Voortgaande
concentratie
Ministers worden het niet eens
„Officieel orgaan van de Muatschappij tot bevordering van land enTuinbouw en Veeteelt in Zeeland
VRIJDAG 29 MEI 1964
OVERZICHT
Voortgaande concentratie
Samenvoeging polders
Het gemaal „Prommelsluïs" op Scliouwen-Duivelaiul
OPNIEUW zijn de Ministers van
Landbouw van de zes E. E. G.-
landen te Brussel bijeen geweest om
te beslissen over de graanprijzen.
Opnieuw is er niets positiefs uit de
bus gekomen. En zo zien wij de
vreemde situatie, dat het graan op
alle West-Europese akkers naar zijn
rijping groeit, maar dat de prijs, die
de boer ervoor betaald krijgt, nog
niet is vastgesteld. Want terwijl de
besprekingen te Brussel voorname
lijk betrekking hadden op de wijze,
waarop in de E. E. G. gemeenschap
pelijke graanprijzen uit de bus zul
len moeten komen en op het
glan-Mansholt om dit te bereiken,
werden er ten aanzien van de hoog
te der prijzen voor de oogst 1964
ook geen besluiten genomen. Het
een hangt namelijk samen met het
ander. De Europese Commissie heeft
haar plan. laten varen om voor de
nu te velde staande oogst reeds ge
lijke prijzen vast te stellen in de zes
E. E. G.-landen en stelt nu voor om
dezelfde prijzen te laten gelden
voor de oogst 1966. Maar ook hier
tegen bestonden bij de Duitse Mi
nister van Landbouw, grote bezwa
ren en hij kon er slechts mee ac-
coord gaan, indien aan een achttal
voorwaarden werd voldaan. Daar
de meeste van deze voorwaarden
voor de anderen niet aanvaardbaar
waren, liepen de onderhandelingen
opnieuw vast.
52e Jaargang - No. 2733
Fratikering oij abonnement: Terneuzen
OVERIGENS wilde ook de Italiaanse minister
van Landbouw bepaald lagere voergraanprij -
zen dan door de commissie waren voorgesteld en
dat maakte de zaak voor zijn Duitse collega al
leen maar moeilijker en voor de overigen inge
wikkelder.
Daar de heer Mansholt, sprekende namens de
Europese Commissie, de vaststelling van de graan
prijzen voor oogst 1964 reeds wilde aanpassen
aan de prijzen, die in 1966 zouden moeten gelden,
konden ook hier geen zaken worden gedaan. De
gehele, langzamerhand onverkwikkelijk aandoen
de affaire, zal nu begin juni opnieuw aan de orde
komen in een vergadering, waarbij ook de minis
ters van Buitenlandse ^aken aanwezig zullen zijn.
Voor de handel lijkt ons de zaak zeer moei
lijk geworden. De boeren kunnen alles wat rus
tiger bekijken. Hun graan staat te groeien en
te rijpen. Zij kunnen niet meer of minder hec
taren beplanten. Zij wachten af, maar het is
niet te verwonderen, dat dit hele internationale
spel op hen een slappe indruk maakt.
Van een geest in Europa nu werkelijk en ein
delijk eens een eenheid tot stand te brengen
valt ook voor hen niets meer te bespeuren.
Wanneer wij op deze wijze van nationaal ge
touwtrek voortgaan, dan ziet het er voor een
toekomstig verenigd Europa maar heel slecht
uit.
IIET vormen van grotere eenheden is thans
allerwegen in de mode. Plannen hiervoor be
staan niet alleen in het groot, maar ook dichter
bij huis is men volop bezig. Wij denken dan na
tuurlijk aan de plannen tot samenvoeging van
gemeenten en van polders en waterschappen. En
evenals dit in het groot, zoals b.v. in E. E. G. ver
band het geval is, spelen ook in het klein poli
tieke factoren een rol. In onze eigen provincie
zijn thans de meest bekende plannen voor con
centratie die voor samenvoeging van gemeenten
op Walcheren, Zeeuws-Vlaanderen en Zuid-Beve--
land. Men kan beter spreken van herindeling, sa
menvoeging en opheffing van gemeenten.
De plannen voor Walcheren zijn reeds in een
ver gevorderd stadium. Zij zijn als wetsontwerp
bij de Tweede Kamer in behandeling. De Kamer
leden maakten hun opmerkingen en het ziet er
naar uit, dat deze herindeling over niet te lange
tijd haar beslag krijgt.
Het eerste plan voor Zeeuws-Vlaanderen, het
welk in de dagbladen gepubliceerd werd, heeft
heel wat oppositie opgeleverd en het schijnt thans
geheel herzien te worden.
Onzes inziens mocht dit ook wel, want bij
de opstelling van dit plan lijkt ons de politiek
een belangrijke rol te hebben gespeeld. Dat
nu achten wij geheel onjuist. Want zij die de
plannen moeten opstellen, dienen tal van mo
tieven, veelal zakelijke, in acht te nemen, waar
bij misschien ook wel politieke. Maar dan dient
alles objectief bekeken te worden.
Ook het Zuid-Bevelandse plan is bekend en
er wordt druk over gesproken.
Zoals men weet is de situatie op Schouwen-Dui-
veland reeds enige jaren geleden tot stand geko
men en in de praktijk blijkt nu dat er weinig op
positie meer is en dat de oude toestand niet meer
gewenst wordt. Wij hoorden zelfs, dat er men
sen zijn, die het aantal gemeenten nog te hoog
acht.
WAT de samenvoeging van polders betreft
staan wij in onze provincie voor nieuwe
voorstellen van Gedeputeerde Staten aan Provin
ciale Staten. Het gaat om Walcheren en Oost
Zeeuws-Vlaanderen. Wanneer deze voorstellen
aanvaard worden en daar heeft het alle schijn
van, dan is de concentratie op dit gebied in Zee
land afgerond.
Voor Walcheren gaat het vooral om de polders
rond Nieuw- en St. Joosland samen te voegen
met de grote polder Walcheren.
Wij moeten eerlijk bekennen, dat vooral
financieel dit geen aantrekkelijk voorstel voor
de eerstgenoemden is. Maar misschien kan de
bestuursvorm van het nieuwe waterschap hier
door meer aangepast worden aan die in de reeds
geconcentreerde grote Zeeuwse waterschappen.
In Oost Zeeuws-Vlaanderen zijn er nog drie
nieuwe waterschappen gepland en de vraag
dringt zich natuurlijk op, of er dat niet een te
veel is. Maar de Staten van Zeeland hebben
straks over alle aspecten van deze nieuwe voor
stellen het laatste woord.
Moge dit voor de toekomst van Zeeland een
wijs woord zijn.