EEN WONDERMIDDEL?
DINGEN VAN DE WEEK
1124
ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD
CO
Toen tuinder Van der Geest uit 's-Gravenzande in 1961 voor het eerst salamanderkachels in zijn warenhuis zette,
om z'n sla bij te stoken, heeft hij niet geweten dat hij een sneeuwbal aan het rollen bracht die al gauw de hele tuin
derswereld zou beïnvloeden. Men wist al langer dat verhoging van het COo-gehalte van de lucht de groei van de
gewassen bevorderde, maar een goede praktische toepassing miste men. Nu denken sommige tuinders dat COs een
wondermiddel is. Dat is niet waar. C02-dosering kan heel goed werken, maar het maakt geen fouten goed die wij
bij andere teeltzorgen maken. We moeten ook veel aandacht blijven besteden aan andere groeifactoren. Verder zal
het resultaat van CO2 bij diegene die prima tuindersgrond heeft, met een goede waterhuishouding, beter zijn dan bij
beginnende tuinders wier grond nog gevormd moet worden tot tuindersgrond. Omdat licht een belangrijke voor
waarde is, zal -ook het resultaat in lichte kassen beter zijn dan in oude kassen met veel schaduwwerking. Hoewel CO2
©ok bij andere gewassen goed werkt, zullen wij het hoofdzakelijk hebben over C02-dosering bij sla.
Gasbrander.
WAAROM COo DOSERING
De uitwerking van COo-dosering kunnen we onder enkele
punten samenvatten:
1. Betere assimilatie.
2. Het gewas groeit vlotter door de winter.
3. Het gewas wordt steviger.
4. Gewichtsvermeerdering.
Deze faktoren houden in dat de groeiperiode korter is. Door
de vlotte groei en een stevig gewas is de kans op ziekten ge
ringer en we verkrijgen zwaardere kroppen dié meestal beter
worden betaald. Ook is men in staat otn meerdere keren sla te
telen op dezelfde plaats in een bepaald seizoen.
HOE DOSEREN EN W ANNEER?
KUNNEN we de kas vorstvrij houden, dan beginnen we
zodra de sla aangeworteld is. In koude warenhuizen be
ginnen we zodra de grootste vorstkansen voorbij zijn. We
doseren de gehele dag als de temperatuur tenminste niet boven
de 30 °C uitgaat. Bij de herfstslateelt kunnen we enkele uren
in de morgen CÖ2 geven. We proberen dan een dubbele hoe
veelheid te geven. Op dagen met veel licht is het resultaat veel
beter dan op donkere dagen. Op donkere mistige dagen heeft
dosering weinig zin.
Bij het verbranden van 2 liter petroleum per 1000 m2 wordt
voldoende CO2 geproduceerd, ifiits de verdeling goed is en er
door kieren e.d. weinig verloren gaat. Zou dit het geval zijn,
dan geven we wat meer. Bij het doseren houden we de ramen
dicht.
WELKE OMSTANDIGHEDEN
ZIJN VERDER VAN BELANG?
I\E dagtemperatuur moet minstens 10° C zijn bij sla. De
nachttemperatuur moet voldoende laag zijn, 3° C. Dat
wil dus zeggen dat we bij open weer 's nachts luchten. De
bodemvochtigheid moeten we goed op peil houden. Omdat voor
de koolstof assimilatie water nodig is, zullen we wat meer
water moeten geven dan bij de teelt zonder CO2. De ontwikke
ling van het gewas moeten we nauwlettend volgen. Wordt het
blad te stug en te hard (we gaan tenslotte geen kool telen):
dan moet meer gegoten en gebroesd worden en getracht de
temperatuur wat op te voeren. Wordt het blad te welig en
te zacht, dan houden we de temperaturen wat lager en het
klimaat droger.
Gebruiken we één kachel per 500 m2 dan is een ventilator
CO2 is geen wondermiddel.
Bij CO^-dosering moet m
teeltzorgen niet verwaarloi
Licht, temperatuur en w
groot belang.
De ontwikkeling van hei
nauwlettend gevolgd word»
De keuze van een goede
belangrijk.
De kosten van CCL-toedi'
hoog; toch is er verschil
schillende bronnen.
Denk om de veiligheid!
VVamneluchtkachel met
niet nodig voor CCU-voorziening. Voor een
deling is een ventilator echter altijd aan t»
CO2 APPARATUREN EN HUN TOEPASS
ER zijn verschillende apparaturen te g€
rijkste willen we noemen:
1. Verdampingsbranders.
De zgn. salamanderkachels behoren hie
stookt met petroleum en zijn goedkoop en
nen. Om het roeten te voorkomen is rege
noodzakelijk. Er kan weinig aan geregel
een uur na het uitdoven is nodig i.v.m. plo.
UOOR onze tuinders beginnen we met te wijzen
op de algemene vergadering van de Kring
Oost Zuid-Beveland van de Z. L. M. die a.s. dins
dag 15 december in Kruiningen wordt gehouden.
Daar zullen enkele belangrijke onderwerpen rond
de afzet van tuinbouwprodukten aan de orde
komen.
We mogen dit gerust een tuinbomvmiddag noe
men en daarom lijkt het ons nuttig dat alle tuin
ders uit dit gebied dinsdagmiddag deze bijeenkomst
bq won en.
In de agenda-rubriek kunt u zien hoe laat de
vergadering begint en wat er besproken zal wor
den. We gaan dit hier niet herhalen.
We twijfelen er niet aan of het wordt een inte
ressante bijeenkomst. Met de afzet van onze pro-
dukten hebben we immers allen te maken. Als te
lers doen we ons uiterste best een zo goed mogelijk
produkt aan te bieden maar wanneer er geen af
zet voor is dan helpt het ons niet. Wanneer de af
zet niet goed is geregeld krijgen we niet de be
loning voor onze teelt die nodig zou zijn. Met be
langstelling wachten we af wat (le deskundigen in
Kruiningen te zeggen zullen hebben over de afzet.
W:e zouden er nu wel enkele opmerkingen over
kunnen maken en dan is onze conclusie nog altijd
dat we voor de afzet van onze tuinbouwprodukten
een machtige organisatie hebben in onze veilin
gen. Vraag en aanbod komen daar bij elkaar en
onder bijkans ideale omstandigheden komt de prijs
tot stand. Om de meest ideale omstandigheden te
bereiken is het noodzakelijk dat we een vol
doende groot aanbod of beter gezegd het totale
aanbod via de veilingen aanbieden. Ook moeten
we zorgen dat er een voldoende vraag is, dat wil
zeggen, dat we de handel volop de kans geven
zaken te doen.
Niets is gemakkelijker dan dit systeem onder
graven. Over het algemeen hebben we daar in Zee
land weinig klachten over, want de meeste telers zijn
overtuigd van de waarde van hun veiling als prijs-
vormingsinstituut. Toch zien we altijd nog mensen
die het niet kunnen nalaten om buiten de veiling-
klok om te verkopen.
Wel gebruiken ze dan daarbij meestal de veiling-
prijs als richtlijn voor hun verkopen. Hiermede be
wijzen ze reeds dat ze de veiling nodig hebben, al
was het enkel voor hun prijsvaststelling. In de
tweede plaats echter doen ze afbreuk aan de doel
stelling van de veiling want door hun verkoop is
op de veiling niet meer de maximum-vraag aan
wezig (er is een koopman geheel of gedeeltelijk
voorzien) maar ook het maximum-aanbod is er
niet meer.
Het kan van groot belang zijn dat dit wel op de
veiling aanwezig is.
Er wordt in deze weken in tuinderskringen nog
al wat gepraat over de afzet, en de aanleiding daar
toe is meestal het feit dat de minister geen goed
keuring heeft verleend aan het besluit van het Pro-
duktschap voor Groenten en Fruit om de Tuin-
bouwafzetverordening weer voor twee jaar te ver
lengen. Nog een jaar zullen we moeten werken
met de publiekrechtelijke veilplicht en dan komt
deze te vervallen.
Het is een bekend feit dat vooral van veilingzijde
sterk is gepleit voor het opheffen van de T. A. V.
want de veilingen voelden zich hierdoor gestuit 111
hun ontwikkeling en waren geen haas in eigen
huis. Tal van voorbeelden zouden er zijn aan te
halen om dit duidelijk te maken. Bovendien was de
veilplicht op publiekrechtelijke basis in de praktijk
reeds sterk uitgehold.
Met ingang van 1966 zullen we voor wat de veil
plicht betreft enkel maar te maken hebben met de
privaatrechtelijke veilplicht, die bij vrijwel alle vei
lingen bestaat. We zien dan ook heus geen grote
veranderingen zich voltrekken na het opheffen van
de publiekrechtelijke veilplicht. De tuinders heb
ben zich vrijwillig reeds verbonden hun produk-
ten af te zetten via hun veilingorganisatie en daar
mee hebben ze zonder twijfel de verstandigste weg
gekozen.
We hebben hiervoor reeds aangehaald dat de
veilingen hun bestaansrecht ontlenen aan de con
centratie van vraag en aanbod en in de toekomst
zal de teler voor de afzet van zijn produkten daar
niet buiten kunnen.
Wanneer de T. A. V. niet meer bestaat zal blij
ken hoe hecht de veilingorganisatie is en hoe
karchtig ze zal zijn. Er zullen waarschijnlijk zich
wel eens uitwassen voor doen. Misschien zal een
enkel teler voor een bepaalde partij trachten zijn
vrijwillig aangegane veilplicht te ontduiken. Bang
zijn we daar dan niet van, want de veiling is nu
eenmaal een onmisbaar verlengstuk van het bedrijf
van de teler, dat hij niet terzijde kan stellen. Op
een andere kant van de zaak, het verrichten van
handelsdaden door veilingen, komen we later terug.
Tot de volgende week.