UIT DE PRAKTIJK
368
Chemische
onkruidbestrijding in
wintertarwe
DE AARDAPPELMARKT
ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD
NA alle koude van de maand maart is er dan eindelijk
wat zachter voorjaarsweer gekomen. De donker ge
kleurde akkers gaan thans tere voorjaarskleuren krijgen.
Tussen het donkere groen van de wintertarwe en het lich
tere groen van de zomertarwe en zomergerst, gaan we de
bleekgele erwtenrijen ontwaren. Aan de kleur is echter
nog wel te zien dat de bodemtemperatuur nog niet hoog
is opgelopen. Het zijn echt bleke neusjes van de kou.
VORIGE week hebben overal in onze provincie
ook op NOORD-BEVELAND heel wat col
lega's in de door regen en daarna zon sterk ver-
korstste grond naar zaadjes en jonge plantjes ge
zocht. En daarbij ook wel eens in zorg gezeten of
er hier en daar niet overgezaaid zou moeten wor
den. Vooral de bieten die vlak voor de regenperiode
gezaaid waren gaven aanleiding tot deze ongerust
heid. Door een bewerking met een onkruid- of
zig-zagegge knapte de zaak meestal weer wel wat
op. Onder deze omstandigheden kon de regenbui
van zondag niet mooier van pas komen en het ziet
er nu naar uit dat de meeste gewassen met een
mooie beginstand de zomer ingaan. Ook voor de
tegen onkruid gespoten bietenpercelen was de
regenbui ideaal. Diegenen die bij of vlak na het
zaaien hebben gespoten (en dat zijn er heel wat)
zullen hiermee nu waarschijnlijk goede resultaten
behalen.
Om de slagingskans zo groot mogelijk te doen
zijn is het nu ook de tijd om klaver in te zaaien
voor groenbemesting. De eerste klaver in de win
tertarwe is op enkele percelen al gezaaid. Voor de
overige geldt dat dit nu z.s.m. moet gebeuren. Het
is nu de tijd en dan ook proberen er tijd voor vrij
te maken.
Ook dat is een noodzakelijk onderdeel van het
voorjaarswerk en niet iets wat ongestraft opge
schoven kan worden tot het eens een keer ge
legen komt. Soms zou het zelfs wel aanbeve
ling verdienen om met het aardappelen poten
te wachten en eerst de groenbemesters in te
zaaien. Het eerste doet men gauw te vroeg en
het tweede dikwijls te laat. Overigens moet op
N. Beveland, waar het zaaiwerk praktisch ge
reed is, van de aardappels nog zeker 80 ge
poot worden.
In de zomergranen zal men vaak eerst een
keer met DNOC tegen zaadonkruiden suiten en
een kleine week daarna de klaver inzaaien. Bij
deze methode is het zaak het graan vroeg te
spuiten omdat men anders laat komt met de
klaver.
AP ZUID-BEVELAND werd het grootste deel
van de nog te zaaien suikerbieten reeds in
de voorgaande week gezaaid, de rest is in het be
gin van deze week aan de grond toevertrouwd. De
laatste voornamelijk in de oudere poldergedeelten.
Vrij veel is er met de precisiezaaimachine gezaaid.
Chemische onkruid bestrijding d.m.v. rijenbespui-
ting is op minder dan de helft van het met de
precisiezaaimachine gezaaide toegepast. Het nieu
we hierbij gebruikte onkruidbestrijdingsmiddel
Pyramin geeft tegen de verwachting in toch nog
jonge onkruidplantjes op de gespoten rijen te zien.
We dienen er echter rekening mee te houden dat
dit middel in zijn werking meer overeenkomt met
de groeistoffen en dus langzaam inwerkt. Het is zo
dat de onkruidplantjes normaal soms wat lang
zaam opkomen. Het middel moet hoofdzakelijK
IN heel wat percelen wintertarwe komt op het
ogenblik een vrij zware onkruidbezetting, spe
ciaal muur en kamille, voor.
Ten gevolge van de lange periode met af en toe
wat neerslag is het ontwikkelingsstadium van deze
onkruiden van dien aard dat een bespuiting met
DNOC natriumarseniet in veie gevallen onvol
doende resultaat zal geven.
Om bovengenoemde reden verdient het aan
beveling om in de op tijd gezaaide percelen winter
tarwe tegen muur een bespuiting uit te, voeren
met MCPP en tegen kamille één met MCPA/TBA.
Eventueel kunnen deze beide middelen gemengd
verspoten worden. Gebruik bij menging van elk
niet minder dan van de aangegeven hoeveel
heid. Voor de dosering: zie gebruiksaanwijzing.
Enige opbrengstdepressie bij gebruik van deze
middelen is niet uitgesloten. Maar uit proeven is
gebleken dat deze bij een gewaslengte van 15 cm
het geringst is. MCPP en MCPA/TBA kunnen niet
worden verspoten waar klaver is of zal worden in
gezaaid.
Voor de late percelen en daar waar het onkruid
nog vrij klein is kan vaak nog met succes DNOC
natriumarseniet worden gebruikt.
Hulst
De bedrijfsvoorlichter
T. P. HIEL.
via de wortels opgenomen worden wat onder koude
en veel natte omstandigheden langzaam verloopt.
Het schijnt dat de kleine onkruidplantjes enige tijd
nodig hebben om voldoende Pyramin op te nemen,
voor ze, door deze opname geleidelijk aan dood-
groeien.
De opkomst van de vroeg gezaaide suikerbieten
was in het begin van deze week nog niet zo ge
makkelijk te beoordelen. De opkomst is door het
koude weer wat traag en ongeregeld, maar wel
licht ook wat aan de dunne kant. Of kiemkracht
en kiemenergie van het zaad tegenvalt of de koude
van invloed is geweest is nog moeilijk te beoor
delen. 't Is te hopen dat de opkomst van het later
gezaaide wat gunstiger is.
Hoewel we nu nog druk bezig zijn aan de uit
zaai en de chemische onkruidbestrijding in de
suikerbieten wordt er in verschillende werkgroe
pen van de Ver. van Bedrijfs Voorlichting reeds
gesproken over het principe om het aanstaande
najaar door middel van een loofklanner aan de
trekker het bietenblad op het land achter te laten
en daarbij gelijktijdig de koppen te verzamelen.
10 a 12 ton koppen per ha tegen een prijs van mi
nimaal 25.per ton zijn toch zo maar niet weg
te cijferen. Wil men hiertoe overgaan dan zullen
tijdig definitieve plannen hiervoor gemaakt moe
ten worden.
De zomergranen ook al weer de vroeg ge
zaaide zijn op enkele perceelsgedeelten na pri
ma opgekomen en hebben op hetgeen deze week
nog is gezaaid een grote voorsprong. Het vlas dat
eerst wat ongeregeld en nogal geel en koud voor
de dag kwam is door het warme weer van eind
vorige week met daarop enige regen zeer veel in
stand vooruitgegaan.
De eerstgezaaide erwten komen goed voor de
dag, hoewel er hier en daar enkele percelen voor
komen waar de opkomst beter mocht zijn. Hier
en daar was er nogal belangstelling om voor de
opkomst een chemisch onkruidbestrijdingsmiddel
toe te passen. Slechts in enkele gevallen is dit
door de slechte weersomstandigheden mogelijk ge
bleken. Verder dient er opgelet te worden dat,
wanneer in deze percelen graszaad gezaaid moet
worden, dit niet mag geschieden met Residuren
of Camparol. Deze middelen zijn namelijk gras-
dodend.
Onze aandacht dient verder alweer uit te gaan
naar de vijanden van onze erwten. Zo moest reeds
op 10 april een perceel erwten gespoten worden
tegen de vroege akkerthrips.
IN WALCHEREN is de inzaai nu ook op dreef
gekomen. De grond laat zich nu redelijk goed
bewerken, alhoewel sommige natte plekken op
verschillende percelen nog benerkingen ooieggen.
We zullen honen wanneer U deze regels leest, dat
de inzaai al flink gevorderd is. Bii gunstige weers
omstandigheden kan dit inderdaad zo zijn. Tegen
woordig kan er met de moderne machines en ar-
beidsmethoden in korte tijd zeer veel werk wor
den verzet.
Wanneer men zo eens enkele kollega's spreekt
uit oudere gebieden van onze provincie, dan krijgt
men wel eens de indruk dat Walcheren als een
achteraankomertje wordt beschouwd. Wat de in
zaai betreft is dat nogal eens dikwiils zo. Dit ligt
echter niet aan ons als boeren. We willen ook
graag zo vroeg mogelijk beginnen, maar onder
zo gunstig mogelijke omstandigheden. En op deze
gunstige omstandigheden moet op de oudere kalk-
houdende gronden langer gewacht worden dan op
de kalkrijke zavel.
Op onze koude grond moeten we over een flinke
dosis geduld beschikken. De praktijkervaring is
hier wel de beste leermeester.
Op verschillende bedrijven loopt het vee in de
wei. Veelal voorlopig nog overdag doch soms ook
's nachts. Hoewel er nog niet veel gras is, is het
op sommige bedrijven noodzaak, daar de voeder-
voorraad vrijwel uitgeput is. Bij groeizaam weer
kan de grasvoorraad snel toenemen. Bovendien
heeft het vee van het voedzame voorjaarsgras geen
grote hoeveelheden nodig. Verder is het aantrek
kelijk dat de krachtvoernota weer aanzienlijk la
ger wordt.
Het rapport „Landbouw en Recreatie", in het
vorige nummer van dit blad besproken, is voor
ons gebied van zeer grote betekenis. Wij hebben
het uittreksel hierover met zeer veel interesse ge
lezen.
Wij zijn van mening dat het agrarisch gedeelte
van de bevolking in ons gebied moet trachten zo
veel mogelijk van de boten die de recreatie brengt
moet meeprofiteren. Er liggen verschillende mo
gelijkheden op dit terrein. Anderzijds zijn er ook
wel beperkingen. Het is heus niet zo dat men
op een goede dag ergens een kampeerterrein kan
gaan exploiteren. Dit is nu eenmaal onmogelijk.
De huidige bestaande kampeerterreinen zijn ook
geleidelijk aan opgebouwd en uitgegroeid. Dit is
een kwestie van jaren geweest.
Toe te juichen valt de opmerking dat de voor
recreatie geschikte en bestemde grond zo weinig
mogelijk in handen van speculanten moet vallen.
De huidige eigenaren zullen dan ook echter de
ondernemersgeest moeten opbrengen zelf één of
ander recreatiebedrijf te stichten. Hieraan ont
breekt het nog wel eens.
DE regen van het afgelopen weekend heeft op
SCHOUWEN-DUIVELAND voor vele per
celen ook weer goede nut afgeworpen. Plaatselijk
zat het vlas gedeeltelijk onder een vrij harde korst
(gevolg van de overvloedige regen van half maart)
en had alle moeite om er door te komen. De regen
heeft deze stugge korst weer doorgankelijk ge
maakt voor de jonge kiemplanten.
Het zaaien raakt thans ook op ons eiland een
heel eind klaar. Het aardappelpoten zal, wanneer
het deze week droog blijft, ook wel aan de kant
zijn.
Op het kleinere bedrijf waar de gladiolen °en
vaste plaats in het bouwplan gekregen hebben is
men nog druk doende met de uitplant. Wanneer
het om wat grotere oppervlakte gaat wordt veel
vuldig de plantmachine ingeschakeld. Op die be
drijven waar gezinsarbeid in voldoende mate aan
wezig is en waar de oppervlakte minder groot is
wordt nog veel uitgeplant in handwerk.
De kwaliteit van het handwerk gaat toch meestal
nog boven het machinewerk. De uren die aan goed
plantwerk besteed worden zijn beslist op het ge
zinsbedrijf rendabel bestede uren.
Spraken we in de aanvang van deze aflevering
over het donkergroen van de wintertarwe, plaat
selijk moet hier wel een korrektie op gemaakt
worden. De percelen die met DNOC gespoten zijn
geven ook een wat gelige kleur te zien. Het effekt
van de onkruidbestrijding valt, ondanks het min
der gunstige weer van de afgelopen weken, ^bij-
zonder veel mee. Bij temperaturen beneden 5° C.
was vaak wel enige toevoeging van Na-arseniet
aan de DNOC-concentratie nodig, maar toch kon
den op deze manier de vaak zeer vuile percelen
(muur en kamille) grondig opgeschoond worden.
En nu maar vlug de stoppelklaver inzaaien, want
wachten we tot 2 a 3 weken na de DNOC-bespui-
ting dan groeit de tarwe al weer zó snel dat de
klaver geen kans meer krijgt. Ze is dan voor de
zoveelste keer gedoemd te mislukken.
We hebben nog geen bieten boven zien staan,
doch nog even geduld en ook deze bleke neusjes
zullen weer te voorschijn komen.
NIETTEGENSTAANDE we dit voorjaar al ver
scheidene zaaiperioden hebben meegemaakt,
is in WEST ZEEUWS-VLAANDEREN nog steeds
niet alles onder zaad. Hoewel reeds heel wat bie
ten in de grond zitten, moeten er na vandaag,
13 april, toch nog al wat gezaaid worden. De pre-
cisiezaaimachines rijden langzaam en de gezaaide
oppervlakte vordert naar rato.
Het aardappelenpoten kwam net goed op gang
en velen staan gereed om daar mee te beginnen.
Om aardappelen te poten is het nog geen mooie
tijd van het jaar, maar om suikerbieten te zaaien
wordt het naar onze begrippen toch aan de late
kant.
Overigens was de regen welkom voor hetgeen
begin maart werd gezaaid, want de vorige week
begon zich vooral op de lichtere gronden een
harde korst te vormen, waardoor de opkomst van
de gewassen erg werd belemmerd, maar nu na de
10 mm regen van zondag zal de bovenste grond
laag wel doorweekt zijn.
We vernamen dat in onze omgeving een paar
percelen vlas die omstreeks half februari wer
den gezaaid, weer zijn uitgereden. Heel vroeg
zaaien geeft wel eens voordeel, maar het valt
toch ook nog al eens tegen
„Kartoffelwirtschaft" van 3 april j.l. schrijft als
slot in een beschouwing over de prijzen van con
sumptieaardappelen in de E. E. G. het volgende:
De ervaring leert, dat de ontwikkeling van de
markt voor consumptieaardappelen in het laatste
deel van een oogstjaar bijzonder moeilijk valt te
overzien. Verrassingen zijn daarom niet uitgeslo
ten. Resumeert men echter de feiten, welke thans
bekend zijn, dan mag worden aangenomen dat de
negatieve invloeden ook in de komende weken en
maanden een overwegende rol kunnen spelen.
Mocht er ergens in Europa eenvoorzienings
tekort blijken te bestaan dan kan men ervan over
tuigd zijn dat de bestrijding hiervan een scherpe
concurrentie zal ontketenen, waarvan niet kan
worden verwacht, dat de prijzen zich hierdoor
zullen herstellen.
