STERK IN OPKOMST
GOEDE OPKOMST
SNELLE BODEMBEDEKKING
LAGE KOPTARRA
ZEER GOEDE ROOIBAARHEID
wie POLYKUHN zaait zal winst oogsten!
L074
Wist V dat
Boekbespreking
ONTVANGEN KALENDERS
1964
HYGIëNISCHE MELKWINNïNG
Het afgelopen bietenjaar was voor velen ongunstig. Maar POLY-)
KUHN bevestigde eens te meer zijn uitzonderlijk gunstige eigen-»
schappen. Steeds meer telers gaan over op POLYKUHN,
Bij normaal zaad, maar in het bijzonder bij Precisie-zaad, is een
goede opkomst een onschatbaar voordeel. POLYKUHN! Een
prachtig veld is gegarandeerd.
Onkruidbestrijding kost veel tijd en geld. POLYKUHN heeft een
snelle voorjaarsontwikkeling, dus vroege bodembedekking. Wat
een besparing!
Door de gelijkmatige kophoogte kan het kopappa*
raat zeer nauwkeurig werken. De koptarra is miniem,
Een biet moet voldoende stevig In de grond staan
om niet bij het koppen voorovergedrukt te worden.
POLYKUHN voldoet aan deze eis en leent zich
daardoor - mede door zijn regelmatige vorm -
uitstekend voor machinaal rooien.
ZEEUWS LAND- EN ÏUINBOUWBLAD
ONZE nationale economische toestand zich weer in een uiterst belangrijk stadium bevindt Onze
oud-minister van Financiën, prof. Zijlstra, heeft hierop in onze Eerste Kamer gewezen. Als een
zo bij uitstek deskundig iemand als prof. Zijlstra verklaart dat Nederland zich bevindt OP HET
SCHERP VAN DE SNEDE, dan is het voor alle Nederlanders zeer gewenst ook hieraan volle aan
dacht te schenken
Wat toch is het geval
Ons Nederlandse loonpeil is zeer sterk in beweging. Wij als werknemers, ook schrijver dezes be
hoort tot deze categorie, krijgen een loonsverhoging. Als deze gelijk is aan ivat minister Toxopeus
t.a.v. de Rijksambtenaren mededeelde, zal dit rond 10 bedragen.
Nu wil ik helemaal geen aandacht schenken aan de vraag of deze 10 al of niet rechtvaardig Is.
Laat mij maar zonder meer aannemen dat dit wel het geval is.
AAR ik echter wel op wijzen wil
In de EERSTE PLAATS dat de lonen die betaald moeten worden, ook verdiend moeten worden en
zoivel de Staat en zijn organen alsook het particuliere bedrijfsleven in de ruimste zin, moeien dus de
middelen hebben om te betalen. Ons bedrijfsleven moet dit kunnen dragen.
In de TWEEDE PLAATS moet ik hier een oude bekende waarheid noemen, dv: 10e vinden in het
bekende spreekwoord „Geld laat zijn meester geen gebrek lijden
Het is stellig zonder meer duidelijk dat de bredere inkomensstroom voor de werknemers een stimu
lans voor de consumptie is, terwijl omgekeerd de hogere loonkosten voor het 'bedrijfsleven een rem
op de investeringen kunnen betekenen, inzoverre de Iïquiditeitspositie (geldmiddelenpósitie) door de
hogere loonkosten kleiner wordt.
Omgekeerd kan men echter ook weer stellen dat hoge' arbeidskosten een stimulans voor kapitaals
investeringen zijn.
Als nu de consumptieve uitgaven stijgen en de investeringen dalen, of houden althans met de ge
stegen consumptieve uitgaven geen gelijke tred, dan gaan we achteruit.
Wij als werknemers hebben daarom beslist geen reden om maar direct in feeststemming te ver
keren over de genoemde 10
J-JET gaat erom of deze verhoging van het nominale loonpeil ook werkelijk betekent een verhoging
*1 van ons reële loon, of onze koopkracht groter wordt.
Als nu reeds sprake is van prijsstijging nog vóór de loonronde 1964 begint en we houden er dan
rekening mee dat van de loonsverhoging toch wel 1/4 a 1/3 gedeelte in de vorm van belastingen bij
de fiscus komt, dan zal er een groot verschil zijn tussen het percentage waarmee het nominale loon
stijgt en dat der koopkrachtvermeerdering.
Zij, die niet of niet voldoende nadenken, spreken dan lichtvaardig over een nieuwe loonronde, maar
kunnen of willen zich niet realiseren dat in de loon- en prijsspiraal veelal de werknemer het kind van
de rekening is. Het zwaard der loonsverhoging verwondt niet zelden via prijsstijgingdegene die het
hanteert.
NU zou ik hier nog weer eens op het gevaar van inflatie, van geldbederf kunnen wijzen. Ik wil
dit niet doen, maar er alleen op wijzen dat in een land waarin toestanden heersen als in ons
land het gevaar van verdere en versnelde inflatie in hoge mate aanwezig is.
We zullen hopen dat onze regering en volksvertegenwoordiging een open oog hebben voor de ge
varen welke hier onze Nederlandse economie bedreigen.
Dat met dit praatje niet meer gedaan is, dan op het bestaan van deze situatie wijzen, is voor alle
lezers wel duidelijk.
Het aangeven van de wijze waarop we de situatie kunnen verbeteren, vraagt meer dan schrijver dezes
presteren kan. MEIJERS.
Wij ontvingen voor het nieuwe jaar reeds de volgende kalenders:
Van C. Meyer N. V. te Kruiningen een twee-
maandkalender met mooie foto's, betrekking
hebbende op het aardappelexportbedrijf.
Van N. V. Agro Chemie (Bayer) te Arnhem
een, evenals het vorige jaar, in prachtige kleu
ren uitgevoerde kalender ..Betoverende kleu
ren'.
Van de N. V. Mengvoeder U. T. - Delfia de
zesbladige twee-maandskalender met een extra
stevig blad voor het maken van aantekeningen.
Van N. V. Agro Chemie (Bayer) de zeer prak
tische bureau-agenda met dagstrookjes en
weekbladen. Geïllustreerd met afbeeldingen
van het werk van de agrariër in vroeger tijden.
DIJ S. V. Groeninghe Drukkerij-Uitgeverij te
■Lj Kortrijk is onder de titel HYGIëNISCHE
MELKWINNÏNG" een belangwekkend handboek
verschenen van de hand van de ingenieurs J. Bock-
staele en J. Jordens. De uitgifte van dit goed ver
zorgde en geïllustreerde icerk werd mogelijk ge
maakt met steun van de provincie West-Vlaan-
deren.
In de inleiding wordt gesteld dat bij de ekono-
mische normen voor de melkprodukten in België
MEER AANDACHT NODIG IS VOOR DE HY
GIëNISCHE WAARDE. Dit vereist een doelmatige
bedrijfsorganisatie en de nodige bedrijfshygiëne,
die gesteund moet worden door goed aangepast
onderwijs en voorlichting. Een uitspraak die ook
hier te lande geheel moet worden onderschreven.
Het aangeboden handboek, aangepast aan mo
derne inzichten, biedt aan deze ontwikkeling een
belangrijke steun. De indeling is overzichtelijk. De
koe als voortbrengster ivordt op de voorgrond ge
steld in haar fysiologische aspekten van de melk-
produktie (meikvorming, afgifte van de rrielk,
ziekten, verpleging).
Vervolgens worat in kort bestek de huisvesting
behandeld met inbegrip van de weide en de loop
stal. De traditionele hoofdstukken betreffende de
samenstelling van de melk en de beïnvloeding
hiervan door verschillende factorenalsmede de
hygiënische en organoleptische kwaliteit en be
handeling van de methoden van hand- en machi
naal meiken, het melkgereedschap benevens een
doelmatige reiniging krijgen ruime aandacht,
Hierin worden ook voor de Nederlandse praktijk
zeer waardevolle aanbevelingen gegeven.
Een juiste behandeling van de melk na het mel
ken wordt in een aantrekkelijk hoofdstuk, met
foto's en schetstekeningen, duidelijk gemaakt. De
ontwikkeling van de koelsystemenop groot- en
kleinbedrijf, wordt mede in verband met de melk-
transport voldoende in zijn mogelijkheden belicht
Zeer behartigenswaard is het hoofdstuk waarin
het effekt van de inrichting en praktische toepas
sing van het eigenlijke onontbeerlijke melklokaal
„melkhuisje' j wordt besproken.
Het kwaliteitsonderzoek van de melk wordt in
grote lijnen, afgestemd op de Belgische voorschrif
tenbehandeld. Voor ons belangrijk is de stelling
dat, hoewel de huidige kwaliteitspro even wel in
hoge mate MEDEbepalend zijn voor de werkelijke
kwaliteit van de melk, EEN REGELMATIGE BE-
DRIJFSINSPEKTIE DEEL MOET UITMAKEN
VAN DE NORMEN VOOR KWALITEITSBEPA-
LING (en uitbetaling Deze uitspraak zal de in
stemming hebben van de vooruitstrevende melk-
hygiënisten in Nederland, mits hiermede voldoen
de voorlichting aan de melkveehouders gepaard
gaal. -
Het boek besluit met een beoordeling van de
ekonomische waarde van de melk. Hierbij wordt
geconstateerd dat de Belgische boer voor het ge
leverde melkvet 75 van de uitbetaalde melk
prijs ontvangt. Schrijvers pleiten, kennis genomen
hebbende van de ontwikkelingen in ons land, voor
invoering van een uitbetalingssysteem van de
melk mede op basis van het eiwitgehalte. Een stel-
ling die ons om ekonomische redenen verantwoord
voorkomt.
Ir W. L. HARMSEN.