„DE AARDGASROES" Problemen rond de gasbuis De moderne vrouw VRIJDAG 31 JULI 1964 TOT OpgepastSchotgevoelig jaar voor de granen Het „Loonbedrijf in Land- en Tuinbouw" van juli 1S64 plaatste de volgende ontboezeming onder het opschrift „De Vrouw van de Loonwerker." Voor vele vrouwen van onze land- en tuinbou wers gelden, naar onze mening, niet veel andere omstandigheden. Vandaar, dat wij de vrijheid nemen deze hulde over te nemen. „Zo tussen gras- en graanoogst willen wij een eerlijke hulde brengen aan de vrouw van de loon werker. Zij vervult niet alleen de normale plichten van elke huisvrouw waarvoor zij al hulde ver dient), maar zij heeft er nog een taak bij, die weinig benijdenswaardig is. Zij vormt de buffer tussen haar oververmoeide man en zijn humeurige klanten en krijgt vaak snauwen en grauwen van vele kanten. Zij zorgt voor het eten op de onwaarschijnlijk ste uren, verzorgt (zelf veronachtzaamd) het huis, haar kinderen, haar man en de knechts, luistert geduldig naar de bittere verhalen over tegenslag en machinebreul-, over oneerlijke concurrentie en tekortschietend personeel. Zij vangt haar kinde ren op, die zich (net als zij) verwaarloosd voelen of als zij moeten meewerken doodvermoeid in bed rollen, zij luistert naar verhalen van school, weet van slechte cijfers, van examens, verzorgt de boterhammen voor de schoolreisjes en ver zwijgt voor vader voorlopig de nare dingen. Daar tussendoor bedient zij de telefoon, die van 's morgens vroeg tot 's avonds laat de ongeduldige klanten de kans geeft hun ongenoegen over haar uit te storten. Zij moet zich beheersen en de klanten behouden, die bellen alsof ze nu pas ont dekken dat hun gewassen te velde staan. Zij luistert naar het weerbericht, waarschuwt de oliemaatschappij als de voorraad slinkt en be stelt tijdig bindertouw of persdraad; zij weet bij welke klant het geduld is uitgeput en waar mooie praatjes niet meer helpen, betaalt de wisselloper en geeft een reiziger koffie. Intussen doet zij de was om de kinderkleren en de overalls op tijd droog te krijgen, staat de man van de arbeidsinspectie te woord en slaat het eten in dat haar man het liefste heeft. Zij belt de bond, dat er een spuitschade is en vraagt of haar oudste jongen niet dadelijk met oogstverlof uit dienst kan en stuurt onderwijl een reserve-trekker naar haar tweede zoon, die met pech ergens in de polder of de kamp op hulp staat te wachten. Zij bedenkt met wroeging, dat dit kind eigenlijk op school had moeten zitten en dat zij niet flink genoeg is geweest om zijn op name in het bedrijf te verhinderen, maar zij fleurt op bij de gedachte dat de jongen on danks zijn kinderjaren hard genoeg is om dit leven te verdragen. Jammer alleen, dat hij zijn middelvinger heeft verspeeld. Ze wordt vroeg oud, de vrouw van de loon werker, en ze ziet het in de spiegel, waarvoor zij nauwelijks tijd heeft, maar ze bijt door en ze is een betere steun voor haar man en haar gezin dan menig mooi schepsel waarop ze jaloers is geweest. Zij is een juweel en zij verdient in haar een voud meer hulde dan menig man met een lintje. Vandaar dit artikel, dat zij wellicht niet eens kan lezen omdat zij wel andere dingen aan haar hoofd heeft en dat zij, als zij het wèl leest, belachelijk overdreven zal vinden. Haar man vindt het echter nodig om het eens ronduit te zeggen. Voor hem gaat zij koralen ver te boven, want zij is de moderne vrouw van Spreuken 31 vers 1031. (Vervolg van pag. 703) by maaidorsen desnoods hogere droogkos- ten voor lief nemen in ruil voor een gro tere oogstzekerheid; 0 bij binderen meer zorg besteden aan het ophokken door een veiliger werkwijze, zoals dekhokken, stuken, of schelven, toe te passen. DE SITUATIE IN HET ZUIDWESTELIJKE KLEIGEBIED VAN HET OGENBLIK (20 juli 1964) Op twee plaatsen in het zuidwestelyke klei gebied, n.1. op de proefboerderij „Zeeland" te Wilhelminadorp en op de proefboerderij „Ma- riënhof" te Westmaas wordt momenteel het verloop van de etmaaltemperatuur nagegaan. Uit de waarnemingen te Wilhelminadorp blykt, dat verschillende percelen wintertarwe reeds vorige week het meelrijpe stadium hebben bereikt. De temperatuurmetingen aldaar leren, dat voor de periode van maandag 13 tot maan dag 20 juli een warmtesom van 64,5 kan wor den berekend. Hieruit volgt, dat van matig schotresistente wintertarwes, die op 13 juli aan het begin van de meelrijpheid waren, de kri tieke warmtesom nu reeds zal zijn overschre den I IIOEWEL Zeeland by de werkzaamheden verbonden by het leggen van de pypleidingen voor het aardgas momenteel nog niet betrokken Is, zullen de problemen die hierby naar voren komen binnen afzienbare tyd ook liier aktueel worden. In de noordeiyke provincies heeft men met dit voor de land en tuinbouw ingrypend werk reeds kunnen kennis maken, al zal deze kennis making wel niet altyd tot „wederzijds" genoegen van de zyde van de boer of tuinder verlopen. Om onze lezers enig inzicht te geven hetgeen zich by het leggen van deze buizen- al zo afspeelt ontlenen wy aan een tweetal artikelen, liet eerste uit het Drents Landbouwblad, het tweede uit de Tijd-Maasbode van 18 juli de volgende passages: Problemen rond de gasbuis. De aanleg van de gasleiding vanaf Sloehteren in zuidelijke richting is in onze provincie in volle gang. Het gaat hierbij „Amerikaans toe". Vele voorbijgangers blijven hoofdschud dend staan en vragen zich af hoe in zo'n korte tijd zoveel werk kan worden verzet. Ze komen onder de indruk van het machtige machinepark en van de wijze waarop met deze machines wordt gewerkt. De boeren echter, wier grond door dit werk wordt getroffen, kijken met angstige blikken naar de wijze waarop dit werk tot stand wordt gebracht. Velen zien hem met veel zorg in cultuur gebrachte grond vernielen. Wanneer in de omgeving van Eext de teeltlaag onder in de metersdiepe sleuf wordt geschoven en de sleuf verder wordt aangevuld met zand uit de ondergrond, vermengd met keileem, dan is be kend dat het vrijwel onmogelijk is van deze grond binnen afzienbare tijd weer goede cultuurgrond te maken. Ook op andere plaatsen wordt cultuurtechnisch op onverantwoorde wijze gewerkt en wordt de cultuurgrond volkomen vernield en onvruchtbaar gemaakt. Zo er geen andere merktekens komen, zal men jarenlang het tracé van de hoofdleiding kunnen terugvinden aan de gewassen, die er boven groeien. De strook waarvoor men schadeloosstellingen heeft ontvangen is destyds gesteld op 22 meter. In de praktijk is echter gebleken dat men in vele gevallen meer dan 50 meter nodig heeft, terwyl daarnaast zonder toestemming de kortste weg naar het tracé wordt gezocht zonder de eige naar en/of gebruiker er naar te vragen. De eigen doms- en gebruiksrechten worden hier en daar met voeten getreden. Verbod van de toegang tot een perceel wordt volkomen genegeerd, zelfs ai staat men er zelf by. De b^ldozers verwijderen hekken en afrasteringen op de meest effectieve wyze door ze domweg plat te rijden. De mentaliteit laat naar onze mening wel eens te wensen over. IN „De TydMaasbode" schrijft de heer P. van der Eyk onder de kop „Elke dag vier kilometer dooie buis begraven" het gebeuren van de „reizende circussen" om pypleidingen te leggen als volgt: Welig opschietende granen worden vertrapt, veelbelovende appelbomen omvergetrokken, aardbeiplan- ten verpletterd, koeien verjaagd en dat alles onder de tonen van een babylonische spraakverwarring en met opgewekt gezicht. De vernieling is dan ook voor een groot en goed doel, de aanleg van het hoofd- leidingsnet, dat straks het goedkope aardgas in ongekende hoeveelheden naar alle hoeken van het land moet transporteren. Op vier verschillende plaatsen in de Achterhoek, in Drente, in de Peel en op de Noord-Veluwe zijn meer dan tweeduizend man, van de weg af nauwelijks opgemerkt, ingespannen bezig aan een ingrijpend werk: het leggen van honderden kilometers buis dwars door Nederland. Dwars, dat betekent: door weilanden en boomgaarden, langs heg en steg, onder wegen en door rivieren, over erven en sportvelden, door dijken en spoorbanen. Vier „reizende circussen", met een macht aan men sen en materieel, voor een groot deel afkomstig uit het buitenland, vreten zich niet zo langzaam maar wel zeker door het land: elke dag vier kilometer aaneengelaste bulzen achterlatend én een rekening van een kleine drie miljoen gulden. Ons land heeft de naam dichtgeslibd te zijn met commissies, vergunningen en formulieren. Het aardgas, die wonderlijke vondst in keurig aangeharkte tuin van onze economie, heeft aangetoond dat cok de overheid, zo secuur, traag en onverstoorbaar als zij altijd is, fel kan reageren als een onstuimig jong zakenman. Het leggen van een pijpleiding van negentig centimeter hoog een kleuter kan er in staan door heel Nederland roept vele problemen op. Vrijwel elke instantie kan bezwaren maken tegen het traject. Niettemin kon zo kort al na de oprichting van de Gasunie, die in april van het vorig jaar viel, al aan het werk worden begonnen. De vier trajecten vorderen op dit ogenblik al hard en eind van dit jaar hoopt men 450 kilometer „van die dooie buizen begraven te hebben", zoals het in het circus zelf genoemd wordt. Dat kon allemaal zo snel gaan omdat in ongelooflijk korte tijd de trajecten werden uitgestippeld. Verte genwoordigers van Economische Zaken, van de rijksdienst voor het nationale plan, van de cultuurtech nische dienst, van het staatsbosbeheer, van rijkswaterstaat, van provinciale diensten, van P.T.T., rijks luchtvaartdienst en defensie verenigden zich in een commissie, die zich over de trajecten moest bera den. Zij bleek geen veelkoppig monster, maar een gezelschap mensen die koortsachtig naar oplossingen zochten, omdat ook zij in de „gasroes" geraakt waren, zoals alle anderen die met het spectaculaire pro ject te maken hebben. Dreigden de belangen op een bepaald punt in de knoop te raken dan liet de com missie zich niet rapporteren, maar werd a la minute een bus besteld om de situatie ter plaatse te gaan bekijken en op te lossen. UERVOLGENS gaat de schrijver van dit artikel in op de opzet van dit gigantische en specialistische karwei dat op zijn „Amerikaans" wordt uitgevoerd en vervolgt dan: Om dit alles te kunnen verwe zenlijken moesten niet alleen uit verschillende hoeken van de wereld ervaren mensen met hun materieel worden aangetrokken», maar ook moet in eigen land worden onderhandeld met tientallen instanties en met niet minder dan vijfduizend landeigenaren en -ge bruikers. Want het leggen van een gasleiding kan bepaald niet worden afgedaan met de vraag: „Boer, mag ik even over je land heen?" Dat complete, allesverwoestende circus moet erover heen, alles moet, over een strook van een kleine dertig meter, wijken: men maakt niet zomaar van een grasveld een gasveld. Een groot voordeel was dat na langdurige onderhandelingen met het Landbouwschap veelomvattende richtlijnen konden worden op gesteld voor de schadevergoeding van de boeren. Er is een zeldzaam compromis bereikt: de Gasunie is tevreden over het resultaat, de boeren zijn het ook. (Wij zouden hier een vraagteken hij willen plaat sen; de zegsman van de schrijver van dit artikel zal wellicht in dienst van de Gasunie zijn geweest! Red.) Zij pikken er een aardig graantje van mee, misschien wel meer dan van hun ongewisse oogst. Voor het recht van doorgang wordt drie gulden per strekkende meter betaald, terwijl aangerichte schade aan het gewas vergoed wordt. Tevens krijgt men een rijksdaalder per meter voor structuurschade aan de bodem. Daarnaast worden in bepaalde gevallen nog aanvullende vergoedingen gegeven. Dat deze vergoedingen redelijk zijn blijkt uit de snelle vorderingen die de vyftig man sterke juridische afdeling van de Gasunie maakt bij het afsluiten van de contracten. Zij hebben inmiddels wel ontdekt dat Nederland geen land is van grootgrondbezit, in Limburg moesten 48 contracten worden afgesloten met grondeigenaren om 1300 meter vooruit te kunnen. Hoofdige boeren blijven er natuurlyk altijd, maar zy kunnen het werk nauwelijks ophouden. Legendarisch is nu al de weduwe Bril uit Vorden die met een „Wij zyn toch niet in de Duitse tijd, dat je alles maar gfoed moet vinden", de onderhandelaars van haar erf joeg. De Gasunie laat in dat geval de „Belemmeringenwet" hanteren, die een „gedogensplicht" kent, een procedure die de zaken in slechts zes weken regelt. De bezwaarden moeten dan met lede ogen toe zien hoe de buizen hun grond inzakken. Vaak worden de boeren er beter van zegt de Gasunie optimistisch. (Zie onze opmerking hierbovenl Red.) „In Amerika is gebleken dat het gewas boven de pijp vaak beter groeit dan elders: grond is er van onder naar boven gehaald en dat schijnt goed te zijn". De Gasunie wil soms van haar recht-toe- recht-aan-traject afwijken. Om een fraaie boomg roep te sparen bijvoorbeeld. Maar men is zich er wel van bewust dat dat dan dure boompjes worden. Soms zijn er bijzondere aparte moeilijkheden. Zo moest de karavaan ook over de zo zorgvuldig bijgehouden golflinks van Hattem. Men kwam tot overeenstemming, maar elk struikje moest op de foto worden vastgelegd om de banen later weer in precies de oude staat te kunnen terugbrengen. Tot zover „De TijdMaasbode" in bedoeld artikel. Tt. I

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1964 | | pagina 7