Wijzer-worden in Canada In het kleine zitten de kansen 102$ P J G INGEZONDEN DE HEBBEN WIJ WERKELIJK FINANCIËLE MOEILIJKHEDEN JONGEREN AKTIVITEITEN TREKKERBEHENDIGHEIDS- WEDSTRIJD WEST ZEEUWS-VLAANDEREN VRIJDAG 7 DECEMBER 1962 EIND maart gaat er elk jaar een groep jonge boeren en tuinders naar Canada om daar voor de tijd van een half tot anderhalf jaar op een. bedrijf te werken. In 1963 zal er weer een groep gaan en ik kan me voor stellen dat er verschillende jongens zijn die wel interesse hebben om, vóór ze misschien hun leven lang aan hun bedrijf gebonden worden, eens iets van de wereld buiten Zeeland te zien. Dit verhaaltje is er om u te wijzen op een mogelijkheid hiertoe. uitwisseling wordt verzorgd door o.a. de drie samenwerkende jongeren-organisaties. Van elke organisatie kunnen er 40 jongens aan deelnemen- Na aanmelding zult u worden uitgenodigd om eens in Utrecht te komen praten. Daar wil men zien u werkelijk een beetje serieuze belangstelling hebt om „uw blik te verruimen" en of u een beetje Angels kunt verstaan. Dit is geen examen ofzo, en wat het Engels betreft geloof ik, dat allang vergeten U.L.O.-Engels voldoende is. Een poosje vóór u weggaat, wordt u nog een een week-end lang op de Volkshogeschool in Eerbeek verwacht waar het zakelijk deel wordt afgehandeld en u een beetje worc*t voorgelicht door o.a. de Holland-Amenkalijn, de verzekeringsfirma en enkele oud-Canadavaarders. De reis moet u zelf betalen (ongeveer ƒ1500 ret°ur» a* naar hoever u Canada denkt in te trekken), maar u kunt van de regering een renteloos voorschot krijgen, wat wordt terugbetaald doordat in Ca nada elke maand iets ($70) van uw loon wordt ingehouden. In Canada verdient u normaal zon 90— 125 per maand plus kost en inwoning. Zelf verdjCnde ik 1 per uur zonder kost en inwoning wat bij 200 uur werken per maand netto 120 opleverde, maar ik heb ook wel maanden gehad dat ik 350 uur werkte en dus goed 250 over hield. Na anderhalf jaar werken ben ik, terwijl ik er daar toch normaal van geleefd heb en o.a. steeds een auto bezeten heb, met ƒ2.000 in m'n zak in Nederland teruggekomen. Hiervan was de reis en alles betaald. In 1960 ben ik naar Canada geweest. Na een plezierige maar stormachtige reis zijn we, per Rijndam, in Quebec door afgevaardigden van de regering begroet, wat werd opgenomen door pers en T.V.-mensen. Een ieder kreeg het adres op van de kontaktman in de plaats waar hij zou komen te werken en we werden in de trein geplant. Ik moest helemaal naar de andere kant van Canada, naar British Columbia, en spoorde 4 dagen en nach ten vóór ik op m'n plaats van bestemming was. Daar werden we opgevangen door onze kontaktman, die al voor een werkadres gezorgd had. Iedereen werd op het bedrijf naar zijn keuze geplaatst. Veel mensen kwamen dus op een beef- of dairy-farm (slacht- of melkveeboerderij), mensen met interesse voor graan werden op de prairies geplaatst en suikerbiet- of aardappelliefhebbers kwamen dichter bij huis aan hun trekken. De tijd daar js me bijzonder goed bevallen, de natuur is er prachtig en, hoewel men er op verschil lende gebieden misschien iets achter ligt, heb ik er veel geleerd en gezien, maar de Boerenjeugd is te klein om daarover te gaan uitweiden. Mocht nu uw sluimerende interesse gewekt zijn, doe er dan iets tegen dat hij niet weer indut en ga u verder oriënteren door inlichtingen te vragen bij oud-Canadavaarders, of bij de secretaris der P. J. G. N., de heer Westerhuis, Oude Kijk in 't Jatstraat 55, Groningen. U begrijpt dat er, vóór u weggaat, nog vele voorbereidingen te treffen zijn, zodat u er echt wel zo gauw mogelijk dat is nu werk van dient te maken. Lijkt alles na enige tijd niet zo leuk als u thans denkt, dan kunt u zich altijd nog terugtrekken. RUURD WARTENA. SAMENWERKEN EN REGELS UET is inderdaad zo, dat wij een goed organisa- tiesysteem hebben opgebouwd. De afdelingen bestaande uit de leden, hebben de hoofden bij elkaar gestoken in streekbesturen. De diverse streken voegen de handen ineen en vormden toen het provinciaal apparaat. Op hun beurt hebben de provinciale organisaties zich federatief (waar is het woordenboek?) verenigt in de landelijke orga nisatie. Deze laatste heeft uiteraard allerlei kon takten binnen en buiten de grenzen. Kontakten hebben overigens ook de andere genoemde een heden, zij het dan op een ander niveau (als we het zo mogen noemen). Wij moeten elkaar na tuurlijk goed begrijpen. Ik ben niet tegen dit alles. Dat zou weinig realistisch zijn. In elke samen leving en samenwerking moet een ordening zijn. Er zijn regels nodig. Anders wordt het een wilde boel. Dat organisatieschema en -systeem is het middel dat we niet kunnen missen om het doel te bereiken. Daarom gaat het niet om de L. J. G. en P. J. G. N. Het is waanzin om daarvoor hoera te roepen. Het gaat om wat ze doen. We moeten trouwens met de mogelijkheid rekening houden, dat er op een gegeven moment iets kan zijn, wat het veel beter doet en dan moet ons systeem onder tafel. Als er een; beter middel komt als het onze, dan moeten we het onze laten vallen. Het middel moet steeds aangepast worden aan het doel. Daar voor zal het beste middel vaak nog niet goed ge noeg blijken. (Als we het middel beter willen maken spreken we van reorganisatie van de or ganisatie.) HOE MOET JE 'T ZIEN HET jongerenwerk vormt een geheel, dat moet voorop staan. Waar of op welk niveau er in liet grote raam iets gebeurt, het staat ten dienste van het grote geheel. Dat grote geheel vormt in eerste en laatste instantie het lid. Dit lid wil niet alleen en geïsoleerd staan. Dat lid wil kontakten. Met andere vakgenoten uit zijn omgeving. Met niet-vakgenoten uit zijn omgeving. Met jongeren elders in de provincie, in den lande, in het buiten land. In kontakten leggen en onderhouden zit im mers een enorm grote vormende waarde. Het lid .wil samen met het medelid wat doen. (Daarvan OP verschillende plaatsen en op velerlei wijzen vinden de laatste tijd ernstige en diepgaande diskussies plaats. Zij handelen over de verhouding tussen de verschil lende niveau's in ons jongerenwerk. Net alsof er verschil lende niveau's zijn. Naar onze overtuiging behoeven ze n.l. niet aanwezig te zijn. Het jongerenwerk vindt binnen een bepaald raam plaats. Nu kun je er natuurlijk urenlang over meijeren hoe dat binnen dat raam moet. Waar de diverse mensen moeten staan. Ik heb daar groot bezwaar tegen, vooral als dit gepraat meer aandacht krijgt dan het doen. Daarmee zeg ik dus niet dat het principiële gesprek over wat de taak van een ieder binnen dat raam en over zijn plaats van nul en gener waarde zou zijn. moet het bestuur uitgaan en daartoe dus ook de gelegenheid geven.) Met elkaar en ieder voor zich willen de leden wat leren, wijzer worden, met anderen om leren gaan, de anderen proberen te verstaan. Dat is van belang voor het hele leven. Niemand wil alleen komen te staan, doordat hij nagelaten zou hebben de ander te leren begTijpen en er zich bij aan te passen. Iedereen wil graag vrienden hebben, werkelijke vrienden. Eerder genoemde dingen kunnen en moeten een verbond als de P. J. G. geven. Haar hele manier van werken zal erop gericht moeten zijn ons dat mogelijk te maken. HOE IS HET GERICHT IN het kleine ligt het grote. Dat is het essen tiële uitgangspunt. In alles wat wij doen, waar we ook staan in het jongerenwerk, moet u als lid voor ogen gehouden worden. Daarom wordt zo'n belangrijke aandacht geschonken aan vormings werk. Daarbij gaat het om het individuele lid. Denk maar aan Volkshogeschool- en Vormings- centrumkursussen, aan uitwisseling, aan studie reizen. In dit alles zit het uit het isolement treden. Ook het „de benen onder een anders tafel steken", waar we zo geweldig veel rijker van geworden zijn. Ook zit er de kans van een gesprek met de ander in. Wij en iedereen zonder uitzondering hebben iets waarvan het de moeite waard is, dat de ander dat kent. Elke andere kan ons in het ge sprek iets van zijn rijkdom geven. Dat laatste speelt ook een belangrijke rol in de afdeling. Daarin gaat het mogelijk bij onze afdelingen ook anders als bij de afdelingen van sommige andere organisaties. Wij vergaderen niet, wij komen bijeen. Het een zijdige gesprek van achter de bestuurstafel be hoort met name bij ons taboe te zijn. In onze bijeenkomsten zal er veel ruimte door gezamenlijk gesprek en diskussie in welke vorm dan ook moeten zijn. Ieder van ons heeft wat te zeggen. Met elkaar leren we wat. Om dat blijvend te laten plaatsvinden zullen we steeds nieuwe vormen moe ten bedenken. Creatief bezig moeten zijn. Aan anderen imiteren hebben we niets. Dat is een saaie bezigheid. Aan eigen werk op een eigen wijze heb- b§9 we wel wat, G. v. V. MAAR aanleiding van het artikel van de Afd. Koudekerke van 30 november over dc finan ciële moeilijkheden, voelde ik mij genoodzaakt de pen te grijpen. Mijn waardering voor deze afdeling die zo open haar moeilijkheden en bezwaren hier publiceerde. Dat gebeurt niet altijd. Helaas kan ik het met de verschillende punten niet eens zijn. Deze aangekondigde kontributieverhoging hing aï lang in de lucht en wij hebben ons hierop toch wel min of meer kunnen voorbereiden. De kon- tributie is al jaren even groot en altijd zo laag mogelijk gehouden. Nu, deze verhoging is mijns inziens zeer terecht, immers alles is toch de laat ste jaren gestegen. Ook de zo nodige subsidies. Zijn we toch wel allen van het feit doordrongen dat de leden met hun kontibuties een heel klein aandeel hebben in de baten 15 I\E Afdeling schrijft verder waardering te heb ben voor de wijze waarop de P. J. G. Z. haar beleid voert en ik meen hiermee te kunnen in stemmen. Volgens genoemde Afdeling zouden er wel enkele wijzigingen aangebracht kunnen wor den. Wij zouden dan natuurlijk ook graag horen hoe dit dient te gebeuren. UET advies gegeven door de Afdeling, om zoveel mogelijk subsidie van het Rijk te krijgen en deze van het nut van de P. J. G. te overtuigen, moet ik het met deze Afdeling een zijn. Met het standpunt dat de tekorten door de Z. L.M. gedekt moeten worden, ben ik het niet eens. Dat de subsidie van de Z. L. M. zo hoog moge lijk is, is goed te keuren. Met deze gelden moeten we trachten zo veel mogelijk te doen. Dc uitgaven verminderen door de aktiviteiten in te krimpen mag geenszins het geval zijn. Indien de financiële nood zo hoog is in de verschillende Afdelingen, hebben deze dan hun problemen en wensen al eens aan hm gemeentebestuur voorgelegd? Een vereni ging in een gemeente kan toch van groot belaag zijn. QE teruggang in ledental zou ik niet te zwaar opnemen. Men zou immers de vraag kunnen stellen, waarom is men lid van de P. J. G. Is dit om te helpen de gemeenschap op te bouwen? Is dit om inzicht en zelfkennis te vermeerderen? Is dit om een jaarvergadering bij te wonen en eens lekker te eten? Is dit om er financieel beter van te worden? Ieder kan eens nagaan waarom hg lid is. Het is altijd jammer, dat diegenen, waarvoor het nodig is, vaak de artikelen niet lezen. Voor diegenen, waar er twee of drie uit één gezin lid zyn, is deze verhoging ook geen bezwaar, omdat de inkomens daaraan aangepast zün. Zij verdienen immers alle maal. Deze paar gulden verhoging is volgens mij geen enkel bezwaar en volkomen verantwoord. Wanneer we maar goed en actief deelnemen aan het Plattelands-Jongerenwerk. Het kan immers een verdere opleiding en vorming zijn voor ons verdere leven. Dit is de mening van de Streekvcorzitter van West Zeeuws-Vlaanderen. D. DEKKER. UITGESTELD In verband met het overlijden van H. K. H. Prinses Wilhelmina zijn een aantal P. J. G.-bijeen komsten uitgesteld. AFDELING KRUININGEN De toneelavond vindt nu plaats op WOENSDAG 12 DECEMBER jn de „Koophandel" te Krabben- dijke. AFDELING GOES De mosselmaaltijd en 't bal die zich op zaterdag 8 december zouden voltrekken, zijn uitgesteld tot ZATERDAG 22 DECEMBER in de „Caisson" te Kapelle-Biezelinge. AFDELING SCHOUW EN - DLTVELAND Zoals reeds vermeld is in ons blad van vorige week, is de toneelavond van deze afdeling opnieuw vastgesteld op ZATERDAG 15 DECEMBER te Zierikzee. DE AFDELING AXEL/ZAAMSLAG houdt haar z.g. „Plattelandsavond" op VRIJ DAG 14 DECEMBER A.S. in het „Centrum" te Axel. Het programma vermeldt o.a. een accordeonpotpourri door een drietal leden; de dolle klucht „Drie vrouwen oméén"; gezellig bal m.m.v. „The Sky-Rockets" en o.l.v, de heer Willy Bilderbeek. De avond begint 's avonds half acht precies. DE Commissie T. L. J. W. der streek van de P. J. G. Z. organiseert op ZATERDAG 15 DECEM BER 1962 te Groede een trekkerbehendigheidswed» strijd om het kampioenschap van West Zeeuws- Vlaanderen. Aanvang 1 uur n.m. Opgave voor deelname bij de heer J. Dees, Ak- kerput 7, Zuidzande (tel. 01170—2431).

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1962 | | pagina 13