A/sch-Vlaamse Akkerbouwbedrijven
93
VRIJDAG 31 JANUARI 1964
J. SCHEELE en J. H. BOUMAN
R.L.V.D. Axel
De graslandexploitatie op de Zeeuwsch-Vlaamse akker bouwbedrijven levert zeer teleurstel
lende resultaten op in vergelijking tot de uitkomsten der akkerbouwgewassen. De uitkom
sten der L. E. I.-bedrijven doen vermoeden dat dit verschtfnsel bovendien een blijvend karak
ter begint aan te nemen.
De grasland- en de veeverzorging beginnen problematische arbeids-toppen te veroorzaken
bij het afnemende arbeidsaanbod.
Een ingesteld onderzoek toonde aan dat er op de akkerbouwbedrijven nog een belangrijke
oppervlakte grasland gescheurd zou kunnen worden. Een aantal percelen zou daarbij tevens een
egalisatie moeten ondergaan. Dit egaliseren kan door gespecialiseerde loonbedrijven goed en
in korte tijd uitgevoerd worden tegen tarieven die aantrekkelijk zijn.
Licht egalisatiewerk kan ook door de boer zelf ter hand worden genomen. In dit artikel
zijn een aantal mogelijkheden aangegeven. De kosten zijn dan lager, maar het werk duurt veel
langer. Mochten de vleesprijzen zich zodanig herstellen dat het houden van rundvee weer per
spectieven biedt, dan zullen de kosten van de eg alisatie niet verloren zijn, daar dan volwaardig
grasland aangelegd ban worden.
Op het gescheurde grasland moet met zorg een gewassenschema worden, opgesteld, waar
voor in dit artikel enkele aanwijzingen gegeven worden.
Tenslotte zijn voor het niet scheurbare grasland enkele alternatieven aangegeven, die geen
van alle een verhoging van de rentabiliteit tot gevolg zullen hebben, maar wel knellende
arbeidstoppen afzwakken.
•ijnencï beeld
Voor de vertering van de omgeploegde zode is
o.a. stikstof nodig, welke dus in ruime mate aan
wezig is. Na het verteringsproces komt deze stik
stof weer beschikbaar en het is van belang dat dit
beschikbaar komen niet te snel en in te grote hoe
veelheden tegelijk plaats vindt. Dit kan voorkomen
worden door niet te vroeg te scheuren, maar dit
liever wat later in het seizoen tot zelfs zeer kort
voor het zaaien uit te voeren. Tevens is hierbij van
belang, de zode niet te fijn te maken, dus het
frezen bij voorkeur achterwege te laten. Het ploe
gen moet bij voorkeur niet Je ondiep gebeuren.
Laai scheuren, eventueel onder wat natte
omstandigheden, is evenmin een bezwaar. De
vertering van de zode zal hierdoor vertraagd
worden en het eerste gewas zal niet die zeer
grote hoeveelheid stikstof ter beschikking krij
gen. Het wat dieper onderploegen van de zode
zal het zaaiklaar maken vergemakkelijken,
maar toch zal bij het ploegen naar een zo vlak
mogelijke grondlegging gestreefd moeten
worden. Ongelijk liggende grond laat zich op
gescheurd grasland met een egge vrij moeilijk
vlak maken.
HET EGALISEREN VAN
ONGELIJK GRASLAND
ZOALS uit de enquête al bleek, zullen verschil
lende percelen grasland eerst een egalisatie
moeten ondergaan, voordat ze geschikt zijn als
bouwland. De mate, waarin geëgaliseerd moet
worden, loopt zeer uiteen. In de meeste gevallen
zal licht egalisatiewerk voldoende zijn, maar er
liggen ook percelen waar zeer veel grond verzet
moet worden, soms zelfs over vrij lange afstanden.
Dat hierbij de kwaliteit van het werk van grote
betekenis is, behoeft geen betoog en een eenmaal
verkeerd behandeld perceel is moeilijk meer goed
te krijgen. Met wat extra moeite en kosten kan
voorkomen worden dat door zonder meer gelijk
te schuiven, extra vruchtbare en arme plekken
ontstaan.
Wanneer een zware egalisatie vereist is, kan
deze het beste worden verricht door een bedrijf,
dat gespecialiseerd is in het uitvoeren van cultuur
technische werken. Zo'n bedrijf beschikt over zwaar
materiaal en geroutineerd personeel en kan het
werk in korte tijd uitvoeren. Wij hebben zo'n be
drijf bezocht en de outillage en de kwaliteit van
het uitgevoerde werk bekeken, en kwamen tot de
slotsom dat deze werkwijze ideaal mag worden
genoemd, mits ze onder droge omstandigheden
wordt uitgevoerd.
Zeer ongelijk grasland werd omgezet in vlak
bouwland, waarop overal een laag teelaarde van
gelijke dikte aanwezig was. Wat betreft de kosten
kan worden meegedeeld dat voor ƒ2.000,a
2.500,per ha reeds zwaar egalisatiewerk werd
uitgevoerd, mits de te behandelen oppervlakte niet
te gering is. Wel is het gewenst vooral een hoogte-
kaart te laten maken, hetgeen voor beide partijen
aantrekkelijk is in verband met het bepalen van
de gewenste uitvoering en de kostenbegroting.
Gezien in het licht van de eerder in dit artikel
genoemde saldoverschillen tussen akkerbouwge
wassen en rundveehouderij, kunnen deze egalisa-
tiekosten bij de huidige prijsverhoudingen in enkele
jaren worden terugverdiend, en dus zeker niet te
hoog worden genoemd. Wel zal na het scheuren
in veel gevallen een drainage noodzakelijk zijn.
KAN DE BOEK OOK ZELF EGALISEREN?
IN bepaalde tijden van het jaar komen op de
akkerbouwbedrijven kleine arbeidsoverschot-
ten voor. Bovendien zijn deze bedrijven vaak ruim
voorzien van traktie in de vorm van één of twee
trekkers. De vraag ligt dus voor de hand of de
boer zelf het egalisatiewerk ter hand zou kunnen
nemen. Indien hij de beschikking kon krijgen over
een eenvoudig apparaat, dan zou zo'n egalisatie
heel goedkoop kunnen worden uitgevoerd. Het
loon van de vaste arbeidskern moet ook in een
slappe periode uitbetaald worden, .dus de kosten
van een dergelijke egalisatie zouden beperkt blij
ven tot wat extra brandstof en de kosten van het
aan te schaffen apparaat.
Een inventarisatie van de in de handel zijnde
of zélf-ontworpen apparaten bracht aan het
licht dat er voor ondernemers, die het zelf wil
len uitvoeren, wel mogelijkheden zijn. Deze
mogelijkheden zijn natuurlijk beperkter dan
bij een uitvoering door een gespecialiseerd be
drijf met grote machines.
Er zijn echter mooie voorbeelden in de prak
tijk te zien waar de boer kans zag met een
voudige middelen keurig egalisatiewerk te ver
richten. De hoogteverschillen moeten dan niet
al te groot zijn, evenmin als de afstanden van
het grondtransport, terwijl men een beetje ge
duld moet kunnen opbrengen, want het werk
duurt veel langer, soms enkele jaren.
WELKE WERKTUIGEN?
DE volgende werktuigen kunnen voor egalisatie
werk gebruikt worden:
a. Het molbord. Behalve het algemeen bekende
oude type zijn er tegenwoordig uitvoeringen in
de handel, die wat betreft capaciteit en con
structie zeer praktisch zijn voor egalisatiewerk.
b. De grondbak. Deze wordt bevestigd aan de
driepuntsophanging van de trekker en schept
zich al rijdende vol. Deze bak wordt niet ge
sleept maar gedragen en kan ook voor iets
grotere transportafstanden gebruikt worden.
c. De cultivator is wel de goedkoopste mogelijk
heid, daar dit werktuig op praktisch elk bedrijf
aanwezig is. De cultivator moet dan voorzien
worden van een bord, dat tegen de achterste rij
tanden geplaatst wordt, en is dan voor licht
egalisatiewerk zeer goed bruikbaar.
De grondschuif, welke in diverse uitvoeringen
verkrijgbaar is, zowel vóór als achter op de
trekker gemonteerd.
Voor een doelmatig gebruik vragen de volgende
punten nog de aandacht:
de grond moet van te voren losgemaakt zijn,
bijvoorbeeld met een cultivator;
voor alle grondschuiven geldt dat ze, om goed
te werken, even breed of iets breder zijn dan
de spoorbreedte van de trekker;
op minder losse grond verdienen trekkers,
voorzien van een hefinrichting met druk-
systeem, de voorkeur;
het vraagt routine en geduld om met deze ap
paraten vlot te kunnen werken.
DE GEW'ASSENKEUZE
OP GESCHEURD GRASLAND
WANNEER het grasland vrij diep is omge-
ploegd, betekent dit dat er wat minder be-
wortelde grond boven is komen te liggen. De be
werking met de egge zal hierdoor gemakkelijker
uitvoerbaar zijn dan op een ondiep geploegd per
ceel, waar de zode zeer dicht onder de oppervlakte
zit. De grondbewerking in het voorjaar heeft
alleen ten doel de oppervlakte vlak te maken. Een
intensieve bewerking, die een fijn en los zaaibed
tot gevolg zou hebben, is niet gewenst. Wordt het
zaaibed toch te los, dan kan met een zware cam-
bridgerol de grond wat aangedrukt worden.
De gewassenkeuze op gescheurd grasland vormt
vaak een probleem. Dit geldt niet alleen voor het
eerste gewas, maar ook voor de volgende. Het is
daarom wenselijk een meerjarig schema op te stol
len waarin een aantal gewassen zijn opgenomen
die zo weinig mogelijk hinder ondervinden van de
stikstofrijkdom in de grond, bijvoorbeeld
le jaar: erwten
2e jaar: koolzaad, tarwe, erwten of bieten
3e jaar: karwij, luzerne, bieten, tarwe of uien
4e jaar: tarwe, bieten, vlas of stambonen.
Voor de meeste gewassen zal men zich moeten
beperken in de zaaizaadhoeveelheid. Granen en
peulvruchten kunnen volstaan met 60 a 70 van
de norm. Verder is er op gescheurde percelen een
grote kans op schade door vreterij. Het is daarom
goed het zaaizaad van hierdoor gevoelige gewas
sen te ontsmetten met de bekende middelen.
MOGELIJKHEDEN VOOR HET NIET
SCHEURBARE GR ASIA ND
JLTAAST het beweiden door mestvee met de daar-
aan verbonden financiële en arbeidsorganisa-
torische bezwaren zijn er voor het niet scheurbare
grasland nog de volgende exploitatiemogelijkheden
a. Het inscharen. Het aanbod om vee in te scharen
is echter beperkt en de winstmogelijkheden zijn
niet groter bij de geldende prijzen. De arbeids-
behoefte is echter veel lager en beperkt zich tot
de graslandverzorging.
b. De populieren teelt. Ook deze exploitatievorm
zal geen rendementsverbetering opleveren, maar
eveneens de arbeidsbehoefte sterk doen af
nemen, terwijl de verzorging van dit gewas niet
aan een bepaalde tijd is gebonden.
c. De afzet van gras aan de Groenvoeclerdrogerij.
Een stukje toekomstmuziek, maar misschien in
de toekomst te realiseren.
In samenwerking met de Coöperatieve Groen-
voederdrogerij wordt momenteel onderzocht of
deze afzetmogelijkheid aantrekkelijk kan zijn. Ook
hiervan zal geen hoog rendement verwacht mogen
worden, maar hierdoor zouden zowel de vee- als
graslandverzorging komen te vervallen, uitgezon
derd het kunstmest strooien. Een voorwaarde is
dat de betreffende percelen berijdbaar moeten zijn.
Een combinatie met populierenteelt zou tot de
mogelijkheden kunnen behoren.
HET AFSTOTEN VAN GRASLAND
IN uitzonderlijke gevallen zou men ook zijn toe
vlucht kunnen nemen tot het afstoten van
grasland, bijvoorbeeld een waardeloos stuk kreek
of dijk. Deze maatregel zou een verkleining van
het bedrijf betekenen. Maar in sommige gevallen
bedrijfseconomisch aantrekkelijk zijn, mede gezien
in het licht van het afnemende arbeidsaanbod. Dit
afstoten kan natuurlijk slechts gerealiseerd worden,
voorzover dit afzonderlijke pachtpercelen betreft.
Dat men er niet gauw toe overgaat een stuk van
zijn bedrijf af te stoten is begrijpelijk, maar dat er
nog liefhebbers gevonden worden, wanneer ergens
een waardeloos stuk kreek of dijk gepacht kan
worden, heeft ons wel eens verbaasd. In bepaalde
gevallen kan de aanwezigheid van een veestapel
nog juist.de doorslag geven, om een extra arbeids
kracht aan te houden. Dat dit bij de huidige lonen
en prijzen niet meer verantwoord is, behoeft geen
betoog.