Tuinbouw: De zorg om het water 487 VRIJDAG 22 MEI 1964 LICHT, lucht en water be hoorden in de economie tot de niet-economische goe deren die onbeperkt voorhan den en vroeger vrijwel zon der moeite te bemachtigen waren. De behoefte aan water was destijds betrekkelijk gering, echter hoe langer hoe meer is water tot een economisch goed geworden. In bruikbare, zuivere vorm is het niet meer onbeperkt beschikbaar en ter verkrij ging ervan moeten aanzien lijke offers gebracht worden. Oorzaken van een tekort aan water zijn er gekomen door de volgende oorzaken b. d. e. de eisen aan de kwaliteit zijn steeds groter gewor den; de behoefte aan water is in alle sektoren van het moderne maatschappelijk leven sterk gestegen; de opeenhoping van men sen maakte zelfvoorzie ning onmogelijk; met de watervoorraden is niet altijd even zuinig om gesprongen; de zorg voor het ver bruikte en vervuilde water is nog niet groot genoeg; de vervuiling van het water is zo groot gewor den dat het zelfreinigend vermogen niet meer ver vuld kan worden. De heer J. J, Goedegebure te St. Annaland heeft reeds 'n groot waterreservoir aangelegd. DE gevolgen van deze ontwikkeling zijn groot. Mens en maatschappij vragen in grote hoeveel heden drink- en huishoudwater, groei-, sproei- en drinkwater voor het vee, koelwater etc. De over heden moesten dan ook het probleem van het stichten van waterleidingbedrijven, het leggen van rioleringen en het bouwen van zuiveringsinstalla ties tot haar taken gaan rekenen met het bedrijfs leven. De uitvoering van deze taken door gemeente, waterschap, provincie en de rijksoverheid op het terrein van watervoorziening en waterafvoer be tekent besteding van grote kapitalen. WATERBEHOEFTE IN DE TUINBOUW NA deze algemene inleiding willen we hieronder nader ingaan op de waterbehoefte in de Zeeuwse tuinbouw. Kunstmatige watervoorziening is voor de tuin bouw nodig voor vele teelten. Met een grotere af name door de tuinbouw zal rekening moeten wor den gehouden, waarmede samenhangt groterè in vesteringen door de waterleidingbedrijven. De tuinbouw in Zeeland gaat geleidelijk steeds verder over naar een intensievere vorm. Wat op brengst en kwaliteit betreft is men in de tuinbouw sterk afhankelijk van de kunstmatige watervoor ziening. Slootwater is veelal ongeschikt en op een enkele uitzondering na, voldoet grondwater niet aan de te stellen eisen wat ijzer- en zoutgehalte betreft. Voorlopig is de Zeeuwse glastuinbouw dan ook aangewezen op leidingwater. Er is dan ook reeds geruime tijd overleg gaande tussen het Rijkstuinbouwconsulentschap en E. T. I. met de waterleidingmaatschappijen voor een uni form en een speciaal tarieï voor de tuinbouwsek- tor. Om enig idee te geven in hoeverre mogelijk heden voor waterafname voor de tuinbouw be reikt kunnen worden, kunnen wij mededelen, dat in Tholen op de Z. L. M.-voorlichtingsavond over water (en elektra, medegedeeld is dat aldaar een aansluiting 750,zal gaan kosten plus een be drag van 50,per ha. Daarbij komen de kosten van de dienstleiding en meterput. De waterprijs is voor de tuinbouw 0,50 per m3. Door de geringe druk op de waterleiding zal het echter niet mogelijk zijn rechtstreeks te beregenen in de kas. Een reservoir met waterpomp zal er nodig zijn om water te kunnen geven. Dit vraagt de nodige extra investeringen. In de toekomst zal, na de mogelijke verzoeting van de Zeeuwsebinnenmeren door het afsluiten van de zeearmen in het kader van het Deltaplan, Hoeveel men moet beregenen om te kunnen doorspoelen, is afhankelijk van de hoeveelheid zout in een bepaald geval. Een monster laten nemen door het R. T. C. zal hierover uitsluitsel kunnen geven. Uit het voorgaande is duidelijk, dat voor het doorspoelen en begieten van de glasteelten relatief veel water moet worden gesuppleerd van buiten de eigenlijke oppervlakten, die door de glasteelt worden ingenomen. Voor de volle-gronds-teelten is dit niet nodig, noch voor de intensieve teelt noch voor de extensieve teelt. Behalve aan de hoeveelheid water worden ook eisen gesteld aan de kwaliteit van het water, bestemd voor het gie ten, besproeien, doorspoelen, bespuiten en ver nevelen op tuinbouwbedrijven. De overschrijding van bepaalde zoutgehaltes blijkt te leiden tot betekenende opbrengst-vermin deringen bij daarvoor gevoelige tuinbouwgewassen. Algemeen houdt de tuinbouw de volgende normen aan: zoutgehalte in mg cl. per liter minder dan 300 tussen 300—500 kwalificatie gebruikswaarde goed water beschikbaar kunnen komen. We moe ten helaas hierop nog vele jaren, tot na 1978, wach ten. Voorlopig zijn er dus voo* deze watervoorzie ning in Zeeland hogere kosten dan in gebieden waar men over voldoende natuurlijk zoet water beschikt. Zoet water is niet alleen belangrijk voor de glastuinbouw, ook voor de vollegronds-teelten kan er nog te weinig gebruik gemaakt worden van de mogelijkheden om de gewassen op tijd van water te voorzien. Er komt een steeds grotere belang stelling voor de teelt van tulpen. De kapitaals intensiteit van deze teelt is hoog en het kunnen toedienen van water is vaak noodzakelijk om een rendabele teelt te kunnen uitoefenen. WATERBEHOEFTE IN DE TUINBOUW, KWANTITATIEF EN KWALITATIEF DE glascultuur vraagt veel water en wel met name ten tijde, dat er veel minder overtollig regenwater beschikbaar komt dan in andere tijds perioden en de open binnenwateren er kwalitatief het slechtst er aan toe zijn. In de zomermaanden worden door deze cultuur namelijk de hoogste eisen gesteld. In onderstaande tabel zijn enkele gangbare normen betreffende de waterbehoefte weergegeven. In deze tabel kunnen getallen uit de laatste kolom worden vergeleken met de nor male jaarlijkse neerslag. Voor Zeeland ligt over de jaren 19311960 dit gemiddelde, blijkens de cijfers van het K. N. M. I., op 708 millimeter per jaar. Er is nog jn aanmer king te nemen, dat hiervan 350 a 400 mm verloren gaat door de zogenaamde schijnbare verdamping, de bodeminfiltratie en de opname door de gewas sen. Van het restant wordt voorts een belangrijk deel in de wintermaanden afgevoerd ter voorko ming van wateroverlast. totaal doorspoelen gieten per jaar Gewas in mm m3/are tijd m;{/are tijd neerslag Komkommers staand glas 40 herfst 145 zomer 1850 Komkommers plat glas 75 zomer 750 Tomaten 40 herfst 70 zomer 11*00 Druiven 40 herfst 10 wisselend. 500 Plat glasteelt 5 wisselend 50 Volle grondsteelt Fruit zoet geschikt voor alle tuinbouw enigszins brak niet bruikbaar voor het begieten van glascultures; geschikt voor vol- le-grondsteelt en fruitteelt. tussen licht brak slechts beperkt 5001000 bruikbaar voor be spuiting in fruit teelt; niet meer geschikt voor tuinbouw in volle grond. meer dan brak of zout onbruikbaar voor 1000 tuinbouwdoelein- den, behalve voor verneveling in de fuitteelt (tot 2500 mg). In de praktijkkringen van de tuinbouw is men zich nog niet altijd bewust van de grote schade, welke verzout water kan veroorzaken. Het is slechts aan de berichtgeving door de be trokken instanties te danken, dat verschillende tuinders voor de opbrengst-depressies, die vaak in latere jaren optreden, zijn behoed. Wellicht speelt hierbij ook nog een rol, dat in de huidige omstandigheden nog niet naar optimale opbrengsten behoeft te worden gestreefd. In de toekomst zal hieraan bij veranderde konkurrentie- verhoudingen en nog grotere aandacht van de consument voor de kwaliteit meer zorg worden besteed. MOGELIJKHEDEN Uit een oogpunt van de af- en ontwatering be staan in de provincie Zeeland geen overwegende bezwaren tegen het tot verdere ontwikkeling bren gen van tuinbouw. Wèl moet overal bij een even tuele stimulering van de tuinbouw aan de details van de waterbeheersing aandacht worden besteed. Voor de waterverontreiniging en voor de afvoer van overtollig water en het op peil houden van de waterstanden zal een oplossing zeker tot stand komen. In geen enkel deel der provincie staan in dit opzicht ernstige problemen een verdere ont wikkeling van de tuinbouw in de weg. Anders is het gesteld met het probleem van de verzilting van de wateren in de provincie Zeeland. 1. Voor beregening is men aangewezen op kleine hoeveelheden zoet water, die in de bodem aan wezig zijn of op aanvoer van goed water elders. Het zoete water, dat aanwezig is, kan men dus gebruiken. 2. Een tweede mogelijkheid is het verzoeten van zoute polderleidingen. Dit zal echter pas moge lijk zijn na afdamming van de Deltameren. De afsluiting van de laatste zeearm, de Ooster- schelde, zal eerst in 1978 gerealiseerd kunnen worden. Water uit de sloten rechtstreeks ge bruiken voor de tuinbouw zal dus nog wel even duren. Onderzoek naar het verzoeten van zoute polderleidingen wordt er reeds verricht door de Commissie Waterbeheersing en Ontzilting in Zeeland. 3. Voor de intensieve glasteelten zal men daarom voorlopig zijn aangewezen op leidingwater. De zuiverheid van dit water is een voordeel. De druk op de waterleidingen is echter te gering. Door wisselende omstandigheden is de water- afname door de tuinbouw onregelmatig. Door methoden van wateropslag en met behulp van een pomp is hier, hoewel met extra kosten, voorlopig voor de watervoorziening een oplos sing mogelijk. d. R.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1964 | | pagina 7