KNLC „ONDERWIJS TEN PLATTELANDE" 803 MAURITSPLEIN 23 De Walcherse Fokveedag UIT DE PRAKTSJK VRIJDAG 4 SEPTEMBER 1964 Handleiding over Het jaarthema dat aan de plaatselijke afdelingen van de algemene plattelandsorganisaties in behandeling wordt gegeven is voor dit seizoen vastgesteld: „Onderwijs ten Plattelande" De behandeling van dit onderwerp wordt deze afdelingen gemakkelijk gemaakt met een handleiding voor de bespreking van dit onderwerp. Daarin wordt het onderwerp „Onderwijs ten Plattelande" kort ingeleid. De behandeling in de afdelingen wordt besproken. Een werk schema met vragen is opgenomen aan de hand waarvan discussiegroepen kunnen gaan werken. Verdere literatuur en hulpmiddelen zijn aangegeven. Deze handleiding is samen met het congresverslag van Hoofddorp 1962 over „Onderwijs, Voorlichting en Vormingswerk" verkrijgbaar bij het K. N. L. C., Prins Mauritsplein 23 - Den Haag. Thema voor het'winterseizoen DIJ mij op het bedrijf leert die jongen evenveel als op de landbouwschool" was een aantal jaren geleden nog de mening van een boer die gevraagd werd wat hij van het landbouwonderwijs vond. En zullen veel moeders van boerendochters openlijk of heimelijk niet iets derge lijks hebben gedacht omtrent hun dochterdie naar de landbouwhuishoudschool zou gaan? Wat leer je er eigenlijk nog? Bij ons thuis wordt toch ook geploegd, gemolken, gezaaid en gemaaid? Bij ons thuis wordt gewassen en gekookt. De kinderen worden er groot gebracht. Waarom al dat onderwijs? Vroeger werd inderdaad de school gezien als iets bij komstigs. Nodig was het wel, dat je leerde lezen, schrij ven, rekenen, maar als het boerenwerk riep, dan ging dat voor. Lezen en leren, het was iets dat de boer minder lag dan werken en bezig zijn". Van stilzitten werd je toch niet moe, ook al was je nog zo ingespannen met je lessen bezig? Als ik opnieuw kon kiezen Daarin kwam verandering. De boer van nu weet dat hij om de nieuwste werkmethoden te kunnen toepassen meer zou moeten weten dan de land bouwschool hem destijds ooit heeft kunnen leren. Had hij opnieuw kunnen kiezen, dan had hij wellicht verder gestudeerd, een hogere opleiding gevolgd. Misschien ook was hij dan geen boer ge worden. Overigens is hij dankbaar voor wat de school hem wel heeft bijgebracht, naast het vele dat hem in zijn later leven minder van pas is ge komen. Van deze vraag uitgaande: „Wat heb ik aan mijn opleiding gehad?" is het mogelijk om zich een beeld te vormen van de problemen van het onderwijs op het platteland. We hebben er alle maal onze persoonlijke ervaringen over. We heb ben onze waardering en onze twijfel over dit on derwijs. Voor onze kinderen willen we de juiste keuze doen. Een betere keuze zo mogelijk. Want we kunnen kiezen. We kunnen kiezen We kunnen een geschikte school voor ons kind kiezen. We kunnen een geschikt beroep voor het kind kiezen, waarbij uiteraard ook het kind zelf moet trachten zich een mening over zijn toekom stig beroep te vormen. Wat dat betreft ook leven we in een andere tijd dan een generatie geleden, toen voor vele plattelanders nog van te voren vaststond wat zij zouden worden en hoe zij dat zouden worden: boer of boerin, zoals vader en moeder boer en boerin waren. De kinderen drukten het voetspoor van de ouders, zoals dat heet. Mammoetwet Het onderwijs, ook op het platteland, kost de samenleving veel geld, zo'n twee miljard gulden per jaar. Een U.L.O. leerling kost meer dan 750, per jaar en een H.B.S.-er meer dan 1500, Wist U dat van die U.L.O. leerlingen en H.B.S.- ers meer dan dc helft de eindstreep niet haalt? Zitten-blijven kost de staat per jaar 150 miljoen gulden, dat is meer dan een tientje per hoofd van de bevolking! Het is de moeite waard om na te gaan of dat niet anders kan. En het kan anders. De grote moeilijkheid is, dat de keuze van de school niet goed wordt gemaakt. Brugjaar In de Mammoetwet wordt die keuze verlegd naar het eerste jaar na de lagere school. De leer ling die verkeerd mocht hebben gekozen kan dan nog altijd naar een andere school gaan, omdat dit eerste jaar, het zgn. brugjaar, op alle scholen voor voortgezet-onderwijs hetzelfde karakter heeft. Had het kind niet naar de H.B.S., maar naai de U.L.O. gemoeten, dan kan de leraar op die H. B. S. dat beter beoordelen en overleggen met de ouders, dan dat de hoofdonderwijzer van de lagere school dat kon overzien. Omschakelen Ook is verderop op school een omschakeling mogelijk bijv. van 3e klas H. B. S. naar 4e klas U. L. O. De scholen zullen na de invoering van de Mammoetwet misschien andere namen hebben, maar dat laten we nu even buiten beschouwing. Zelfs zal men straks hoewel dat niet aan te ra den is van de lagere landbouwschool via de middelbare- en hogere landbouwschool naar Wa- geningen kunnen gaan. Het is een lange en smalle weg, maar hiermee wordt aangegeven dat de Mam moetwet de doorstromingsmogelijkheid in ons voortgezet-onderwijs wil vergroten en het zitten blijven daardoor wil beperken. De school wordt zo goed mogelijk aangepast aan de behoeften van de leerling. Praktisch, onderwijs Het onderwijs zal ook naar de inhoud veran derd worden. De wensen die U misschien hebt: meer praktijk op school, meer mogelijkheid voor de leerling om zelf bezig te zijn. Het spreekwoord zegt immers niet voor niets dat men al doende leert. Dan moet de leerling tijd krijgen om zich te oefenen, om zelf te onderzoeken. De leraar zal minder moeten leiden, maar meer moeten be geleiden. Wie eenmaal een scheikunde- of natuurkunde- proef zelf heeft uitgevoerd, die weet het tienmaal beter, dan hij, die het lesje uit een boekje heeft geleerd. Ook daar zal bij de onderwijsvernieuwing op worden gelet. Het niet-voor-de-school, maar-voor-het-leven- leren zal meer dan tot nu toe in de praktijk van het onderwijs worden doorgevoerd. Meer vragen Niet de onderwijsdeskundigen alleen kun nen de Mammoetwet tot uitvoering bren gen. De ouders hebben grotendeels te be slissen over de opvoeding die en het onder wijs dat zij hun kind willen geven. De ouders zijn niet alleen vrij in de keuze van de school, vrij in de keuze van het be roep van hun kind (samen met het kind uiteraard) maar zij moeten die vrijheid zelfs gebruiken. Ze zijn niet alleen vrij om te kiezen, ze worden gedwongen te kiezen. En om te weten wat je kiest moet je weten waartussen je kunt kiezen. Je moet weten waartoe die schooi opleidt en welke voor- en nadelen dat heeft. Meer nog: je moet mee willen bepalen voor de toekomst van je dorp, of je een landbouw- en een landbouw huishoudschool wenst en of je die als dorp (of als organisatie) nog kunt betalen. Je moet weten wat je als organisatie van de leerkrachten die je in dienst hebt mag vra gen. En zo zijn er veel, heel veel vragen, die ook de landbouworganisaties ja juist de landbouworganisaties - aangaan met betrek king tot het onderwijs ten plattelande. Af delingen die dit onderwerp zouden willen behandelen kunnen zich wenden tot hun provinciale standsorganisatie, afdeling On derwijs, of tot het K.N.L.C. te Den Haag waar hulpmateriaal te krijgen is. J. R. W. (Vervolg van pag. 800) bodig; lb Bonkje 93, fokk.-eig.. Js Vos met een verdienstelijke groep waaronder de uitstekende Boukje 105; lc de Rotterda Sikkema 89-dochter Leentje 20, fokk.-eig. A. Poppe. Goede groep. Ver dienstelijke 2e prijzen in dit selecte gezelschap voor Bertha, fokk.-eig. P. Verhage; Frida, fokk.-eig. J. van Sluijs; Boukje 8, fokk.-eig. J. Coppoolse en Nora 12, fokk.-eig. J. Brasser. Voor de prijs voor het mooiste uier verschenen 15 kandidaten voor het voetlicht. Heintje van Plantlust (Maljaars) en Frida (van Sluijs) liepen er o.i. even uit en schenen een nek aan nek-race te gaan houden. Helaas, beiden gingen tenslotte roemloos ten onder; hetzelfde lot onderging Trees- je 5 die met haar solide uier ook nog op de val reep verscheen. Uitverkoren werd Corrie 6 (v. Amadis Hollander) van B. Arendse- Ze beschikt over een goed aangesloten uier dat iets meer leng te kon hebben, vooral aan de linkerzijde. KAMPIOENSCHAPPEN STIEREN. Kampioen der stieren werd op over tuigende wijze Mieneke's Rudolf Jan van stal Bras ser. Nienke's Hotse van de K.I. Vereniging Wal cheren werd na enige strijd met Piet 56 van Haaks- wold een goede reserve. Ter opluistering was nog aanwezig de oud-kam pioen Skyldumer Bouke, eigenaar K.L Vereniging Walcheren. Evenredig en vastgebouwd, doch iets klein. DE KOEIEN. Uitgesloten en alleen ter opluiste ring defileerden de 3 oud-kampioenes van L. P. Brasser: Mieneke 3, Marijke 8 en Mieneke 5, al len zoals gewoonlijk keurig verzorgd. De kampioenschapskeuring werd op fraaie wijze ingeleid door een défilé van alle la en lb prijzen uit de daarvoor in aanmerking komende rubrie ken waarna de selectie voor het sluitstuk werd gehouden. Het laatste 6-tal bestond uit Trees je 5, Krol 43, Reintje van Plantlust, Mieneke 6, Annetje 32 en Corrie 3. Na halvering moest ook Annetje nog het veld ruimen en kreeg de oude Treesje 5 de oranjerozet toegewezen. Als showkoe kon zij het publiek allerminst bevredigen doch als be- drijfskoe kan men zich moeilijk een andere wen sen. Ook moet gezegd worden dat haar schrale conditie haar type beter demonstreerde dan ooit tevoren en ons enige bezwaar is haar hoogtemaat die nogal royaal is dat men die in deze tijd toch niet als voorbeeld voor ogen zal houden- Verder konden wij ons er volledig mee verenigen. Ook een felicitatie aan haar enthousiaste eigenaar die na vele successen deze wel als een verrassing heelt moeten verwerken; Reintje van Plantlust, zwaar hijgend van de hitte, doch haar vorm in tegen stelling tot andere gegadigden wel behoudend, werd verdienstelijk reserve-kampioene en sleepte de eerste rozet binnen in de succesvolle „plantlust- stal". In het middagprogramma defileerden xiog ver schillende groepen, waarmee zij telkens het talrijke publiek uit alle Zeeuwse gewesten en daarbuiten deden genieten van het uniforme en goede peil der Walcherse fokkerij. Augustus 1964. W. VAN SLUIJS. (Vervolg van vorige pagina) Ondanks plaatselijk veel schade van de made van de uienvlieg lijkt de kg-opbrengst per ha niet tegen te vallen. Ook de aardappelen geven dit jaar op die per celen waar thans gerooid wordt, een goede op brengst en de prijzen zijn ook belangrijk beter dan dat we de laatste jaren om deze tijd veelal konden waarnemen. Verscheidene percelen zijn reeds tevelde ver kocht en we hoorden prijzen variërende van 35004000 per ha, waarbij in enkele gevallen bewaring in eigen bewaarplaats is inbegrepen. Ook de witte- en bruine bonen zijn dit jaar zeer vroeg. Vele percelen, vooral witte bonen, staan al op de ruiter. Wanneer de maand september zo zal mogen zijn zoals we het de afgelopen maand hebben gehad, dan zal de oogst van aardappelen, uien en stam- bonen vlug tot het verleden behoren. Vooral op het gebied van mechanisatie in de aardappelteelt is er dit jaar weer veel bijgekomen. Wanneer het weer meewerkt kan dus de dag capaciteit over het hele eiland weer hoger zijn dan vorig jaar en dientengevolge de oogst eerder geborgen. Wat dit jaar ook zeer vroeg is, dat is de snij- mais. Waarschijnlijk zullen in de komende periode de eerste percelen al deegrijp zijn en gemaai- kneusd kunnen worden. Zo zien we dat er in de komende veertien dagen toch weer werk voldoen de is om een schijnbaar rustige tijd in een drukke te veranderen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1964 | | pagina 7