Aspecten van het boer zijn in Oostelijk Flevoland
W,J. ontvingen van het Centraal Bureau van
de Tuinbouwveilingen de conceptcontracten
voor ieder produkt afzonderlijk voor de navolgen
de groentegewassen: sperziebonen (tevens te ge-
knolselderijblad, prei, waspeen en winterpeen,
spinazie, augurken, bleekselderij, knolselderij,
knolselderijblad, prei, waspeen, en winterpeen.
24
Wetenswaardigheden voor werkgevers
CONTRACTTEELT
VAN GROENTEGEWASSEN
UITBETALING VOORSCHOTTEN
GEMENGDE ZANDBEDRIJVEN
lE EC W S LANDBOUWBLAD
ONDER bovenstaande titel werd onlangs het
resultaat gepubliceerd van een studie over
enkele vormen van bedrijfsvoering die mogelijk
in Oostelijk Flevoland kunnen worden toegepast.
De boeren die zich hier zullen vestigen zijn nog ge
heel vrij in de keuze van hun bedrijfsvoering, doch
daarbij zal een juiste keuze niet eenvoudig zijn. De
sterke ontwikkeling van mechanisatie en rationali
satie in de landbouw en de hoge kosten welke daar
mee gepaard gaan, zijn daarvan mede oorzaak. Dit
alles is voor het Onderzoek Centrum voor de Land
bouw in de IJsselmeerpolders aanleiding geweest
om deze studie uit te voeren. Men hoopt dat de re
sultaten kunnen dien als een leidraad bij de opzet
van de bedrijfsvoering op de bedrijven in de
nieuwe polder.
VERSCHILLEN DE BEDRIJFSVOERINGEN
BIJ de studie heeft men zich beperkt tot de akkerbouwbedrijven en daar
bij 2 verschillende bedrijfsgrootten in beschouwing genomen, nl. 30 en
45 ha. Op de bedrijven van beide grootten heeft in alle gevallen een gelijk
soortig bouwplan tot uitgangspunt gediend. In dit bouwplan is opgenomen
25°/o bieten, 17 'U aardappelen, 8 conservencrwten, 25% wintertarwe en
25 zomergerst. Bij ieder der bedrijfsgrootten zijn vier verschillende be
drijfsvoeringen bestudeerd. In het volgende zijn daarover, zeer beknopt, en
kele bijzonderheden vermeld.
A. Zoveel mogelijk zelfstandig werkend. 30 ha: 2 man vast personeel; alle
machines zoveel mogelijk zelf; alleen enkele dure machines samen met
een buurman; zelf 2 nieuwe trekkers (een lichte en een zware).
45 ha: arbeidsbezetting en trekkracht als op 30 ha bedrijf; alle machines
en werktuigen zelf aangeschaft.
B. Werkend niet veel hulp van een loonwerker. 30 ha: 1 vaste kracht; eigen
werktuigeninventaris beperkt; zelf 1 nieuwe zware en 1 gebruikte lichte
trekkeroogstwerk, sproeien, aardappelpoten en bietenzaaien uitgevoerd
door loonwerker.
45 ha: 2 vaste krachten; overigens situatie gelijk aan het 30 ha-bedrijf.
C. In combinatie met andere gelijksoortige bedrijven werkend. 30 ha: combi
natie met 2 andere bedrijven; zelf 1 vaste kracht, beperkte eigen werk
tuigen inventaris en 1 zware trekker; oogstwerk met bijbehorend trans
port, aardappelpoten, bietenzaaien en sproeien geschiedt in combinatie.
45 hacombinatie met 1 ander bedrijfzelf 2 vaste krachten en 1 lichte en
zware trekker; overigens werkwijze gelijk aan dié van 30 ha.
D. Werkend als deelnemer aan een werktuigencoöperatie. 30 ha: 1 vaste
kracht; eigen inventaris beperkt; zelf 1 nieuwe zware en 1 gebruikte lich
te trekker; oogstwerk, aardappelenpoten en -sorteren, bietenzaaien en
sproeien uitgevoerd door coöperatie.
45 ha: 2 man vast personeel; overigens dezelfde werkwijze als bij het 30
ha bedrijf.
Een aantal factoren die bij de keuze tussen deze wijzen van bedrijfsvoering
naar voren komen, worden in het rapport besproken. Over de investeringen
die bij elk der bedrijfsvoeringen moeten worden gedaan, heeft men bereke
ningen gemaakt, evenals over de kosten die met een en ander gepaard gaan.
Economische gevolgen. De economische gevolgen van de verschillende be
drijfsvoeringen heeft men bestudeerd door berekening van de bewerkings-
kosten bij de verschillende werkwijzen. In de volgende tabel is een overzicht
gegeven van de bedragen welke daarvoor werden berekend. Ook js daarbij
aangegeven voor welke bedragen er volgens de berekeningen moet worden
geïnvesteerd in de verschillende gevallen.
Zoveel mogelijk
zelfstandig
Bewerkingskosten (zonder loon boer)
26.919
Veel In combinatie- Incoöp.-
ïoonwerk verband verband
3C ha
45 ha
per bedrijf
i per ha
per bedrijf
per ha
Investeringen
30 ha J Per bedrÜf
M na Per ha
per bedrijf
per ha
45 ha
800
ƒ31.850
710
60.200
2.010
75.300
1.670
23.035
770
ƒ36.896
820
35.500
1.180
44.400
990
ƒ22.012
730
29.437
650
59.467
J 1.980
72.425
1.610
ƒ20.993
700
ƒ33.360
740
ƒ55.675
1.860
ƒ73.221
1.630
Een exploitatie met veel eigen machines komt bij 30 ha wel erg ongunstig
te voorschijn. Door de relatief zware arbeidsbezetting die men hierbij heeft
aangehouden wordt dit resultaat o.i. wel erg nadelig beïnvloed. Bij een be
drijfsvoering met veel loonwerk berekent men op 30 ha aanzienlijk lagere be
werkingskosten, doch altijd nog hoger dan bij werken in combinatie of met
een coöperatie.
Op de 45 ha bedrijven berekent men voor een bedrijfsvoering met veel loon
werk de hoogste bewerkingskosten. Werken in combinatie lijkt hier het voor
deligst, maar ook een bedrijfsvoering met veel eigen machines komt op de
45 ha-bedrijven nogal gunstig naar voren. Gunstiger zelfs dan werken mei
een coöperatie.
Een bedrijfsvoering met veel loonwerk komt dus zowel bij 30 als bij 45 ha
uit een oogpunt van bewerkingskosten niet erg gunstig te voorschijn. Bij de
ze bedrijfsvoering zijn de investeringen echter verreweg het laagst, wat voor
een pas beginnende boer belangrijk zal zijn. Bovendien heeft men bij een
dergelijke werkwijze meer vrijheid om zonodig het bouwplan belangrijk te
wijzigen.
In het voorgaande zijn uiteraard slechts enkele punten uit de publi
catie over de bedrijfsvoering in Oostelijk Flevoland aangeroerd. Wij
hebben echter ook niet meer willen doen dan de aandacht vestigen op
dit alleszins lezenswaardig rapport. Vooral voor degenen die bijzondei
geïnteresseerd zijn in de nieuwe polder, lijkt ons de studie erg interes
sant en nuttig. Maar ook anderen kunnen wellicht met dit rapport hun
voordeel doen, omdat de hierin opgenomen berekeningen ook voor an
dere streken bruikbaar kunnen zijn. Wij willen daarom niet nalaten
te vermelden dat de publicatie besteld kan worden bij de Landbouw
Voorlichtingsdienst te Emmeloord, Lange Nering 68-74. De prijs be
draagt 2,50.
Sj. do H.
Nogmaals de looncompensatie, premieverhoging A.O.W./A.W.W.
Tot onze spijt is in de mededeling in ons blad van de vorige week over de te betalen looncompensatie van
1 wegens premieverhoging AOW/AWW een storende drukfout geslopen. Alhoewel in het begin van dit bericht
terecht werd vermeld dat, overeenkomstig de door het College van Rijksbemiddelaars afgekondigde beschikking
voor het eerst aan het einde van de eerste loonweek dit jaar een bijslag van 1 op het rechtens geldende bruto
loon diende te worden betaald, werd later het percentage van 10 vermeld. Deze 10 was een zetfout en had
eveneens 1 moeten zijn.
De looncompensatie bedraagt dus 1 van het brutoloon inclusief alle toeslagen.
Daar over de berekening van deze bijslag, die de toch al niet eenvoudige loonadministratie niet gemakkelijker
maakt, ons veel vragen bereikten, geven wij onderstaand een loonberekening zuiver als voorbeeld bedoeld.
De contracten dienen op zegel gesteld te worden.
Voor het merendeel kan dit geschieden op ge
zegeld papier van 2,per stuk.
Bovendien ontvingen wij de overeengekomen
minimumprijzen voor het jaar 1963. Door de leden
van de veilingen zullen geen contracten worden
aangegaan onder deze minimumprijzen. Het is ons
bekend dat in bepaalde gevallen reeds contracten
boven de minimumprijs zijn afgesloten. Voor het
product Augurken is een afwijkende regeling ten
aanzien van het prijspeil overeengekomen, welke
regeling vermeld is in het contract voor augurken.
Voor de verschillende sorteringen zijn prijzen vast
gesteld. Voor witte kool zijn de onderhandelingen
nog gaande met de Zuurkoolindustrie.
ALGEMENE MODELVOORWAARDEN
VOOR DE CONTRACTTEELT VAN
CONSERVENERWTEN
Door het Landbouwschap is een boekje uitge
geven dat verkrijgbaar is a 0,20 per stuk, over
„De Algemene Model voorwaarden en Arbitrage-
reglement voor de contractteelt van groen geoogste
erwten voor de conservemndustric".
Hierover is overeenstemming bereikt tussen de
Vereniging der Nederlandse Groente- en Frnit-
verwerkende Industrie en het Landbouwschap.
Voor teler en fabrikant is het van het grootste
belang dat deze vorm van afzet in goede banen
wordt geleld door het stellen van duidelijke en
redelijke spelregels.
Het gebruik van deze voorwaarden wordt dan
ook graag aanbevolen.
Het boekje Is te bestellen bij het Landbouw
schap of uw standsorganisatie.
Bruto CA.O. weekloon bijv80
Diplomatoeslag 2,50
Waarderingstoeslag 1,60
ƒ84,10
Bij: huurcompensatie (f3,50 -f f2,25) 5,75
ƒ89,85
Bij: 1% looncompensatie AOW/AWW van ƒ89,85 0,90
ƒ90,75
Af: premie B.P.L1,75
ƒ89.-
Af: premie AOW/AWW - loonbelasting (volgens
nieuwe tabel dec. 1962)
Soc. verz. premie 3,8
Nettoloon
Unrloonverhoging
OOK bereiken ons vele vragen of cle, in verschil
lende dagbladen gepubliceerde uurloohverhoging
van de lonen C.A.O.-landbouw ad f0,I0 per uur nog in
gang vindt. Hier is nog geen sprake van. Een verzoek
hiertoe is Ingediend bij het College van Rijksbemid
delaars. Tevens hangt deze eventuele uurloonverhoging
samen met de door het landbouwschap gevraagde ga
rantieprijzen 1963, aan de Minister van Landbouw: Over
deze prijzen is evenmin iets bekend. Mochten er defini
tieve beslissingen omtrent deze 10 et. uurloon-verhogin
gen vallen, dan zullen deze direkfc in ons landbouw
blad gepubliceerd worden.
Gids voor de sociale verzekering in het agrarisch bedrijf
Een handig boekje, waarin veel problemen betref
fende de sociale verzekering eenvoudig en duidelijk
worden uiteengezet en toegelicht. De tweede herziene
druk is onlangs verschenen en is verkrijgbaar bij de
districtsagenten en op het kantoor der B.VA.B. te Goes
tegen de geringe prijs van f 0,25.
Jammer dat de herziene druk reeds nu alweer niet
geheel „bij" is. De voorbeeld loonberekening bijv. ver
meldt nog een huurcompensatie van £3,50, terwijl de
bijslag van 1 voor de premieverhoging hier ook nog
niet in verwerkt kon worden. Zowel voor werkgever
als werknemer geeft het boekje echter antwoord op
vele vragen in deze voor de buitenstaander veelal inge
wikkelde materie.
Werknemersverklaring
Denkt U er aan dat uw werknemer(s) allen een
nieuwe werknemersverklaring dient (nen) in te vullen
Tijdens de behandeling van het wetsontwerp met
de begrotingswijziging van Landbouw en Visserij
tot verhoging van het budget 1962 met 25 mil
joen, bestemd voor de renteloze voorschotten aan
de gemengde bedrijven op de zandgronden, in de.
Eerste Kamer der Sta ten-Generaal heeft Minister
Marijnen aangekondigd dat in de tweede week
van januari 1963 tot uitbetaling van de voorschot
ten kan worden overgegaan.
Met betrekking tot de terugbetaling van de voor.
schotten heeft de minister bevestigd, dat de af
wikkeling zonder dwangelement individueel
zal worden bezien in het kader van de werking
van het OntWikkelings- en Saneringsfonds voor
de landbouw, waarvoor- overigens in overleg met
het agrarische bedrijfsleven de Institutionele opzet
nog moet worden gevonden.