Nieuws uit de vlasserswereld 1020 INGEZONDEN f 25 miljoen voor voorschotten gemengde zandbedrijven SUPPLETOIRE BEGROTING 1962 BIJ TWEEDE KAMER INGEDIEND ZEEUWS LANDBOUWBLAD /«SIIOJ HET vlas, één der cultuurgewassen van onze landbouw, vooral in de kleigebieden, neemt een belangrijke plaats in by de vruchtwisseling, en is bij vele telers een geliefd gewas. Aangenaam doet het aan het goud-gele vlasgewas met z\jn witte bloemkroon te zien tussen onze graan- en bietenvelden en wanneer de geldelijke opbrengsten dit toelaten is het voor vele van onze telers een gewas dat gaarne in hun teeltplan wordt opgenomen. Een belangrijke factor die hierin meespreekt! is dat Nederland, België en Noord-Frank rijk wat klimaat en structuur voor de vlasteelt betreft in hun kustgebieden over de beste vlasgronden van West-Europa beschikken. Reeds in de grijze oudheid kende men de vlasteelt en na bacteriologisch te zijn geroot werd de na bewer king verkregen vlasvezel meest in gezinsverband tot garen versponnen en met de hand tot linnen geweven en het is dit vlaslinnen, geroemd om zijn sterkte en duurzaamheid, dat een belangrijke rol heeft gespeeld in het gezinsleven van onze voorvaderen. Op het platteland treft men heden ten dage nog werktuigen aan die bij de vlasbewerking in die tijd een belangrijke rol speelden en ook de spinmolen waarmede de vrouwen het vlas tot garen sponnen wordt nog aangetroffen, maar de handweefgetouwen waarop het linnen geweven werd zijn verdwenen. Het is dan ook in de tijd dat de vleesvezel de voornaamste vezel van West-Europa was, dat de vlasteelt en de vlasbe werking een tijdperk van grote bloei doormaakte. In de Middeleeuwen was het verbond van linnenwevers in Vlaanderen niet alleen een economische maar ook een grote politieke macht. De komst van de katoen in onze gewesten betekende voor onze vlasnijverheid het begin van verval. Deze in de tropen met slaven arbeiders gewonnen vezel was zeer goedkoop en verdrong geleidelijk het sterkere en duurzamere vlaslin nen. Zuiver vlaslinnen werd daardoor een artikel voor de beter gesitueerden en voor het platteland, waar men in gezinsverband vlas bleef weven voor eigen gebruik. Ook met de intrede van de machinale spin- en weefmachines was het voor het vlas niet mogelijk het verloren terrein in te halen. De achteruitgang bleef bestendig. Het vlas deelde niet in de gestegen welvaart van de 19e en 20e eeuw en had moeite om zich op het oude niveau te handhaven, terwijl de katoen een ongekende vlucht nam. Verschillende oorzaken zijn hiervoor aan te wijzen, maar het linnen was en bleef te duur tegenover de goedkope katoenen stoffen. b. Door het mechaniseren van de Franse methode van het dauwroten van het vlas met het zaad eraan. Op het veld heeft men een grote vereenvoudiging van bewerken van het vlas verkregen. Deze methode geeft een zeer grote besparing aan arbeidsloon. Blijkt het onmogelijk een ongeveer gelijksoortige besparing bij het roten in warm water toe te passen dan is deze methode ten dode opgeschreven. Door deze be sparingen is N. O. V. I. vlas voorbijgestreefd. Heeft Frankrijk zich door grote premies en contingenterin- gen een eigen vlasindustrie opgebouwd om zijn spin- nijverheid in oorlogstijd veilig te stellen, nu het in E. E. G. verband verplicht zal worden zijn contingen- tering en premiestelsel geleidelijk te laten vervallen. Het zal door de mechanisering van zijn dauwroot- methode aan iedere concurrentie op het gebied van vlasbewerking het hoofd kunnen bieden. Het bestaan van een vlasindustrie in Kortrijk gebaseerd op de gemechaniseerde dauwrootmethode is funest voor de Kortrijkse industrie omdat zij verstoken zullen blij ven van het Franse strovlas, zo noodzakelijk voor hun te groot geworden produktie-apparaat. Terwijl deze ontwikkeling tussen Frankrijk en de Kortrijkse streek zich voltrok zwoer ambtelijk Ne derland bij N. O. V. I. vlas welke als ei van Colum bus de redding op het gebied van de vlasbewerking zou brengen. En men gaf aan de Belgen de gelegen heid om in Nedeidand strovlas aan te kopen en als bijen op de honing kwamen zij hierop af en zij kochten en kopen het strovlas op tegen prijzen die voor onze Nederlandse vlassers funest zijn. HET zou mij te ver voeren hierop in te gaan, maar om het zuivere linnen nog meer afbreuk te doen, gingen de katoenwevers er toe over om katoen met vlasgaren te weven en onder de naam van half linnen te verkopen. Men schrok er ook niet voor terug katoenen lakens onder de misleidende bena ming van graslinnen te verkopen. Wel heeft het vlas tijdelijk tijden van opleving gekend en het was vooral in oorlogstijd of oorlogsdreiging dat er meer vraag kwam naar de sterke en duurzame vlaspro- dukten, maar zodra deze periodes weer achter de rug waren, kwam het vlas opnieuw in verval. KUNSTVEZEL OP DE MARKT Het bleek onmogelijk de sterke, lange vlasvezel zo goedkoop te bewerken als katoen, wel probeerde men de vlasvezel in andere produkten te verwerken, maar dan verviel men in goedkopere artikelen ter vervan ging van hennip en jute, maar de pogingen om vlas tot modestoffen te verwerken faalden door de kreuk- baaxheid der vlasvezels. Na de le wereldoorlog verscheen ook de kunstvezel op de markt en heeft zich sedert die tijd een belang rijk afzetgebied veroverd; in die mate zelfs dat na de tweede wereldoorlog men sprak over een strijd tussen wol, katoen en kunstvezel, met de vraag wie van hen het grootste aandeel zou kunnen bemachti gen om in de behoefte van de mens aan textielgoc- deren te voox*zien. Maar het is enigszins anders uit gekomen. Amerika, het land met de hoogste levens standaard en één van de grootste katoenproducenten, nam proeven voor het mengen van katoen met kunst vezels en is daarin geslaagd. Op het ogenblik ver schijnen stoffen van uiteenlopend mengsel op de markt en ook vlas wordt met succes met kunstvezels en andere vezels gemengd. Om de hier-boven ge schetste evolutie en zijn invloed op het vlas te kun nen volgen, wil ik iets mededelen over de evolutie in het vlas geduiende de laatste 40 jaren. Frankrijk, België en Nederland zijn steeds het voornaamste teeltgebied van West-Europa voor het vlas geweest en België was het voornaamste bewer- kingsgebied. In het stioomgebied van do Lcije rond Korti-ijk werd het vlas voornamelijk afkomstig uit Zuid-België en Noord-Frankrijk in de Leije geroot en verder bewerkt. Het bewerkte vlas werd uitge voerd naar Frankrijk en Engeland. In Noord-Belgïë was in het Land van Waes, gedeelte van Oost-Vlaan deren en in het Meetjesland in West-Vlaanderen, beide liggende aan de Zeeuws-Vlaamse grens, een vlasbewerkingsgebied ontstaan waar het vlas uit Noord-Belgiö en Nederland werd gedauwroot door het op sprei leggen op de daar aanwezige slechte gronden en verder bewerkt en uitgevoerd naar Frankrijk en Engeland. Er bestond een levendige handel in bewerkt vlas in deze streken met als cen traal punt Kortrijk. Deze plaats was het centrum van de gehele vlashandel van West-Europa. Tegen over België was de vlasbewerking in Frankrijk en Nederland van geen grote betekenis. Wel was in Noord-Frankx-ijk een belangrijk centrum van vlas spinnerij ontstaan. HOOI-VLAS 70 was de toestand na de eerste wereldoorlog. In de periode tussen de twee wereldoorlogen ont stond in België de zwingelturbine voor het bewer ken van het gerote vlas en stapte men in de Kort rijkse streek van de Leije roting over naar de roting met warm water in betonnen bakken. Het was ook in deze tijd dat Frankrijk, om zijn spinnijverheid minder afhankelijk te maken van invoer uit het bui tenland, zich met. het toekennen van belangrijke premies voor het bewerken en afleveren van vlas aan de Franse spinners, een eigen vlasindustrie ves tigde. Na nog een kontingentex ing voor de uitvoer van slrovias te hebben ingevoerd is Frankrijk in zijn opzet volkomen geslaagd en zou in tijden van oorlog de Franse vlasspinnerij zich in eigen land van grond stof kunnen vooreien. Door de Fx-anse maatregelen was de Kortrijkse vlasindustrie van een groot deel van zijn voorziening aan strovlas afgesloten voor zijn te groot geworden produktie-apparaat. In Nederland had zich een andere evolutie vol trokken. Het vezelinstituut te Delft had een me thode van bewex-king van strovlas aan de lopende band tot voorgaren ontworpen. Van dit voorgaren zou men scheikundig de pectinestof die de scheven met de vezel verbindt, oplossen en het vlas was ge reed om versponnen te worden. Deze methode voor vlasbewerking was zoveel goedkoper dat men meen de het ei van Columbus ontdekt te hebben. Geheel ambtelijk vaderland zwoer bij N. O. V. I.-vlas als de enige mogelijkheid om het vlas te handhaven. Maar in dezelfde lijd dat N. O. V. I. vlas in zijn proefstadium was, werd de vlasspinnijverheid gemo derniseerd met nieuwe machines, die het produktie- proces veel goedkoper maakten en uit lager kwali teitsvlas een beter garen maakten dan voorheen. Het gevolg was een veel goedkoper produktieproces zo wel bij de vlasser als bü de spinner. Bovendien had in dezelfde periode Frankrijk zijn systeem van dauwroten op het veld met het zaad er aan bij het oogsten gemechaniseerd, welke methode zoveel besparing aan arbeidsloon geeft dat het meer dere risico en het verlies aan zaad niet meetelt. Door dit alles is N. O. V. I. vlas xeeds belangrijk voorbij gestreefd. Uitgaande van de veel goedkopere mogelijkheden voor bewerking en het verspinnen van de vlasvezel en het mengen van vlas met andere natuur- en kunstvezels heeft het vlas op een veel ge zonder basis gebracht in de behoeften aan textiel voor de mens. DRASTISCHE VERANDERINGEN fN Frankrijk is men reeds op vrij ruime schaal be- I gonnen de vlasvezel door te snijden om gemengd versponnen te kunnen worden, waardoor men de kreukbaax-heid van het vlas kan wegwerken en de mogelijkheid open ligt om vlas op vrij grote schaal in modestoffen te ver-werken. Resumerend moeten wij de volgende drastische veranderingen in de ma nier van het bewerken en verspinnen van het vlas vaststellen: a. Door de modernisering van de spinnijverheid is er een constante gi'ote vraag naar lage vlassen, die in de vlasserij goedkoper bewerkt kuxxnen worden. VLAS KERNGEZOND BIJ tientallen hebben onze vlassers hun bedrijf moeten staken en onze verwerking aan stro vlas is tot minder dan de helft gereduceerd! En dat door maatregelen van onze Minister van Landbouw wiens departement in de boezem der Regering met zoveel klem bepleit heeft dat de vlasbewerking in Nederland tot het ambtsgebied van het Ministerie 'van Landbouw moest behoren en niet tot het Ministe rie van Economische Zaken. Daarom zouik onze mi nister van Landbouw, die zijn boeren met honderden miljoenen guldens steunt in de vorm van heffingen en toeslagen de vraag willen stellen welk groot landsbelang hem er toe bracht onze eigen vlasbewer king tegen te werken terwille van de Kortrijkse vlas- industrie, die in Frankrijk belet wordt zich van grond stoffen te voorzien. Wanneer Frankrijk ten koste van zeer grote offers een vlasbewerkende industxie heeft opgebouwd, en deze in E. E. G. verband wil behou den, kan men zich dan de weelde veroor loven met een zo belangrijk teeltgebied voor vlas de E. E. G. in te gaan zonder vlasbewerkende indu strie? Het vlas is ondanks de lage prijs als artikel kerngezond en heeft zelfs de hennepteelt in het arme Italië verdrongen. Bovendien wil men in België een verwerkingspremie invoeren om zeker te zijn de Nederlandse markt voor strovlas te overheersen. Men heeft onze vlassers in een oneerlijke en ongelijke concurrentiestrijd aan hun lot overgelaten! Daarom zou ik de Minister van Landbouw willen verzoeken alle deskundigen van zijn departement die hem ad viseren, die in deze tijd van geleide economie het bedrijfsleven kunnen maken en breken, om deze man nen te laten onderzoeken wat er voor de vlassers ge daan moet worden, willen wij met een tot concur rentie in staat zijnde vlasbewerkende industrie de E. E. G. in gaan. Onze Minister van Landbouw heeft in deze een groot verzuim goed te maken! De Belg kan voor het vlas 5 ct meer betalen en de Belgische regering steunt op onopvallende wijze met geld en belastingfaciliteiten. R. v. A. St Jansteen. 7OALS uit de inmiddels bij de Tweede Kamer ting 1962 van het ministerie van Landbouw en formele totstandkoming van het „Ontwikkelings den te kunnen beschikken voor de uitkering van de drijven in uitzicht zijn gesteld. Vooralsnog is 25 m departementale budget voor het lopende jaar. Teneinde geen tijd te verliezen heeft mixiister Marijnen zo deelt hij mede in de memorie van toelichting bij het wetsontwerp het administra tieve apparaat reeds aanstonds in werking gesteld. Zo spoedig mogelijk nadat de machtiging van de Staten-Generaal is verkregen, kan dan tot uitbe taling van de voorschotten worden overgegaan. Het aangevraagde bedrag van 25 miljoen dient niet als een absoluut gegeven te worden be schouwd. Indien op grond van de gestelde nor men een aantal aanvragen zou binnenkomen, gx*o- ter dan met liet bedrag zou kunnen worden ge honoreerd, zal niettemin aan al deze aanvragen worden voldaan. PÜNTENREGELING PÉN van de normen voor het verkrijgen van een voorschot is, zoals reeds werd bekendge- der Staten-Generaal* ingediende suppletoire begro- Visserij blijkt, wacht minister Marijnen niet op de en Saneringsfonds voor de Landbouw" om over gel voorschotten, die aan de gemengde agrarische be- iljoen op de normale wijze ondergebracht in het maakt, dat de aanvrager zijn hoofdberoep in de landbouw moet hebben, waarbij het bedrijf een zodanige intensiteit moet bezitten, dat de exploi tant hierop voor tenminste de helft van een nor maal aantal arbeidsuren produktieve arbeid ver richt. Dit is het geval indien de aanvrager op grond van de volgende puntenschaal tenminste 75 punten behaalt: 1 ha bouwland 20 punten 1 ha tuinbouw (open grond, incl. boo mg.) 50 punten 1 ha tuinbouw onder glas 300 punten 1 melk- en kalfkoe (incl. grasland vrzorging) 20 punten 1 varken 1 punt 100 kippen 5 punten

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1962 | | pagina 4