Vergadering
Dagelijks Bestuur Z.L.M.
„O f ficieel orgaan van de Muatschappij totbevordering van land enTuinbouw en Veeteelt,in Zeeland
VRIJDAG 5 FEBRUARI 1965
Subsidiëring onrendabele tuinbouwaansluitingen op
electriciteitsnet
Werkgelegenheid kleine zelfstandige agrarische onder
nemer
Konsekwenties monumentenwet en open brief aan alle
Zeeuwse gemeenten
Teleurstelling over O- en S-fonds
Frankering bij abonnement: Terneuze*
53e Jaargang No. 2766
betrokken zelfstandigen met respekt dient te
worden bezien;
5. dat het per jaar gedurende enige tijd werk
zaam zijn in de industrie in het algemeen ech
ter geen blijvende waarborgen voor het verze
keren van een goed gezinsinkomen biedt.
6. dat het niet waarschijnlijk lijkt dat industrie
ten plattelande, zoals het artikel wenste, dit
probleem van tijdelijke arbeidsbehoefte genoeg
zaam kan helpen oplossen;
7. dat de eigen voorzieningeno.a. vergroting of
intensivering, voor die bedrijven, waarvan de
ondernemer meent dat zijn inkomen aanvulling
behoeft, in de eerste plaats verkend moeten
worden. Het O- en S-fonds komt daarbij op
voor oudere ondernemers zonder opvolgers.
WERKGEVERSBELANGEN
IIET bestuur besprak over werkgevers- en ar-
beidszaken een groot aantal onderwerpen,
Onder meer werd kennisgenomen van de toelich
ting op de reorganisatie bij de A. S. F. in Zeeland,
Het bestuur meende dat door deze uiteenzetting
belangrijk beter inzicht in de werkwijze van het
apparaat werd verkregen, hetgeen het vertrouwen
zeer zeker ten goede komt.
Ten aanzien van het loonoverleg wees de verga
dering nogmaals op het belang om verbetering van
de arbeidsvoorwaarden in de primaire sfeer te zoe
ken.
Het bestuur bepaalde voorts zijn standpunt ten
aanzien van diverse kwesties, vooral in het sociale
vlak, die bij de komende onderhandeling aan de
orde zullen komen.
(Zie verder pagina 107.)
IN de op maandag 1 februari 1965 gehouden vergadering van het
Dagelijks Bestuur der Z. L. M., onder leiding van de algemeen
voorzitter ir. M. A. Geuze, kwamen een groot aantal vraagstukken aan
de orde en zaken die betrekking hadden op het brede gebied dat onze
land- en tuinbouw bestrijkt.
Na de opening en welkomstwoorden door de Voorzitter nam de
vergadering verheugd kennis van de gunstige berichten over het ver
loop van de ziekte van de Commissaris der Koningin. Men besloot de
Commissaris de beste wensen voor een spoedig herstel toe te zenden.
AKKERBOUW
HET Bestuur nam kennis van de voorstellen die het Landbouwschap
bij de Minister heeft ingediend voor het te voeren akkerbouwprijs-
beleid 1965. De vergadering was van oordeel dat gezien de gegevens
over de rentabiliteit van het akkerbouwbedriif, het noodzakelijk is dat
de verlangens van het Landbouwschap onverkort worden aangenomen.
Met name vestigde men van verschillende zijden er de aandacht op dat
de voorstellen t.a.v. het vlas en het graszaad een harmonisatie met de
regelingen in andere E. E. G.-landen ten doel hebben. Voorts moet het
behoud van deze produkten voor het bouwplan in het Z. W. kleigebied
van veel belang worden geacht.
Ten aanzien van de marktontwikkeling werd medegedeeld dat in de
sector van de consumptie-aardappelen het verloop op dit moment niet
ongunstig is. Afgewacht moet worden of de komende tijd de activiteiten
van de Stopa effect op de markt van consumptie-aardappelen zal heb
ben. Zowel t.a.v. de peulvruchten als het vlas moet over de voorbije pe
riode gesteld worden dat de markt de producent in de steek laat.
TUINBOUW
UET bestuur nam met instemming kennis van
de resultaten van de bespreking van de geor
ganiseerde landbouw met de P. Z. E. M. over de
onrendabele tuinbouwaansluitingen op het elek
triciteitsnet. Men was van oordeel dat het voorstel
van de zijde van de P. Z. E. M. gedaan een belang
rijke bijdrage kan leveren om de onevenredigheid
van de lasten, die nu de ontwikkeling van de
glastuinbouw in de weg staat, op te heffen. Het
voorstel van de P. Z. E. M. houdt in dat door deze
maatschappij op een gedeelte van de kosten van
aansluiting van warenhuizen op het elektriciteits
net een subsidie van 20 zal worden verstrekt.
Het subsidiale deel zijn de aansluitingskosten
boven de 2000,voorzover de 10.000,— niet
wordt overschreden. Zoals bekend hebben een aan
tal met name Thoolse gemeenten reeds eerder een
begin gemaakt om een goede regeling voor dit
tuinbouwprobleem van onrendabele aansluitingen
te verkrijgen. De regeling die door deze gemeen
ten is opgesteld voorziet in bijdra ge van 20 in
de aansluitingskosten boven de 1000,
In dit verband smak het bestuur zijn voor
keur uit voor handhaving van de gemeentelijke
regelingen in de huidige vorm. De kwestie van
de onrendabele tuinbouw aansluiting zal nu
binnenkort in het O- en S-fonds aan de orde
worden gesteld. Zodra de totale regeling zijn
beslag heeft gekregen zullen hierover nadere
mededelingen volgen.
Het bestuur besloot voorts deel te nemen aan
de besprekingen die zullen worden gehouden om
te komen tot een goede vaktechnische organisatie
voor de groenteteelt. Als lid van de studiecommis
sie die hiervoor werkzaam zal zijn werd benoemd
de heer C. Traas te Kapelle. De heer C. Traas werd
tevens benoemd als bestuurslid van de N. F. O.
kring Zeeland.
De heer P. J. J. Dekker deelde voorts mede dat
de appelvoorraden groot zijn. De vraag naar goed
kwaliteitsfruit is bevredigend. Er is evenwel nogal
wat fruit van afwijkende kwaliteit. De prijsvor
ming van de Cox's is niet gunstig, terwijl er enige
verwachting is omtrent een toenemende interesse
voor Golden Delicious en Goudreinette. Van peren
zijn er nog kleine voorraden aanwezig. De afzet
geschiedt tegen gunstige prijzen. Bij de winter
groente, uitgezonderd de spruiten, zijn de prijzen
laag. Er is veel vraag naar uien, daar het buiten
land in belangrijke mate geruimd schijnt te zijn.
WERKGELEGENHEID ZOEKEN
VOOR DE KLEINE ZELFSTANDIGE
AGRARISCHE ONDERNEMER
IIET Dagelijks Bestuur discussieerde over het
artikel van de heer Van Miltenburg over het
zoeken van industriële werkgelegenheid door agra
riërs met onvoldoende emplooi. Het concludeerde,
aanvullend op het reeds gepubliceerde commentaar
van de Algemeen Voorzitter,
1. dat het goed is dat men in de Zeeuwse land
en tuinbouw op de hoogte is, welke opvattingen
elders leven;
2. dat het een feit is dat een aantal kleine bedrij
ven in deze tijd met moeilijkheden kampt die
zomaar niet op te lossen zijn. Reden waarom
aanvullende werkgelegenheid die altijd al
placht voor te komen zeer welkom kan zijn;
3. dat ten plattelande zelf deze normale aanvul
lende werkgelegenheid (sorteerwerk, expeditie
e.d.) niet voldoende is, zodat deze tijdelijk (des
winters) over grotere afstand gezocht wordt.
Overigens met behoud van zelfstandigheid!
4. dat het ontbreken van de mogelijkheid om di
rect tot bedrijfsvergroting, bedrijfsintensivering
of structuurverandering te komen, het benut
ten van aanvullende werkgelegenheid door de