WANNEER EN HOE NAAR DE R A.I.! 45 ARSE1DSBEGROTONGS- SYSTEEM IV!ET BEHULP VAN TAAKTIJDEN VRIJDAG 17 JANUARI 1984 ENIGE weken geleden plaatsten wij een tweetal bijdragen van het I. L. R. nl. over de werkmethoden bij suikerbieten en de universele loswagen. Deze week het derde onderzoekingsobject. Het arbeidsbegrotlngs- systeem met behulp van taaktijden is een belangrijk hulpmiddel voor de planning van het (moderne) landbouwbedrijf. De winst wordt nl. voor een groot deel bepaald door een zo juist mogelijk samenspel van mens en techniek. Een analyse en een daarop vol gende opbouw van dit deel vaii het bedrijf biedt zowel de praktijk als de wetenschap de gelegenheid zich voortdurend te confron teren met de gevolgen en mogelijkheden van de technische veranderingen, die zich mo menteel in zo'n hoog tempo aandienen. Al dus ir. F. Coolman van het 1. L. R. spreken de over de nieuwe publïkatie van het I. L. R. Arbeidsbegrotingmet behulp van taak tijden mede samengesteld door G. Postma, van de afdeling Arbeidsorganisatie-onder zoek Weidebouw en ir. E. van Elderen, af deling Arbeidsorganisatie van het Algemeen onderzoek van het I. L. R. Ir. Coolman wees erop dat naar zijn mening een goede onder nemer in de landbouw het op den duur niet zonder een arbeidsbegrotingssysteem zal kunnen stellen. De~z toekomstige ontwikkeling zal men als bedrijfsleider willen dan wel moeten aanvaarden, wil men niet achter blijven. Op den duur aldus ir. Coolman zal deze methode min of meer gemeengoed worden teneinde een juist samenspel tussen mens en machine te verkrijgenVoorlichters van de Consu lentschappen zullen eerst stappen in deze ze ker niet gemakkelijke weg moeten zetten. Leerlingen van de landbouwscholen zullen op hun scholen omtrent deze methode wor den onderwezen om later in de praktijk toe te passen. „IIET Landbouwwerktuig" wordt van 20 t/m 25 januari 1964 gehouden in de nieuwe R. A.I. aan het Amsterdamse Europaplein. De tentoonstelling is geopend van 09.30 18.00 uur, vrijdagavond 24 januari ook van 19.3022.30 uur. Zaterdag 25 januari sluit de tentoonstelling om 17.00 uur. De en treeprijs bedraagt ƒ2,50. Bezoekers van de tentoonstelling, die met de auto naar Amsterdam komen, kunnen op de volgende wijze het snelst het R. A. I.-gebouw bereiken: Uil de richting Utrecht slaat men direct na het passeren van de verkeersbrug over de Amstel linksaf. Men bevindt zich dan op de Rivierenlaan, welke op het Europaplein eindigt. Uit de richting Den Haag komt men in de hoofdstad via de Aalsmeerweg. Wanneer men dan het Hoofddorpplein bereikt, s'aat men rechtsaf over de brug de Zeilstraat in. Bij de kruising Zeilstraat Amstelveenseweg slaat men weer rechtsaf en vervolgt deze weg tot het Olympisch stadion. Bij het stadion slaat men linksaf en bereikt dan via Stadionweg en Diepenbrockstraat het Europaplein. DEZOEKEKS, die met de trein naar Amsterdam komen, nemen vanaf het: Centraalstation tramlijn 4, welke zijn eindpunt heeft op het Europaplein. Amstelstation bus'ijn E, welke via het Euro plein naar het Haarlemmermeerstation rijdt Muiderpoortstation tramlijn 3 en stappen over op tram lijn 4 bij de kruising CeintuurbaanVan Woustraat. Overigens is er voor „Het Landbouwwerktuig" evenals voor andere evenementen in het R. A. I.-gebou\v weer een arrangement met de Nederland- sche Sooorweo'en. Op de stations te Goes, Krumingen, Middelburg en Vlissingeri is een gecombineerd reis-toegangsbiljet verkrijgbaar voor „Het Landbouwwerktuig". Dit biljet geeft recht op vervoer naar en van Amsterdam, ongelimiteerd vrij vervoer op al le trams-, bus- en veerdienstMjnen van het Amster damse Gemeente Vervoer Bedrijf en toegang tot de tentoonstelling. De prijzen van deze combinatiebil jetten zijn aanmerkelijk lager dan wanneer men e.e.a. afzonderlijk koopt. N.l. vanuit Goes ƒ14,65, vanuit Kruiningen ƒ14,15, vanuit Middelburg ƒ15,50 en vanuit Vlissingen ƒ15.75. Ook bestaat nog de mogelijkheid gebruik te maken van het tweedaagse „Goed-Beter-Best" arrange ment, In drie nrijski^sen. resp. voor ƒ37,—, ƒ53,en ƒ65,biedt dit vervoer naar en van Amsterdam per trein, logies, ontbijt, diner, etc., toegang tot verschillende evenementen in Amsterdam (waaronder uiteraard „Het Landbouwwerktuig) en nog enige voorde^n. IN de eerste jaren na de tweede wereldoorlog, toen de arbeidskrachten in de landbouw niet schaars en niet duur waren, was het streven van de ondernemers er op gericht een zo hoog moge lijke opbrengst per eenheid grond te verkrijgen. De ondernemers konden in die situatie vrijwel steeds streven naar een grote hóeveelheid van die produkten, die een hoog saldo (bruto-opbrengsten minus directe kosten) opleverden, omdat naar be hoefte vaste en losse arbeid kon worden aange trokken c.q. afgestoten. Planning van het land bouwbedrijf had toen voornamelijk betrekking op intensiever grondgebruik (hoog saldo per ha) zon der daarbij in eerste instantie veel rekening te houden met arbeid of kapitaal. Bij het schaarser en duurder worden van de arbeid in de daaropvolgende jaren en de toenemen de keuze uit mechanisatie-mogelijkheden, ontstond de noodzaak om gekoppeld aan de economische begroting een technische begroting op te stellen teneinde na te gaan of het voorgestelde produktie- plan uitvoerbaar was en zo ja op welke wijze dit met de laagste bewerkingskosten gepaard kon gaan. De tijd van de werk-planning achter op de sigarendoos of op een hoekje van de krant is voorbij. De behoefte, te beschikken over „normen" voor dergelijke begrotingen (de zgn. taaktijden) werd steeds groter, omdat moest kunnen worden na gegaan wat de kwantitatieve invloed was van wij zigingen in werkmethoden op de totale bewerkings kosten en het inkomen van de boer en tevens of bepaalde produktie-takken niet beter zouden kun nen worden vervangen door andere of zelfs al leen maar worden afgestoten bedrijf svereenvou- diging, specialisatie) Om aan deze toenemende behoefte te voldoen is in 1960 door het I. L.R. een begin gemaakt met het ontwikkelen van een arbeidsbegroringssysteem, waarin alle nodige berekeningen op logische wijze kunnen worden uitgevoerd, waardoor het resultaat kan worden ingepast in het raam van een econo mische begroting. Bij dit systeem behoren per activiteit (rundvee, suikerbie+en, aardappelen, etc.) en per werkmetho de taaktijden; deze gelden onder omschreven om standigheden, terwijl de mogelijkheid gegeven is aanpassingsberekeningen te maken voor andere situaties (afstand, perceelsvorm). Dit arbeidsbegrotingssysteem met alle benodig de gegevens is weergegeven in publikatie no. 70 van het I. L. R. Arbeidsbegroting met behulp van taaktijden. INZICHT IN BEDRIJF NODIG VOOR het opstellen van een dergelijke begro- ting voor bijv. een bestaand bedrijf is het nodig inzicht te hebben in de volgende zaken: a. De bedrijfsomstandigheden (verkaveling, ge bouwen, etc.). b. De trekkrachtvoorziening. c. De werktuigeninventaris. d. De tot nu toe gevolgde werkmethoden (om eventueel nieuwe in te voeren of hierop te kun nen aansluiten). e. De aktiviteiten die momenteel opgenomen zijn in het produktieplan, alsmede de produktie- omstandigheden (grond, vruchtwisseling), ten einde met de mogelijkheden en de beperkingen ten aanzien van wijzigingen in het produktie plan rekening te kunnen houden. f. De hoeveelheden werk (aantal malen eggen, hoeveelheid stalmest e.d.), die aan het produk tieplan moeten worden besteed en eventueel bij zonderheden over de periodes van het jaar, waarin de verschillende werkzaamheden moeten worden uitgevoerd. g. Het huidige arbeidsaanbod en de mogelijkheden tot uitbreiding en inkrimping daarvan. h. Taaktijden per bewerking volgens diverse me thoden met: 1. correctie-factoren voor afstand en perceels vorm, 2. de periodes waarin het werk dient te ge schieden, 3. toeslagen voor onwerkbaar weer, 4. het beschikbare arbeidsaanbod (uittreksels uit C. A. O.'s). i. Kostennormen voor de berekening van de be werkingskosten (loon- trekkracht- werk- tuigkosten loonwerk) als onderdeel van de bedrijfseconomische begroting. Dit lijkt een lange lijst, doch blijkt in de praktijk toch gemakkelijk haalbaar. Bij publikatie no. 70 behoort het begrotingsformulier waarop de pun ten a. t/m g. voor het vastleggen van de uitgangs situatie systematisch kunnen worden genoteerd. De punten h. en i. vormen de voornaamste inhoud van de publikatie zelf. HET OPSTELLEN DI J het opstellen van een begroting wordt het aantal eenheden van elke activiteit (ha) per uit te voeren werkzaamheid (mestrijden) verme nigvuldigd met de voor het betreffende bedrijf gel dende aklijd (mu/ha) en de uitkomst op het be grotingsformulier ingevuld in de kolom (men) van de betreffende half maandelijkse periode(s). Zodoende wordt in totaal en per halfmaande- lijkse periode de arbeidsbehoefte vastgesteld. De som van de arbeidsbehoefte der verschillende acti viteiten wordt verhoogd met een toeslag voor on werkbaar weer en daarna vergeleken met het ar beidsaanbod. Dit kan desgewenst via een te teke nen arbèidsfilm geschieden. Op grond van deze vergelijking komt men dan tot eventuele wijzigingen. Al naar gelang van de situatie zal men moeten kiezen tussen uitbreiding (Zie verder voigende pagj

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1964 | | pagina 9