NIEUW DROOGSYSTEEM
De heer L. B. Steketee in Yerseke sc
Grootte van het bedrijf
Nieuw droogsysteem
Omschakeling van zelfstandigen
992
ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD
IN december 1959 verscheen er van het
gemeentebestuur in Yerseke in samen
werking met het Economisch Technologisch
Instituut voor Zeeland een brochure met de
titel: „Om de toekomst van Yerseke". Door
de uitvoering van het Deltaplan en de toe
stand van de haven sinds enkele decennia
is de toekomst van Yerseke onzeker en
vertoont zij sombere perspektieven. In dit
vissersdorp immers is de schaal- en schelp
dierenteelt de belangrijkste bron van bestaan.
Deze sombere konklusie was terecht ondanks
de bepaling in artikel 8 van de Deltawet
waarin regelen worden gesteld, „omtrent
tegemoetkoming, hetzij door het treffen van
voorzieningen, hetzij in geld, in de schade
welke door de Deltawerken voor de visserij
en aanverwante bedrijven en voor andere
daarvan in aanmerking komende)
Uitvoerig wordt in genoemde br
der ingegaan op de situatie die dr
staan. Wat wordt de waarde va
opstallen en heeft het zin het alc
te blijven uitoefenen of is het v
misschien nu reeds over te schak
anders?
Nauwelijks drie en half jaar
1963, verschijnt van het gemeent*
het E. T. I. een nieuwe brochure
somberder titel „Een bedreigd»
schap", waarin over de toekoms
seke, aan verval of vernieuwing
wordt besteed. In beide brochures
dringend beroep gedaan op de ov
alleen te denken aan individuele
komingen maar ook aan voorzie
Al spoedig blijkt deze hal te klein te zijn en
met een uitbreiding, waarmee bij de vestiging was
rekening gehouden, komt er in 1964 een tweede
hal bij van 16 x 20 m. De kapaciteit voor drogen
en verwerken wordt hierdoor verdubbeld en be
draagt thans 700.000 kg. De droogvloeren voor het
voordrogen zijn buiten de hallen gemaakt.
De heer Steketee heeft gedeeltelijk de vak
school voor bloembollen gevolgd maar zich gro
tendeels bekwaamd in het vak door regelmatig
de bloembollenbeurs te Haarlem en grote en voor
aanstaande kwekersbedrijven te bezoeken.
De drang naar ervaring in de praktijk was gro
ter dan het volgen van de theorie op school. Voor
een echte ondernemer die de oude beproefde pa
den moet verlaten kan dit geen beletsel zijn om
te slagen. Voor de inrichting en het ontwerp van
de schuren werden voor de uitvoering deskundi
gen aangetrokken nadat zelf de ontwerpen hier
voor gemaakt waren. Door de snelle afgifte van
de vereiste vergunningen en het werken met du-
rox-steen is het gebouw en later de uitbreiding
snel tot stand gekomen.
Voor de isolatie zijn glas wol vezels gebruikt.
DEHALVE drogen en verwerken voor derden
worden er op zaaiklaar land ook 12 ha gla
diolen geteeld door de heer Steketee.
Het sortiment hiervoor bestaat uit 6 flinke par
tijen en bovendien uit 12 nieuwe soorten. Van
de laatste teelt de heer Steketee vooral soorten
waarvoor een markt blijkt te bestaan en die goed
te kweken zijn, bijv. Long Island, Westpoint en
Modern Art. Om bekendheid te geven aan nieu
wigheden in dê teelt wordt regelmatig meegedaan
aan de jaarlijkse tentoonstelling in Waarde. Er is
een vaste kern van 8 man personeel en in het
seizoen zijn er veel vrouwen en scholieren die
helpen, soms wel tot een totaal van meer dan
honderd.
De grond waarop de gladiolen geteeld worden
wordt gehuurd.
Alleen de beste gronden worden hiervoor uit
gezocht. Reeds enige jaren tevoren wordt er gelet
op de kwaliteit van de grond en de produkten
van deze landbouwpercelen.
IIET aanbod voor drogen en sorteren neemt
snel toe en de opbrengst van meer dan 30
ha worden hier reeds verwerkt.
De eisen die aan een gladiolendrogerij worden
gesteld zijn zeer hoog en het inrichten van een
gebouw of schuur hiervoor gaan gepaard met hoge
investeringen.
Vooral de inrichting moet zo ekonomisch mo
gelijk gebeuren en de indeling hangt vaak nauw
samen met de grootte van de machines of hulp
werktuigen en de arbeidsgangen.
Het voordrogen vindt normaliter plaats op een
droogvloer, waarbij 4 of 5 zakken boven elkaar
gelegd worden. Op dit bedrijf gebeurt het in kis
ten met een inhoud van 1 m3. Elke kist heeft een
inhoud die overeenkomt met die van 40 gaasbak-
ken. Afhankelijk van het vocht bevatten deze
kisten circa 600 kg gladiolen.
Driedelige pelband. Gladiolen en afval worden afzonderlijk afgevoerd.
Deze kantelaar zorgt voor een geleidelijke aanvoer via de elevator
van de pelkamer.
PEN aanverwant bedrijf van de visserij en een individueel geval, waar-
over in de inleiding gesproken wordt vonden wij bij de heer L. B.
Steketee uit Yerseke.
Reeds voor de grote schade kwam was hij reeds in 1960 begonnen met
gladiolen telen en heeft zich later daarin gespecialiseerd. Persoonlijk zag de
heer Steketee weinig toekomst in de oesters voor Yerseke. De eerste jaren
waren de moeilijkheden ook voor de teelt van gladiolen zeker niet gering.
Bovendien was hij toen nog geïnteresseerd bij de oesters en mossels en in
een aanloopperiode moet nu eenmaal veel geleerd worden. Sinds 1962 be
steedde hij zijn aandacht en werk alleen aan de bloembollen.
Van het begin af aan is hij zelf de knollen gaan drogen en in 1963 komt
hij als eerste met een vestiging op het industrieterrein de Gr. van Zoe-
lenstraat te Yerseke.
Zijn eerste hal, een moderne droogschuur, wordt er gebouwd met een
oppervlakte van 30 x 12 m en met een droog- en verwerkingskapaciteit van
350.000 kg gladiolen.
Vooraanzicht bedrijf Steket
De droogkisten en de lier zyn goc