DE ZEEUWSE OOGST I 747 VRIJDAG 6 SEPTEMBER ÜJ63 VERLEDEN week, toen het weer-woord werd geschreven, viel cfc» regen in stromen neer. Ook deze week, dit schrijvende, klettert de regen weer tegen de ruiten en hebben de tussen liggen de dagen praktisch geen oogstbare dagen gegeven. De weerberichten zifh nog steeds somber ook voor de komende dagen en zoals het zich mo menteel laat aanzien, zijn er weinig hoopgevende berichten voor onze Zeeuwse oogst. De stemming wordt dan ook met de dag somberder. Natte zomers en natte jaren zijn er al meer geweest. Maar dat dit samenvalt met een matige opbrengst en een matige kwaliteit van praktisch de gehele oogst, is de laatste 35 jaren nog niet voorgekomen. WIJ hebben getracht uit de verschillende tot ons beschikking staande ge gevens een overzicht van de oogstsituatie in Zeeland samen te stel len. Geen opwekkend beeld van het boeren jaar 1963, dat wij kunnen geven. Een overzicht dat uit de aard der zaak slechts globaal kan zijn, gezien de vele verschillen per gebied, streek en zelfs plaatselijk. Ook dient in aan merking te worden genomen dat het veelal momentopnamen zijn. De weers omstandigheden kunnen hopelijk nog in de komende dagen plotseling ver anderen, waardoor nog veel ten goede keren kan. Maar indien de huidige weersgesteldheid met de vele regen deze week zou blijven voortduren, ziet het er voor de Zeeuwse oogst zeer somber uit. HOOR Zeeland komen we per gewas tot het volgende beeld. Tarwe. Alhoewel de vooruitzichten eerst zeer somber waren, schijnt, nu de opbrengsten binnenkomen, de oogst toch mee te vallen. Gemiddelfi wordt een redelijke opbrengst verwacht. Op Walcheren staat nog ongeveer 80 van de tarwe vast, omdat men daar nog vrij veel met de graanmaaier werkt. In de aldaar opgehokte tarwe (circa 15 komt reeds schot voor. In wat op stam staat begint ook hier en daar schot op te treden. Voor de Zeeuwse eilanden wordt getaxeerd dat circa 30 °/c van de tarwe gemaaidorst is. Zou deze week nog enige droge dagen brengen waarop de combines kunnen wor den ingezet, dan kan de graanoogst in enkele dagen gereed zijn. B1 oot geregen (Te aardappelen met groen knollen als resultaat en de kans op besmetting met phytophthora. Daar het gemaaidorste graan direkt gedroogd kan worden, kan deze onder ongunstige omstan digheden, met het oog op de kwaliteit van het graan, eerder ingezet worden dan de graanmaaier. Daarom wordt geadviseerd de maaidorser zo gauw dit mogelijk is in te schakelen. Mocht de droogcapaciteit van coöperatie of han del het aanbod niet kunnen verwerken dan moet de beschikbare ruimte op de deel of in de aard appelbewaarplaatsen benut worden. Hierdoor kan de aanwezige droog- en beluchtingscapaciteit ten volle worden ingeschakeld en kan in de huidige situatie een oplossing geven. Op de deel spreiden in een dunne laag en in de bewaarplaatsen tot V2 meter. Er zal regelmatig omgezet dienen te worden om broei te voorkomen. Dit zal de nodige arbeid kosten. Gezien de omstandigheden zit er echter niets anders op. Voor Walcheren kan nog geadviseerd worden, indien de weersomstandigheden dit toelaten, de gezette hokken om te zetten. Droog gemaaide tarwe kan direkt in stucken worden gezet. Gerst. Getaxeerd wordt dat 1050 geoogst zal zijn en ca. 30 van de percelen ernstige door was vertoont. Een matige opbrengst van zeer ma tige kwaliteit wordt verwacht. Ondanks het feit dat in sommige nog vaststaande percelen hoge klaver voorkomt, wordt geadviseerd zo gauw dit mogelijk is, te combinen. Coöperatie of handel zal dan het drogen zo nodig in étappes moeten uitvoe ren. Het is beter om de natste partijen snel door de drogers te leiden dan enkele partijen volledig te drogen. Erwten. De opbrengst en kwaliteit der erwten loopt zeer sterk uiteen. Een matigs- tot zeer matige opbrengst wordt verwacht. Zeker 70 van de erwten staat nog op de ruiter en dé kwaliteit gaat bij langer staan nog zeer zeker verder achteruit. Rijp gemaaide en goed geruiterde erwten zullen langer kwaliteit blijven houden. De op de ruiter staande erwten zullen zo spoe dig als mogelijk is gedorst en geconditioneerd moeten worden. De praktijk zal er echter wel de voorkeur aan geven, eerst de granen af te werken. Bij drogend weer zal het vaak mogelijk zijn om, als het graan te vochtig is, de erwten 's morgens vroeg of 's avonds laat te dorsen. Indien dan geen combine beschikbaar is verdient het aanbeveling om de erwten binnen te rijden en geen verdere risico's te nemen. Vlas. Het vlas is praktisch geheel getrokken en staat op hokken of in schelven. Hier en daar staat nog behoorlijk wat vast of ligt te dauwroten vlas dat niet meer opgeraapt kan worden. Voor het vlas op schelf is het weer ook niet gunstig; het buitenste vlas gaat in kwaliteit achteruit. De kwa liteit loopt overigens zeer uiteen. Vanzelfsprekend dient het opgehokte vlas, zo gauw als mogelijk is, binnen gereden te worden. Stambonen. De vooruitzichten wat betreft de opbrengsten zijn matig. Kwaliteitsverlies was nog niet aantoonbaar. Aardappelen. De meeste percelen aardappelen zijn in de periode van 18—22 augustus doodgespo ten. Door de regen van verleden week en nu ook in deze week, hebben de laag gelegen percelen en op slecht doorlatende gronden veel last van opstaand water. In het bijzonder op de plek waar de aardappels een paar dagen onder water hebben gestaan of, zoals bijvoorbeeld op Noord-Beveland en in Zeeuws-Vlaanderen, nog staan kunnen de aardappels wel afgeschreven worden. Op de hogere en goed doorlatende gronden kan, zoals de situatie zich nu laat aanzien nog een goede opbrengst verwacht worden. De phytoph- thora-aantasting valt ondanks de sterke bladaan tasting nog mee. Zou dit zo blijven dan toch zal het percentage groene knollen veelal aanzienlijk zijn, waardoor het percentage leverbare knollen zal tegenvallen. Komen de aardappelen aan de beurt om te oogsten dan valt het te hopen dat zo droog mogelijk gerooid kan worden. In aard appelbewaarplaatsen kunnen ze daarna snel droog- geblazen worden. De suikerbieten vertonen over het algemeen nog een vrij redelijke stand maar ook hier plaatselijk grote onderlinge verschillen. De stand is, analoog aan die van de aardappelen op de slecht door latende slempige percelen, zeer slecht. Een op brengstschatting ligt nu zo om en bij het alge meen gemiddelde. Uien. Alhoewel verschillende percelen een zeer slechte stand vertoonden, valt uiteindelijk voor lopig de opbrengst nog mee. De kwaliteit zal van de omstandigheden afhangen. Bij het oogsten zal men eveneens moeten trachten e.e.a. zo snel mo gelijk droog te krijgen. De veehouderij kampt ook met problemen. De melkopbrengst daalt als gevolg van het lage droge stofgehalte van het gras. In de drogestofbehoefte van het rundvee dient voorzien te worden door het bijvoeren van graan of graszaadstro. Stal het jongvee zo snel mogelijk op. Algemeen. Gezien de late oogst zal de stoppel bewerking zeker in het gedrang komen. Getracht zal moeten worden het onkruidprobleem chemisch op te lossen, alhoewel vanzelfsprekend zo veel mogelijk ook de mechanische bewerking van de grond uitgevoerd moet worden. De werkorgani satie vraagt in het bijzonder in de omstandigheden in dit jaar goede voorbereiding. Vele maatregelen moeten tijdig getroffen worden, wil, als de mo gelijkheid er is, het werk zo vlot mogelijk ver lopen. Gemeenschappelijk de moeilijkheden trach ten op te vangen en op te lossen kan vooral nu het oogstprobleem in de goede richting helpen oplossen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1963 | | pagina 3