ZIJN DE BANDEN VAN UW MOTORVOERTUIGEN IN ORDE
DENK AAN HET SLIPGEVAAR!
Eerste steenlegging
nieuwe Z. L. M. Land- en Tuinbouwschool te Zierikzee
S. E. R.ADVIES INZAKE
GEMEENSCHAPPELIJKE
GRAANPRIJS IN DE E.E.G.
DE HEER H. J. MUNTINGA
VERLIET HET D.B. VAN
HET K.N. L.C.
RUILVERKAVELING
KLEVERSKERKE
Wist U dat
REPRESENTATIVITEIT VAN L. E. I.-BEDRIJVEN
VBHDAG !1 JANUARI 1 964 83
r.'EE werkgroepen een speciale werkgroep
en de werkgroep landbouw hebben namens
de Commissie voor Internationale Sociaal-Economi
sche Aangelegenheden van de Sociaal-Economische
Raad aan de ministers van Buitenlandse Zaken,
van Economische Zaken en van Landbouw en Vis
serij advies uitgebracht inzake een gemeenschap
pelijke graanprijs in de E. E. G., alsmede inzake
de positie van de landbouw in het kader der
G. A. T. T.-onderhandelingen. De werkgroepen wa
ren van mening dat het voorstel van de Europese
Commissie om binnen de E. E. G. in één keer een
gemeenschappelijke graanprijs tot stand te bren
gen positief dient te worden benaderd. Een derge
lijke stap werd van grote betekenis geacht voor een
voortgaande effectuering van de integratiegedachte.
Tevens is zij een vereiste om de agrarische sector
bij de zg. Kennedy-onderhandelingen te betrekken.
Een prijsaanpassing in één keer op een niveau
dat ligt tussen het hoogste en het laagste graan
prijsniveau in de gemeenschap achtte men niet on
redelijk. Als Duitsland in het kader van een be
slissing over een complex van maatregelen er toe
zou kunnen worden gebracht zijn huidige relatief
hoge graanprijspeil te verlagen zou dit als een be
vredigend resultaat kunnen worden beschouwd, een
resultaat dat waarschijnlijk niet zou worden be
reikt, wanneer de tot dusver geldende procedure
van een gelijkmaking in etappes gedurende de
overgangsperiode zou worden gevolgd.
IYE vice-voorzitter van het Kon. Ned. Landbouw-
Comité wordt volgens de statuten door het
hoofdbestuur gekozen. Het is dan ook in een hoofd
bestuursvergadering dat de functiewisseling plaats
vindt. In de laatste vergadering van het hoofd
bestuur is de heer H. J. Muntinga afgetreden
wegens statuaire niet-herkiesbaarheid. Natuurlijk
zijn daarbij woorden van dank aan het adres van
de heer Muntinga gesproken. Daarnaast, nu het
K. N. L. C. over een (zij het nog maar gebrekkig)
stukje publiciteitsorgaan beschikt, wil ik gaarne de
dank die het K. N. L, C. de heer Muntinga verschul
digd is openlijk tot uitdrukking brengen. De heer
Muntinga heeft eerst als dagelijks bestuurslid en
daarna als vice-voorzitter veel tijd aan het K.N.L.C.
ter beschikking gesteld.
In deze periode heeft het hoofdbestuur steeds
meer van het dagelijks bestuur de voorbereiding,
ook van beleidsadviezen, verlangd. Het was een
periode waarin de landelijke, centrale beslissingen
steeds urgenter werden en waar het oordeel, in de
provinciale maatschappijen gevormd, steeds meer
onder één noemer moest worden gebracht.
De heer Muntinga heeft er steeds naar gestreefd
dat het autonome karakter van de Provinciale
Landbouw Maatschappijen bij dit alles niet te zeer
in het gedrang kwam. Ervan uitgaande dat uit de
botsing der meningen (zoaLs de Fransman het uit
drukt) de waarheid naar voren komt. is ook het
K. N. L. C. hem daarom veel dank verschuldigd.
De heer Muntinga blijft voorzitter van de Gro
ninger Maatschappij van Landbodw en dus lid van
ons hoofdbestuur. Als zodanig hoop ik dat het
K- N. L. C. nog veel medewerking van de heer Mun
tinga mag ondervinden. We zullen het hard nodig
hebben. De tijden die voor ons liggen zullen yeel
van de organisaties vragen.
Alleen samenwerking en inspanning van alle
beschikbare krachten zal ons in staat stellen voor
onze leden te doen wat ze 't hardste nodig hebben
in deze zich snel wisselende t(jd.
KNOTTNERUS.
Kennisgeving: ingevolge artikel 84 der Kuil-
verkavelingswet 1954
De Plaatselijke Commissie voor de ruilverkave
ling „Kleverskerke" maakt bekend, dat van 3 fe
bruari tot en met 7 februari 1964 in het vereni
gingslokaaltje te Kleverskerke, van 10 februari tot
en met 14 februari 1964 ter secretarie van de Ge
meente Arnemuiden en van 17 februari tot en met
20 februari 3964 ter secretarie van de Gemeente
Veere van 8.30 uur11.30 uur en van 13.30 uur
16.30 uur voor ieder kosteloos ter inzage zal liggen*.
HET PLAN VAN TOEDELING
bedoeld in artikel 82 van de wet, bestaande uit:
1. een kaart met kavelindeling en kavelnummers.
2. een register van toedeling, aangevende de
rechthebbenden en de hun toegewezen kavels,
met grootte en w aarde, de pachtverhoudingen;
de op de kavels rustende hypotheken en erf
dienstbaarheden.
3. de regelingen en bepalingen.
Binnen 14 dagen na 20 februari 1964, dus uiter
lijk donderdag 5 maart 1964 kan iedere belangheb
bende schriftelijk zijn bezwaren (met volledige om
schrijving) indienen bij de secretaris van de Plaat
selijke Commissie, de heer J. J. Koïe, Kleverskerke
12 te Arnemuiden.
Bezwaarschriften die na 5 maart 1964 worden in
gediend kunnen ingevolge de wet niét worden be
handeld.
UET was 17 januari 1964 een gedenkwaardige
dag voor de Lagere Land- en Tuinbouwschool
te Zierikzee, maar vooral voor haar direkteur de
heer D. Eveleens, die sinds de oprichting in 1944
de scepter over deze school zwaait. Dat hij ook de
troffel op kundige wijze weet te hanteren bleek
TEN einde na te gaan in hoeverre de bij het
L. E. I. gangbare methode van bedrijfskeuze
keuzecommissies wijzen de bedrijven aan, waar
van de uitkomsten geacht worden het betrokken
gebied te karakteriseren voldoet aan objectieve
eisen van representativiteit, is door het L. E. I. een
onderzoek ingesteld naar mogelijke verschillen
tussen dé uitkomsten van landbouwbedrijven, in het
consulentschap Sneek, gekozen volgens deze me
thode, en van bedrijven in dit gebied gekozen op
basis van een blinde steekproef.
Dit onderzoek bracht aan het licht dat de (ge
middelde) bedrijfsuitkomsten in beide groepen
geen wezenlijke verschillen vertoonden, doch dat
op die vrijdag, toen hij begunstigd dooi eea
stralende winterzon en gadegeslagen door talrijk!
genodigden uit Schouwen-Duiveland de steen
inmetselde, welke tot in lengte van jaren de be
tekenis van Eveleens voor het landbouwonderwijs
in deze streek zal blijven symboliseren.
De uitstekende naam, welke deze school heeft
verworven is grotendeels te danken aan het door
zettingsvermogen en de onderwijscapaciteiten van
haar direkteur, een rasechte onderwijsman uit het
beste hout gesneden. Zoals voorzitter J. A. v.-Nieu-
wenhuyze tijdens een informele bijeenkomst in do
school het uitdrukte: „Er heeft geen enkele twijfel
aan bestaan, dat het Eveleens moest zijn, die de
steen zou inmetselen". Burgemeester Dijckmeester
toonde zich verheugd over deze aanwinst niet
slechts voor zijn stad, maar voor de land- en tuin
bouw in de streek, die in een stroomversnelling
geraakt een goed onderwijsinstituut als de
Lagere Land- en Tuinbouwschool zeer hard nodig
heeft.
De lieer Eveleens hoopt in 1965 de pensioen
gerechtigde leeftijd te bereiken en nog liet genoe
gen te zullen smaken voor hij afscheid neemt
van het onderwijs de nieuwe school aan zijn
opvolger over te kunnen dragen. De voortekenen
zijn wat dit betreft gunstig, daar nog in de loop
van dit jaar de prachtig geoutilleerde school in
gebruik zal worden genomen.
A.
de invloed van het verschil in methode uitsluitend
tot uitdrukking kwam in de spreiding van «leze
uitkomsten in de desbetreffende groepen. Zo bleek
er n.l. bij de steekproefbedrijven een grotere sprei
ding te bestaan, hetgeen wijst op een groter onder
ling verschil tussen de bedrijven dan bij de andere
groep, die duidelijk meer uniform bleek te zijn.
Deze en andere conclusies, alsmede een beschou
wing over de methode van vergelijking, zijn te vin
den in de onder bovenstaande titel verschenen stu
die, die verkrijgbaar is door overschrijving van
f 2,50 op postrekening No. 41.22.35 van het Land -
bouw-Economisch Instituut ie 's-Gravenhage, on
der vermelding: Zend Studie No. 9.
LIET indexcijfer voor akkerbouwprodukten een stijgende lijn vertoont? Het steeg n.l. van 119 tot
124 tegen vorig jaar (november 1962) 114. dus een stijging met 10 punten.
Het indexcijfer voor veehouderijprodukten steeg van 116 tot 122 tegenover november 1962 101.
Een stellig verheugend verschijnsel, maar. er staat iets tegenovern.l. het verloop van de kosten-
faktoren. Van oktober 1963 tot november 1963 bleef dit indexcijfer gelijk, n.l. 167, maar dit is 9 prin
ten hoger dan over november 1962 en dat is minder mooi. Ik wil hier op twee feiten wijzen:
a. Tegenover de basisperiode stegen de opbrengsten met 6 en 5 punten of gemiddeld 5% punt, ter
wijl het kostenindexcijfer niet steeg.
b. En dat is het kwade punt: het indexcijfer van de kosten ligt veel hoger dan dat der opbrengsten
n.l. op 167.
J/OOR onze lezers die het begrip indexcijfer niet- of minder goed kennen, een kleine toelichting.
Stel voor, de aardappelprijs is over' de periode 1955/1960 gemiddeld 10 ct per kg. Deze vijfjarige
periode noemen we de basisperiode. Is nu de gemiddelde prijs in 1961 b.v. 11 et, in 1962 9 ct en in
1963 b.v. 12% ct (de prijzen zijn volkomen willekeurig)dan drukken we deze uit in een percentage van
de gemiddelde prijs over de basisperiode. De berekening is dan als volgt:
Basisperiode Indexcijfer
Prijs 10 cent 100
Prijs 1961 11 cent 11/10 x 100% 1J0% 110
Prijs 1962 9 cent 9/10 x 1009090
Prijs 1963 12%. cent 12%/10 x 100% 125125
ITOÊWEL yin de berekening van de indexcijfersminder eenvoudig verloopt dan in dit eenvoudige
voorbeeld, geeft dit wel de betekenis vayi de indexcijfers weer.
Tegenover de basisperiode vinden we in ons genoemde geval dan de volgende opstelling van de
indexcijfers:
Basisveriode nov. 1962 okt. 1963 nov. 1963
Akkerbouwprodukten 100 114 119 124
Veehouderijprodukten 100 101 116 122
Kosten 100 158 167 167
Onze lezers zien duidelijk dat, oyidanks enige verbetering, er nog steeds een zeer ongunstige verhou
ding bestaat tussen kosten en opbrengsten.
Wat zal 1964 hier brengen? MEIJERS.