Jongerenorganisatie in Zeeland....
vroeger en nu
IN 1939 ONTSTOND DE Z. J. L.
VAN betekenis voor de toekomst van de Zeeuwse
Landbouw, was de oprichting van een jonge
renorganisatie der Z.L.M. onder de naam van
Zeeuwse Jonge Landbouwers. In 1937 stond de op
richting van deze organisatie de Z.L.M. voor ogen.
Na vele voorbereidingen werd de eerste Z.J.L.-
afdeling 10 juni 1939 te Axel opgericht. Zodra het
eerste schaap over de brug was, verrezen de af
delingen, in alle streken van Zeeland, als padde
stoelen uit de grond. Een jeugdleider werd aan
gesteld.
<- De Z.J.L. beperkte haar werkterrein tot het hou
den van inleidingen over economische en landbouw-
technische vraagstukken, én organiseerde cursussen
op vèïferlei gebied. Door onderlinge uitwisseling van
afdelingen leerde men elkaar kennen en waarderen,
men deed aan volkszang en muziek.
Ook de meisjes gingen de noodzaak van verdere
ontwikkeling inzien. Ook zij wilden niet achter
blijven. Spoedig nam men het besluit, om naast de
Z.J.L. een organisatie voor meisjes op te richten.
Djgze kwamen uit onder de naam van Zeeuwse
Plattelands Meisjes (de Z.P.M.).
Ook zij beperkten hun werk niet alleen tot het
houden van inleidingen, ook zij brachten afwisseling
de programma's door het houden van wedstrijden
handwerken, foto's maken en bloemen schikken,
'rij spoedig werden door Z.J.L. en Z.P.M. gezamen-
jik ontspanningsavonden voor de donateurs georga
niseerd.
Jong en oud gingen de noodzaak inzien van ont
wikkeling voor de jonge boer en boerin, zij wilden
eensgezindheid en samenwerking in deze crisis- en
oorlogja§aren, tegenover de verdeeldheid die toen in
«is land ten opzichte van de agrarische sector
peerste. Het waren mooie gedachten in jonge harten.
Zeer zeker was het een teken van behoefte naar
ontwikkeling, om in de toekomst met zijn tijd mee te
Siunnen. Dat betekende „tijd voor toekomst".
IN DE OORLOG VERSTERKING NAAR BINNEN
HELAAS moest het Z.L.M.-jongerenwerk in 1942
naar buiten worden lamgelegd. Maar ondanks
de verschrikkingen van de oorlog, ging het jongeren
merk door, en werd zij naar binnen extra versterkt.
De vergaderingen en studieclubs werden in de huis
kamers der leden voortgezet. Lag het werkterrein
Tjan de jongeren voorheen meer op het technische
v;lak, tijdens de oorlog had men grote belangstelling
gekregen voor culturele en economische vraagstuk
ken. Technisch meende men voldoende geschoold te
zijn, maar anderzijds miste men maatschappelijke
veelzijdigheid. Men meende in de toekomst niet te
kunnen volstaan met mechanisch zaaien en mecha
nisch maaien. De opbouw van Nederland zou meer
vragen dan dat. De naoorlogse jongere zou naast een
goede bedrijfsvoering, een gefundeerd oordeel moe
ten kunnen geven over maatschappelijke en politieke
vraagstukken. Men leerde nationaal en internatio
naal denken.
Door de allesoverheersende gedachte, dat eens
gezind aangepakt diende te worden, en de jongeren
samen moesten proberen Nederland en Zeeland te
herbouwen, werd de Landbouw Jongeren Gemeen
schap Zeeland geboren.
DE L. J. G. STEEKT VAN WAL
NA eerst nog enkele maanden na de bevrijding
onder de oorspronkelijke naam van „Z.J.L." en
„Z.P.M." gewerkt te hebben, steekt de L.J.G. Zee
land 7 april 1945 officieel van wal. De meisjes-
afdelingen blijven de naam „Z.P.M." voeren, de
jongemsafdelingen komen uit onder de naam van
„L.J.G.". Provinciaal treedt men gezamenlijk naar
buiten onder de naam van L.J.G. Zeeland. Het em
bleem van de worstelende leeuw en de ploegende
boer van de Z.J.L. en Z.P.M. blijft men voeren. Het
insigne blijft van kracht, het Z.J.L.-lied wordt
L.J.G.-lied.
Statuten worden opgesteld. Vaststelling en doel
van streven der L.J.G. Zeeland zijn altijd strijd
punten gebleven, en het heeft lang geduurd voordat
men het daarover eens was. Dit laatste is niet te
verwonderen, omdat de L.J.G. trachtte zoveel mo
gelijk jongeren onder haar vanen te verenigen. Door
oprichting van de confessionele organisaties werd
één en ander vrij spoedig bemoeilijkt.
Op de eerste lidmaatschapskaart 1946 lezen wij:
,,©e Landbouw Jongeren Gemeenschap Zeeland
stelt zich ten doel op grondslag van het Evangelie
van Jbzus Christus, de plattelandsjongeren te ont
wikkelen op sociaal, economisch, vak-technisch en
cultureel gebied".
laat zich dienaangaande in het bijzonder
leiden door:
a. Eerbied voor 't leven in het algemeen en van de
meitseujke persoonlijkheid in het bijzonder.
b. Geestelijke vrijheid.
Dienst aan de gemeenschap van het platteland.
4. Sociale gerechtigheid.
De P. J. G. N. viert haar
derde lustrum. Zij hoopt
dat op zeer hoog niveau
in 1963 te vieren. Het
begin van deze herden
king is de uitgave van
dit speciale jongeren
nummer. De P. J. G. N.
viert een jubileum, en in
verband daarmede is mij
gevraagd enkele woor
den te wy'den aan de
jongerenorganisatie in
Zeeland.
De heroprichting van andere jongerenorganisa
ties, en het niet bereiken van het ideaal om alle
landbouwjongeren in één organisatie te verenigen,
ongeacht milieu, religieuze en politieke overtuiging,
bracht een periode van inzinking met zich mee. Het
ledenaantal was vrij spoedig van 1200 tot 800 terug
gelopen. Men kwam in een depressie, met als ge
volg dat de L.J.G. Zeeland met ingang van 1 augus
tus 1950 zich wendde tot de Z.L.M., om in een
nieuwe koers hetzelfde doel na te streven. Dat hier
bij verschillende historische misverstanden moesten
worden opgeruimd zal een ieder wel duidelijk zijn.
De L.J.G. Zeeland heeft reeds vele „ups and
downs" gekend. Kwam het door haar zelfstandig
heid, omdat zij zich niet meer wilde laten leiden?
Een kenmerkend verschil met de jeugd van voor de
oorlog was wel, dat de vooroorlogse jongeren geleid
wilden worden, de naoorlogse beslist niet. De L.J.G.
heeft enkele crisissen doorgemaakt, waarvan de
meeste bestuursleden de draagwijdte niet beseften.
Het was veelal een crisis van gebrek aan interesse
en verantwoordelijkheidsgevoel. De jongeren van
vandaag hebben de oorlog niet bewust meegemaakt.
Waarom zou je jezelf inspannen voor idealen, als
men het materieel zo goed heeft? Bestuursmutaties
zijn daarom een teken aan de wand. Het provinciaal
voorzitterschap blijft een slepend probleem, alsmede
het bezetten van provinciale bestuurszetels. Met be
reidverklaringen van één jaar sleept het vraagstuk
zich van jaar tot jaar voort. Een provinciale func
tionaris moet hiervan zoveel mogelijk trachten op
te vangen. Maar ook deze staat veelal voor een on
mogelijke taak, wegens gebrek aan medewerking
van een goed bestuursapparaat.
Het L.J.G.-werk heeft nog niet voldoende vaste
vorm gevonden en mist de stijl en traditie zoals
andere jongerenorganisaties die hebben. Jongeren
en ouderen zullen samen een oplossing moeten
zoeken. In de U.S.A. loopt het werk. van de 4H clubs
met de county agent als jeugdleider uitstekend. Mo
gelijk moeten ook wij die richting uit. De jongeren
beneden de 16 jaar moeten afzonderlijk worden ge
organiseerd. De jeugdleider kan daarmede een nieuw
programma opstellen. Als men in enkele streken met
een flinke kern kan starten, zal, indien de betreffen
de jeugdleider voldoende capaciteiten heeft, dit werk
vast zijn vruchten afwerpen. Bij deze groep zal het
werk van de jeugdleider moeten uitgaan en niet
van de jeugd. Diezelfde functionaris kan bij de
oudere groepen optreden als medewerker en advi
seur, wat vooral goed zal zijn, als de eerste jongeren
bij de oudere groepen aansluiten.
VAN LANDBOUW- NAAR PLATTELANDS
JONGEREN
DE L.J.G. Zeeland is thans geworden de Platte
lands Jongeren Gemeenschap Zeeland. Ener
zijds omdat de landelijke overkoepelende organisatie
de naam P.J.G. Nederland voert, anderzijds omdat
de afvloeiing van agrarische jongeren naar de stad
steeds groter wordt. De landbouwende bevolking
neemt af, en in de recreatiegebieden van Zeeland
neemt de verstedelijking van het platteland toe.
Door één en ander wordt de agrarische bevolking
steeds kleiner. Vandaar dat wij meer dan ooit be
hoefte hebben aan samenwerking met jongeren uit
andere bevolkingsgroepen. Men moet naar elkaar
toegroeien en gezamenlijk de taak, positie en be
langrijkheid van welke bedrijfstak ook, ten opzichte
van de nationale welvaart, onder de loep nemen.
Hoe is onze positie ten opzichte van de E.E.G. in de
toekomst. Deze en soortgelijke vragen zijn urgent
voor alle jongeren uit welke bedrijfstak ook. Daarom
om streeft de P.J.G. Zeeland er thans naar, om alle
jongeren van het platteland op te nemen in haar
gelederen. Door het binnenhalen van vogels van
allerlei pluimage, zullen de programma's grondig
moeten worden aangepast.
EN NU TIJD VOOR TOEKOMST
DE tijd waarin we op 't ogenblik leven, stemt tot
ernstig nadenken. De toestanden welke voor
1940 heersten, waren voor de agrarische sector verre
van rooskleurig. Een crisis als in de dertiger jaren,
zal naar we hopen niet meer terugkeren. Maar on
danks dat zullen wij waakzaam moeten zijn. Wij
zullen ons, zoals de vooroorlogse jongeren dat deden,
moet blijven bezinnen op de taak van morgen die
ons wacht. Het is ons aller taak de bestaansmoge
lijkheden op te bouwen, voor de na ons komende
generatie. De toekomst vraagt van ons beginselvaste
en karaktervolle mensen met energieke kracht Uw
lidmaatschap van de P.J.G. Zeeland moet u zien als
een voorbereiding voor het innemen van een plaats
in de maatschappij van morgen. Beseft daarbij, dat
ge al uw technische, mechanische en economische
inspanning moet laten beheersen door geestelijke
krachten.-Zonder een goede geestelijke achtergrond
wordt ge omgekeerd beheerst, door het materialisme.
En een zuiver materialistische levenshouding is een
degradatie voor de mens en een ontkenning van
alles wat werkelijke waarde heeft in deze wereld
en bijdraagt tot geluk.
Terwijl ik dit schrijf drijven donkere buien
voorbij. Het is donker in huis, doch niet alleen daar,
maar de gehele wereld is omhuld met donkerheid.
Denk aan de muur in Berlijn. In de internationale
politiek werd rondom Cuba het stormsein gehesen.
Deze bijzonder kritieke situatie deed ons denken aan
de dagen voor mei 1940, toen je elke dag de oorlog
voelde naderen. Het is daarom dat ik u, leden van
de P.J.G., aanspoor, tijd vrij te maken voor de toe
komst. Durft de problemen van deze tijd onder de
loep te nemen. Voert geen struisvogelpolitiek, want
dat is levensgevaarlijk.
De grondslagen waarop de L.J.G. zijn funda
menten bouwde, zijn ook in de P.J.G. Zeeland van
kracht. Bouwt op die grondslagen verder, want onze
beginselen en ons einddoel zijn één.
Js. CE VA AL.