C.A.O. TUINBOUW 1964-1965
ni
EVENEENS GELDEND VOOR BOOMKWEKERSBEDRIJF EN BLOEMBOLLENTEELT
Voorgestelde nieuwe lonen C.A.O. Tuinbouw vanat 1 april 1964 tot en met 30 april 1965
De arbeidstijd
Toeslagen
Afstandsvergoeding
Dienstwoning
Gemoedsbezwaren
Nachtarbeid
Overwerk
Minimumloon
Loonbriefje
(Zie verder pagina 331)
326
ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD
(Behoudens goedkeuring Stichting van de Arbeid)
VASTE ARBEIDERS/STERS
weeklonen
LOSSE ARBEIDERS/STERS
Weeklonen
Leeftijd
Vakarbeider
.So
"E
basis
uur
loon
Geoefende arbeider
zomer
en winter
periode
basis
uurloon
Ongeschoolde
arbeider
S-S o
o K
n c a
basis
uur
loon
Vakantietoeslag
Vakarbeider
Geoefende arbeider
vakar
beider
U u
- -U aj
ft) T3
a
zomer
perio
de
winter
perio
de
basis
uur
loon
perio
de
winter
perio
de
basis
uur
loon
Ongeschoolde arbeider
zomer
periode
winter
periode
basis
uur
loon
Waarde vakantie
bonnen per week
vakar
beider
geoe
fende
onge-
school
de
17 jaar
18 jaar
19 jaar
20 jaar
21 jaar
22 jaar
23—65 jaar
65j. en ouder
58,87
67,13
77,46
85,72
92.95
98,12
103,28
94,42
1,31
1.49H
1.72H
1,91
2,07
2.18 y2
2,30
2.10H
56,31
.64,21
74,09
82.-
88,91
93,85
98,79
90,25
1.25H
1,43
1,65
1.82H
1,98
2,09
2,20
2.01 H
50,80
57,93
66,85
73,98
80,22
84,67
89,13
81,26
1.13
1,29
1.49
1,65
178 H
117,74
134,26
154,92
171,44
185,90
1.88H' 196,24
1,9834 206,56
1.81H1 188,84
112,62
128,42
148,18
164.—
177,82
187,70
197,58
180,50
101,60
115,86
133,70
147,96
160,44
169,34
178,26
162,52
60,77
69,30
79,96
88,49
95,95
101,28
106,61
94,48
57,81
65,92
76,07
84,18
91,28
96,35
101,42
89,80
1.31H
1,50
1,73
1.91H
2.07H
2,19
2.30H
2,05
58,13
66,29
76,49
84,64
91,78
96,88
101,98
90,31
55,30
63,06
72,77
80,53
87,32
92,17
97,02
85,84
1.25H
1.43H
1.65 K
1,83
1.981/2
2,09 Yi
2,20*4
1.95 H
52,59
59,98
69,20
76,58
83,04
87,66
92,27
81,56
50,03
57,06
65,84
72,86
79.-
83,39
87,78
77,51
1.13H
1.29H
1.49*
1.65H
1.79*
1.85
1.99 H
1.76*
7.40
8,50
9,80
10,90
11,70
12,40
13;i0
11,80
7.10
8,10
9,40
10,40
11,20
11,80
12,50
11,20
6.40
7,30
8,50
9,40
10,10
10,70
11,30
10,10
De compensatie huurverhoging 1960 en 1962 is NIET in deze lonen begrepen. Deze bedraagt voor de 4e en 5e gemeente
klasse f 5,75 per week en dient in de daarvoor in aanmerking komende gevallen bij het weekloon te worden geteld.
GEMIDDELDE WEEKLONEN
Voor zowel zomer- als winterperiode zijn ge
middelde weeklonen vastgesteld.
ZOMER- EN WINTERPERIODE
CONTRACT JAAR 1963—1964
1 april tot en met 28 november 1964: zomerperiode;
30 november 1964 tot en met 6 maart 1965winter
periode;
8 maart 1965 tot en met 30 april 1965: zomerperiode
AANVANG EN EINDE VAN DE ARBEIDSTIJD
De normale arbeidsdag mag niet eerder aanvan
gen en niet later eindigen dan
1. van 1 april 1964 tot en met 28 november 1964:
aanvang 6.30 uur einde 18 uur, met een
maximum schafttijd van 2% uur per dag;
2. van 30 november 1964 tot en met 6 maart 1965:
aanvang 7.45 uur einde 17.30 uur, met een
maximum schafttijd van 1% uur per dag;
3. van 8 maart 1965 tot en met 30 april 1965 als
onder 1.
NORMALE ARBEIDSTIJD
De normale arbeidstijd bedraagt:
a. van 1 april tot en met 28 november 1964:
5-daagse werkweek, per week 46% uur; 5 werk
dagen van 9% uur. 's Zaterdags vrij.
b. van 30 november 1964 tot en met 6 maart 1965:
per week 41% uur; 5 werkdagen van 8% uur.
C. van 8 maart 1965 tot en met 30 april 1965:
Als onder a.
TE WERKEN ZATERDAGEN
Voor de volgende werkzaamheden kan, indien
zulks naar het oordeel van de werkgever nood
zakelijk is, op in onderling overleg vastgestelde
zaterdagen worden gewerkt, met inachtneming van
het nader aangegeven maximum aantal zater
dagen.
a. voor ziektebestrijding en tijdens de plukperiode
in de fruitteelt op max. 8 zaterdagen;
b. voor werkzaamheden in de boomkwekerij op
max. 10 zaterdagen;
e. voor werkzaamheden betrekking hebbende op
de teelt onder glas op max. 10 zaterdagen;
d. voor werkzaamheden in de bloembollenteelt op
max. 10 zaterdagen.
De op deze zaterdagen gewerkte uren moeten
als overuren worden uitbetaald.
SCHAFTTIJDEN
De in onderling overleg tussen werkgever en
werknemer vast te stellen schafttijden mogen niet
als arbeidstijd worden beschouwd.
op bedrijven met meer dan 3 arbeiders 8,per
week.
WAARDERINGSTOESLAG VASTE ARBEIDERS
De werkgever kan een vaste vakarbeider, die uit
hoofde van diens verantwoordelijkheid, ervaring of
kennis, naar het oordeel van de werkgever van
bijzondere waarde is voor de betrokken onder
neming, een waarderingstoeslag toekennen van
ten hoogste 6 van het normale weekloon.
PRODUKTIETOESLAG
1. De werkgever is bevoegd in zeer drukke perio
den tijdens welke van de arbeider een extra
prestatie of inspanning wordt gevraagd een toe
slag op het loon te betalen, indien de werk
zaamheden niet in akkoord worden uitgevoerd.
2. Deze toeslag, welke in beginsel niet langer dan
gedurende 15 weken per contractjaar mag wor
den betaald, mag per week ten hoogste 10
bedragen van het voor de betrokken arbeider
vastgestelde tijdloon per week.
3. Indien de toesla e langer dan 15 weken zou wor
den verstrekt, dient het in lid 2 genoemde ma
ximum-percentage per week zodanig te worden
verlaagd, dat de in totaal te ontvangen toeslag
per contractjaar eveneens een bedrag, gelijk
aan het tijdloon over één week, niet overschrijdt.
TIJDLOON BIJZONDERE WERKZAAMHEDEN
Voor sproeiwerkzaamheden wordt aan de arbei
ders een toeslag op het normale tijdloon gegeven
van 20 cent per uur, indien voor dit werk geen
kleding door de werkgever beschikbaar wordt ge
steld.
Voor het gebruik van een eigen vervoermiddel
dient aan de arbeider een vergoeding te worden
verstrekt zoals hieronder is aangegeven, indien de
afstand van zijn woning tot de plaats van de aan
vang der werkzaamheden bedraagt:
5 tot 10 km
10 tot en met 15 km
boven 15 km
ƒ0,25 per dag
0,50 per dag
ƒ1,per dag
Indien de arbeider gebruik moet maken van een
veer, mogen de daaraan verbonden kosten door de
werkgever worden vergoed.
Toeslag eerste knecht of voorman
De toeslag voor de voorman bedraagt op bedrij
ven met niet meer dan 3 arbeiders 6,per week
1. Het bedrag, dat voor het gebruik van een dienst
woning zal worden afgetrokken, bedraagt ten
hoogste 8,per week.
2. Voor woningen vallende onder de woningwet
regeling zal eenzelfde bedrag worden afgetrok
ken, als door de gemeente waaronder deze wo
ningen ressorteren voor huur in rekening wordt
gebracht aan huurders van deze soort wonin
gen.
3. Indien tijdens de contractperiode een algemene
huurverhoging van kracht wordt, dient voor de
daarvoor in aanmerking komende dienstwonin
gen een verhoging te worden toegepast, op
basis va" de wettelijk toegestane normen.
4. Het voor het gebruik van een dienstwoning
overeengekomen bedrag dient op de schriftelijke
arbeidsovereenkomst te worden vermeld.
In afwijking met de vermelde lonen geldt:
a. Voor arbeiders en jeugdige mannelijke arbei
ders aan wie,wegens het hebben van gemoeds
bezwaren tegen iedere vorm van verzekering
vrijstelling is verleend van de verplichting tot
deelneming aan het Bedrijfspensioenfonds voor
de Landbouw;
b. voor arbeiders en jeugdige mannelijke arbei
ders, voor wie zodanige verplichting wel bestaat,
doch die werkzaam zijn bij een werkgever, aan
wie terzake van het hebben van gemoedsbezwa
ren tegen iedere vorm van verzekering vrijstel
ling is verleend van de verplichting tot premie
betaling;
dat voor de 21- tot 65-jarigen het tijdloon per
week 1,75 of per uur 3% cent lager is dan het
normaal voor hen geldende tijdloon: voor de
overige jeugdige arbeiders een loon dat per
week 0,88 of per uur 0,02 lager is.
Voor arbeid, verricht tassen 10 uur 's avonds en
één uur vóór de aanvang van de normale hier-
opvolgende arbeidsdag, zal een loon worden be
taald, dat 50 hoger is, dan het voor de betrok
ken arbeiders geldende uurloon, of, indien het loon
per week is vastgesteld, het geldende basis uurloon.
Voor overwerk op gewone werkdagen dient 130
van het normale geldende tijdloon te worden be
taald.
Wat betreft de overuren op zaterdagen bedraagt
dit 150 van het geldende tijdloon, terwijl op zon
dagen het overwerk met 200 van het normaal
geldende tijdloon betaald moet worden. Voor feest
en gedenkdagen geldt 150
Het weekloon voor een volwaardige arbeider van.
2365 jaar dient zodanig te worden aangevuld dat,
inclusief de huurcompensatiebijslaeren 1960 en
1962, een BRUTO weekloon van 100,wordt be
taald. Indien in de loop van het contractjaar tot een
nieuwe compensatie-huurverhoging zou worden be
sloten, zal het minimum brutoloon van 100,—
ALLEEN DAN met het bedrag van de nieuwe
compensatie verhoogd worden, indien daartoe door
de Stichting van de Arbeid een aanwijzing wordt
gegeven.
Bij de uitbetaling van het loon zal de werkgever
aan de arbeider een schriftelijke specificatie hier
van geven.
Voor vaste arbeiders zal dit alleen geschieden
indien een wijziging van het nettoloon plaats vindt.