VEREN LATEN
VEER en
De landbouw en de
Westerschelde
848
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
We mogen wel zeggen dat de landbouw en de Westerschelde elkaar meer letterlijk dan figuurlijk zeer nauw
raken. Letterlijk grenzen ze aan elkaar, want langs de boorden van de Westerschelde liggen uitgestrekte en
vruchtbare akkers, die hun geboorte grotendeels aan diezelfde Schelde te danken hebben. Veel verder gaat die dank
ook niet, integendeel, de brede stroom is vooral in de jaren na de Tweede Wereldoorlog een steeds groter obstakel geworden,
ook voor de landbouw en alles wat er zijdelings mee te maken heeft. Het zal duidelijk zijn dat we hier de moeilijkheden niet de
Scheldeveerdiensten op het oog hebben en de vraag z-al wellicht opkomen, wat valt er nog over te schrijven? We weten- wel dat die veren
lastige dingen zijn, dat je er dikwijls moet wachten en dat dat voorlopig wel zo zal blijven! Toch willen we er nog eens bij stilstaan. l>at moet je
eenmaal bij een veer af en toe doen. En dan wel in de eerste plaats 011» te beseffen wat die 3 veren, dus BreskensMissingen, Terneuzen-Hoede-
kenskerke en PcrkpolderKruinïngen in een jaar tijds te verwerken krijgen aan auto's en personen.
Bij het het zien van deze cijfers vraagt iedereen
en met name iedere Zeeuws-Vlaming zich met stomme^
verbazing af: Waar komen ze vandaan? Waar gaan
ze allemaal heen? Dat begrijpt niemand, ook al staat
men een halve dag aan de steiger om deze onophou
delijke stroom van voertuigen en mensen gade te
slaan. Wie nog even wil weten hoe sterk vooral het
autoverkeer via deze veren in enkele jaren is toege
nomen kan er het cijfer van 3 jaar geleden naast
zetten. Toen passeerden 770.000 auto's de veren. De
stijging tot en met 1961 bedroeg derhalve ruim 17 c/c.
Aan passagiers kruisten in 1961 ongeveer een half
miljoen mensen meer dan in 1958 de Westerschelde
WAARHEEN EN WAAR VANDAAN
DAAROVER kan men toch, staande bij de pont, wel
iets te weten komèn. Bij de personenauto's zien
we veel vertegenwoordigers uit alle delen van het
land, dagjesmensen, auto's van instanties en dien
sten. Dan een groot aantal mensen die, om wat voor
reden dan ook, ergens heen moeten aan de overkant;
voor hun werk, naar vergaderingen, markten, keurin
gen, pendelen, en noem maar op.
Duidelijker is de herkomst van vele vrachtauto's
en bestelauto's, die firmanaam en dikwijls ook beroep
aangeven. Hierbij is ook in vele gevallen de aard van
de lading wel vast te stellen.
HET AANDEEL VAN DE LANDBOUW
HET is ondoenlijk dit aandeel in cijfers of percen
tages uit te drukken. Vaststellend echter dat
Zeeuws-Vlaanderen een landbouwgebied van formaat
is, n.l. 47.000 ha akkerbouw, waarvan 19.000 ha gra
nen, ca 11.000 ha hakvruchten, 7500 ha handelsgewas-
Zo gaan er geen twaalf in het dozijn.
V -
De derde boot wacht op het sein om ingelast te w
sen, 7800 ha peulvruchten, dan kan men daaruit
afleiden dat enorme hoeveelheden dezer pro-
dukten niet in Zeeuws-Vlaanderen blijven en
dus hetzij in natura, hetzij in verwerkte vorm
dit gebied verlaten. Dit zal dan voor een deel
per schip zijn, zoals b.v. de granen, waarbij van
een produktie van 75.000 ton per jaar, ca. 35.000
ton op die wijze worden vervoerd. De rest zal
voor een groot gedeelte per auto en dus per
veerboot naar elders worden vervoerd. De bie-
tenoogst in Zeeuws-Vlaanderen gaat naar de
beide suikerfabrieken te Sas van Gent, vanwaar
de geproduceerde suiker eveneens de Schelde
weer in noordelijke richting passeert. Andere
land- en tuinbouwprodukten, zoals aardappelen,
peulvruchten, gedeeltelijk ook fruit en groente,
verlaten Zeeuws-Vlaanderen en aan de steigers
der veerdiensten kan men deze transporten da
gelijks waarnemen. Daarbij komt dat verschil
lende produkten in grote hoeveelheden de Wes
terschelde en dus de veren tweemaal passeren,
n.l. eenmaal heen en in andere vorm weer terug.
Dat is het geval vooral met de honderden vlas
transporten, die uit het hele land naar Zeeuws-
Vlaanderen gaan. Dit vlas vindt de weg weer
terug, n.l. in vele ladingen
lijnzaad, vlaslint, bouwplaten,
enz. Ook voor de suiker geldt,
dat deze voor een deel afkom
stig is van buiten het gebied
geteelde suikerbieten.
Het zijn verder niet alleen
de produkten van het veld die
vervoerd moeten worden. De
landbouw heeft behoefte aan
vele grondstoffen en hulpmid
delen, die in belangrijke mate
vanuit overig Nederland moe
ten worden aangevoerd, zoals
b.v. zaaizaden, pootgoed,
kunstmest, machines, turf-
strooisel, draineerbuizen, vee
voeder, enz. enz. Dit alles
komt in grote afwisseling da
gelijks over de veren in Z.-V.
aan. Het zal zonder verdere
opsomming of cijfermateriaal
duidelijk zijn in welke mate
land- en tuinbouw deel heeft
aan het vervoer over de Wes-
ortlen. terschelde in beide richtingen,
niet in de laatste plaats ook door de industrieën
en bedrijven die in Zeeuws-Vlaanderen zijn geves
tigd en welke op de landbouw zijn gebaseerd, o.a.
de vlasindustrie, meel- en suikerfabrieken, stijf-
selfabriek, silobedrijven, enz. Een hierboven nog
niet genoemd onderdeel van de agrarische sector
is de veehandel. Deze is in hoofdzaak gericht op de
Rotterdamse veemarkt.
EN NU DE PRAKTIJK
IITE kunnen ons wat dit betreft het beste bepa-
len tot de situatie aan het zojuist genoemde
veer, omdat daar in de laatste jaren door te weinig
en te kleine veerboten de meeste moeilijkheden
voorkwamen.
Wat zeggen de mensen van de booldienst er nu
van? Wel, ze vinden dat het dooreengenomèn aar
dig loopt, nu drie boten beschikbaar zijn en het er
praktisch op neerkomt dat een 20-minutendienst
kan worden onderhouden.
Daarnaast zijn voor speciale transporten aparte
regelingen getroffen. Zo b.v. voor het vlas, dat nu
juist de drukste periode weer achter de rug heeft.
Eén der boten is voor deze vlasauto's met aanhan
gers aangewezen met het oog op de toelaatbare
hoogte van 4 meter. Wanneer er echter 's morgens
vroeg meer dan 20 van deze transporten aan Krui-
ningen gereed staan, komen toch nog lange wacht
tijden voor. Een vertraging van enkele uren kan
dan voorkomen.
Voor de veewagens is een regeling getroffen
waarbij de dinsdagmorgen een vroege boot voor
deze is bestemd, althans voorrang aan deze trans
porten wordt gegeven.
Wat is de mening van de vrachtautochauffeurs?
Och. zei een man die meerdere malen per week uit
het Land van Altena komt, we zijn er aan gewoon
en we moeten vroeg starten om op een redelijke
tijd in Zeeuws-Vlaanderen te zijn. De wachttijden
zijn korter dan voorheen, maar het komt toch nogal
eens voor dat we een boot missen. Het korte stukje
over de Westerschelde kost ons toch gemiddeld
wel 1/2 uur per heen en weer-rit.
Ook andere chauffeurs zeiden hun mening en de
totale indruk is, dat ze zich aanpassen, er rekening
mee houden en al heel blij zijn dat de derde boot
de wachttijden al veel korter heeft gemaakt.
Dit neemt natuurlijk niet weg, dat iedereen met
spanning uitziet naar elke verdere verbetering,
welke op korte termijn te verwezenlijken zou zijn.
(Zie verder volgende pagina.)
NIET TE GELOVEN
DAT zult U zeggen als U de cijfers die hieronder
volgen ziet. Dat waren dan in totaal in 1961 over
de genoemde veerdiensten 929.000 auto's en 3.800.000
passagiers. Dit laatste betekent dat de hele bevolking
van Zeeuws-Vlaanderen 40 maal zou moeten over
varen om dat aantal passagiers te bereiken
Van die auto's waren bijna 680.000 personenauto's,
de rest 250.000 vrachtauto's, bestelwagens, vee
wagens, enz.
Om nog even verder te gaan noemen we de aan
tallen per veer in afgeronde cijfers over 1961.
BreskensTerneuzen Perkpolder
Vlissingen H'kerke Kruingen
Pers. auto's 378.000 29.000 270.000
Andere auto's 101.000 2.000 147.000
Totaal auto's 479.000 31.000 417.000
Passagiers 2.388.000 300.000 1.120.000