Memorie van antwoord-landbouw 25 Praktische toepassing der E. E. G.-regelingen werkt bevredigend VERVOLGCURSUS AARDAPPELSELECTIE TE HULST UITKOMSTEN DEFINITIEVE OOGSTRAMING 1962 VB IJ U A G 11 JANUABI 1H3 „Het is een ongelukkige samenloop van omstandigheden geweest, dat de Nederlandse landbouw met moei lijkheden is geconfronteerd op een moment, dat enkele verordeningen van de Europese Economische Gemeen schap in werking zijn getreden". Aldus Minister Marijnen in zijn memorie van antwoord bij de landbouwbe groting 1963. In antwoord op opmerkingen in het voorlopig verslag der Tweede Kamer geeft de bewindsman tevens te kennen, dat het hem bepaald te ver gaat te stellen, dat het begin van uitvoering van het gemeenschap pelijk landbouwbeleid slecht is geweest en dat onvoldoende maatregelen van Nederlandse kant zijn getroffen om de daarbij optredende moeilijkheden te overbruggen. Hoewel met het nodige voorbehoud, omdat de verorde ningen pas ongeveer drie maanden werken, trekt de minister de conclusie, dat de praktische toepassing van de in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid tot stand gekomen regelingen in het algemeen bevredigend werkt. DE minister noemt in dit verband allereerst de graanheffingenverordening. De prijsontwikkeling van de landbouwprodukten welke onder de werkings sfeer van deze verordening vallen tarwe, voeder- granen en aardappelzetmeel kan, in aanmerking ge nomen de relatief grote omvang van de oogst 1962 van deze produkten, bevredigend worden genoemd. De werking van de E .G.-verordeningen voor varkens, slachtpluimvee en eieren wordt beïnvloed door enige buiten de directe sfeer dezer verordeningen lig gende factoren. Zo is gebleken, dat niet in alle landen de nationale wetgeving tijdig was aangepast aan de nieuwe situatie. Intussen is een aantal van deze aaa- vangsmoeilijkheden uit de weg geruimd. Met name de t-oepassing van extra heffingen wegens aanbiedingen uit derde landen onder het geldende sluisprijsniveau wijst erop, dat de E.E.G.-partners en de Commissie een cor recte uitvoering der verordeningen nastreven. Als een tweede factor valt met name in de pluimvee- en eierensector de produktie- en voorraadontwikkeling aan te merken. Naar bekend, is voor de inwerking treding van de Verordening Slachtpluimvee een grote voorraad gevogelte in West-Duitsland opgeslagen, die de handel na 30 juli sterk heeft bemoeilijkt. In de eierensector is de daling van de Nederlandse export gedeeltelijk te verklaren uit de lagere produktie in ons land, maar ook uit de duidelijke hogere produktie in de Bondsrepubliek. Inmiddels was nadien in de eier- handel een verbetering in de situatie opgetreden. De handel in levende en geslachte varkens heeft naar het zich laat aanzien een bevredigend verloop. De groente- en fruitverordening heeft tot nu toe be vredigend gewerkt. De daarin voorziene verplichte con trole op de kwaliteit van de voor uitvoer bestemde produkten, alsmede de verificatie van de importerende Lid-Staten van de naleving van de gemeenschappelijke kwaliteitsnormen, hebben voor de uitvoer van het Ne derlandse produkt geen moeilijkheden opgeleverd. HET PERSPECTIEF VAN DE SLACHTVEEMARKT GELEIDELIJKE UITBREIDING PRODUKTIE VERANTWOORD Hoewel het prijsverloop voor het rundvlees de laatste maanden voor de veehouderij onbevredigend moet wor den genoemd, deelt Minister Marijnen de mening van het Produktschap voor Vee en Vlees, dat een geleide lijke uitbreiding van de rundvleesproduktie in ons land verantwoord moet worden geacht. Deze opvatting is gebaseerd op een toenemende vraag naar rundvlees van goede kwaliteit in ons land en in enkele E.E.G.-landen Italië en West-Duitsland die onder normale om standigheden een belangrijk invoeroverschot hebben. In het in december 1961 verschenen verslag van de Studiegroep Rundveemesterij, uitgebracht aan de door BIJ voldoende deelname zal in de eerstkomende maanden een vervolgcursus in aardappel selectie gehouden worden in de R. K. Middelbare Landbouwschool te Hulst. Aan deze cursus kun nen deelnemen zij die in de laatste jaren reeds een selectiecursus in aardappelen hebben gevolgd. Op deze cursus zal o.a. behandeld worden de nieuw ste inzichten omtrent selectie, teelt, bewaren en sorteren van pootgoedmateriaal. Tevens zal eveneens bij voldoende belangstelling in dezelfde Landbouwwinterschool een cursus in het selecteren van aardappelen gegeven worden voor diegenen die niet eerder zulk een curusus heb ben gevolgd. Op deze cursus zal de behandeling en verpleging van het pootgoed en alles wat hier mede samenhangt zo ruim mogelijk behandeld worden. Het lesgeld zal voor elke cursus maximaal 10, per persoon bedragen, afhankelijk van de te geven lessen hetgeen met de deelnemers in onderling overleg nader geregeld zal worden. Aanmeldingen kunnen plaats vinden tot en met 19 januari a.s. bij de heer dr. ir. J, P. M. v. d. Wolf, directeur van de R. K. Middelbare Land bouwschool te Hulst en bij de heer Th. Staal te Lamswaarde. Dreef 23, tel. 01142246, controleur van de Stichting Keuringsdienst Zeeland of bij het Secretariaat van de Stichting Keuringsdienst Zee land te Goes, Grote Markt 9, tel.. 011005810. de Minister ingestelde Commissie Nieuwe Bedrijfs systemen in de Landbouw, wordt er evenwel op ge wezen, dat een uitbreiding van de produktie van rund vlees slechts geleidelijk zal moeten geschieden, daar er anders een overschot aan rundvlees zal ontstaan. De produktie van rundvlees in Frankrijk, welke in 1901 ruim 1.2 miljoen ton bedroeg, kan naar verwachting in de jaren tot 1965 met ca. 35 pet. toenemen. Bij een ver wachte toename van de binnenlandse consumptie met 22 pet, zal het exportoverschot dan pl.m. 235.000 ton bedragen, waarvan het grootste gedeelte binnen de E.E.G. zal moeten worden afgezet. Afgezien van de vraag of de in Frankrijk verwachte grotere produktie volledig zal worden gerealiseerd, meent de bewindsman dat na het inwerkingtreden van de E.E.G.-rundvlees- verordening de kansen voor de afzet naar de lid-staten met een tekort beter zullen kunnen worden benut. Bovendien mag worden verwacht, dat door o.a. de hogere welvaart de consumptie van rundvlees in de E.E.G. de eerste jaren nog zal blijven stijgen; met name zal dit zeker kunnen plaatsvinden in Italië waar de consumptie in vergelijking met de overige lid-staten nog bijzonder laag is. TOTSTANDKOMING E.E.G.-ZUIVELVERORDENING ZAAK VAN HOGE PRIORITEIT De Minister van Landbouw en Visserij, Mr. V. G. M. Marijnen, geeft in de M.v.A. de verzekering, dat hij het totstandkomen van een Zuivelverordening der E.E.G. het ontwerp, dat een zeer ingewikkelde materie be oogt te regelen, is bij de Raad van Ministers der Europese Economische Gemeenschap in behandeling een zaak van hoge prioriteit acht. De bewindsman ver klaart bovendien, dat zijn medewerking aan de tot standkoming van verordeningen voor andere produkten mede zal worden beïnvloed door de voortgang bij de totstandkoming van een Zuivelverordening. Ontleend aan gegevens C. B. S. Ge oogste Opbrengst per ha Totale opbrengst opper vlakte 1962 1961 1962 1961 1962 GRANEN ha kg ton Tarwe 132.613 3.925 4.548 482.130 603.062 waarvan; wintertarwe62.629 3.949 5.030 155.809 315.015 zomertarwe 69.984 3.914 4.116 326.321 288.04T Gerst 100.148 3.756 4.304 385.077 430.996 waarvan: wintergerst 7.959 3.460 3.918 25.531 31.183 zomergerst 92.189 3.779 4.337 359.546 399.813 Haver 118.963 3.508 3.905 431.280 464.524 PEULVRUCHTEN Groene erwten 12.855 3.641 4.346 64.636 55.873 Schokkers 2.520 3.531 4.272 15.237 10.764 Kapucijners en grauwe erwten 1.094 3.219 3.559 5.922 3.894 Bruine en witte bonen 2.575 2.037 2.361 8.620 6.081 Veldbonen 1.077 2.764 2.818 3.491 3.035 OLIEHOUDENDE EN VEZELGEWASSEN Koolzaad 4.089 2.506 2.499 9.834 10.218 Blauwmaanzaad51 1:030 907 462 46 Karwijzaad 3.947 1.451 1.763 6.011 6.958 Mosterzaad 69 1.346 1.368 223 94 Vlas 23.957 ongerepeld 7.969 8.227 172.641 197.100 gerepeld 5.727 5.750 124.063 137.746 lijnzaad 885 1.111 19.161 26.625 Kanariezaad 2.505 2.135 2.292 2.301 5.741 KNOL- BOL- EN WORTELGEWASSEN Vroege aardappelen (incl. pootaardappelen8.521 19.270 18.595 168.034 158.450 Consumptie-aardappelen (incl. poot- en voederaardaopelen) 78.982 incl. uitval 28.340 30.722 2.291.920 2.426.448 excl. uitval 23.348 26.048 1.888.211 2.057.363 w.v. op kleigrond 50.172 incl. uitval 29.461 31.568 1.437.649 1.583.841 excl. uitval 24.972 27.231 1.218.600 1.366.244 op zand- en veengrond 28.810 incl. uitval 26.634 29.247 854.271 842.607 excl. uitval 20.877 23.989 669.611 691.119 Suikerbieten 77.439 45.458 37.889 3.854.430 2.934.100 Suikerbietenkoppen en -blad58.761 32.407 30.894 1.970.131 1.815.390 Landbouwwortelen 109 44.667 4.869 Zaai-uien 5.298 35.295 33.555 156.640 177.773 STRO van Tarwe 132.373 4.394 4.604 536.220 609.486 waarvan: wintertarwe 62.463 4.155 4.555 162.052 284.546 zomertarwe 69.910 4.506 4.648 374.168 324.940 Rogge 105.604 4.405 4.591 519.266 484.863 Gerst 99 155 2.631 2.941 264.235 291.640 waarvan: wintergerst 7.944 3.435 3.588 24.801 28.502 zemergerst 91.211 2.569 2.885 239.435 263.138 Haver 118.723 3.775 3.965 459.939 470.744 Mengsels van granen 47.690 3.165 3.365 16d.466 160.489 Groene erwten 12.774 2.177 2.292 38.136 29.275 Schokkers 2.518 2.223 2.562 9.436 6.450 Kapucijners en grauwe erwten 1.092 2.448 2.534 4.499 2.76T Bruine en witte bonen 2.499 1.412 1.543 5.810 iH™» Veldbonen 1^27 2.697 2.656 3 336 2.728 Kanariezaad 2.505 4.755 4.938 o.l26 12.369

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1963 | | pagina 5