijgen we nog meer regen, dan
zouden we wel eens van een ramp kunnen spre
ken. Misschien is dit erg in mineur gesteld, maar
toch zullen we even moeten wachten voor we de
schade definitief kunnen ramen.
In de jongere polders blijkt de schade gelukkig
van veel minder betekenis te zijn. In de oudere
gebieden zijn al heel wat percelen met verdron
ken plekken. Op meerder percelen blijkt het door
gezaaide, meest zomertarwe ook al weer veronge
lukt te zijn.
Wat moeten we verwachten van de aardappelen
die nu al reeds 5 soms 6 weken in de grond zit
ten? Hoe moeten we denken over verschillende
percelen vlas?
Voor het toepassen van een chemische onkruid-
bestrijding in granen, vlas en erwten heeft men
weinig goede kansen gehad. Hier en daar is tus
sendoor nog wat gespoten, niet altijd zal het
resultaat voldoende zijn. Voor vele percelen graan
en vlas zal het nu ook wel wat te laat worden om
nog een chemische onkruidbestrijding toe te pas
sen.
Voor de Pasen schreef ik, dat er vrij grote kan
sen waren dat direkt na de Pasen met het bieten
dunnen kon worden begonnen. Nu zijn we 4 weken
verder en wat is er reeds geschied! Jammer ge
noeg nog slechts een beetje. Hier en daar moet
zelfs nog gezaaid worden. Het risico om te dun
nen wordt bovendien nog groter nu er op verr-
schillende percelen wat wortelbrand voorkomt.
Vast staat wel dat de chemische onkruidbestrij
ding in de suikerbieten nu al reeds zijn grote nut
heeft bewezen. Was er niet gespoten dan zou de
onkruidbestrijding onoverkomenlijke moeilijkheden
hebben gegeven. Ook is het niet uitgesloten dat
de bietendunners, voorgaande jaren nog weinig
gebruikt nu meer ingeschakeld zullen worden.
Hier schrijf ik niets over de suikerbieten en de
moeilijkheden die we er dit voorjaar mee gehad
hebben en die alle nog niet opgelost zijn. Maar
laten we dit in ieder geval afspreken dat we vol
gende week dinsdag of woensdag in ieder geval
even de tijd nemen, hoe druk het op onze bedrij
ven ook is, om op het demonstratieterrein van
voorjaarswerkzaamheden in de suikerbietenteelt
in de Wilhelminapolder eens na te gaan welke
mogelijkheden er qua precisiezaad, chemische on
kruidbestrijding en dunmethoden voor verder ge
bruik op ons eigen bedrijf nog mogelijk zijn!
HE situatie op SCIIOUWEN-DUIVELAND is al-
lesbehalve rooskleurig. Op vele plaatsen kun
nen we spreken van verdronken land. De grote
hoeveelheden regenwater hebben veel schade ver
oorzaakt. Hoe groot die schade is, is niet te zeg
gen, maar wel kunnen we gevoeglijk aannemen,
dat de top er al af is. Sinds weken is er praktisch
geen productief werk gedaan. Plaatselijk kon er
tussen de regendagen door een begin gemaakt
worden met het opéén zetten van de suikerbieten
en nog wat sproeien, maar over het algemeen kon
er weinig gedaan worden. Schouwen geeft nog
een ongunstiger beeld dan Duiveland, vooral om
geving Delingsdijk is 't treurig gesteld met de
nattigheid. Wat dit alles betekent nu we de 10e
mei gepasseerd zijn, is een ieder duidelijk. Laten
we hopen, dat er spoedig verandering komt in de
vorm van droog en groeizaam weer. Op Schou-
wen-Duiveland moet er nog al wat gezaaid en ge
poot worden, 't Betreft hier zo ongeveer nog 175
ha suikerbieten, enkele percelen gerst (20 ha),
enkele percelen erwten (±10 ha) en verder nog
ongeveer 10 ha uien. Hoofdzakelijk heeft dit be
trekking op Schouwen. Ten aanzien van de aard
appelen is 't zo dat er nog 35 gepoot moet
worden op Schouwen en ongeveer 5 op Duive
land. Dit alles exclusief overzaaien, want dat is
plaatselijk nodig.
In 't begin van deze 2e week in mei ziet het er
naar uit, dat we beter weer krijgen. Hopelijk
kunnen we de volgende keer dan wat optimisti
scher geluiden laten horen betreffende de stand
van zaken bij de boer.
Vermeldenswaard is 't initiatief van de Land-
bouwvereniging Nieuwerkerk tot bestrijding van
het klein hoefblad in wegbermen en slootkanten
door in samenwerking met de Coöp. Werktuigen
Vereniging dit onkruid te bespuiten met chemische
middelen. Genoemde plaatsen zijn in menig op
zicht een gevaar voor besmetting. Dergelijk ge
zamenlijk optreden is zeer nuttig en verdient
zeker navolging.
In wintertarwe kan dit hardnekkige onkruid
enigszins teruggedrongen worden met 2,4-Damine
bij een gewaslengte van 1520 cm. In de stoppel
Is een zwaardere concentratie aan te bevelen. Als
men klavers ingezaaid heeft en toch nog een
groeistofbespuiting toe wil passen tegen distel,
witte krodde e.d. wacht dan tot gewaslengte van
3035 cm dan is de klaver wat beter beschermd
en 't onkruid is in later stadium 't meest gevoelig.
Matige dosering kan vooral rode klaver goed ver
dragen.
MA een volle maand van of gedwongen rust of
tussen de buien door eens een paar uur naar
het land is er nu weer volop bedrijvigheid op de
NOORDBEVELANDSE akkers. Het is hard tijd ook
want het onkruid is in die maand niet in rust ge
weest. In zomergranen, vlas en erwten is men
momenteel nog volop aan het spuiten. Soms is
het onkruid al zodanig ontwikkeld dat een af
doende bestrijding moeilijk meer bereikbaar zal
zijn. Bietenpercelen met veel wortelonkruiden zo
als b.v. klein hoefblad zullen alleen m.b.v. van
mankracht opgezuiverd kunnen worden. Hieruit
blijkt wel dat we elke gelegenheid om vooral de
moeilijk te bestrijden onkruiden zoals klein hoef
blad en kweek ook werkelijk moeten benutten.
Onder omstandigheden als in dit voorjaar kan
soms alleen handwerk nog helpen en we zullen
er ons toch op in moeten stellen dat dit in steeds
mindere mate beschikbaar zal zijn. Voor onze me
chanisatie heeft dit als konsekwentie dat een ge
ringe overcapaciteit vaak voordeliger is dan tot
het uiterste beknibbelen >p de werktuigkosten. En
bij de chemische onkruidbestrijding zullen we er
rekening mee moeten houden dat de gunstige
momenten om te spuiten soms zeer zeldzaam zijn.
Van onze mooie plannen om zo vlug mogelijk
na het poten van de aardappelen de bedden op
definitieve hoogte te brengen is tot nog toe maar
weinig terecht gekomen. Op diverse percelen
komen de eerste aardappelen al boven terwijl er
na het poten nog niets aan het land is gedaan.
Men heeft vaak de spuitkar nog ingeschakeld om
het bovenstaande onkruid met DNOC kapot te
spuiten. Nu is het zaak om de grond te bewerken
vóór het te hard wordt en dit laatste kan zeer
snel het geval zijn. Er komt dan bovendien wat
warmte in de grond zodat de aardappelen vlug
ger doorgroeien. Waarschijnlijk als gevolg van
koude en vocht hebben de poters over het alge
meen nog niet veel wortels gevormd en ook de
stengeluitloop is nog maar fijn. Pas als er blad
opkomt kunnen deze planten goed tot ontwikke
ling komen.
Vooral het weer in de komende weken kan nog
zeer veel goed maken van wat de maand april
heeft bedorven. Momenteel is de stand van het
werk enkele weken achter maar de gewassen
staan er, uitgezonderd de verdronken plekken,
nog redelijk voor. De struktuur van het land heeft
echter vooral op de lichtere gronden zodanig ge
leden dat we erg kwetsbaar zijn, speciaal voor
droogte. Voor een goede groei zullen we in de
komende periode naast zon en warmte wel vaker
regen nodig hebben dan normaal. Laten we hopen
dat ook wat dat betreft de natuur zichzelf weer
wat corrigeert.