Dim niet te vroeg Plattelandsjongeren op nieuwe wegen WINTERGEVAREN Naar de Volkshogeschool 1082 G. ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD ALS je de krant opslaat, de radio beluistert, de televisie ziet, dan merk het al. Op elk uur van de dag gonst van vernieuwingen en veranderin gen. Vele oude paden zijn doodgelopen. Ook op het platteland is dat merk baar. Die veranderingen hebben hun invloed ook in jouw leven. Je zult er wat mee moeten doen! Wil je slagen in je beroep in de land- of tuinbouw? Wil je meedoen als plattelandsbewoner in de samenleving? Wil je meeleven als mens in deze wereld? Dan is het nodig méér dan een vaag idee te hebben van wat er verandert in land- en tuinbouw, in onze samenleving en in de wereld. Dan moet je de nieuwe wegen leren vinden; èn die nieuwe wegen ook willen inslaan. Bovendien moet je leren hoe je dat het beste kunt doen! Daarbij helpt je de cursus „Plattelandsjongeren op nieuwe wegen". Vele honderden plattelands jongeren hebben in de loop der jaren al aan deze cursus deelgenomen. Ze hadden er plezier in, en kijken er met voldoening op terug. Ze zijn er wijzer van geworden. Ook deze winter wordt deze cursus weer op vier Volkshogescholen gehouden. Een cursus, die je op weg helpt. Grijp nu je kans om mee te doen nu kan het nog, al kost het je misschien wat moeite om je vrij te maken. De cursus is die moeite meer dan waard! ER ZAL GESPROKEN WORDEN OVER: De landbouw op een open markt. Hoe werd de wereld ons werkterrein? Landbouw en voedselvoorziening in de wereld van nu en straks. Ontwikkelingen in en rond de E. E. G. Landbouwbeleid in Nederland. Organisaties en coöperaties in land- en tuin bouw. Wat doen wij met onze produkten? Het platteland in een open samenleving. Oorzaken van de openlegging van het platte land. De vervlechting van stad en land. De betekenis van de industrialisatie voor het platteland. Recreatie, landbouw en natuurbescherming. Van streek verbetering tot plattelandsopbouw. Zoekt ook de middenstand naar nieuwe wegen? Mensen in een open wereld. Gesloten gezinnen in een open wereld? Naar meer openheid in de familiaal-financiële verhoudingen? Nieuwe bedrijfsvormen: vormen van samen leving? Omgangsvormen in onze samenleving? Mensen en hun huizen. Onze plaatsbepaling in een open wereld. Wie helpt ons op weg? LESSEN LICHTEN ONS IN OVER: De huidige politieke vraagstukken. De kerkelijke en levensbeschouwelijke groe peringen in ons land. Het werk van maatschappelijke en culturele organisaties. WIJ lezen boeken en gedichten; zien schilderijen; luisteren naar muziek en voordracht; kijken naar films; gaan op excursie. EN WAT DOEN WE VERDER? Praktisch werken in de gebouwen terreinen. Vrij vormen in materiaal en kleur. Zingen. Dansen. Sport en spel beoefenen. Zelf een inleiding houden. Leren discussiëren en vergaderen. en op de LJET steeds dichter wordende verkeer is er de oorzaak van, dat wij automobilisten in steeds hogere mate van elkaar afhankelijk wor den. Afhankelijk met het oog op de veiligheid van onszelf en anderen. In het duistere jaarge tijde is die veiligheid nog minder zeker dan in de andere seizoenen van het jaar en dientenge volge eist het najaar en de winter nog meer on derlinge samenwerking van de weggebruikers dan normaal al noodzakelijk is. Het gaat evenwel niet alleen om respect en vriendelijkheid, niet alleen om het beheersen van de eigen zucht naar prestige. Ook de rijtechniek is van groot belang! Ieder goeduitgerust motor voertuig heeft tegenwoordig redelijke verlichtings middelen, maar geen enkele auto is zo goed uit gerust, dat zijn verlichting dezelfde veiligheid ga randeert als het daglicht. Daarom is het nood zakelijk voor iedere automobilist om te weten hoe hij ook het licht van zijn medeweggebruikers kan benutten om zich een speciale rijtechniek voor Tijden in duisternis eigen te maken. De cursus wordt gehouden van 430 januari 1965 op de Volkshogescholen te Bakkeveen, Eerbeek en Rockanje en van 11 januari6 februari 1965 op de Volkshogeschool te Ber gen; hij is opgezet in samenwerking met het Koninklijk Nederlands Landbouw Comité, de Nederlandse Bond van Plattelandsvrouwen en de Plattelands Jongeren Gemeenschap Neder land. Zowel jongens als meisjes kunnen deelnemen. Om voor deelneming in' aanmerking te kun nen komen moet men de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt. De kosten van de cursus bedragen 190, excursiekosten inbegrepen. Voorkeur voor één van de vier Volkshoge scholen kan bij de opgave worden aange geven. Het maximale aantal deelnemers is 120. Vraag daarom zo spoedig mogelijk een opgaveformu- lier aan bij het P. J. G.-sekretariaat, Land- bouwhuis, Goes. Tel. 011005010. ERVARINGEN VAN EEN CURSIST WANNEER je bij wilt blijven en je blik op het leven wilt verruimen, dan biedt de Volks hogeschool vele mogelijkheden. Elke winter wordt in de maand januari de vierweekse cursus gehou den, die speciaal bestemd is voor plattelanders. Men maakt er kennis met jongens en meisjes uit alle délen,van het land, maar ook met vooraan staande personen uit de landbouworganisaties en coöperaties, die ieder op hun terrein zeer deskun dig zijn, en voorts met mensen uit andere beroe pen, bijv. kunstenaars. Zij allen vertellen iets over hun levenservaringen en hun verwachtingen voor de toekomst; allemaal raadgevingen voor ons waarmee we straks te maken krijgen of waarmee we rekening dienen te houden. Nu moeten jullie niet denken dat dit een moei lijke, hoogdravende conferentie is. Jammer genoeg zijn er nog veel leden die dit laatste denken. Alles wat je daar voorgeschoteld krijgt is heel goed ver teerbaar. Wanneer ik dan eens enkele punten uit het pro gramma van het komend seizoen mag opsommen dan denk ik in de eerste plaats aan de vragen die op de voorgrond staan. Wil je slagen in je beroep in de land- of tuinbouw? Wil je meeleven als mens in deze wereld? Wil je meedoen als plattelands bewoner in de samenleving? Deze cursus geeft alle mogelijkheden om je door middel van een gesprek in deze vragen te verdiepen. De levendige discus sies tonen elke keer weer aan, dat we nog met vele vragen lopen waarop we een antwoord willen heb ben. Het is te begrijpen dat sommige sprekers het hierdoor niet makkelijk hebben, maar ze zullen je nooit met een kluitje in het riet sturen. Maar we zitten niet de hele dag stil! We doen aan sport, spel, handvaardigheid in materialen, het houden van inleidingen en het leren van vergader techniek, praktisch werk, films en schilderijen be kijken, excursies, dansen enz. Opmerkelijk was de gang van zaken bij het volksdansen. Voordat we de eerste keer daarmee begonnen heerste er een stemming van „och, dat ouderwetse gedoe op klompen, wat is daar nu aan!" Dan had u ook de laatste keer moeten zien toen we naar de danszaal gingen om te volksdansen. We renden om toch maar zo veel mogelijk te kunnen dansen. Hopelijk zullen velen van u rennen om een plaatsje op de Volkshogeschool te bemachtigen! M. VAN DRIEL. De lichtschakelaar is eigenlijk even belangrijk als de gaspedaal als men ritmisch en veilig wil rijden. Helaas hebben we allen een te gebrekkige opleiding gekregen in het rijden in duisternis. De genen, die zomers hun rijbewijs halen hebben praktisch helemaal geen training op dit gebied, en de meeste automobilisten zijn ten opzichte van de rijtechniek in duisternis dan ook grotendeels afhankelijk van de ervaring, die zij zelf en ande ren hebben opgedaan. Deze ervaringen kunnen duur geweest zijn. D IJ duisternis is het zicht altijd beperkt hoe vaardig we ook onze eigen lampen en die van an deren benutten. Krijgen we een tegenligger, dan is het zicht nog korter. Een voetganger in don kere kleding is bij groot, ongedimd licht pas zichtbaar op ca. 100 m. afstand. Bij een ontmoeting tus sen twee auto's op een rechte weg wordt het zicht op de voetganger reeds beperkt tot ca. 75 meter wanneer de voertuigen zich op ongeveer 600 m afstand van elkaar bevinden. Wanneer de bestuur ders van de wagens dan voor elkaar gaan dimmen wordt volgens proeven het zicht verder ver minderd tot 32 meter. Men verliest dus ca. 40 me ter aan zicht wanneer men in zo een vroeg stadium gaat dimmen. Dit kan de veiligheid uiteraard niet bevorderen. Met een goede rijtechniek kan men echter het zicht vergroten. Ontmoetingen met tegenliggers zijn altijd riskant. Ontmoetingen in duis ternis zijn levensgevaarlijk als niet beide bestuur ders de grondregels goed beheersen. T)IM °P tijd rnaar nooit te vroeg. Wel kan het verstandig zijn om vlak voor de bocht of voor een heuvel in de weg even op en neer te dimmen om met behulp van het licht van de tegenlig ger het silhouet van een mogelijke hindernisb.v. een voetganger, te ontdekken. Bij een ontmoeting met een tegenligger dient men groot licht, ongedimd, te blijven voeren, totdat de lichtbanen elkaar ontmoeten, d.w.z. totdat de wagens elkaar tot op ca 200 m zijn genaderd. Wan neer men reeds af dimt op een afstand van ca 600 m. neemt men te grote risico's, want dan wordt het zicht in een veel te vroeg stadium beperkt met alle mogelijke gevolgen vandien. Er zijn automobilisten, die worden geïrriteerd door de verblinding van tegemoetkomende medeweg gebruikers. In de meeste gevallen hebben ze die verblinding echter aan zichzelf te danken doordat ze recht in het licht blijven kijken inplaats van de rechterkant van de weg in het oog te houden niet alleen voorzover hun eigen licht dat toelaat, maar zo ver mogelijk daarbuiten ook. r\ E lengte van het zicht bij een ontmoeting met een andere auto bij normaal gedimd groot licht vereist, dat de snelheid althans op smalle, bochtige wegen, dient te worden gematigd. Hoe dan ook, mag men nooit sneller rijden dan dat men kan stoppen binnen de afstand, die men kan over zien. Bij ontmoetingen met tegenliggers is het verleidelijk om zover mogelijk aan de kant te gaan rijden. Dat is niet helemaal veilig. Laat altijd zoveel ruimte aan de wegkant over, dat onverwachts opduik- kende objecten b.v. voetgangers op wegen zonder trottoir of rijwielpad, wielrijders, enz. niet door u worden geschept! Wanneer iedere automobilist deze regels ter harte neemt, is er gerede kans, dat het huidige don kere seizoen niet zoveel slachtoffers van het verkeer in duisternis oplevert dan we de laatste jaren helaas gewend zijn.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1964 | | pagina 24