Winterbloemkool wéér mislukt DINGEN VAN DE WEEK TUINBOUW 346' BELANGSTELLING VOOR FRUITTEELTMOEHEIDS- ONDERZOEK KUNSTMEST VAN DE TOEKOMST ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD |N Engeland en Frankrijk worden bloemkoolrassen geteeld, welke bij uit zaai in augustus en na overwintering in de volle grond van februari tot mei oogstbaar zijn. Voor ons land is de teelt riskant; de kans op een stevige vorstperiode is in onze winter groot en de koude-resistentie van de meeste selecties is nog te gering om vorst van enige betekenis te kunnen doorstaan. In een strenge vorstperiode zal de winterbloemkool in ons land vaak volledig bevriezen. De teelt van winterbloemkool werd tot voor enige jaren vrijwel uitsluitend uitgeoefend op Walcheren maar is nu ook in overige delen van de provincie Zeeland geïntroduceerd. In Noord-Holland wordt er een gering areaal mee beteeld. Het bovenstaande wordt in de rassen lijst voor Groentegewassen reeds 4 jaar vermeld. In 1961 stond er als laatste zin nog bij vermeld dat door selec tie de vorstresistentie waarschijnlijk nog belangrijk kan worden verhoogd. Zeeland heeft een gunstiger klimaat dan overig Nederland maar ook hier blijft de teelt riskant. WINTERBLOEMKOOL RISKANTE TEELT Enkele teeltseizoenen zijn er al weer verlopen na 19611962. Na de oogst van dat jaar, die geen onbevredigend resultaat heeft opgeleverd, hebben we zeker geen normale oogst gehad. De barre win ter van 1962-1963 deed ongeveer de hele oogst mislukken, de planten hadden het te veel en te zwaar te verduren gehad van de vorst. Na de sneeuwval gingen de zeer weinige planten, die overbleven soms nog verloren door vreterij van o.a. duiven. Wanneer we afgaan op de cijfers van het jaar verslag van de Z. G. V. blijkt ook dat er minder belangstelling is gekomen. In 1962 werd er nog 30 kg zaad verkocht, in 1963 was dit slechts 14 kg. Met de zaadverkoop door de handel werd aange nomen dat er in Zuidwest Nederland ongeveer 250 tot 300 gemeten (meer dan 100 ha) winterbloem kool te velde staat in het seizoen 1963—1964. In 1963 werd er weinig winterbloemkool op de Zeeuwse veilingen aangevoerd, de veiling Walche ren te Middelburg had door de zeer geringe aan voer van de telers zelfs mede daardoor een be langrijke omzetdaling. HET WEER IS DE OORZAAK Zoals reeds wordt vermeld in het citaat van de officiële rassenlijst, uitgegeven door het Instituut voor de Veredeling van Tuinbouwgewassen (I. V. T.), is de teelt in ons land riskant. Op verschil lende grondsoorten bij tuinders of boeren hebben we nu resultaten gezien. De indruk is dan ook dat het weer de belangrijkste oorzaak is. Wanneer de grond maar goed doorlatend en niet slempig is, liefst nog wat kalkrijk, zijn er wat de grond be treft niet veel verschillen waar te nemen. In 1963 was de start wat moeilijk, maar het mooie herfstweer heeft veel goedgemaakt. In be gin december werd de groei afgeremd door de lichte vorstperiode, wat als gunstig aan te merken viel. Hoewel het nog te vroeg is om een eind oor deel te kunnen vormen over de vorstschade van de winterbloemkool valt het resultaat van dit seizoen toch nog beslist tegen na deze veel min der strenge winter. Vooral de twee onverwacht koude weken van begin maart hebben veel schade gegeven. De verwachtingen zijn dan ook laag gestemd. We weten wel dat winterbloem kool niet veel investeringen vraagt. Door ech ter een matig-slecht gewas te lang te laten staan, afwachten tot het beter wordt, loopt men de kans oen andere teelt te missen. Ons advies is dan ook: blijf niet aankijken tegen een gewas dat misschien voor 20 of 25 een oogst kan geven. HET ziet er naar uit dat het nieuwe onderzoek waarmee het Bedrijfslaboratorium voor Grond- en Gewasonderzoek te Oosterbeek in 1964 begint zeer vlot van stapel te lopen. Begin april waren reeds 70 monsters voor dit biologisch on derzoek opgegeven, wat zeker een succes mag wor den genoemd. Uit vrijwel alle fruitteeltgebieden in ons land zijn opgaven binnengekomen, doch relatief komen de meeste monsters uit de Betuwe, één der oudste fruitteeltgebieden, waar de pro blemen het grootst zijn. Het opkweken van de jonge zaailingen in de wel en niet ontsmette grond zal plaatsvinden on der glas, teneinde weerrisico's, zoals slagregens, hagelschade en ook wildschade uit te sluiten. Be langstellenden willen wij er op wijzen dat na half april geen opgaven meer kunnen worden aange nomen. Nagekomen opgaven zullen moeten wach ten tot seizoen 1965. Natuurlijk is het sterk afhankelijk van het teelt plan wat u gaat doen. Het spreekt vanzelf dat u winterbloemkool als tussenteelt in de nieuwe boomgaard laat staan. HOE GROOT IS DE SCHADE? Op dit moment is dat nog moeilijk in cijfers weer te geven. De schade kan ook zeer verschil lend zijn en optreden in het merg, aan de poot of aan het blad. Waterschade zal er na deze droge winter wel niet veel zijn. De meeste telers hebben hiervoor ook hun teeltmaatregelen getroffen door een goede grondbewerking toe te passen en ruim te planten. Na al deze genoemde schades is er ook nog vorstschade mogelijk aan de bloemknop. Deze schade vormt het grootste probleem en is de oor zaak van volkomen hartloosheid, sterk misvormde kool of veel doorwas van groene blaadjes in de kool. De laatste twee schades gaan vaak samen. Het is niet bekend of er door cultuurmaatregelen bui ten, op economisch verantwoorde wijze, vorst schade aan de bloemknop kan worden voorkomen. Door selectie probeert men een ras te verkrijgen dat laat, bijv. tweede helft maart, zijn bloemknop aanlegt en vormt. Zolang dit nog niet bereikt is, zal vorstschade als een groot teeltrisico aanvaard moeten worden. Na informaties bleek dat men in Noord-Holland laag gestemde verwachtingen heeft. De verwach ting is dat ongeveer 75 van de winterbloemkool geen oogst zal geven. De teelt kan als mislukt be schouwd worden. De lichte planten die overblijven, zullen geen zware kool meer geven. De slechte ervaringen in de Noordoostpolder op gedaan in de winter van 1962/63 heeft het kleine areaal aldaar nog verder doen inkrimpen. Van veel betekenis was de teelt in de polder dus al niet meer. Dit jaar zullen weinig planten een oogst kunnen geven. De landelijk gemiddelde stand van winterbloemkool was op 18 maart 1964 slechts 35. Gevreesd moet worden dat dit nog behoorlijk zal dalen. ENQUETE ZEEUWSE WIN TE RBLOEM KOOLTELERS Door de Zeeuwse Groentetelersvereniging is er een enquête gehouden bij haar leden. De uitslag is nog niet bekend, echter ook in Zeeland is er veel schade ontstaan. Al enkele jaren vernemen we dat door de ervaringen de winter uitermate ge schikt is voor het doen van waarnemingen. Een aantal uitgepote lijnen ter beproeving geeft grote verschillen te zien. Het wachten is nu maar op speciale Zeeuwse winterbloemkoolrassen. We kunnen ons afvragen of de teelt van winter bloemkool wel past op het tuindersbedrijf, goede tuingrond geeft meestal een zwaarder en daardoor vorstgevoeliger gewas. Zolang winterbloemkool echter niet vrij is te telen, zullen er niet veel mo gelijkheden zijn op bijvoorbeeld gemengde land bouwbedrijven. BLIJFT ER BELANGSTELLING? Winterbloemkool is een vrij nieuw teeltgewas, waarvan de perspectieven voor oogstbare kool vol doende zijn. Het grote punt is echter om zover te komen dat er een oogst kan worden bereikt. Veel telers hebben al enkele jaren ondernemersdurf ge toond door het te proberen; beloond is dit echter nog maar zeer weinig. Er wordt nog steeds hard gewerkt aan de selec tie van winterbloemkool, een sterker ras zal dus wel bereikt worden. Voorlopig houden we ons bij de uitspraak van de rassenlijst voor groentegewassen: De teelt voor ons land is riskant d. R. JJE telers van sla, die wat laat waren met hun oogst, zaten goed in de afgelopen periode. De prijs van de goede sla liep op tot 25 cent per krop. Bij warmer weer kan de situatie op de slamarkt snel veranderen, zeker wanneer de produktie uit de buitenlandse teeltgebieden aan de markt gaat komen. Het is overigens wel erg moeilijk een verstandig woord te zeggen over de afzetmogelijkheden in de nabije toekomst. Het Centraal Bureau van de Tuinbouwveilingen verwacht echter op grond van de situatie in binnen- en buitenland geen afzet- moeilijkheden voor de tweede helft van april en voor onze slatelers hopen we nu maar dat dit uit zal komen. Voor de fruithandel zijn de lage temperaturen ook gunstig. Men behoeft in deze kring niet bang te zijn voor een groot percentage uitval uit par tijen fruit die zijn afgeleefd. Misschien is dit mede de oorzaak van de stevige prijzen die voor het fruit worden betaald. De ontwikkeling is dit jaar wel geheel tegen gesteld aan die van het vorig jaar. Toen in het voorjaar geleidelijk teruglopende prijzen als ge volg van grote concurrentie van buitenlandse ap pelen, nu geleidelijk stijgende prijzen en weinig concurrentie van het buitenland. Het be waarsei zoen is voor de meeste telers gunstig geweest en in sommige gevallen heeft het nog wat goed ge maakt van de slechte uitkomsten in zomer en na jaar van verschillende rassen. Op het ogenblik is het voor wat Zeeland betreft eigenlijk alleen nog maar het ras Golden Delicious dat bij de aanvoer op de veilingen een rol van be tekenis speelt. Zeker, er zijn ook nog wel kleinere hoeveelheden Winston en Jonathan te koop maar toch lang niet in die hoeveelheden als van Deli cious. De vraag naar Golden Delicious is groot, zowel voor het binnenland als voor uitvoer naar België en Frankrijk. Vorige week werd voor de beste partijen bijna een gulden per kg betaald, goede partijen deden al gauw 80 tot 90 cent per kg. Winston kon het hoge prijspeil van de weken voor Pasen niet handhaven en de prijs van de goe de kwaliteit kwam op 9095 cent per kg. Gemid deld ging er bij dit ras toch ongeveer 10 cent per kg van de prijs af. Het zal niet lang meer duren of al het fruit van de oogst 1963 is in Zeeland geruimd. We verwach ten dat het per eind april wel bekeken zal zijn en dat zal betekenen dat het aanmerkelijk vroeger is gebeurd met het fruit dan b.v. het vorig jaar. Elders in het land ligt de situatie wel wat an ders. We vernamen b.v. dat men in de Noord Oost polder wel tot begin juni, Golden Delicious uit de gascellen denkt te kunnen aanbieden. Er schijnt daar nog veel groene Delicious uit het gas te komen. Uit de gestookte en belichte kassen met aard beien kwamen de eerste rijpe vruchten en ver wacht mag worden dat in de komende weken de aanvoer van dit produkt flink zal toenemen. Over het algemeen wordt er bij deze vroege stook (licht) teelt geklaagd over een groot aantal misvormde bloemen. Hierdoor zijn de eerste vruch ten dikwijls ook wat klein gebleven. We vernamen dat dit verschijnsel overal voorkomt. De oorzaak wordt gezocht in de weersomstandigheden tijdens de bloeitijd. De aardbeien in de niet gestookte kassen zullen nog wel enige tijd op zich laten wachten. Deze hebben behoefte aan zon en warmte. Belangrijk is dat de planten in de kassen in deze periode over voldoende water kunnen beschikken. Dit wordt nu ondergronds toegediend. In veel kassen is een plastic grondbedekking aangebracht. Velen zijr. een grote voorstander van deze plastic grondbedekking bij aardbeien. We hopen dat ze het kunnen blijven want de methode als zodanig biedt wel voordelen. Tot de volgende week. ISRAËL heeft tijdens de internationale kunst- mestconferentie welke onder auspiciën van de Verenigde Naties in India werd gehouden, mel ding gemaakt van een in Israël ontwikkelde nieuwe kunstmest, kalium-metafosfaat, die de naam „kunstmest van de toekomst" kreeg. Deze (Schotse) vinding heeft betrekking op een kunst meststof bestaande uit 56 fostor en 37 kali, d.w.z. 93 zuivere meststof. In Israël wordt de kaliwinning geëxploiteerd aan de Dode Zee en die van fosfaat in Oron. Deze beide vindplaatsen liggen slechts 30 km uit elkaar. De produktie van deze nieuwe meststof verkeert thans nog in een experimenteel stadium. Als di- rekte meststof is het kaliummetafosfaat zeer bruik baar in vochtige streken omdat het niet hygro- scopisch is. Bovendien kan het worden gebruikt in allerlei samengestelde meststoffen, aldus ge noemd bericht.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1964 | | pagina 6