Onderwijs voor Plattelandsjongeren nu 257 ANTWOORD OPIngezonden Open brieven aan de heer Meilink! Wie POLYKUHN zaait zal WINST oogsten! Wie POLYKUHN zaait zal WINST oogsten! wie POLYKUHN zaait zal jiWINST oogsten! MOEDERLOZE VEULENS V K IJ l> A G 22 M A R T I96S p\E heer W. Fase, directeur van de Chris- telijke Lagere Landbouwschool te Mid delburg, die tijdens de pauze een gesprek met de heer Meilink over de inleiding heeft gehad, schrijft ons: „Waarschijnlijk zit hij nog in zijn hoofd met de lagere landbouwscholen „oude leerplan" en heeft hij nog nooit van de nieuwe gehoord. H« heeft inderdaad er kend niets, maar dan ook niets te weten van een lagere landbouwschool. Van onze zijde heeft hij het aanbod ge had om zijn a2ba te komen repeteren op één van onze scholen. Wij zullen hem dan tegelijkertijd leren om Farmers Weekly te leren lezen, want dat heeft hij bij het z.g. middelbaar landbouwonderwijs nooit geleerd. Het is de bedoeling van Meilink om de discussie op gang te brengen over het onderwijs; dit was ook de bedoeling van de conferentie te Hoofddorp. Mis schien is hij er in geslaagd, maar ik ge loof het nog niet. Wij zijn in Zeeland te nuchter om dergelijke ondeskundige nonsens serieus te nemen VAN twee zijden ontving de Redactie commentaar op de in ons Landbouw blad in afleveringen op de pagina „Plattelandsjeugd" gepubliceerde rede van de heer Meilink over het onderwerp „Onderwijs voor Plattelands jongeren nü", uitgesproken op de Algemene Contactdag te Middelburg der P.J.G. Zee land. In de eerste plaats een reactie van de directeur der Lagere Land- en Tuin bouwschool te Zierikzee, de heer D. Eveleens. In zijn brief aan de redactie wijst de heer Eveleens er ondermeer op dat bedoelde rede, waarbij het Lagere Land- en Tuinbou wonder wijs fel werd aangevallen een ongeoorloofde directe „stoot onder de gordel" geweest is. Een stoot „onder de gordel" omdat men het heeft doen voorkomen dat over het algemene onderwerp „Onderwijs voor de plattelands jongeren nu" zou gesproken worden, terwijl in feite alleen het lagere Land- en Tuinbou wonderwijs besproken, aangevallen en gehekeld werd. Daarbij werd ter vergadering geen gelegenheid geboden tot een debat, zo dat andersdenkenden, niet in de gelegenheid werden gesteld hun uiteraard tegengestelde mening naar voren te brengen. Niet voldoende ingewijde buiten staanders, die ter vergadering vanzelfsprekend ook aanwezig waren, moeten wel een zonderlinge indruk gekregen hebben van de nauw met de Z.L.M. ver bonden P.J.G. Zeeland, die een spreker op hun vergadering dergelijke kreten laat debiteren. De aanwezige (dagblad) pers pikt uit zo'n rede ten rechte of ten onrechte éen aantal uitspraken en brengt deze onder opvallende koppen aan de lezers in een verkort en dus veelal onvolledig verslag, waardoor de niet-aanwezigen een onvolledig beeld krijgen omtrent hetgeen door de inleiders werd beweerd. EN nu. aldus de heer Eveleens, de rede van de heer Meilink zelf. Laten we een ogenblik aannemen, dat hij zijn zin krijgt en de Lagere Land- en Tuinbouwschool wordt veranderd in een kleuterschool en dus de enige mogelijkheid blijft: opleiding der toekomstige boer op de Middelbare Landbouwschool met daarnaast een surrogaat opleiding op de Lagere Technische school. Laat ik nu eens beginnen met de tegenwoordige Middelbare Landbouwschool te bekijken. Vindt U heus, heer Meilink, dat dit Middelbaar Onderwijs is Ik geloof, dat de tegenwoordige Mid- delbare Landbouwschool zich maar weinig verheft boven het peil van een U.L.O.-school. Zou deze school werkelijk Middelbaar Onderwijs gaan geven, dan zou men als toelatingseis toch minstens moeten stellen: einddiploma U.L.O. A of B of een bewijs, dat men 3 leerjaren van de H.B.S. met vrucht heeft doorlopen. VERVOLGENS zou men 2 jaar „full time" onder wijs moeten geven of minstens 3 winterhalf jaren en dan een officieel eindexamen moeten hou den met gecommiteerden enz. Dan zou het werke lijk Middelbaar Onderwijs worden. Aangezien ik lid ben van de Technische Onder wijscommissie van het K.N.L.C. weet ik, dat de eisen voor de toekomstige middelbare school ook in deze richting gaan. Het aantal boeren, dat deze school met succes zou kunnen volgen, zou heel wat kleiner zijn, dan het aantal, dat nü met een diploma naar huis gaat Laat de directeuren der Middelbare Landbouw scholen in Zeeland maar eens een staatje publiceren van: a. het aantal kandidaten, dat zich heeft aèngemeld voor het toelatingsexamen '60-'61-'62. b. id. hoeveel er zijn afgewezen bij het toelatings examen. c. id. hoeveel er zijn afgewezen aan het eind van het le leerjaar. d. id. hoeveel er zijn afgewezen aan het eind van het 2e leerjaar. Als U dat aantal vergelijkt met een normale H.B.S., dan zal dit heel anders uitkomen. Uw fout, heer Meilink, is een grenzeloze over schatting van hetgeen de huidige .Middelbare Land bouwschool kan doen. En ook heeft U van de ge moderniseerde Lagere Land- en Tuinbouwschool, die zich beweegt op U.L.O.-basis, geen verstand. Gaat U zo'n Lagere Land- en Tuinbouwschool eens een tijdje bezoeken; neem eens een weekje plaats in alle klassen; woon de praktijklessen eens bij en maak dan eens een vergelijking. U zult dan tot beter inzicht komen. Als de Middelbare Landbouwschool werkelijk middelbaar is geworden, zal dat een uitstekende op leidingsschool kunnen worden voor de grotere boer met een behoorlijk verstand. Maar er zullen altijd leerlingen blijven met min dere capaciteiten. Wat moet daarmee gebeuren Er is geen vestigingseis. U kunt ze niet uit schakelen. Voor vele kleinere bedrijven zal het moeilijk zijn de kinderen deze uitgebreidere oplei ding te laten volgen (leerling is een gewaardeerde arbeidskracht, financiële problemen kunnen een rol spelen, enz.). Moet deze toekomstige boer dan helemaal geen opleiding hebben En de landarbeider, moet daar niets voor gedaan worden U geeft nu het volgende recept aan: stuur die leerlingen naar een ambachts school. EEN ambachtsschool leidt in 3 jaren op voor een vak: richting timmerman, schilder, bankwer ker, enz. Wilt u nu deze gehele jongensgroep hier aan laten deelnemen Öf wilt U van het begin af een duidelijke scheiding tussen landbouwkundige en technische afdeling. Als U het eerste kiest, komt die jongen nooit meer in de landbouw terug. Hü wordt technisch op geleid, doet daar drie jaar over en is dan klaar. Moet er dan nog een landbouwkundig jaar achter na komen Volgt hü de tweede mogelijkheid, dan hebt U de Lagere Land- en Tuinbouwschool weer terug: al leen in verwrongen vorm en veel slechter dan de huidige Lagere Land- en Tuinbouwschool. Hebt U zich al eens werkelijk gerealiseerd hoe dat moet Beseft U goed, dat dat dan wel eens de opleiding zou kunnen worden voor plm. 90 van de boeren IK vrees, dat het gevolg zal zijn, dat de opleiding voor de landbouwvakken sterk zou achteruit gaan en dat de door U gewenste toestand tot de volgende eigenaardigheid zou leiden: 1. ongeveer 10°/o boeren een prima opleiding; 2. een deel vlucht een paar jaar naar U.L.O. of V.G.L.O. om de tijd uit te zitten (plm. 50%); 3. de rest gaat naar de technische school: 2 of misschien 3 jaar. Halen ze het, dan hebben ze een diploma als timmerman, smid, enz. Halen ze het niet, dan hebben ze geen enkele landbouwkundige opleiding gehad; 4. het cursus wezen zal weer herleven omdat men. ouder geworden, toch wel iets van de landbouwvakken zal willen weten; 5. met dit cursuswezen haalt U dan de door U zelf verfoeide toestand weer in huis. NEEN, ik zie voor de goed georganiseerde Lagere Land- en Tuinbouwschool zeer zeker nog een taak. Dat er gesaneerd moet worden, is zeker, maar dat geldt even goed voor de Middelbare Land,- en Tu i nb ou wschool. U denkt er toch ook niet over om van deze scholen maar een afdeling te maken van een of andere H.B.S. Daar is m.i. net zo veel voor te zeg gen als voor hetgeen U wilt met de Lagere Land en Tuinbouwschool. Ik geloof, dat bij doorgaande vlucht uit de land bouw de kans dat Middelbare scholen te weinig be zet dreigen te worden, even reëel aanwezig is als die hij de Lagere Land- en Tuinbouwschool. \7ERDËR wil rk U er nog op wijzen, dat de Mid- v delbare Landbouwschool vrijwel nog steeds hetzelfde programma heeft van jaren geleden en dat de Lagere Land- en Tuinbouwschool geheel Is aangepast aan de moderne eisen. Het achterlopen van een versnelling is dus meer aanwezig bü het Middelbaar dan b« het Lager Land- en Tuinbouw- onderwüs. j\J A deze algemene opmerkingen wil ik nog spe- ciaal enige correcties toepassen op de door U gehouden rede. U spreekt er over, dat een. leerling gebruiksaanwijzingen moet kunnen lezen, meest in het Engels. Dit vak wordt op de Lagere Land- en Tuinbouwschool gegeven. Bovendien is het onder wijs technisch gericht. Gaat U maar eens luisteren naar de Engelse les op de Lagere Land- en Tuin bouwschool. Wij houden nergens krampachtig aan vast, verdedigen ook niet, dat een bestaand gebouw in gebruik moet blijven, maar constateren, dat de verbeterde Lager Land- en Tuinbouwschool voor plm. 90% der boeren de opleiding zal blijven en. dat de eisen, die U stelt, voor slechts een 10% haalbaar zijn. Laten dat de leiders worden der grote bedrijven en vooraanstaande organisatiemensen, maar dan in 's hemels naam met breder algemeen inzicht en kennis dan waarover U schijnbaar be schikt. \7SRDER wil ik er nog op wijzen, dat er goed V geoutilleerde Lagere Land- en Tuinbouwscho len met voldoende leerlingen zijn: Kijkt U maar eens in onze omgeving rond: Middelburg, Scherpe- nisse, Zierikzee, Kapelle, Sommelsdijk, enz. Deze hebben en houden zeer zeker hun bestaansrecht. Een boer zal nooit moeten proberen zijn opleiding te krijgen aan een soort afdeling der Technische school. De tijd van de beroepskeuze zou dan op precies dezelfde leeftijd vallen als nu het geval is. Niet alleen de algemene vorming zou dan veel min der worden maar ook de opleiding voor de juiste technische en landbouwkundige kennis. Evenals vorige jaren, zal de afdeling Paarden- houderij van het Landbouwschap haar bemidde ling verlenen bij het onderbrengen van moeder loze veulens op adressen waar een merrie aanwe zig is, waarvan het veulen is gestorven. In geval len waar deze mogelijkheid niet aanwezig is, zal op verzoek een circulaire worden gezonden, waar in nadere gegevens zijn vermeld omtrent het kunst matig opfokken van een veulen. Schriftelijke verzoeken om een dergelijke cir culaire dient men te richten aan de afdeling Paar- denhouderij van het Landbouwschap, Raamweg 25/28 te 's-Gravenhage. Telefonische aanvrage om deze circulaire, als mede berichten van moederloze veulens en mer ries waarvan het veulen is gestorven, dienen te worden gemeld aan de Service Telefoon Centrale te 's-Gravenhage onder no. 070 - 322928. Deze Service Telefoon Centrale is dag en nacht béreikbaar en kan namens de afdeling Paarden- houderij inlichtingen verschaffen met betrekking tot moederloze veulens.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1963 | | pagina 11