Speciaal Regeringsfonds HET ONBEKENDE SPANJE" Meer dan 2 miljoen ezels en paarden, nog geen 50.000 trekkers VRIJDAG 9 NOVEMBER 1962 Ir. M. A. GEUZE over PYankering bij abonnement: Temeuze* 5<Je .Jaargang No. *«'Ü5 «I „Officieel orgaan van de Maatschappy tot bevordering van Land- en Tuinbouw en Veeteelt in Zeeland' II EEUWEN geleden, vóórdat de Spaanse bossen gekapt werden om ontdekkingsvloten te bouwen en Armada's voor de strijd tegen Nederland en Engeland in de 80-jarige Oorlog, moet een eekhoorn zich in de kruinen van de bomen van Gibraltar tot de Pyreneeën hebben kunnen be wegen zonder de grond aan te raken. Wie nu Spanje in het vroege najaar bereist krijgt van zeer grote gedeelten slechts de indruk van een woestijnland. Een land, onbarmhartig geteisterd door de droogte en eveneens door erosie, wan neer het een enkele keer onmatig regent, zoals kort ge leden in de omgeving van Barcelona weer het geval was. Na het grote C.E.A.-congres te Madrid hebben slechts een 15-tal deel nemers de moeite genomen een zware reis van een kleine 1000 km te maken naar de armste provincie van Spanje, Estramadura (2/3 van de oppervlakte van Nederland met slechts 815.000 inwoners), teneinde zich daar met eigen ogen te overtuigen van de grote en belangrijke verbeteringswerkzaamheden, die daar in het z.g. Plan Badajóz plaatsvinden. Doch eerst een paar algemene dingen over de agrarische situatie in f nje, het land dat met zijn 50,5 miljoen ha meer dan 15 x zo groot is als Nee and, doch waarvan slechts 40 wordt bebouwd, terwijl meer dan 50%, mee dan 25 miljoen ha, in hoofdzaak gebruikt wordt als zeer extensief grasland, of zo als men beter zou kunnen zeggengraasland en daarnaast voor bosbouwkun dige doeleinden. Bijna 10 meer dan de oppervlakte van Nederland is dan nog totaal improductief en woest. Met 7,5 miljoen ha zijn de granen het belangrijkste gewas. Boven de miljoen ha komt verder de olijventeelt met 2,3. miljoen ha en de wijngaarden met 1,7 miljoen ha. Groenten beslaan verder bijna 1 miljoen ha, fruit 700.000 ha, aardappelen 400.000 ha en suiker (biet en riet) 150.000 ha. Nog 44 van de beroepsbevolking werkt in de landbouw, doch in 1960 verwierf deze groep slechts 24 van het nationaal inkomen. Wie 's avonds om half zeven door de onafzienbare kale heuvelachtige vel den een stoet van 10 of meer muilezel-paren met begeleiders naar de dorpen ziet terugkeren, waant zich in de tijd van vóór de Tweede Wereldoorlog, toen men jn Nèderland ook in het najaarsduister op onze Zeeuwse grind wegen de spannen ploegpaarden met hun knechts erop gezeten, tegen kon komen. Spanje bezit 0,5 miljoen paarden, bijna 700.000 ezels en 1.150^000 muildieren. Daarentegen zijn er nog geen 50.000 landbouwtrekkers (de helft van het Nederlandse). Wel heeft ook hier en daar de combine zijn intrede ge daan en soms, in de steenachtige velden, maait men alleen de aren af. Het stro wordt veelal zorgvuldig verzameld en grotendeels door de ezels met distels en al opgevreten. Overal ziet men met een éénscharig ploegje ploegen en vaak met de hand zaaien in de voor. Voor de agrarische produktie zijn in volgorde vier produkten het belangrijkst, n.l. vlees, fruit (zuidvruchten), granen en tuinbonwprodukten (groenten en andere), daarop volgt olie, in hoofdzaak olijfolie, terwijl n.b. melk pas op de 6e plaats komt. De opbrengsten zijn naar onze begrippen op de droge gronden ongekend laag, n.l. meestal nog geen ton tarwe per ha. Kunnen dergelijke gronden echter bevloeid worden, dan verdubbelt de opbrengst tot ongeveer 2 ton. HET PLAN BADA-IOZ IN het dal van de Guadiana is het Nationaal Instituut voor de Kolonisa- tie tezamen met het Nationaal Instituut voor de Industrialisatie bezig met een enorm verbeteringsplan. Het betreft hier gronden die gelegen zijn tussen de bovenloop van de Guadiana ten zuidwesten van Madrid en de Por tugese grens. De verbeteringsmaatregelen beogen de volgende doeleinden: 1. De regulering van de rivier Guadiana, waarvan de afvoer in 1947 schom melde tussen maximaal 10.000 m3 en minimum 4 m3 per sec., gemiddeld 1007 m3/'sec. 2. De gronden in het dal voor bevloeiing geschikt te maken; 3. Kolonisatie van deze nieuwe ontgonnen gebieden; 4. Herbebossing, vooral in het gebied van de aan te leggen stuwdammen; 5. Uitbreiding en verbetering van de verkeersverbindingen; 6. Industrievestiging ter verwerking van op het nieuwe land gewonnen pro dukten; 7. Electrificatie van de provincie. Om het eerste punt te realiseren worden 5 stuwdammen gebouwd, waar door Q.a, ruwweg 1500 miljoen m3 per jaar ter beschikking zal komen voor irrigatiedoeleinden. Het bevloeiingsproject strekt zich uit over liefst bijna 130.000 ha. Van de primaire kanalen zijn 139 km voltooid en van de resteren de leidingen is 1796 km klaar, dit is ongeveer 40 van wat uiteindelijk wordt beoogd. De verbetering van droog tot bevloeid land doet de produktiviteit IN liet vorig nummer van het Landbouwblad heeft nien kunnen ken* nis nemen van de speciale maatregelen, welke de Overheid heeft afgekondigd en welke een gevolg zijn van het Regeringsberaad met betrekking tot de positie van het gemengde bedrijf op de zandgronden. Het betreft als belangrijkste punt de oprichting van een „Ontwikke lings- en sanerïngsfonds voor de Landbouw" groot 50 miljoen, Waarvan ongeveer de helft te besteden als voorschotten ter voorziening in de acute noodsituatie van een aantal financieel zwakke bedryven en de andere helft te besteden hetzij als beëindigingspremie voor niet levens vatbare agrarische bedrijven, hetzij als verbeteringspremie voor de uit rusting- van gezonde bedrijven. Verder wordt de draagkracht van het Borgstelliiigsfonds met 10 miljoen uitgebreid, waardoor de krediet- mogelijkheden veelvoudig worden vergroot. 1U1J willen deze Regeringsmaatregelen niet bagatelliseren; de ge noemde bedragen zijn niet onaanzienlijk. We zijn bovendien van mening dat deze bedragen in de toekomst vergroot zullen moeten wor den. Een zodanig fonds stichten in een tijdperk van revolutionaire om wentelingen in de landbouw, terwijl tevens de E. E. G.-overgangspolitlek in sommige sektoren grote negatieve druk uitoefent, schept voor de Overheid grote verplichtingen. Wat ons verdriet is, dat de Overheid laat tot een dergelijk inzicht komt. Minister Marijnen kan nu wel zeggen, dat voornoemde ongun stige resultaten reeds geruime tijd zijn volle aandacht hadden, een half jaar geleden werd een en ander in de Eerste Kamer door hem nog hardnekkig ontkend en zelfs in september nog betoogde Z. Excellentie zijn vertrouwen in de uitvoering van E- E. G.-regimes in dit opzicht. Inmiddels verwijt de Tweede Kamer nu ook o.i. terecht hem een te passief beleid. MEN komt er niet met alles op de rug van de in geboorteweeën snakkende E. E. G. te schuiven. Een nationaal beleid blijft even zeer nodig. En daarom geven deze overigens belangrijke beslissingen ook niet genoeg. Daarom ontbreekt ingrypen in de vleessektor, waar men regelend zou kunnen optreden en vlees uit de markt zou kunnen nemen. Daarom blijft de vraag voor de kippen- en varkenshouder lig gen, of het aanvaarden van een Regeringsvoorschot verantwoord is. omdat hij zich dieper in de schuld gaat steken- Wat deze mensen nodig hebben is niet alleen deze hulpreikende hand van de Regering, maar tevens de uitspraak dat de Regering er achter staat hen positief zonder blijvende drukkende schuld in het zadel te helpen en daar te houden, wanneer zij hun plicht doen. Is het een wonder dat deze mensen thans het woord in gedachten komt: „De oogst is voorbij gegaan, de zomer is ten einde; nog zijn wij niet verlost." AOK in ons gebied zijn er bedrijven van dezelfde structuur als de gemengde zandbedrijven. Ook in ons gebied ziin er bedrijven, die voor de uitkoopregeling in aanmerking komen. Jarenlang is dit laatste zelfs voor de herverkavelingsgebieden voor eigenaarsbedrijven ook be pleit. Nu de saneringsmogelijkheden daar voorbij zijn, komt deze late beslissing. ELDERS in dit blad kan men mededelingen vinden over de demon- stratieve vergadering, welke het K. N. L-C. te dezer zake in Den Haag gaat houden. Wij vertrouwen dat daar op verantwoorde en voor het gehele volk begrijpelijke wijze uiteengezet zal worden, waarom een laat en passief landbouwbeleid de boerenstand als evenwaardig lid van de volksgemeenschap te weinig tot zijn recht laat komen. Het is jam mer dat men in deze tijd van welvaart tot een dergelijke meningsuiting gedwongen wordt. G. van de grond veracht- tot vertienvoudigen. Een dergelijke spectaculaire stij ging is alleen mogelijk omdat er vroeger vrijwel niets groeide. Door het toe passen van een onteigeningswet heeft men 30% van de gronden in dit ge bied ter beschikking gekregen voor het stichten van nieuwe bedrijven. Deze zijn 4 tot 5 ha bevloeid land groot; 24 nieuwe dorpen werden reeds gebouwd, 3 zijn nog in aanbouw en 9 zullen volgen. In september 1961 waren totaal 3700 nieuwe bedrijfshoofden geïnstalleerd op dergelijke bedrijven, terwijl 493 landarbeiders een huis en een aanvullend stukje grond van een halve bun der gekregen hadden. Zie verder i»ag. 931»

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1962 | | pagina 1