Produktiekosten vari appelen en peren Streekverbetering Tholen afgesloten 1099 VRIJDAG 4 DECEMBER 1964 J|ET steeds stijgende prijspeil van de produktiemiddelen en de intensivering van de teelttechniek hebben de laatste jaren de hoogte en de samenstelling van de produk tiekosten in de fruitteelt belangrijk gewijzigd- Deze ontwik keling is voor het L. E. I. aanleiding geweest dit jaar een onderzoek naar de produktiekosten van appelen en perên in te stellen. De resultaten hiervan zijn kortgeleden in een verslag gepubliceerd. Het onderzoek heeft betrekking op de onder normale omstandigheden te verwachten kosten en opbrengsten op een gespecialiseerd fruitbedrijf waar gezien omvang, structuur en inrichting doelmatig kan worden geprodu ceerd. Bij de berekeningen is uitgegaan van de vervangingswaarde van de produktiemiddelen. De tabel geeft een samenvatting van de resultaten van het onderzoek. Sinds 1959 zijn de kostprijzen van appelen en peren in de verschillende gebieden met 40 a 50 gestegen. Hoewel de laatste jaren als gevolg van mechanisatie en verbeterde teelttechniek kostenbesparingen en opbrengst verhogingen konden worden verkregen, waren deze toch te gering om de sterke stijging van het algemene kostenpeil op te vangen. DE OORZAKEN VAN DE KOSTENSTIJGING De belangrijkste oorzaken zijn: het sterk gestegen loonpeil; de gestegen grondwaarde, die tot uitdrukking komt in hogere rentekosten; hogere af schrijvingen als gevolg van het hogere prijspeil en door uitbreiding van de inventaris, alsmede door snellere economische verouderingen en het gestegen verbruik van meststoffen en de intensivering van de ziektebestrijding. Deze factoren hebben tevens de stichtingskosten van de beplanting belangrijk ver hoogd. DE PRODUKTIEKOSTEN VAN APPELEN EN PEREN PER HA EN DE KOSTPRIJS PER 100 KG Prijspeil 1964 Appel Peer Kosten duurzame produktiemiddelen a. kosten van de grond b. kosten plantopstand c. kosten overige duurzame produktiemiddelen Teeltkosten a. arbeid b. materialen (spilvorm) Zuidwestelijk kleigebied gld/ha (spil/struikvorm Zuidwestelijk kleigebied gld/ha 638,— 1500,30 7,2 16,8 638,— 7,8 1423,95 17,5 697,— 7,8 697,8,6 2835,30 31,8 2758,95 33,9 1317,05 1180,54 14,8 13,2 1217,65 15.0 940,80 11.6 2497,59 28,0 '2158,45 26,6 Oogst- en afleveringskosten: a. arbeid 1409,55 15,8 1293,70 15,9 b. transport, fusthuur, veilingkosten 912,— 10,2 812,— 10,0 c. sorteerloon (50 v. d- oogst) 390,— 4,4 367,50 4,5 d. materialen 172,07 1,9 118,79 1.5 2883,62 32,3 2591,99 31,9 Overige kosten: a. rente niet-duurzame prod u ktiemid delen 45,33 0,5 40,- 0,5 b. overige kosten 254,81 2,9 254,81 3,1 c. hagelrisico 401,31 4,5 325,17 4,0 701,45 7,9 619,98 7,6 Totale prodiïktiekostén Kg-opbrengst per ha Produktiekosten per 100 kg niet-bewaard fruit 8917,96 100 8129,37 100 26000 24500 34,30 33,18 DE INVLOED VAN DE KG-OPBRENGST OP DE KOSTPRIJS De kg-opbrengst is van grote invloed op de hoogte van de kostprijs. Naar mate de oogst groter is, stijgen weliswaar de oogst- en afleveringskosten per ha, maar de overige kosten blijven vrijwel constant. Per 100 kg fruit dalen derhalve deze (constante) kosten en daarmede de kostprijs. KOSTEN, UITGAVEN EN INKOMEN De berekende produktiekosten omvatten zowel de betaalde als de niet- betaalde maar berekende kosten. De afschrijvingen, de rente tatn het in het bedrijf geïnvesteerde eigen vermogen en de kosten van de handenarbeid van ondernemer en gezinsleden zijn weliswaar kosten, maar geen uitgaven. De rente van het eigen vermogen en het berekende loon voor eigen arbeid zijn inkomensbestanddelen voor de fruitteler. Van de in onderstaande tabel ver melde produktiekosten van appelen in het zuidwestelijk kleigebied zou indien 80 van het geïnvesteerde vermogen eigen vermogen is en 25 van de handenarbeid door de ondernemer wordt verricht dat inkomensbestand deel als volgt kunnen worden berekend. Totale poduktiekosten per ha ƒ8.918, Betaalde produktiekosten 5.773* Niet-betaalde produktiekosten 3.145, Waarvan afschrijvingen 1.629,— Inkomen uit arbeid en kapitaal 1.516, Dit interessante verslag No. 98 getiteld: „Produktiekostenbegrotingen van appelen en peren in het Zuid-Westelijk kleigebied, het Rivierkleigebied van midden-Nederland en het Zuidelijk zandgebied kost 4,en kan besteld worden bij het L. E. I. te Den Haag, bij storting van ƒ4,op postrekening No- 41.22.35 met vermelding „Zend verslag No. 98" krijgt U het toegezonden. 7ES jaar streekverbetering Tholen werd verleden week vrijdag afgesloten met een zeer druk be- zochte slotbijeenkomst. Velen, direkt dan wel zijdelings bij het werk van deze streekverbetering betrokken, gaven van hun belangstelling blijk. De voorzitter van de provinciale landbouwvoorlichtingsraad, de heer J. Kakebeeke, wees o.m. op de goede harmonie waarmee in de Streekverbeteringscommissie is samengewerkt. Dit heeft tot goede zichtbare resultaten geleid. Het bepalen van het concrete effect van deze streekverbetering, aldus de heer Kakebeeke, is, uitgedrukt in geld, moeilijk te bepalen. Veranderingen van de mentale instelling van de bevolking is nu eenmaal nooit exact meetbaar. UIT DE PRAKTIJK (Vervolg van pag. 1088.) AOK in WALCHEREN zijn we blij dat het v sombere novemberweer achter de rug is. Het had ons verwonderd dat het betrekkelijk zo wei nig koud was geweest. Nu lazen we in een artikel van de P. Z. C. hoe dit kwam. We hebben eigen lijk onder een koepel geleefd. Door de constante bewolking kon de „aarde"warmte niet ontsnap pen in de wereldruimte. Dus in 't groot wat we in onze woonkamers in 't klein proberen, name lijk warmte vangen in onze kamers. Een der gevolgen van de sombere november is een welige, weinig afgeharde, groei der groenten en vlugge rijping van het fruit. Dus bij vorstin- trede dubbel op je tellen passen. Ook bloemkool- planten zijn erg gevoelig voor meeldauw. Spuiten met de bekende middelen is goed, maar dubbel oppassen in verband met de zachtheid der blaad jes lijkt ons geboden. Allerwegen is er Dankdag geweest. Overdag en ook in avonddiensten. Een ogenblik van rust en bezinning is bij het-hoge levenstempo van heden beslist geen luxe. Als 3 juist is als arbeiders in de landbouw dan zouden wij agrariërs wel een uitzonderlijke prestatie leveren aan het exportpakket der Rege ring. Hoewel de grens agrarischnietagrarisch pro- dukt niet absoluut te trekken is, weten wij dat onze exportbijdrage toch nog wel een 3035 is. Al met al kunnen we volgend jaar op belang rijk hogere uitgaven rekenen. Er zijn economen van naam die het niet erg vinden, dit zelfs toe juichen Ook wij zullen het goed- of kwaadschiks goed moeten vinden. We hopen dat onze bestuur ders de prins hebben die het schoentje vindt dat past aan onze schone economische Assepoester. In Frankrijk hebben ze er premier Pompidou voor gevonden, die een verdubbeling beloofd heeft van de boereninkomens in de komende 15 jaar. Dit is een houvast waar we ten onzent niet aan kunnen tippen. Helaas. Maar er zijn wel verschillende zichtbare zaken die in het oogspringen. Het uitbouwen van de fokveedag tot de Thoolse dagen, de verbetering van de kwaliteit van het vee en verscheidene verbeteringen in de akkerbouwsector. De ont wikkeling van de tuinbouw valt het sterkst op met de bouw van 30 warenhuizen en de aanleg van 5 ha platglas. Belangrijke bestaansbronnen voor de kleinste bedrijven, waarvoor anders nauwelijks een toekomst voor is weggelegd. De heer Kakebeeke wekte de besturen van organi saties, verenigingen en instellingen in Tholen op de aktiviteiten van de streekverbetering ook ge zamenlijk voort te zetten. OOK de Rijkslandbouwconsulent voor de Zeeuwse eilanden ir. H. P. de Bruin onder streepte in zijn toespraak het belang van de voort zetting van hetgeen nu opgebouwd is, ir. de Bruin wees er op dat de bedrijfsgroottestructuur op Tholen vrij ongunstig is: 65 %van de bedrijven heeft een oppervlakte van kleiner dan 10 ha. Ech ter voor het kleine bedrijf is er ook toekomst en op elke oppervlakte een goed bestaan mogelijk, mits de bedrijfsopzet aangepast is. Het is niet de bedrijfsgrootte maar het ondernemersschap en de deskundigheid die de rentabiliteit van het bedrijf zullen bepalen. In dit verband memoreerde ir. de Bruin de ster ke daling in de afgelopen jaren van het aantal arbeidskrachten in de landbouw in Zeeland. Sinds 1960 is het aantal arbeiders teruggelopen met resp. 5 5 °/o, 9 en 17 De laatste gegevens over 1964 laten een terugval van liefst 17 zien Dit houdt in dat in 5 jaar tijds 42 van de vaste arbeidskern verdwenen is. Naar aanleiding van deze verontrustende cijfers pleitte ir. de Bruin voor een studie in Tholen over de economische, juridische en fiscale aspec ten van samenwerking. Hij sprak als zijn mening uit dat stichting van geïntegreerde grote bedrij ven in N. V.-vorm niet tot meer voordelen lei den, dan bij andere samenwerkingsvormen het ge val is. Tevens vroeg ir. de Bruin aandacht voor de veehouderijsector ten aanzien van een vereniging van bedrijfsverzorging. Wellicht ligt hier nog een mogelijkheid gebruik te maken van het ontwik kelingsfonds. Ook de heer De Bruin benadrukte de noodzake lijke eendrachtige samenwerking tussen de ver schillende organisaties en verenigingen opdat de toekomstproblemen in Tholen overwonnen worden en leiden tot een betere welvaart en welzijn van haar bevolking. De voorzitter van de Streekverbetering de heer M. C. J. Kosten eveneens sprekende over de sa menwerking door de oprichting van een streek- orgaan, dat alle zaken en aktiviteiten zou kunnen bundelen, kon mededelen dat eraan gewerkt wordt.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1964 | | pagina 15