GLASTUINBOUW r^r. EEN KANS VOOR HET KLEINE BEDRIJF 442 Het tuindersbedrijf van G. J. Niemandsverdriet te Stavenisse ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD OVER kleine landbouwbedrijven is al heel wat geschreven en gepraat, en over de allerkleinste valt in vele gevallen niet eens meer wat te zeggen. Ze zijn vérdwenen om allerlei redenen, in hoofdzaak omdat er geen redelijk bestaan op te vinden is. Oplossingen voor het kleine bedrijf zijn er ook steeds vlot ten beste gegeven, waarvan we noe men opheffing, samenvoeging, sanering (dus ver groting), omschakeling, enz. Dit laatste is dan meestal bedoeld binnen de agrarische sector, doch kan ook in andere richting gedacht zijn, n.l. overgang naar de recreatieve kant, b.v. kampeerboerderij, tenten-kamp, bungalowpark, e.d. We willen binnen de agrarische sector blijven en een speciaal geval van omschakeling wat nader bekijken. Omschakeling betreft meestal liet bedrijfstype, dat gaat veranderen en daarbij komt dan als regel het begrip „specialisatie" eveneens naar voren. Een klein gemengd bedrijf kan zich dan gaan specialiseren op kïppenhouderij, varkensfokkerij en -mesterij, overgaan van akkerbouw op grove groente, aan zacht fruit gaan doen of het zoeken in de richting van fijnere groenten, waarbij dan platglas en staand glas binnen de horizon ver schijnen. We hebben op dit laatstte het toog gericht en als We hebben op dit laatste het oog gericht en als voorbeeld genomen het tuindersbedrijf van de heer De tuinder in gesprek met de tuinbonwmedewerker van de Z. L. M. Enkele Hylo-kachels zorgen voor de gewenste temperatuur in de kas. EEN MOEIZAAM NIEUW BEGIN. De watersnoodramp in februari 1953 vernielde in één nacht het weinige wat men had. Van het huis bleef niets meer over en het gezin wist ternauwernood het vege lijf te redden. Na een evacuatieperiode die tot oktober van dat jaar duurde, kon men terugkomen. Niemandsverdriet kocht toen een huisje in het dorp en ging met zijn bedrijf weer op dezelfde grond verder. Echter in 1954 begon de herverkaveling op gang te komen en toen bleek dat dit bedrijfje te klein was om gesaneerd te worden. Een gemengd bedrijf van behoorlijke omvang zou hij dus niet kunnen opbouwen, maar hij zat niet stil en de betrokken gezaghebbers zullen hem toen wel hebben leren 'kennen. Ondanks het „neen", kocht Niemandsverdriet 3Vz gemeten grond aan de Buurtseweg. Er kwam daar ook een houten huis te koop. Hij schreef in en werd eigenaar en verliet zijn huis in het dorp. Na veel moeite kwam ook nog een grondruil tot stand en tenslotte had hij bij huis 4 gemeten en 4% niet al te ver daar vandaan. Voor een normaal landbouwbedrijf was dat veel te klein, maar Niemandsver driet zocht het in een andere richting en wel die van tuinbouw in een meer gespecialiseerde vorm. Zijn opleiding, die bestond uit lagere landbouwwinterschool, was daartoe niet toereikend. Naast enkele van de reeds genoemde teelten begon hij zich toe te leggen op de gladiolenteelt. Hij bouwde daartoe zelf een droogschuur en maakte zelf de gladiolen klaar voor export. Ook de teelt van bloemzaden nam hij ter hand, o.a. phlox en chrysanten. Intussen is binnen een periode van 7 jaar al zijn beschikbare grond voor gladiolen gebruikt en moest met het oog op gevaar van ziekten deze teelt ge staakt wórden. VERDERE STUDIE ONVERMIJDELIJK. Hoewel de middelbare leeftijd naderend en hoofd van een gezin zijnde, zag Niemandsverdriet in dat verdere studie nodig was. Hij volgde daartoe te Sta venisse eerst een tulpencursus in 1960. Door verschillende moeilijkheden kwam het echter niet tot uitoefening van de teelt zelf. Doch in 19621963 bezocht hij de tuinbouwvakschool te Scherpenisse, waar van hij het diploma behaalde. Reeds in 1962 werd het nu menens met de uit voering van plannen. Niemandsverdriet bouwde 600 m2 staand glas en had daarnaast 200 ramen platglas voor witlof, aardbeien en plantmateriaal. In het jaar daarop werd de kas uitgebreid tot 1600 m2. Reeds vanaf het begin werd er beregening toegepast, terwijl het vorig jaar C02-toediening door middel van propaangas in gebruik kwam. De harde en lange winter van 19621963 stelde bijzondere eisen aan de pas begonnen glastuinder. Beveiliging der gewassen tegen de koude door middel van plastic was één der te nemen maatregelen en ook Hylo-kachels deden hun intrede. In de kas was het dan 's morgens nog wel 7° C. onder nul, doch schade aan het gewas (sla) kwam practisch niet voor. GRONDVERBETERING EN BEMESTING. De grond in de kas was vrij zwaar en verbetering dus dringend nodig. Door- menging met bosgrond en champignonmest werd de humusvorming bevorderd en het dichtslempen sterk verminderd. Voor de bemesting wordt op 1600 m2 15 ton stalmest, geleverd door bedrijven op Tholen, gebruikt, terwijl verder kunstmest in de vorm van superfosfaat, magnesiumsulfaat en kali wordt toegediend. Zo is er ook op dit gebied in enkele jaren reeds veel gedaan en bereikt om een goed gewas te krijgen. De grondbewerking in de kas vindt plaats met een 2-wielige Agria-trekker met ploeg, terwijl voor het werk tussen de tomaten (naast sla het belangrijkste gewas) en voor onkruidbestrijding, een motorfrees beschikbaar is. DE WATERVOORZIENING. Vanaf de bouw van het eerste kasgedeelte was, zoals hiervoor al gemeld een beregeningsinstallatie aangelegd. Echter bleek dat de druk op de water leiding dikwijls tekort schiet en slechts een betrekkelijk klein gedeelte van de kas op hetzelfde moment van water kan worden voorzien. Verder zijn er voorschriften van het waterleidingbedrijf, welke inhouden dat op bepaalde dagen of gedeelten daarvan geen water voor beregening gebruikt mag worden. De watervoorziening op Tholen kampt dus blijkbaar met een dreigend tekort. Niemandsverdriet heeft met het oog hierop aanvullende voorzieningen (Zie verder volgende pagina.) Het bassin is gevuld met regenwater van het warenhuis-dak. HET BEGON ALS KLEIN GEMENGD BEDRI JF. Dat was in 1950, toen deze tuinder in het huwelijk trad. Hij had een klein, tamelijk vervallen boerderijtje gepacht, groot ca 70 are en daarnaast had hij 3 gemeten deelbouw. De verbouwde produkten waren toen: uien, breekpeen, vroege aardappelen, gerst en suikerbieten. De veestapel bestond uit enkele melkkoeien en een paar varkens. Dit klein bedrijf vergde evenwel niet alle arbeidskracht en Niemandsverdriet had nog tijd over om op bepaalde dagen elders in de landbouw werkzaam te zijn.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1964 | | pagina 10