Nogmaals kwaliteitsverbetering van de melk
veehouderij Arkejd jn de veehouderij
Demonstratie op het „Hof Zwagerman"
ZEEUWS LAND- EN TUINBOUWBLAD
DE streekverbeteringskommissie Walcheren organiseerde
op 18 december 1963 een veehouderijmiddag op het „Hof
Zwagerman" te Grijpskerke. In samenwerking met de Ver
eniging voor Bedrijfsvoorlichting Walcheren, de Rijksveeteelt-
en de Rijkslandbouwvoorlichtingsdiensten was een program
ma opgesteld dat voor vele bezoekers aantrekkelijk was. Het
geheel had tot doel om de mogelijkheden tot arbeidsbesparing
en werkverlichting in de veehouderij nader aan te tonen en
te bespreken. Dat dit onderwerp aktueel is, werd o.m. aan
getoond door de ca. 200 bezoekers en de interesse die voor
de verschillende onderdelen werd getoond. De voorzitter van
de streekverbeteringskommissie, de heer W. K. van Nieuwen-
huyzen, verheugde zich dan ook over het grote aantal be
zoekers die hij in zijn openingswoord welkom kon heten.
TALRIJKE WERKTUIGEN EN HULPMIDDELEN
HET zou beslist te ver voeren om al het getoonde
en ten dele gedemonstreerde materiaal uit
voerig te bespreken. Wij zullen ons daarom beper
ken tot enkele markante punten uit het geheel.
Bij de werktuigen werd de aandacht gevraagd
voor een nieuwe greppelfrees, een drainrcinigings-
apparaat en een trekkervoorlader met vijf verschil
lende bakken en vorken.
De greppelfrccs voor grasland is onlangs door
de arbeidsrationalisatiekern aangeschaft en heeft
reeds verschillende percelen bewerkt Het is voor
onze streek een nieuw werktuig dat bijzonder goed
aan de verwachtingen blijkt te voldoen. Bevestigd
op de lift van een trekker kan hij door één man
worden bediend. De uit te snijden grond wordt fijn
verdeeld over een grote breedte verspreid. De diepte
is vanaf de trekker regelbaar en kan variëren van
ca. 10 cm tot 25 cm.
Een drainreinigingsapparaat, van het draagbare
type, is eveneens door genoemde kern in combinatie
aangeschaft. Zonder twijfel een doelmatige instal
latie voor controle en reinigen van de kostbare
drainage.
Een trekkervoorlader met hulpstukken is als zo
danig een geschikt werktuig voor vele bedrijven.
Het zal door verschillende factoren worden bepaald
in hoeverre er een nuttig gebruik van zal worden
gemaakt.
Zeker is dat de belangstelling voor een voorlader
toeneemt naarmate het aantal arbeidskrachten af
neemt.
TRANSPORTMIDDELEN
ONDER het motto* ..Draag niet wat rollen kan"
waren een aantal transportmiddelen bijeen
gebracht. Met kruiwagens en voeuerwagentjes kan
veelal sneller en gemakkelijker worden gewerkt bij
het voeren van het vee.
Zeer waardevol zijn ze bij het transport van
voedermiddelen. Er wordt steeds meer aandacht
besteed aan verbetering van gebouwen. Drempels
en opstakels worden verwijderd, voergangen ver
hard en verbreed, terwijl men steeds meer overtuigd
raakt van het nut van erfverharding. Dit alles
maakt dan tevens een optimaal gebruik van ge
noemde transportmiddelen mogelijk. Weliswaar zal
op vele bedrijven nog heel wat verbeterd kunnen
worden. Daarom werden op deze demonstratie ver
schillende typen kruiwagens en voederwagentjes
getoond. Soms blijkt echter dat men net iets anders
wenst dan op een dergelijke bijeenkomst te zien is.
Een nadere bespreking met deskundigen van b.v.
voorlichtingsdiensten, leidt dan in de regel wel tot
een gewenste en doelmatige oplossing. De bieten
snijder, met reiniger, was zodanig opgesteld dat het
gesneden produkt meteen in een voerkar kan wor
den opgevangen. Dit principe komt voor veelvul-
diger toepassen zeker in aanmerking.
HET MELKEN
het gebied van de veehouderij en het melken
waren talrijke interessante hulpmiddelen te
zien, deskundig toegelicht door de heer J. H. Lan-
tinga.
Een geheel programma werd daarbij afgewerkt
zoals: melkmachines werking en onderhoud
goede melkwinning; onderhoudsmaterialen zoals
kammen, borstels, scheerapparaten, staartlijnen; op
binden van staarten. Veel belangstelling hadden de
bezoekers voor de nieuwe bescherming tegen speen-
betrappen; een netje van kunstvezel dat om de uier
wordt gehangen. Een demonstratie klauwverzorgea
door de heer Kurz te Serooskerke trok eveneens
veel publiek.
UITMESTEN
HET uitmesten met behulp van mechanische
hulpmiddelen werd eveneens getoond. Op ver
schillende maquettes waren praktisch alle gangbare
systemen (6 stuks) uitgebeeld. Verschillende daar
van konden elektrisch werken, zodat men een goede
indruk van de mogelijkheden kon krijgen. Deze
maquettes waren welwillend beschikbaar gesteld
door het consulentschap Hengelo. De belangstelling
hiervoor was bepaald groot. Door middel van deze
miniatuur exemplaren werden de volgende systemen
getoond: rondgaande ketting, schuif stang, getrokken
mestbak (2 x), mestplank en het drijfmestsysteem.
Verschillende van deze installaties vragen een
vrij hoge investering. De keuze is niet gemakkelijk
en zal veelal pas na rijp beraad tot stand komen.
De arbeid in de veehouderij is voor vele be
drijven een belangrijk onderdeel. Talrijk zijn
de handelingen die daarbij verricht moeten
worden. De aaneenschakeling daarvan leidt
tot het totaal aantal uren voor de veehouderij.
Vaak is dit een aanzienlijk aantal. Zolang het
bedrijf over voldoende personeel beschikt,
wordt vaak geen behoefte gevoeld aan ar
beidsbesparende methoden. Wel zal het steeda
aantrekkelijk zijn om middelen en methoden
toe te passen die het werk veraangenamen en
verlichten. De mate waarin arbeidsbesparing
nodig en gewenst is wordt vooral bepaald
door de perioden met minimale personeels
bezetting b.v. tijdens weekenden en in voor-
en najaar. Daarbij dient de toekomstige ont
wikkeling niet uit het oog te worden verloren
(minder personeel, hogere lonen). Overigens
zijn er nog talrijke andere punten die van
invloed zijn op de toe te passen werkmetho
den en eventuele mechanisatie. De demon
stratie op ,/t Hof Zwagerman" had tot dod
om enige mogelijkheden op dit gebied te
tonen.
R.L.V.D Goes.
J. T. ANDRINGA
De huidige Door de invoering van de kwaliteitscontrole van de melk
toestand: aan de zuivelfabrieken zijn in de afgelopen jaren goede
resultaten verkregen. Niettemin is een verdere kwaliteits
verbetering van de melk zeer gewenst. Landelijk gezien
varieerde het percentage eerste klasse melk die in het af
gelopen jaar werd geleverd tussen 40 en 75% per fabriek.
Een voortgaande ontwikkeling van controle, inspectie en
voorlichting vraagt de aandacht. Hierbij zal een vergroting
van de kortingen op 2de en 3de klasse melk stimulerend
werken. Deze bedragen thans, met bepaalde variaties in de
werkgebieden van de Regionale Organen voor Melkhygiëne,
resp. ruim 1 en 2 ct. per kg melk.
Zoals bekend wordt op het kwaliteitsonderzoek van de boerenmelk in de
zuivelfabrieken controle uitgeoefend door Regionale Organen, voor Z. W.
Nederland (ook Zeeland) door het Regionaal Orgaan voor Melkhygiëne ge
vestigd te Breda.
Bij de kwaliteitsbepnling wordt de melk in drie klassen ingedeeld, waarop
uitbetaling is gebaseerd. Sinds 1 januari 1963 wordt een veehouder die 3
achtereenvolgende (4 weekse) perioden 3de klasse melk levert één cent
extra (dus met 3 ct vergeleken met 1ste klasse) gekort (recidive-regeling).
De kwaliteitsbe-
palingen aan de
fabriek
Organisatie van
de kwaliteitsver
betering van de
melk
De praktijk heeft behoefte aan een goede organisatie van
de kwaliteitsverbetering. De Reg. Organen voor Melk
hygiëne dienen deze, analoog aan de Melkcontrolestationa
in west Nederland, in te voeren waarby het fabrieksonder-
zoek wordt aangevuld met inspectie en voorlichting op d«
veehoudersbedrijven.
Het schema hiervoor kan er als volgt uitzien:
Regionaal Orgaan voor Melkhygiëne
doel
kwaliteitsverbetering van de melk
door
De melk wordt met de wattenproef beoordeeld op rein
heid. Hierbij wordt de melk door dichte watjes geperst.
Deze proef heeft een zekere opvoedende waarde omdat de
veehouder snel verbetering kan bereiken door de melk na
de winning te filtreren. Dit ontslaat de melkveehouder ech
ter niet van de nl:"V om reine melk zonder stof, vuil- of
mestdeeltjes te winnen. Over het algemeen blijken van
stof en vuil afkomstige bacteriën de houdbaarheid van de
rauwe melk niet erg ongunstig te beïnvloeden. Ze zyn
echter wel schadelijk voor de kwaliteit van de gepasteuri
seerde en gesteriliseerde flessenmelk en bij de "kaasbe
reiding.
De toegepaste houdbaarheids- of reduktaseproef (met methyleenblauw)
geeft een indruk van het aantal actieve bacteriën in de melk.
De ontkleuringssnelheid van methyleenblauw is hierbij de maatstaf, maar
blijkt sterk afhankelijk van de soort bacteriën en de groeifase waarin deze
by het inzetten van de proef verkeren. Melk met bepaalde melkzuurbacteriën
(van niet goed gereinigd melkgereedschap), die niet goed is gekoeld, heeft
een slechte reduktase.
Hoewel de reduktaseproef een vrij grote waarde heeft bij het bepalen
van de melkkwaliteit zegt hij niets inzake de hygiëne bij de melkwinning
en bijmenging met mastitismelk van uierzieke koeien.
Behalve de reinheid en reduktaseproeven is de reukproefdie in 't winter
halfjaar toepassing vindt, voor de kwaliteitsbepaling van belang. Deze proef
spoort fouten by de voedering van het vee cn de bewaring van de melk op.
Een afwijkende geur werkt door in alle melk- en zuivelprodukten. De reuk-
bepaling vindt van een opgewarmd monster in het laboratorium plaats. Af
wijkende geur leidt altijd tot 3de klas. Bij ernstige afwijkingen, reeds bij
de opening van de bussen op de melkontvangst geconstateerd, kan de melk
worden teruggezonden.
Regelmatig onderzoek op mastitis-streptococcen (microscopisch sediment
onderzoek) vindt momenteel alleen op de melkcontrolestations in het westen
van het land plaats. Het aantonen van „uierzieke" melk heeft dan indeling
in de 3de klas tot gevolg. Een snelle en betrouwbare methode voor massa-
onderzoek van melk ter opsporing van mastitis is nog in studie.
I kwaliteitsonderzoek
premie korting
uitgevoerd door
fabriekspersoneel
II Bedrijfsinspectie en
bedrijfsvoorlichting
premie
sper
controle
door
Regionaal Orgaan
uitgevoerd door
fabriekspersoneel
controle
door
Regionaal Orgaan
De voorlichting aan de veehouders dient zich niet te beperken tot hen die
matige of slechte (2de en 3de klasse) melk leveren. Deze zal gericht moeten
worden op alle bedrijven om te bevorderen dat de omstandigheden waar
onder de melk wordt gewonnen aan redelijke hijgiënische eisen voldoen.
Het gaat hierbij om de bedrijfstoestand, te splitsen in: de reinheid van de
stal, de verzorging van het melkvee, de aard, reiniging en bewaring van het
melkgerei en de wijze van melken en melkbchandeling.
Bedrijven die aan redelijke eisen voldoen kunnen in aanmerking komen
voor een premie of extra toeslag op de melk onder voorwaarde dat ook de
uitslagen van het kwaliteitsonderzoek aan de fabriek aan bepaalde eisen vol
doet
Betere verdeling Zoals hierboven gesteld, dient een verdergaande verbe-
van het melkgeld tering van de bedrijf stoestand en de verzorging van de
grondstof melk begeleid te worden door deskundige en in
tensieve voorlichting, ondersteund door toekenning van
bedrijfspremies.
Dit zal moeten leiden tot een betere verdeling van het
aan de melkveehouders uit te betalen melkgeld.
Nog maar ruim de helft van de melkveehouders levert
regelmatig melk van 1ste kwaliteit af. Zij versterken de
concurrentiepositie van melk en melkprodukten op de*
markt. De lager gewaardeerde melk bederft de te verwer
ken grondstof als geheel omdat de scheiding van goede
melk na ontvangst onmogelijk is. Minderwaardige melk dient daarom een
lage prijs op te brengen.
Alleen dan is het mogelijk de meerdere zorg en investering ter verbetering
van de melkwinning te doen resulteren in een rendabele produktie van kwa-
liteitsmelk.
Januari 1964.
Ir. W. L. HARMSEN.