.UIT DE PRAKTIJK
392
ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD
IN de laatste weken is het zaaiwerk op de NOORDBEVELANDSE akkers
flink gevorderd en op het kleinste deel van de aardappelen na zitten
momenteel (maandag) de gewassen erin. In de komende tijd vraagt de ver
zorging onze aandacht. De beddenbewerking van de aardappelen, waarvoor
in het laatste jaar o.a. een aantal rijenfrezen van het type Nobel zijn aange
schaft, moet zo vlug mogelijk na het poten gebeuren. Verder de bespuitingen
tegen onkruiden in erwten, zomergranen en straks ook het vlas. De eerste
belagers van het jonge gewas zijn ook weer al present in de vorm van trip-
sen en bladrandkevers. Vooral in de jonge bietengewassen, waarbij we van
een veel geringer aantal plantjes uitgaan dan vroeger, zijn de tripsen zeer
gevaarlijk. In de afgelopen week zijn ook al diverse percelen tegen dit in-
sekt gespoten. In de week van Pasen zal ook het opéénzetten van de bieten
een aanvang nemen. De regen van de laatste dagen is gunstig geweest voor
de werking van de chemische onkruidbestrijdingsmiddelen waarmee een
zeer groot gedeelte van het bietenareaal is bespoten.
Aangaande de soms optredende opkomstmoeilijkheden door wateroverlast
hoorden we pas nog de opmerking dat dit straks met de nieuwe drainage en
verbeterde afwatering wel veel minder last zal geven. Wij geloven dat deze
spreker bepaald toch het resultaat van een goede af- en ontwatering over
schat. Wij zullen de laatste zijn om te beweren dat deze punten niet belang
rijk zijn en ook dat Zij in onze streek niet aan verbetering toe zijn. De Noord-
bevelanders waren er al vroeg bij met draineren en mede hierdoor is het nu
vaak verouderd.
Maar de oorzaak van wateroverlast ligt vaak dichter aan de oppervlakte
n.l. in de bovenste paar cm van de bouwvoor. Op veel van onze gronden,
dit geldt trouwens voor heel Zeeland, is soms de verslemping in de boven
grond zodanig dat er na een flinke regenbui nog een doorlaatbaarheid over
is van slechts enkele mm's per etmaal. Het is duidelijk dat een goede drai
nage alleen hier niet de oplossing geeft maar dat dit een probleem is van
veel grotere omvang. Hier komen we op het terrein van grondbewerking,
organische-stof voorziening, gewassenkeuze, vruchtopvolging e.d. Zaken die
op elke grond en op elk bedrijf weer anders worden aangepakt en waarvan
misschien juist daardoor veel minder concreet iets is te zeggen.
Toch is juist op onze vee-loze, sterk gemechaniseerde akkerbouwbedrijven
de doorlaatbaarheid van de bouwvoor een probleem dat ons wel eens met
zorg vervult. Het is voor veel gronden in onze provincie in ieder geval ern
stig genoeg om een uitvoerige bestudering waard t^ zijn.
UU wij dit schrijven hebben we in OOST
ZEEUWS-VLAANDEREN een nat week-end
achter de rug. De wat later gezaaide gewassen na
de eerste regenperiode beginnen ook boven te
komen. Voor deze percelen is de regen ook weer
een groot probleem geweest voor wat betreft de
onkruidbestrijding. De voor-opkomst middelen
konden dan ook niet of met risico gespoten wor
den. Dit benadrukt temeer dat wij de voorkeur
moeten geven aan die middelen welke direct na
het zaaien gespoten kunnen worden.
De afgelopen weken zijn we druk bezig geweest
met het zaaien van groenbemestingsgewassen in
onze granen. Het zo vroeg mogelijk zaaien van
15 kg/ha Noord Franse rode klaver in onze tarwe,
8 kg/ha Ladino witte klaver in de gerst zullen de
slagingskansen vergroten.
Wanneer we echter in de granen een onkruid
bestrijding willen toepassen met MCPA vroeg of
MCPP/, MCPA/TBA/, DBA/, 2—4 DP of welke
nieuwe combinatie van dezen, bestaat er de mo
gelijkheid toch een groenbemester te zaaien, daar
klavers niet tegen deze bespuitingen kunnen.
Italiaans raaigras Tetraploid is een grassoort die
het jaar van inzaai niet in het zaad komt, dus
geen last van opslag in volgende gewassen!
In het verleden is er in Oost Zeeuws-Vlaanderen
ook wel gewerkt met zaaigrassen, doch deze had
den het ernstige nadeel wel opslag te geven in
volgende gewassen. Dit is dus met het huidige
Italiaans raaigras Tetraploid niet het geval. Per
ha wordt 3035 kg zaaizaad gebruikt, terwijl na
het ruimen van de dekvrucht pas de N wordt ge
geven nml. 60 kg zuivere N/ha 175 kg kg kalk-
salpeter van het gemet).
Naast het voordeel van het goed kunnen uitvoe
ren van een chemische onkruidbestrijding is er
ook de zekerder aanslag. Daardoor is een gras
groen bemester uit het oogpunt van onkruidbestrij
ding de meest geschikte. Klavers zijn echter goed
koper. Goedkoop zal op bedrijven met specialisa
tie in de aardappelen of bieten dikwijls duurkoop
zijn.
Het werken met de nieuwe typen bietendunners
moet reeds vroeg beginnen. De eerste bewerking
met de pennen om het korstje te breken en het
ev. onkruid kunnen op diverse percelen reeds
worden uitgevoerd.
Na het poten dienen de aardappelruggen zo
spoedig mogelijk te worden gevormd. Niet alleen
wegens het vochtverlies is het funest om later nog
bewerkingen aan de ruggen uit te voeren, maar
ook de hoeveelheid losse grond wordt bij latere
bewerkingen praktisch niet méér dan er bij het
poten reeds aanwezig was.
MAAR het zich op het moment dat wij deze bij-
drage schrijven laat aanzien, mogen wij dit
jaar een rustige Pasen tegemoet zien. Rustig, niet
alleen wat betreft de voorjaarswerkzaamheden,
welke al een heel eind gevorderd zijn, maar ook
wat rustiger wat betreft de spanningen welke we
de laatste tijd in onze WEST ZEEUWSVLAAMSE
gemeenten hebben gekend.
Want aan die gemeentelijke herindeling zijn al
heel veel woorden besteed, terwijl daar behalve
de gemeentebestuurders ook al heel veel ingezete
nen voor warm zijn gelopen.
Wij hebben zo de indruk, dat het voor de ge
meentenaren evenveel opoffering kost om mee te
helpen aan schaalverruiming als dat we dat in de
diverse bedrijfstakken kennen. Misschien nog wel
meer, vanwege de mindere kwetsbaarheid in fi
nancieel opzicht. En ieder wil wel vergroten, maar
slechts weinigen willen verdwijnen. Wat ook niet
te verwonderen is, want iets wat men heeft op
gebouwd wat men h^eft zien groeien en waar
mede men zelf is vergroeid, geeft men niet graag
op. Om dat te doen zün nevenfactoren noodzake
lijk, factoren welke van heel verschillende aard
kunnen zijn, maar welke het gemis van het afge
stane ruimschoots dienen te compenseren.
En het zal moeilijk aannemelijk te maken zijn
dat inlijving van een kleine gemeente bij een
andere gemeente voldoende compensatie voor de
ingelijfde gemeente waarborgt. Wat overigens
niet inhoudt dat wij de voordelen van schaalver
ruiming niet inzien.
Wij zijn dan ook voor een ruime schaal, mits
er voor ieder genoeg uit te pikken is. En zeker
voor degenen die hun eigen schaaltje daartoe af
stonden.
Thans staan we voor de Paasdagen. Dagen wel
ke weer geheel verschillend zullen worden benut
en welke voor sommigen wel weer zullen voor
bijgaan zonder te overdenken waarom het Paas
feest wordt gevierd en waaruit het zijn oorsprong
heeft gekregen.
Maar het mooie en goede van de Paasdagen
wordt gaarne aanvaard. Zoals trouwens bij alles,
waarbij vaak weinig wordt nagedacht over het
leed en de opofferingen die ervoor nodig waren.
Zo is het ook met schaalverruiming.
Het doel is goed en wordt ook wel als zodanig
aanvaard. Maar om een grote schaal te krijgen
moeten eerst vele kleine, vaak dierbare schaaltjes
worden afgestaan.
Laten we daar gedurende de Paasdagen eens
rustig over nadenken.
IIET is op ZUID-BEVELAND niet gelukt om
na de grote regenperiode alle suikerbieten
en aardappelen achter elkaar aan de grond toe te
vertrouwen. Door de regen, gelukkig niet in grote
hoeveelheden, was het toch niet mogelijk om met
deze werkzaamheden vlot verder te gaan. Vooral
in de oudere polders moeten nogal wat suikerbie
ten gezaaid en vrij veel aardappelen gepoot wor
den.
In de jongere polders staan de voor de eerste
regen gezaaide bieten vrijwel allemaal boven. De
opkomst is goed. Het ziet er naar uit dat hier
reeds spoedig na Pasen met het opéénzetten kan
worden begonnen.
Hoewel men enkele jaren terug nog wat afwij
zend tegenover de chemische onkruidbestrijding
in de suikerbieten stond, blijkt nu dat men op de
wat grotere bedrijven dit voorjaar overal hetzij
een rijen- of een volveldsbespuiting heeft toege
past.
In enkele percelen vroeg gezaaide suikerbieten
is reeds schade door thrips geconstateerd. De scha
de aan de alleenstaande plantjes kan soms vrij
groot zijn. Vroeg bestrijden is dan ook wel ge
wenst. Tevens blijkt hier en daar schade veroor
zaakt te worden door het bietenkevertje. Bestrij
den geeft alleen zin als dit geschiedt in de late
avond of het begin van de nacht. Dan komen nl.
deze kevertjes boven de grond.
Ook wordt nu reeds onze volle aandacht ge
vraagd voor de onkruidbestrijding in het vlas. Het
vlas staat er goed bij. Jammer genoeg blijkt ook
nogal wat onkruid voor de dag te komen. Vroeg
beginnen met de bestrijding is wel gewenst, het
kleine onkruid wordt dan het beste bestreden,
terwijl het vlas er dan het minste van te lijden
heeft.
Ook de vroeg gezaaide uien komen reeds goed
boven. Hier wordt vrijwel overal een chemische
onkruidbestrijding voor opkomst toegepast. Het
handwerk kan dan tot een minimum beperkt
worden.
Het grasland staat er thans gunstig bij. Er is al
aardig wat jongvee in het grasland gebracht. Op
vele bedrijven gaat ook reeds het melkvee op de
dag enkele uren naar buiten.
ALS de weersomstandigheden gunstig zijn komt
op WALCHEREN de voorjaarsinzaai vóór
Pasen klaar. Dat geeft dan voor vele boeren, met
de feestdagen in het verschiet, een rustig gevoel.
Het vee is ook grotendeels in het weiland gebracht,
dit spaart werk en krachtvoerkosten.
We zagen vorige week al verschillende koppels
melkvee in de weide, 's Nachts zullen ze nog wel
op de stal worden gehouden, omdat ze toch naar
het bedrijf worden gehaald om te melken. Ver
der zal men nog wel wat minder duurzaam voer
willen opvoeren. Op vele bedrijven is er nog een
flinke voorraad. Hooi is goed te bewaren tot een
volgende stalperiode. Alleen moet het misschien
verladen worden omdat het anders het volgende
seizoen weer het laatst aan de beurt is. Oud hooi
lijkt meer geschikt om met verse suikerbieten
(kop en blad) te worden vervoederd.
Bij de saprijke voeders zoals kuilvoer en bieten
ligt het wat moeilijker. Het lijkt aantrekkelijk om
deze maar in grote hoeveelheden bij te voeren in
de weide. Dit moet echter sterk worden ontraden,
daar deze produkten het optreden van kopziekte
in de hand werken. Vooral voederbieten en aard
appelen hebben gewoonlijk een ongunstige mine
rale samenstelling.
Ingekuilde natte pulp daarentegen is wél ge
schikt. Deze heeft een dusdanige minerale samen
stelling, dat verwacht mag worden dat het bij
voeren van dit produkt de kans op kopziekte doet
verminderen. Niet aangebroken silo's of kuil-
hopen leveren geen moeilijkheden op. Er kunnen
wel enige bewaringsverliezen optreden, doch deze
zullen toch beperkt blijven tot een gering per
centage wanneer de afdekking intakt wordt ge
houden.
Een aangebroken partij kuilvoer kan het best
weer zo vlug mogelijk met plastiek luchtdicht
worden afgedekt. Ook het indringen van regen
water moet worden voorkomen. Een overschot in
een silo kan vlak voor het inkuilen van gras wor
den gespreid over de gehele silo en daarna het
gras hierop brengen.
De voederbieten kunnen het best worden inge
kuild met gras, men zal ze dus tot zo lang, uiter
aard gekopt, moeten bewaren. Daarna malen en
toevoegen aan het graS. Aanklevende grond moet
worden verwijderd, omdat grond een goede kon-
servering tegengaat. Het inkuilen van uitsluitend
voederbieten moet als een noodmaatregel worden
gezien.
Wat het optreden van kopziekte betreft zullen
we ons melkvee goed in de gaten moeten houden.
Een tijdige ontdekking van de ziekteverschijn
selen en onmiddellijke hulp van de veearts kan
in vele gevallen de zieke dieren van de dood red
den.
Een kollega bracht het zelfs zover dat hij de
veearts belde voor een koe van zijn buurman,
in plaats van eerst zijn buurman te waarschuwen.
Deze kollega was er van doordrongen dat er snel
gehandeld moest worden.
Op het land zullen we ook onze gewassen ge
regeld moeten kontroleren op het voorkomen van
insektenvraat en de onkruidontwikkeling i.v.m.
het juiste tijdstip van een mechanische en/of
chemische bestrijding.
OP SCHOUWEN-DUIVELAND verlopen de
werkzaamheden minder vlot. De regen van
het afgelopen weekend was een lelijke spelbreker
en 't ziet er nu niet naar uit, dat men vóór Pasen
„klaar" komt. Velen hebben alles er in, maar ook
zijn er nog, vooral op de gevoelige grond in Schou
wen, die op de helft zitten. Zodoende is er een
groot verschil in opkomst ontstaan. Plaatselijk
staan erwten, vlas bieten en uien boven, terwijl
deze ook plaatselijk nog gezaaid moeten worden.
(Zie verder pag. 394)