Het mechanisch rooien van gladiolen tuinbouw
Opkweek van aardbeiplanten
NUF
FIELD
«Mh
dingen van de week
289
r n 4°°
WIJ
foiSl KOZEN
r BESTE
I- jgn trekker
32 voor
massee zoon
IIERINPLANTMOEILIJKHEDEN
IN DE FRUITTEELT
TELEFONISCHE
WAARSCHUWINGSDIENST
FRUITTEELT
KOMENDE HERFST KAN GLADIOLENROOIER WORDEN GEKOCHT
DE gladiolenteelt, die zo ongeveer een kwart van de totale oppervlakte bloembollen in Nederland
beslaat, heeft steeds dringerder behoefte aan een rooimachine. Voor het vele werk, dat het rooien
in de herfst meebrengt, wordt het steeds moeilijker personeel aan te trekken. Het grootste deel van de
gladiolen wordt op de klei geteeld in Zeeland. De vaak natte en op deze grond onaangename werkom
standigheden in de herfst dragen mede hiertoe bij. De meeste gladiolen worden op lange regels geteeld,
al of niet op bedden. Verschillende kwekers telen de gladiolen op ruggen, waarop dan één of twee regels
staan.
De lange regels maken het mogelijk met machines te kunnen werken. In de laatste tien jaren zijn
vele pogingen om machinaal te rooien gestrand. De voornaamste oorzaken hiervan waren:
a. het produkt wordt gemakkelijk beschadigd.
b. de meestal natte grond is moeilijk uit het gerooide produkt te zeven.
c. er mogen geen knollen en kralen in de grond achterblijven.
d. de machine moet licht van constructie zijn en weinig trekkracht vragen.
Het is dus geen eenvoudige opgave om een goede rooier te ontwikkelen. Daarnaast zijn er nog andere
wensen, zoals b.v. de knollen van het loof scheiden en het opvangen van de knollen in fust.
EERSTE PROEVEN
OP het I.T.T. zijn de eerste proeven met een beschikbaar gestelde machine genomen. Op te lossen
vragen waren:
Hoe gedraagt het gladiolenloof zich
Welk type lichter geeft geen opstoppingen
Welk model moet hèt mes hebben
Waar kan de lichter worden geplaatst enz.
Na vele proefnemingen moest de proefmachine in de praktijk worden getoetst. Dankzij welwillende
medewerking van o.a. de Zeeuwse kwekers Veerman uit Oudelande en De Rijk uit Ovezande zijn nog
vele belangrijke wijzigingen aangebracht. Dat het ook deze kwekers veel tijd en moeite heeft gekost,
zal een ieder die wel eens met de ontwikkeling van nieuwe machines te maken heeft gehad, duide
lijk zijn.
RESULTATEN
7V LS we de rooiresultaten in het afgelopen jaar nagaan, dan ziet het er naar uit dat er in de komende
herfst een gladiolenrooier kan worden aangeschaft, die goed werk levert. Er wordt het snelst ge
werkt als de gladiolen op voorraad worden gerooid.
Indien dit wordt gewenst, kunnen de knollen met 510 cm lange stengel van het loof worden ge
sneden en in fust worden verzameld.
Het begin van machinaal gladiolenrooien is er dus; er is een machine die bruikbaar is. Ongetwijfeld
zullen hieraan nog fouten kleven, maar mede door de opmerkingen en aanwijzingen van de praktijk
zullen de fabrikanten ervoor zorgen dat er goede gladiolenrooiers komen.
Het zal voor de Zeeuwse gladiolenteier belangrijk zijn om de ontwikkelingen van de gladiolenrooier
nauwlettend te volgen.
De mogelijkheid om een belangrijk onderdeel van de gladiolenteelt te mechaniseren, het rooien van
de knollen, zal vele telers zeer welkom zijn.
Zorg dat u zelf beschikt over aardbeiplanten.
DE aardbeienteelt neemt de laatste jaren een
zeer grote plaats in, vooral op de kleinere en
gemengde bedrijven, en dit is niet zonder reden.
De financiële uitkomsten zijn immers zeer bevre
digend. Vandaar de aantrekkelijkheid. Toch moet
er op verschillende bedrijven nog veel gebeuren.
Er zijn toch altijd weer kwekers waar de teelt is
tegengevallen. En als we dan de oorzaken eens
nagaan, dan blijkt toch zeer dikwijls, dat de fout
nergens anders is te zoeken dan bij de kweker zelf..
Bijv.: Bij een zomerbeplanting te laat geplant
en geen goede planten. Ze hadden zelf geen plant-
materiaal en moesten dus maar afwachten of de
buurman er nog over had. En wat soms nog erger
is, ze moesten maar genoegen nemen met planten
uit het produktieveld en daarbij soms ook nog
peperduur. We hebben bedragen horen noemen
van 5 tot 7 cent per plant uit een produktieveld.
Wanneer u op deze wijze te werk moet gaan, moet
het wel verkeerd aflopen.
Kweek zelf goede planten.
IEDER, die met succes aardbeien wil telen, moest
zelf zijn plantmateriaal kweken. Er zijn goede
vermeerderingsbedrijven waar u moederplanten
bestelt van het door u te kiezen ras, liefst AA ge
keurd. Deze planten zijn doorgaans erg duur, en
wel van 10 tot 12 cent per stuk. Toch zult u straks
zien dat de planten die hier vandaan komen erg
goedkoop zijn. Deze moederplanten poot u uit op
afstanden van 150 Cm tussen de rijen en 40 cm op
de rijen. Alle bloemen die er komen in de moeder
plant, zorgvuldig bijhouden met verwijderen. Ze
mogen immers geen vruchten dragen.
De ranken die later ontstaan worden allemaal
ZWOLLE -GOES
in één richting geleid. De ruime afstand is verder
nodig om later zo'n moederplant met al de nako
melingen in zijn geheel te kunnen verwijderen
indien die mogelijk ziek blijkt te zijn. Is de moe
derplant ziek, dan zijn ook de nakomelingen ziek.
Daarom moeten ook alle nakomelingen van de
moederplant mede verwijderd worden. Nu zullen
er aardbeientelers zijn die zeggen: „allemaal tot
je dienst, maar ik ken al die voorkomende ziekten
niet. Hoe kan ik dan zelf selectie toepassen Dit
lijkt misschien moeilijk, maar het is toch wel zó,
dat u kunt zien of de een of andere plant afwijkin
gen vertoont. Haal deze er nu eens uit die naar
uw mening verdacht ziek zijn en u zult verwonderd
staan over de resultaten. U mag aannemen dat,
wanneer u wilt planten, plm. augustus, er toch
altijd van één moederplant twintig a vijfentwintig
nakomelingen te verwachten zijn. Maak nu maar
een rekensommetje en u zult bemerken dat plan
ten op deze wijze verkregen erg goedkoop zijn.
1000 moederplanten gekocht voor 120,
20.000 nakomelingen voor 120,plus een stukje
grond, plus wat verzorging. Het grootste voordeel
is vooral hierin gelegen dat de planten öp het be
drijf aanwezig en beschikbaar zijn wanneer het
weer gunstig is. U kunt planten wanneer u wilt
en niet meer afhankelijk van een ander.
ZOALS bekend, worden de herinplantingspro-
blemen in de fruitteelt niet alleen door aaltjes
veroorzaakt maar ook door zogenaamde specifieke
moeheidsfactoren. Hiermede bedoelt men de bij
bepaalde fruitsoorten gevonden groeiremmings-
factoren waarvan de aard nog niet bekend is. In
het rivierkleigebied wordt thans door de afdeling
Onderzoek Herinplant Fruitteelt van T.N.O. te
Wageningen in samenwerking met de Tuinbouw-
consulentschappen in een aantal veldproeven nage
gaan op welke wijze deze specifieke moeheid be
streden kan worden. Momenteel is de stand van
zaken zo, dat de mogelijkheid bestaat dat één of
enkele middelen (inzonderheid chloorpicrine), bin
nen afzienbare tijd in de praktijk toegepast zullen
worden. Indien dit het geval is, zal van fruittelers
zijde de vraag komen of het mogelijk is de nood
zaak van een dergelijke behandeling, die minimaal
1500,per ha zal kosten, van te voren te onder
zoeken.
Wij wijzen er echter met nadruk op, dat voor
lopig nog geen praktijkmonsters onderzocht kun
nen worden omdat er eerst nog enkele moeilijk
heden opgelost moeten worden. Wij kunnen echter
wel zeggen dat de methode in grote lijnen goed
bruikbaar lijkt te zijn om in de nabije toekomst
over het gehele herinplantingsprobleem een adyies
te geven. Voorlopig moet men met alleen aaltjes-
onderzoek blijven volstaan.
IJ ET is een groot misverstand te denken dat voor
A de industrie de kwaliteit van de tuinbouw-
produkten er niet toe doet."
Deze uitspraak hoorden we vorige week van de
heer Gerritsen van de Kon. Mij „De Betuwe" N.V.
te Tiel. Ze werd gedaan in een lezing die deze ver-
werkingsdeskundige hield op de kleinfruildag in
Kapelle.
De heer Gerritsen heeft daar de Zeeuwse klein-
fruittelers verteld wat de verwachtingen zyn voor
de verwerkingsmogelijkheden van het kleinfruit
in de toekomst. Hij was van mening dat de teelt
van zwarte bessen geen uitbreiding verdient; dat
men ook voorzichtig moet zijn met uitbreiding van
de teelt van rode bessen, terwijl er wel perspectief
zit in de teelt van aardbeien voor verwerking in
blik of glas.
De fabriek heeft ook behoefte aan goede aard
beien voor verwerking. Senga Sengana is niet ide
aal maar wel de beste aardbei van het ogenblik
voor dit doel.
In het bijzonder heeft deze spreker in Kapelle
de nadruk gelegd op de noodzaak van kwaliteit
voor de industrie.
De fabriek moet grote uniforme partijen van
gelijkwaardige kwaliteit hebben en graag ook tegen
een gelijkmatige prijs. We hebben begrepen dat er
voor de verwerkende industrie nog al wat moei
lijkheden zijn gerezen ten gevolge van de vijf
daagse werkweek. Men kan er echter niet onderuit
en de verwerking zal zich hierbij moeten aanpas
sen.
In dit verband deed de heer Gerritse een beroep
op de telers van kleinfruit om de aanvoer op vrij
dag zoveel mogelijk te beperken want het kleinfruit
dat op die dag wordt aangevoerd kan in dezelfde
week niet meer worden verwerkt. De telers zullen
er volgens hem rekening mee moeten houden dat
er een tijd kan komen dat de fabriek niet meer
koopt op vrijdag, zeker niet wanneer het een pro
dukt betreft waarvan de kwaliteit niet al te best
is. Op vrijdag zal er enkel een uitstekende kwaliteit
geleverd moeten worden en die moet dan in een
verpakking waardoor koeling mogelijk wordt. Wan
neer dat gebeurt is het mogelijk dat de fabriek het
aandurft om het te kopen voor de verwerking in
de komende week.
De heer Gerritsen vroeg ook om meer aan te
voeren op maandag omdat de ervaring heeft ge
leerd dat er dan dikwijls te weinig aanvoer is.
Het betreft hier een vraagstuk dat alle aandacht
verdient van de telers en van de afzetorganisaties.
We hebben te maken met de vijfdaagse werk
week en de konsekwenties daarvan zullen aanvaard
moeten worden. Het vorig jaar voor het eerst is er
niet meer geveild voor de industrie op zaterdag.
Dat gebeurde op verzoek van het Centraal Bureau
van de Tuinbouwveilingen na overleg met de han
del. Vooraf waren er vele bezwaren in telerskrin
gen.
Het is allemaal meegevallen. Van moeilijkheden
hebben we niet veel gehoord.
Het lijkt ons dan ook nuttig dat rekening wordt
gehouden met de opmerking van de heer Gerritsen
over de aanvoer op vrijdag en maandag. Het is be
kend dat bij de pluk van kleinfruitprodukten voor
de fabriek veel wordt geholpen door vrouwen. Op
maandag zijn deze meestal niet beschikbaar, want
dan moet de was worden gedaan.
We zijn niet zo deskundig op dat gebied, maar
het wil ons toch voorkomen dat de vrijdag of zater
dag ook wel voor wasdag bestemd zou kunnen
worden. We kunnen wel zeggen dat we het altijd
zo en zo hebben gedaan, maar wanneer de tijden
veranderen moeten we mee veranderen.
We twijfelen er niet aan of over deze dingen
zal nog wel een gesprek komen voor het seizoen
begint en via hun veilingen zullen de telers v%n
kleinfruit wel de nodige inlichtingen krijgen. Dat
ieders medewerking in dezen belangrijk is, staat
vast.
Tot de volgende week.
0P vrijdag 28 maart des avonds te tien uur zal
de telefonische waarschuwingsdienst van de
proeftuin te Geldermalsen (03455-789) wederom in
bedrijf worden gesteld. Deze dienst gaat nu het
zesde seizoen beginnen. Gezien de zeer grote be
langstelling in de voorgaande jaren en het feit dat
de ziektebestrijding er in de loop van de tijd niet
eenvoudiger op geworden is voorziet dit systeem
zeker in een behoefte. Wanneer {.et telefoonnum
mer 03455-789 gedraaid wordt, dan komt een aan
sluiting met de automatische antwoordgever tot
stand. Dit apparaat bevat een band, waarop een
bericht is opgenomen. Zodra de verbinding tot
stand gekomen is hoort men de laatste bijzonder
heden over de ziektebestrijding in de fruitteelt.