Het voorkiemen van pootaardappelen
in geperforeerde, doorzichtige plastic zakken
los:
VRIJDAG 21 DECEMBER 1 9 G 2
LJ ET voorkiemen van pootaardappelen geeft een belangrijke opbrengstverhoging met Jaarnaast een kwa-
liteits-verbetering. Door het uitpoten van voorgekiemd materiaal wordt een langere groeiperiode ver
kregen, doordat het gewas vroegtijdig tot volle ontwikkeling kan komen. Om gezond pootgoed te behouden
is vroeg rooien noodzakelijk. Heel vaak moet dit worden uitgesteld, omdat het gewas te laat tot ont
wikkeling is gekomen en de opbrengst derhalve nog te laag is om vroeg te kunnen rooien, op het door
de N.A.K. aangegeven meest juiste tijdstip.
Iri het kort kunnen een aantal voordelen van goed voorkiemen in enkele punten samengevat woi'den:
1. Een gewas, dat vroeg tot ontwikkeling komt.
2. Een voldoende hoge opbrengst om vroegtijdig groen te kunnen rooien, wat voor het behoud van een
goede gezondheidstoestand van het potermateriaal noodzakelijk is.
3. Een hogere Kg-opbrengst per ha.
4. Een hogere Zetmeelopbrengst (O.W.G.) per ha.
5. Een betere houdbaarheid.
6. Een betere onkruidbestrijding met daarbij een arbeidsbesparing.
7. De bestrijding van Phytopthora kan met meer resultaat worden toegepast, daar het gewas tegen het
tijdstip dat deze ziekte optreedt volgroeid is.
Voor het voorkiemen van pootaardappelen worden in Nederland nog de z.g. kiembakjes gebruikt. In
het buitenland is een nieuwe methode voor het voorkiemen ontwikkeld en wel in plastic zakken. Om de
juiste afmetingen voor de plastic zakken te vinden, werden hier enkele achtëfeenvolgende jaren uitge
breide proeven mee genomen. Het resultaat van deze proeven is, dat er nu 2 types plastic zakken gebruikt
worden, welke volledig aan de gestelde eisen voldoen, t.w.:
Sortering Lang Omtrek Inhoud
28/35 130 cm 44 cm 10 kg
35/45 of 35/55 135 cm 52 cm 12K» kg
Het vulgewicht van deze plastic zakken is gelijk aan de kg-inhoud van de bestaande kiembakjes. Per
ha zijn ongeveer 200 kiembakjes nodig, terwijl de inhoud van 200 plastic zakken hiermee precies overéén
komt.
Aangezien deze plastic voorkiemzakken thans ook in Nederland geleverd en toegepast worden, wordt
in onderstaande punten een nadere uiteenzetting gegeven om de resultaten veilig te stellen.
AAN WELKE EISEN MOETEN DE PLASTIC ZAK
KEN VOLDOEN?
WIJ schrijven steeds van PLASTIC ZAKKEN,
maar eigenlijk is dit niet juist, want in een
zak is een bodem aangebracht. In deze plastic zak
ken is daarentegen de bodem niet aanwezig, zodat
een betere benaming PLASTIC BUIS zou zijn. Om
verwarring te vporkomen, want met een buis wordt
meestal bedoeld iets van een vaste vorm, zullen
wij de aanduiding van plastic zakken blijven ge
bruiken. Het doel van het ontbreken van de bodem
is, dat het ledigen van de gevulde zak voordelen
biedt, maar daar 1 men wij onderstaand cp terug.
De plastic zakken moeten gemaakt zijn van een
zeer elastische, doorzichtige POLYAETHYLEEN en
voorzien zijn van een aantal geponsde gaten. Voor
een prima kiemontwikkeling moet gelet worden op:
DOORZICHTIGHEID: om elastische, gedrongen
en kleurige lichtkiemen te ontwikkelen is belichting
(iichtdoorlatingsvermogen) noodzakelijk.
ELASTICITEIT EN DIKTE om het uitscheu
ren van de gevulde zakken te voorkomen.
OMTREK: door de kleine omtrek van de zak
liggen de meeste aardappelen tegen de wand van
de zak, waardoor een gelijkmatige kiemontwikke
ling ontstaat.
LENGTE: om toch het juiste vulgewicht te krij
gen.
AANTAL EN DIAMETER VAN DE GEPONSDE
GATEN: voor de juiste beluchting en voor even-
tuële beroking tegen luis.
Het vullen van plastic zakken. Het vullen kan
natuurlijk op verschillende manieren gebeuren,
maar de eis blijft daarbij, om een EENVOUDIGE
EN ARBEIDSBESPARENDE METHODE toe te pas
sen. Als hulpmiddel kan het best gebruikt worden
een plastic emmer, waaruit de bodem is verwijderd.
Deze plastic emmer heeft de functie van vul-
trechter. Vanaf de sorteertafel naar de grond wordt
een schuinstaande plank aangebracht, waartegen
de rlastic zakken bij het vullen steunen. Natuur
lijk zijn er veel meer mogelijkheden, waarbij ge
dacht wordt aan een toelopend houten rooster enz.,
maar in de praktijk heeft de bodemloze plastic
emmer het best voldaan.
Het juiste vulgewicht. De gestandariseerde plas
tic zakken zijn qua afmetingen zo gemaakt, dat er
van sortering 28/35 en van sortering 35/45 of 35/55
resp. 10 kg en 12% kg in gaan.
Hoger mag het vulgewicht niet zijn, omdat zich
anders moeilijkheden bij het ophangen voordoen.
Om te voorkomen, dat elke gevi lde zak gewogen
MOET worden, om het vulgewicht te controleren,
verdient het aanbeveling, om op de nog niet gevulde
zak'ken een merkteken te plaatsen, waardoor het
vulgewicht gemakkelijk afgelezen kan worden. Het
gaat méér om het VOLUME dan om het GEWICHT.
Over het algemeen geldt als regel, dat de zakken
tot plm. 30 cm beneden de rand gevuld kunnen wor
den.
Het dichtmaken van de zakken. Alvorens tot het
vullen van de zakken over te gaan, wordt de plas
tic zak aan één eind alvast dichtgemaakt. Na het
vullen wordt het boveneind gesloten, zodat een punt
van plm. 2 cm ontstaat. Iedere cm die méér gebruikt
wordt om een langere punt te krijgen, dit geldt ook
voor de bodem, vermindert het vulgewicht met 90
a 100 gram. Blijkt later dat toch enkele zakken ge
scheurd zijn, dan MOET dit aan een overtollige
vulling of aan het verkeerd dichtmaken met te
lange punten liggen. Voor het dichtmaken is een
metalen clip, waarvan 2 stuks bij elke zak geleverd
worden, of alluminium draad geschikt. Voor allu-
mininum draad is een spiraal-dril nodig; daarente
gen kan het dichtmaken met de clips eenvoudig
met de hand gebeuren. De clip wordt om het te
sluiten zak-eind gelegd en tussen 2 vingers toege
knepen. Daarna wordt de clip nogmaals gevouwen
en eventueel met een platte tang nageknepen. De
op deze wijze gevulde zakken kunnen NIET VAN
ZELF open gaan. Als tijdens het opslaan (voor
namelijk buiten) de metalen clip gaat roesten wordt
hierdoor de sluit-zekerheid niet beïnvloed.
Op de „taille" komt het aan. Na het dichtmaken
wordt de gevulde zak plat neergelegd en worden
de aardappelen gelijkmatig verdeeld, zodat het nog
niet gevulde gedeelte ook gevuld is. Dan wordt de
zak met beide handen in het MIDDEN vastgepakt,
waardoor de zak gaat knikken en de aardappelen
naar beide zijden rollen. Het niet gevulde gedeelte
heeft zich nu naar het midden van de zak verplaatst.
Dit niet gevulde gedeelte noemen wij de „TAILLE".
De geknikte zakken worden bij het opslaan res
pectievelijk bij het voorkiemen, over aangebrachte
latten, stangen of gelijksoortige installaties opge
hangen. Daarom moet in elkê gevulde zak deze ver
eiste ruimte beschikbaar blijven, voor de onont
beerlijke taille-vorming. Aan deze eis is niet vol
daan wanneer het volume te hoog of de punten te
lang zijn. Wanneer de gevulde zakken niet over
normale latten (4x6 cm), maar over dikke ronde
stokken opgehangen worden, dan zal het voor
komen, al naar gelang van de dikte van deze op-
hanginstallaties, dat de taille van de gevulde zak te
krap wordt. Is dit het geval, dan moet het vul-
volume passend gereduceerd worden, opdat de
juiste taille toch weer wordt verkregen. In alle ge
vallen moet de taille vrij blijven v.n de knollen en
mogen de knollen niet tegen de ophang-latten druk
ken. Dit leidt tot ongewenste spanningen waardoor
de zakken gaan uitpuilen en scheuren.
Het ophangen van de gevulde plastic zakken.
Voor de juiste belichting en beluchting is tussen
de zakken onderling een afstand van plm. 2 cm
vereist. Daar de gevulde zakken een diameter van
17 cm vertonen, maken 10 gevulde zakken aan
spraak op 1 strekkende meter ophangrek. De tus
senliggende afstand is bereikt, als een vlakke hand
tussen de opgehangen zalJcen bewogen kan worden.
Geschikte opslagplaatsen. Met het vullen van de
plastic zakken kan in september al begonnen wor
den, mits droge, vorstvrije ruimten beschikbaar zijn
en waarin de temperatuur n de luchtvochtigheid
geregeld kunnen worden. ONGESCHIKT voor het
bewaren van pootaardappelen zijn: in gebruik zijn
de koestallen, varkenshokken enz. Warme en slecht
beluchtbare ruimten bieden, en wel in het bijzonder
te vochtige ruimten, ontoereikende voorwaarden
en waarin meestal ook te weinig belichtings-even-
redigheid aanwezig is.
Wordt toch van dergelijke ruimten gebruik ge
maakt, dan kan dit alleen op een mislukking uit
lopen. Daarbij is het onverschillig óf nu van kiem
bakjes óf van plastic zakken gebruik wordt ge
maakt.
De juiste kiemontwikkeling. De ontwikkelde
kiem moet de lengte van 1 tot 1% cm zo mogelijk
niet overschrijden. De basis hiervan moet goed ont
wikkeld zijn, dus dikke wortelknobbels krijgen en
bovenal door een goede belichting, een krachtige
kleur, zomede door geregelde luchttoevoer een zo
groot mogelijke elasticiteit en breukvastheid ver
krijgen. Als de plastic zakken in het najaar gevuld
en in de winter-periode in de daarvoor geschikte
VAN DE REDAKTIE:
Wij publiceren dit artikel o-'er „het voor
kiemen van pootaardappelen in plastic zak
ken", om onze lezers over de ontwikkelin
gen op de hoogte te houden.
Bij navraag bij de R.L.V.D. en het I.B.V.L.
bleek ons hier omtrent dat nog reen ct nclusies
te geven zijn.
1. awaarplaat:-a omgeslagen worden, z: 'len zich djze
knollen in de regel ontpoppen als betere ontkiemers
en zullen tevens groeizamer zijn dan knollen die
eerst in febr./maart opgezakt worden. De in plastic
zakken bewaarde knollen schrompelen beduidend
minder (door weinig water-afgifte) dan die in kiem
bakjes opgeslagen worden. Dit komt de groei ten
goede.
ledigen van de zakkt bij het poten. Als de
clips verwijderd zijn en de geopende einden van de
zak op de bodem van de bunker van- de pootmachi-
ne, eventueel pootkist of pootgordel, geplaatst zijn
en daarop de zak omhoog getrokken wordt, rollen
de aardappelen vanzelf uitéén waardoor bij het
ledigen geen kiembeschadiging ontstaat en ook
geen kneuzing. Vandaar ook, dat de zakken zonder
bodem geleverd worden, opdat de aardappelen
langs 2 einden de zak kunnen v laten. Dit gaat
veel gemakkelijker en voorkomt de kiembreuk.
Het maken van een ophang-installatie. De op-
hanginstallaties kunnen zowel v. st als verplaats
baar gemaakt worden. Voor vast ingebouwde stel
lingen worden staanders gebruikt van 8 x 10 cm.
Deze worden om de 2 meter geplaatst. De hoogte
moet minima 1 210 cm zijn. Aan deze staanders
worden dwarslatten bevestigd (eventueel -..et in
keping) van 4x6 cm. De afstand van de onderste
lat vanaf de grond is 75 cm, daarboven wordt de
eerstvolgende lat aangebr icht met een tussen
ruimte van 55 cm enz. Bij een hoogte van 210 cm
kunnen 3 dwarslatten aangebracht worden.
Op 1 strekkende meter hangen 5 zakken 62% kg.
Op 3 latten boven elkaar dus 15 zakken 187% kg.
Praktisch is de ophang-installatie dubbel te
maken met een tussenruimte van 45 cm. Naast de
staande installaties kunnen ook hangende gemaakt
worden, mits de zolder, plafond of gebinten sterk
genoeg zijn om het gewicht van de gevulde stelling
te dragen. Bij het bouwen van nieuwe bewaarplaat
sen kan hier alvast rekening mee gehouden worden,
aangezien hangende installaties de beschikbare
ruimte beter vullen en benutten. Hiervoor wordt
dubbel draad gebruikt van plm. 5 mm dikte, dat
aan de in de zolder aangebrachte haken wordt op
gehangen. De nu vrij hangende draden worden met
kleine stukjes draad samengebonden, zodat er lus
sen ontstaan. Door deze lussen worden draaglatten
geschoven, waarvan de bovenste lat ongeveer 20 cm
van de zolder moet blijven en vervolgens wordt
hieronder weer de volgende lat geplaatst met een
tussenruimte van 55 cm. In de rij hebben de haken
een tussenruimte van 100 cm en tussen de rijen 45
cm. Bij ontbrekend daglicht kunnen TL-buizen
horizontaal èn of verticaal tussen de rijen zakken
gehangen worden.
Ook kunnen hulpmiddelen in verschillende vor
men gebruikt worden, zoals hooiruïters enz. Wil
men in de buitenlucht gaan voorkiemen, dan kan
op e«m platte wagen eventueel een stelling gebouwd
worden., die bij vorstgevaar onder dak gereden kan
wo- 'en. Wordt de voorkeur gegeven aan buitenstel
lingen (vast), dan kunnen deze gevulde stellingen
bij een lichte nachtvorst afgedekt worden met het
z.g. transparante landbouwplastic, dikte 0,07 of 0,10
mm, waardoor de aardappelen beschermd zijn tegen
5 graden. Overdag moet dit afdek-plastic terug
geslagen worden.
De plastic zakken kunnen tweemaal gebruikt
worden. Bij de ontwikkeling van de voorkiemme-
thode in plastic zakken was de grondgedachte om
een zak te maken, waarvan de prijs zo moest zijn,
dat een ieder deze wijze van voorkiemen kan ge
bruiken, ZONDER HOGE INVESTERINGSKOS
TEN. Hierbij werd gedacht aan éénjarig gebruik.
Achteraf blijkt na de praktische ervaringen, dat de
gekozen dikte (sterkte) toereikend bleek om nog
maals gebruikt te worden, zodat de Isvensduur op
2 jaar gesteld kan- worden. Dit rt ul'.aat beïnvloedt
het prijsverschil tjassen plastic zakken en kiembak
jes beduidend, zodat de prijs van plastic zakken
ongeveer 1/12 *s van de PriJs van kiembakjes, bij
eenzelfde volume. Bovendien is hieruit geconclu
deerd dat deze plastic zakken niet van een dikker
materiaal gemaakt behoeven te worden. Het dikSce-
re materiaal is waziger en ook bij tweejarig ge
bruik zal dit het Iichtdoorlatingsvermogen ongunstig
beïnvloeden.
SAMENVATTING:
Deze methode vr:i voerkiemen werd in Duitsland
ontwikkeld, Iwaar er octrooi op verleend is onder
no. D.B.G.M. 1859418 én wordt reeds met succes
toegepast in Italië, Zwitserland en Ierland. DOOR
HET GEBRUIK VAN PLASTIC ZAKKEN KOMEN
DE VOLGENDE PUNTEN NAAR VOREN:
1. Aanschaffingskosten vragen een kleine investe
ring.
Zie verder pag. 1083)