SUIKERBIETEN 15 Klein Wanzleben E 571.7 16,3 101.7 604.6 16.2 100,5 638.6 16.2 106.2 Polybeta 543.6 16.8 99.6 571.0 16.7 98.0 594.9 16.7 102.1 Zwaanesse III 584,3 16.1 102.7 608.8 16.1 100.6 645.0 16.0 105.9 Zwaanpoly 628.4 15.9 109.2 656.6 16.0 107.8 684.2 16.2 113.8 Hilleshög S. polyploid 518.2 16.6 93.9 55/.2 16.6 95.0 570.4 16.6 97.3 Hilleshöff R. polyploid 524.9 16.7 95.6 549.8 16.6 93.8 580.6 16.3 97.2 Trirave 574.3 16.0 100.4 606.6 16,3 101.5 629.5 16.4 160.0 Polykuhn 556.1 16.3 98.9 592.0 16.8 102.2 609.8 16.6 104.0 Maribo polyploid 507.8 17.4 96,3 539.6 16.8 93.2 555.2 16.6 94.7 Polyx 549.1 16.2 97.1 579.5 16.7 99.4 611.9 16.8 105.6 VBIIDAC 10 J A "V r A Tï T 1 H 0 X IJOOE de zeer gewaardeerde medewerking van de Rijks- landbouwconsulenten en specialisten in het Zuid westelijk kleigebied en de Stichting Nederlandse Uien- Federatie is het ons mogelijk reeds in dit nummer de ras- senberichten 1964 te geven. Uit de veelheid van gegevens die in de rassenlijst worden verwerkt, zijn door hen de voor ons gebied belangrijkste rassen geselecteerd en nader omschreven. Deze overzichten van de rassenkeuze der verschillende ge wassen geven echter niet de volledigheid die de 39e Be schrijvende Rassenlijst voor Landbouwgewassen 1964 geeft. Het verdient dus aanbeveling ook de Rassenlijst zelf te raadplegen. Naar men ons mededeelde zal deze rassenlijst binnenkort verschijnen. Zodra ons nadere gegevens hieromtrent bekend zijn zullen wij deze publiceren. RED. O l'B RENGST SU I HE R BI ET IN R ASSE N PROE F VELDE N RASSENBERICHTEN 1964 le rooidatum 2e rooidatum 3e rooidatum wortel- wortel- vvortel- RASSEN opbrengst suiker financiële opbrengst suiker financiële opbrengst suiker financiële kg/are °/c opbrengst kg/are opbrengst kg/are opbrengst De cijfers in de opbrengsttabel hebben uitsluitend betrekking op proefresul taten van proeven up üe Zeeuwse Eilanden. Ieder ras werd op elk proefveld in 9-voud gezaaid, zodat bij de toegepaste drie rooidata elke waarneming in 3-voud plaats vond. Deze rooidata lagen aan het begin, in liet midden en aan het eind van de bietenkampagne. Per rooitijd geeft de tabel drie reeksen cijfers: le de gemiddelde bietenopbrengst; 2e het gemiddelde suikerge halte en ten 3e de financiële opbrengst in een verhoudingsgetal weergegeven. Deze financiële opbrengst werd berekend aan de hand van de te verwachten bietenprijs voor 1964. Bij de eerste levering werd dit bedrag verhoogd met de hiervoor te verwachten premie. Ook vond de korrektie op het suikergehalte plaats en wel in die zin, dat voor elke procent boven de 16 -gehalte de bietenprijs met 4.per 1000 kg werd verhoogd. Beneden de 16 werd een overeenkomstige aftrek toegepast. De door ras-eigenschap veroorzaakte extra arbeid, door meer tarra of moeilijker rooibaarheid, bleef buiten deze berekening. ai'i' de cijfers in üe opbrengstlab el blijkt, dat de belangrijkste rassen elkaar in wortelproduktie en suikergehalte zeer dicht benaderen. Bij de keuze van één dezer rassen, zal men zich sterk moeten richten op de overige eigenschappen van de rassen. Gezien de grote toename van het machinaal rooien zijn in de Rassenlijst afzonderlijke waarderingscijfers opgenomen van de rassen bij machinaal rooien op lichte en zware grond. Een vroege grondbedekking is vooral op onkruidrijke gronden gewenst. Op zwaardere gronden, waar men als regel vroeger zaaitzal men moeten letten op de gevoeligheid voor schieters. Van bedrijf tot bedrijf liggen de mogelijkheden en moeilijkheden anders. De beste oplossing wordt daar verkregen waar men er in slaagt, zoveel mogelijk gun stige eigenschappen samen te voegen. Het meer dan één ras zaaien, kan hierbij nodig zijn K. W.E. Trirave en Zwaanesse III zijn normale lange gevulde bieten, met een vrij regelmatige vorm. De wortelopbrengst van deze bieten is goed, het suikergehalte is matig tot vrij hoog. De verschillen in financiële opbrengst zijn bij deze rassen zeer klein. Zwaanpoly is een lange, forse biet met een zeer regelmatige vorm en kleine kop. De rooibaarheid is minder, door meer vertakking en meer kans op breuk. Het suikergehalte is matig goed, vooral bij de eerste rooitijd. De wor telopbrengst en de financiële opbrengsten zijn over alle rooitijden zeer gun stig. Polybeta is een harde, moeilijk rooibare biet. De wortelopbrengst is vooral in de* twee eerste rooitijden matig hoog. Het suikergehalte is over alle rooi tijden hoog. Polykuliii is een vrij regelmatige biet met een brede kop, en matig loof, dat door zijn platte groei toch een vroege grondbedekking kan geven. Vrij moeilijk rooibaar. De wortelopbrengst is goed, vooral bij midden en late levering. Het suikergehalte is vrij hoog tot hoog. Polyx is een lange, van boven goed gevulde biet, met een vrij brede kop en veel loof. Dit ras is behoorlijk rooibaar. Bij de le en 2e rooitijd is de wor telopbrengst redelijk goed, bij latere levering nog beter. Het suikergehalte is vrij hoog tot hoog. Vooral bij de latere rooitijden komt dit ras tot een zeer goede produktie. Hilleshög S polyploid en Hilleshög R polyploid zijn goed rooibare bieten, weinig vertakt, doch wat onregelmatig van vorm. De wortelopbrengst is over de gehele rooiperiode goed, de suikergehalten zijn hoog tot zeer hoog. Maribo polyploid is een ras met zeer veel loof en rooit vrij moeilijk. De wortelopbrengst is matig over de gehele periode, het suikergehalte is zeer hoog. De financiële opbrengst blijft echter matig.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1964 | | pagina 11